r I |i I BINNENLAND. mu, sherlj toning TER. EEN ONGELUKKIGE. I Woensdag 25 Maart. N° 4485. 1891. LAT I. rdam. aing, md WEI- sr, aan de reg, onder van 83 looping m Notaris S MEE8, erdam, op 2 APRIL op DON RIL 1891, igs ten 11 de Groots lam. L ^EV^ Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken* De inzending van advertentièn kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave. Uo. 73. IN RT tegen toop. jbaar ie in de jl Zondag Afzonderlijke Nommm VIJF CENTEN. (tiaar het Franech.) XI. l m. Gouda. F De prjje per drie maanden ie 1.25, franco per poet 1.70. Bovendien worden alle Advertentien gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD 't welk dee Maandags verechjjni. bljjven en l bewerkt, fgeleverd he Cou- i doorbet MAN en en den zgn zeer de verhu- Sgiog- i den 1 i ten kan- n de Gek GOUDA, 24 Maart 1891. Gisteren ia, onder toezicht der politie, even bni- ten deze gemeente een aan miltvuur lijdende koe, ingevolge de heersobende wetsbepalingen, verbrand. srven van teuook en,T«iel- i geperst, les, Kan- I nemena zijn het congres bij te wonen. Het congres gaat uit van het bestuur van den „Nederlandschen Bakkersgezellenbond,” dat „Recht voor Allen” op dit oogenblik, by gebrek aan eigen orgaan, als het blad aanmerkt om gemeenschappelijke belangen te behartigen. naar bed. >n, doch dit scheen I te jrillen zien, om- meaning van den tastenden tot ver bet intusschen vnl- itoriteiten die stukken ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Op uitnoodiging van de liberale kieavereeniging te Stolwijk zal de heer W. F. Tak van Schiedam op Donderdag 26 Maart a. s. aldaar eene politieke lezing houden. Blijkens gehouden proefnemingen in de Rotter* damsche Diergaarde door den directeur, den heer Van Bemmelon, is de wroede gewoonte om slangen met levende dieren te voederen, niet noodig geble ken. De directie der Amsterdamscho Diergaarde heeft dusver nog geen gehoor verleend aan bet ver zoek van het bestuur der Sophiavereeoiging tot bescherming van dieren, om het te Rotterdam ge geven vöörbeeld te volgen. Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereen iging tot bescherming van dieren heeft thans de aandacht harer zustervereenigingen te Antwerpen, Keulen, Parijs en Londen op de Rotterdamsche methode ge vestigd, met verzoek om te trachten respectievelijk in België, Duitschland, Frankrijk en Engeland aan de voedering van slangen met levende dieren, waar dit nog in zwang is, een einde te maken. Het verriag, door de Commissie van voorbereiding voor do Legerwet opgemaakt, is thans verschenen met het antwoord door de regeering op het afdee- lingsverslag der Kamer. Te zamen vormt dit stuk een boekdeel van 186 bladzijden. Tevens is daarbij in 25 bladzijden gevoegd eeno nota, houdende opgave der punten voor mondeling overleg, -met mededeling van de uitkomsten, welke dat overleg heeft opgcleverd. Het antwoord der regeering is met inspringende regels gedrukt. Later zullen nog verschijnen de nota’s van de heeren Bahlmann en Land, eenige aantekeningen betreffende het personeel der handelsvloot en de bijlagen, door Gelooft ge echter niet, dat deze schijnbare vertrouwelijkheid een weinig zonderling zou schynen? Zooals ge wilt antwoordde zij, terwijl zij volgens gewoonte oven do schouders ophaaide. Een knecht bracht do likeur binnenzij liet het blaadje voor zich op een tafeltje naast den schoor steen zetten. Wat neemt gij? vroeg zij aan Roland. Niets, mevrouw, ik dank u. O, ik ben niet zoo matig als gij. Zij nam het karafje met cognac en schonk zich een glaasje in, dat zij in één teug ledigde, met de snelle en korte handbeweging van een drinker. Ver volgens hield zij Roland een sigarette-koker van Russisch zilver voor. Gij rookt ook, zobals ik gezien hebhet doet mij in zekeren zin genoegen, dat gij ten minste één mijner ondeugden bezit, gij volmaakt mensch. En het gesprek werd voortgezet als tevoren. Van tijd tot tijd schonk Saclpi zich een glas cognac in, rustig en kalm als een werkman in een herberg. De sterke drank wekte hAar vroolijkheid op. Haar wangen werden donkerrood gekleurdhaar blik werd scherp en doordringend. Om tien uur stond zij op en stak Montfranc de hand toe. Goeden nacht. Ik heb slaap, ik ga Tot morgen. Alleen achtergebleven, begon de jonge man te. peinzen over hetgeen hij gezien bad. Wie toch was die zonderlinge vrouw, fier op hooghartigheid af, of De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjk» met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De briofaohryver uit de hofstad van de Midi. Ct. beweert, dat de minister van marine de nederlaag, die hij verleden Donderdag in de Tweede Kamer leed, als het ware heeft nitgelokt. Had hij de eigen lijke reden van het passeeren van den heer Land aan de Kamer medegedeeld, hoogstwaarschijnlijk zou deze den minister in bet gelijk hebben gesteld, evenals tal van officieren doen, die met de ware toedracht der zaak bekend zijn. Die reden moet niet zoozeer gelegen’ zijn in het achryven door den luit, ter zee op non-activiteit van de bekende dagblnd-artikelen deze waren van dergelijken inhoud, dat zy, volgons den minister, verkeerd konden werken op de subor dinatie der mindere schepelim de regeering wel door de vinn dat zij zleh ken indenken ia schrijver, dat publioeering rialiJii betering leiden kan. Daarvoor ïj h doende wanneer de hoogere aut lezen; dat zij onder do oogen der minderen komen kan niet dan schadelijk zyn voor de discipline en de tucht. Daarom ware het misschien beter geweest wanneer de beer Land deij brochure-vorm had ge kozen, doch ook het opnamen van die stukken in couranten wilde de regeering niet zoo euvel duiden, omdat daaruit nog niet de toeleg bleek om de min dere schepelingen er van te doen kennis nemen. Dien toeleg van den schrijver leidde men echter af uit het feit, dat hij zich beijverde om het door hem geschrevene door de minderen te doen lezen; hij ver genoegde zich niet met de mogelykheid, dat de nom- s der couranten den matrozen der marine in Naar de „Bakkerij” meldt, zal te Amsterdam op den len Mei een congres worden gehouden Van Nederlandsche bakkersgezellen, waar als een dor voornaamste punten van behandeling aan da orde zal komen het uitgeven van een vakblad. Belgische gezellen moeten hue medewerking tot oprichting van een vakblad reeds hebben toegezegd en voor- I mere gen man de moeilijkheid van zijn betrekking tegen over haar to doen vergeten. Ongemerkt ontstond er tusschen hen een zekere vertrouwelijkheid, en wie hen ’s avonds in de eetzaal van het hotel gezien had, zij in groot toilet, hij in zwarten rok, zou hen hebben gehouden voor oude vrienden, die het toe val op reis had samen gebracht. De jonge vrouw at met veel smaak, terwyl tg met Roland babbelde en duizenderlei dwaasheden opdischte. Vervolgens begtvens zij zich naar het salon, om daar het verdere van den avond door te brengen. Toen zij alleen waren, zeide zij lachend Hoe is uw voornaam Roland. Hindert, het u niet, mij altijd „mevrouw” te noemen In ’t minst niet. Ja, gij Franschen denkt, dat dat eerbiedig De Russen en Amerikanen zijn dadelgk op hun gemak. Ik vraag u dus verlof, maar kortaf Roland te zeggennoem mij dan, in plaats van uw^eeuwig „mevrouw”, bij mijn voornaamSacha. Roland voelde zich/somtijds getroffen door den toon en de houding vaUraevrouw Reeding; wilde zij laten zien, dat zij hedj/$S haars gelijke wenschte te behandelenof verborg zij een bijoogmerk Zoolang hij geen zekerheid had, besloot hij, de grenzen van de gewone beleefdheid niet te over schrijden. Ik dank u voor de eer, hernam hij. 17) Na een oogenblik voegde zij er met een lieve stem en glimlachend bij: Gg hebt een goed hart, myn waarde reisge noot. Ja, die manie van mij is verschrikkelijk. Twee jaar geleden heb ik al eens getracht, my ervan te genezen. Ik ben naar Berlijn gegaan, naar het eenige gesticht voor soortgelijke ziekten. De direc teur heeft mij een papier laten teekenen, waarbij ik mij verbond, gedurende drie maanden het gesticht is. niet te verloten. Ongelukkig ben ik sedert eenige j weken weder in mijn vorige ondeugd vervallen. Maar laat ons nu over andere dingen praten Om één uur kwamen de reizigers te Havre aan stapten in een hotel af, de „Pereire” zou eerst volgende ochtend weder het anker lichten. Mevrouw verontschuldigde zich bij Roland; zij was genoodzaakt, hem tot het middagmaal alleen te laten zij moest aan twee harer kennissen, die in „Frascati” gelogeerd waren, een bezoek gaan brengen. Zij toonde wnarlgk een buitengewone takt om den jon- handen kwamen, maar hij zorgde zelf voor de ver spreiding daarvan aan boord van de oorlogsschepen. De bedoeling van den heer Land was wellicht zoo kwaad niet, maar de regeering zag in zgn handel wijze een afkeurenswaardige daad. Waarom de mi nister dit nu niet mededeelde? Naar men zegt om het beginsel te handhaven, dat de Kamer geen recht heeft de regeering tot verantwoording te roepen over een zaak als deze. Het is haast ongeloofelijk, dat een minister zich zelven opoffert ter wille van een zoo valuch beginsel, waarvan het verkeerde zelf in de kamer door verschillende leden werd aangetoond. Had de heer Dyserinck een afkeuring uitgesproken over de bedoelde handelwijze van den schrijver, dan hadden de vrienden van deze hem kunnen verdedi gen op grond, dat hij misschien iets zeer geoorloofds daarmede op hot oog had, en dan ware het ver schil van zienswijze in elk geval principieel bespro ken en opgelost of wel de Kamer had zich bij de opvatting der regeering neergelegd. Dan zou de minister niet zedelijk tot aftreden gedwongen zijn naar aanleiding van een handeling, die misschien door de Kamer zelve als zij de beweegredenen gekend had zou zyn goedgekeurd. GOUDSCHE COURANT. "it!

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 1