Buitenlandse!) Overzicht.
VEBSLAG-
INGEZONDEN.
cnkruidmaaimachine, om kanalen, tochten en Taarten
van waterplanten te zuiveren, waarvan genoemde
firma voor Nederlaud alleen het recht van invoer
heeft.
Blijkens eene verklaring van baron Van Lijnden
van Hemmen, dijkgraaf van het polderdistrict Over-
Betuwe, is deze machine door den dijkstoel van dit
polderdistrict in het jaar 1890 met groot voordeel
gebruikt tot ruiming van een gedeelte der groote
landwattering (stroomend water), welk gedeelte lang
was circa 5000 meter (1 uur gaans).
Uit den aard der zaak kon geen absoluut volledige
reiniging daarmede plaats vinden, want de boorden
en kanten van den watergang zijn moeielijker of
niet te bereiken, doch zooveel te beter het midden
en juist die gedeelten, welke voor het ruimen uit
de hand het meeste bezwaar opleveren. Met de
machine werden herhaaldelijk in 6 a 10 dagen in
het bedoelde gedeelte 3 a 4 sneden gedaau naast
elkander, waarbij de schuit door 1 of 2 personen
werd getrokken, terwijl 3 personen in de schuit
werkzaam waren. De kosten van werken met de
machine bedroegen circa de helft van de bewerking
uit de hand, terwijl veel spoediger daarmede eene
opening voor het water gemaakt wordt, eene zaak
van groot belang, waar, zooals in de Over-Betuwe,
men des zomers blootgesteld is aan schade door
plotselinge stortbuien.
Biedt in dezen tijd van het jaar, vooral na zulk
een strengen winter, het buiteu nog weinig aanlokke
lijks, in de serres spreidt de natuur, geholpen door
het menschelijk genie, thans haar vollen luister ten
toon. Vooral daar waar men zich er inzonderheid op
toelegt het schoonste uit het schoone slechts bijeen
te brengen, bieden die serres thans een verheffenden
aanblik.
Bovenaan in de rij dier instellingen mogen we noe
men de Rotterdamsche Diergaarde, waar, dank zij
het beleid der directie en de onvermoeide zorg van
deu hortulanus, den heer J. F. Wilke, een bloemen-
schat valt te aanschouwen, welke men wellicht elders
te vergeefs zal zoeken. Daarom is het dan ook, dat
wij hen die in de eerste weken Rotterdam zullen be
zoeken opmerkzaam wenschen te maken op deze zeld
zame en slechts in het voorjaar geschonken gelegen
heid om op dit gebied iets werkelijk eenigs in oogen-
schouw te nemen.
Wanneer men de groote serre binnentreedt, gelooft
men zich als in een feeën-paleis verplaatst. Voor aan
deu ingang- verheft zich tot een huis hoogte een berg
van Azaleas, in de grootste verscheidenheid van
kleuren, gekroond door eon reusachtige camellia en
fraaie citissen met hare keurige gele bloemtrossen.
Aan de achterzijde wordt deze berg gevormd door
een even hooge pyramide van camellia's met honder
den bloemeu, waarvan vele vooral door haar grooten
omvang de bewondering wekken.
De zijwanden dezer serre leveren don aanblik van
een bloemtapijt, gewormd door Azaleas, haycinten,
naresinen, tulpen, primulas, bambusas, muscaris enz.
alles in de grootste verscheidenheid.
In den koepel van deze serre maakt men kennis
met de reuzen uit het plantengeslacht, nl. de palmen
en varens, waarondor de meest zeldzame soorten
voorkomen, en vele ook bewondering wekken wegens
den trap van ontwikkeling welken zij bereikt hebben.
In het warmste gedeelte van deze serre zijn het
voorts ook de collectie Olivias welke inzonderheid
ieders aandacht zullen trekken.
Vervolgens bezoeke men vooral ook de groote
Victoriaserre en daarvan de rechtervleugel, waar een
verzameling orchydeeën is bijeengebracht welke men
zoowol wegens haar ryke verscheidenheid, als de
rykdom van bloemen in alle kleuren en geuren,
wellicht elders tevergeefs zal zoeken.
Bij dit alles behoeven wij wel niet te zeggen, dat
ook de andere vleugels van dit gebouw, alsmede de
zoogenaamde Prins Hendrikserre, zeer veel schoons
bevatten. Over dit alles in bijzonderheden te treden
zou ons te ver voeren. Inzonderheid op het boven
gemelde meenden wij de aandacht dor planten- en
bloemenliefhebbers te moeten vestigen.
Huizen, gebouwd van timmermanskrullen, zijn de
laatste overwinning der techniek. Naar een patent
bureau te Berlijn mededeelt, zijn in de Rijkshoofd
stad reeds groote bouwwerken onderhanden, waarbij
dit materiaal wordt gebruikt.
De krullen en spaanders worden met zekere goed-
koope, fijngestooten mineralen vermengd en daarna
in de vormen van baksteonen, straatsteenen enz.,
onder sterken hydraulischen druk geperst. Het is
gebleken, dat het aldus verkregen materiaal voor
muren en bestrating volstrekt geen vochtigheid aan
trekt, buitengewoon hard is en betrekkelijk een ge
ring specifiek gewicht heefthet is ook niet onder
hevig aan verweering. Het is bijna volkomen vuur
vast, want bij de proefnemingen bleef een cubus,
lang, breed en hoog 7 cM., na gedurende 5 uren
lu een kolenvuur gelegen te hebben, geheel onbe
schadigd. Een ander voordeel is, dat deze steenon
met de zaag bewerkt eu in iedere begeerde kleur
kunnen verkregen worden, zoodat men dus bij het
bouwen van huizen uit spaanders en krullen ook
rekening kan houden met de ornamentiek en aange
name kleurschakeering.
Stilte bij muziekuitvoeringen. Hoe hinderlijk
hot is voor hen, die om te genieten naar een klas
siek concert gingen, daarin gestoord te worden door
het gepraat van anderen in de zaal, weet nage
noeg wel iedereen. De leider der klassieke con
certen tö New-York, Th. Thomas, bedacht hiertegen
het volgende, misschieu wel wat krachtige huis
middeltje.
Bij de uitvoering van den ^Midsummernights-
dream" zaten eenigwn te praten, als waren zij tehuis.
Thomas zag hen strak aan en gaf den paukenist
eensklaps het sein om een fiinken roffel te slaan
hij liet, zoolang zij spraken en telkens als zij weer
begonnen, opnieuw roffelen, dat hooren en zien ver
ging en de babbelaars begrepen voor de pauken te
moeten onderdoen. Het publiek en de dagbladen
juichton den inval van den orkestdirecteur toe, en
na dien tijd, sidderden de praatzieke bezoekers, als
Thomas naar hen of naar de pauken zag.
Zooals men ween heeft de czaar aan keizer Wilhelm
een prachtige troïke geschonkeu met drie hengsten
i bespannen, zonder zelfs don raoscovietschen koetsier
I te vergetenvolgens Russisch gebruik waren do
I tuigen geheel met zilver versierd. Men schatte het
geheel op 20,000 roebels
i De keizer heeft zich dezen winter herhaaldelijk van
dit span bediend om uitstapjes te doen. Onlangs
bemerkte de koetsier met schrik, bij het schoon maken
dor tuigen, dat de zilveren versierselen eene zeer
verdachte gele tint begonnen te vertoonen. Na een
oplettend onderzoek was er geen twijfel meer; de
metalen versierselen waren van verzilverd koper.
De keizer lachte hartelijk over hot avontuur en
spotte niet weinig met don russischen gezant, graaf
Schoevaloff. Bij zyne laatste reis naar St-Petersburg
vorhaalde de gezant de geschiedenis aan den czaar
maar deze nam de zaak zoo vroelijk niet op. Hy
beval een onderzoek in te stellen en men ontdekte
den schuldige, een hoogen ambtenaar der keizerlijke
stallen. Hg is aanstonds met verscheidene mindere
beambten, zijne medeplichtigon, op pensioen gesteld.
van de Kamer van Koophandel en Fa
brieken te Gouda over dep toestand
van Handel, Ny verheid, en Scheepvaart
in 1890.
(Slot.)
Statistische opgaven van het Postkantoor over 1890
vergeleken met die van 1889.
1889.
1890.
857195
354200
2298
2156
6839
6839
552019.80'
570281.83*
35626
34826
214762
234613
1156
1389
574251
603278
6279
5305
41536,32'
42686.80
265637.55
293571.02
271920.59
276154.21'
7250
7019
36339.42'
31216.48
844
880
5513.96'
6280.93
23526
22814
515
438
88177.47'
46400.84'
25604.02'
35537.62
Gefrankeerde brieven
Ongefrankeerde
Aangeteekende
u n niet
aangegeven waarde
tot een bedrag van
Dienstbrieven
Enkele briefkaarten
Dubbele u
Gedrukte stukken
Monsters of Stalen van
koopwaren
Verk. postz. t. e. bed. v.
Gest. postw. v
Uitb. u h
Ter invord. ontv. kwit
tot een bedrag van
Onbetaalde kwitantiën
tot een bedrag van
Verz. postpakketten
Uitg. spaarbankboekjes
Ingelegd bedrag
Terugbetaald bedrag
De Spaarbank van het Departement Gouda dor
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen gaf 290
nieuwe boekjes uit, ontving 105273.93 en gaf
terug 94511.
De Hulpbank verleende 52 voorschotten tot een
gezamenlijk bedrag van 7240.
Overzicht van het telegrafisch verkeer aan het
Rijkskautoor
1889.
1890.
12594
12081 telegr.
14648
13883
2179
2192
Er werden verzonden
en ontvangen.
UO opureugsv woo j »v6vu ,a
in 1889 ook het gébruik van telegrarazegels wa»
minderen hedoeg in seinkosten 6231. Het
Rijkstelefoonkantoor te Waddinxveen en dat te Ze
venhuizen, beiden onder dit Telegraafkantoor be-
hoorende, behandelden 1769 en 394 berichten.
banden het heden aan het verleden verbonden. Zij
trachtte zich zekerheid te verschaffen door hetgeen
zij van miss Sidney hoorde. D-or hare aandoening
medegesleept, vertelde zij aan Florence alles, wat
zij dacht.
Maar dat is onmogelijk stamelde het meisje....
Zulk een geluk is voor mij niet weggelegd! Hij
die door mijn hart werd uitverkoren, zou voor mijne
moeder gestreden hebbenEen inwendige stem in
miju hart zou mij tot hem hebben gedreven?
Ik bid u, juffrouw, laat u overtuigen.... Is
het niet het lot, dat op uwen weg den eenigen man
heeft geplaatst, die u kan begrijpen, zooals ge be
grepen wilt worden, die u kan liefhebben, zooals
ge bemind wilt worden
Maar dat is niet mogelijkherhaalde Florence
andermaal.
Wilt go de waarheid weten? Schrijf hem dan
om te komen.
Nelly
Het moetIk zal hem zien, en welke veran
deringen de jaren ook hebben aangebracht, ik zal
hem herkennen, al is het alleen aan den toon zijner
stem. Indien Roland Salbert en Roland Montfranc
dezelfde is, dan zal ik gelooven, dat uw werk recht
vaardig was, en dat God het u had ingegeven.
Zij dacht er niet aan, dat, wanneer de Schepper
somtijds de monsehen hunne handelingen ingeeft,
dit meer is om aan de gerechtigheid te voldoen,
dan. om hot geluk van den mensch te verzekeren
VIII.
Sedert deu vorigen avond had Roland miss Sidney
nog niet weer gezien. De uren gingen langzaam
i en droevig voorbij. Er was plotseling een groote
j leegte gekomen in het leven van dien man, die zoo
geheel werd beheerscht door een onweerstaanbaren
hartstocht. Met smartelijke bitterheid herhaalde hij
j bij zichzelven Ik zal haar niet meer terugzien
I Tevergeefs herinnerde hij zich de vertroostende
woorden van Alice; hij -verweet zich nu zijne be-
j goocheling, als een groote dwaasheid. Zijne zuster
I wilde zijn wanhopige smart tot bedaren brengen
zij beijverde zich, de weigering van Florence te ver
zwakken, door haar aan hem te doen voorkomen
als zich opofferend voor een denkbeeldige verplich
ting. Wat zou deze dag lang zijn, nu hij niet naar
Parijs kon gaan, nu hij niet zooals anders van haar
bijzijn kon genieten. Welnu, het zij zoohij zou
scheiden, en over zijne lafheid zegevieren. Alleen
de arbeid brengt vergetelheid en doet de stormen
der ziel bedaren.
Eiken ochtend, zoodra hij was opgestaan, begaf
Roland zich naar zijn studeerkamer, om te zien wat
er voor hem gekomen was. Hij rangschikte dan
de brievenlegde, degenendie hij persoonlijk
wenschte te beantwoorden, terzijde en maakte zijn
opmerkingon bij de anderen, die hij aan de zorgen
van zijn secretaris toevertrouwde.
Nauwelijks was Montfranc met deze bezigheid
begonnen, of een rilling ging hom door de leden,
toen hij een enveloppe op zijn schrijftafel zag liggen.
Het schrift van Florence 1 Zou Alice gelijk hebben
Hij brak den brief open 't wareiRslechts vier rogelf,
met ietwat bevende hand geschreven, maar welspre
kend genoeg Het jonge meisje verzocht hem on
een onderhoud.
Een onderhoudzijn zuster*s vermoeden was duf
waarheid miss Sidney had hem liefAnders zou
zij hem niet goschreven hebben: zij zou dan hannf
verwijdering hebben aangenomen. Wat zou zy be®
willen zeggen? Wilde zij trachten hem opnieuw
voor zich te winnen, om hem aan nieuwe beproe-
vingen te onderwerpen OnmogelijkFlorence
kende de geestkracht van Roland; zij wist, dat hy
vurig en vastbesloten was. Nadat hij zijn liefde had
bekend, kon hij niet meer bij haar verschijnen dan
als verloofde. Hoo dan aan to nemen, dat ^aarjj!
doelingen in die enkele uren zouden zijn veranderd
Als zij den vorigen avond ernst had gesproken, dan
had zij een plicht te vervullen. Eerst had zij Ro*
land afgewezen, omdat zij zich sterk genoeg waande,
om zich het haar aangebodon geluk te ontzeggen.
Maar hare krachten waren bezweken, en zij riep
hem torug.... Al deze gedachten verdrongen zich
in het hoofd van dien zoo vurig beminnenden man.
Wat zou het hem lang vaJlen, eer het uur van sa
menkomst had geslagon
(Wordt vervolgd.)
De Kamer bleef, ook na de verkiezingen van
November 1890, als volgt samengesteld:
Aftreding 1892. De hoeren C. J. C. Prince,
Voorzitter, H. Jager, plaatsvervangend Voorzitter,
A. van Veen en J. M. Noothoven van Goor.
Aftreding 1894. De heeren C, C. H. Prince, D.
G. van Vreumiugen, A. van Reedt Dortland, H.
Straver en H. Braat.
SecretarisMr. J. Fortuijn Droogleever, die in
Juli 1892 moet aftreden.
Omtrent de werkzaamheden der Kamer kan worden
vermeld
I. Adressen aan den Gemeenteraad tot vorhoo-
ging van het Marktgeld, voor hen, die met eene
overdekte opstalling do markt bezoeken, werden door
B. en W. in handen der Kamer gesteld om advies.
Daar deze adressen eene zuivere protectionistische
strekking hadden, kon de Kamer niet in de geest
der adressauten advisoeren. Zij greep echter deze
gelegenheid aan om de wenschelijkheia te betoogen
eener herzieniug van de Verordening op het heffen
vau Marktgoldon, welke van 1856 dagtoekent.
B. en W. en de Gemeenteraad vereenigdon zich
met bet advies. De herziening der Verordening werd
evenwel niet ter hand genomen, voorzooveel der
Kamer bekend is.
II. Toen bekend werd dat er door eenige afge
vaardigden van Kumers van Koophandel conferentiën
zouden worden gehouden, naar aanleiding van de
bij de wetgovende macht ingediende voorstellen tot
wijziging der spoorweg-rogeling (opheffing van de
Rijnspoorwegmaatschappij) wendde onze Kamer po
gingen aan om zich bij die conferentien te doen
vertegenwoordigen. Met de meoste voorkomendheid
werd dit toegestaan.
Daar op deze bijeenkomsten hoofdzakelijk over het
goederenvervoer werd gehandeld, hetwelk voor Gouda,
wegens don uitmuntende waterweg, van minder be
lang is dan een goed geregeld personenvervoer, ont
hield do Kamer zich van eenig oordeel voor of tegen
de voorstellen. Zij meent evenwel dat dergelijke
conferentiën van Kamer vaii Koophandel zeer dienstig
kunnen zijn aan de behartiging van algemeene be
langen van handel en nijverheid.
III. Do Directeur van het Rijkspostkantoor alhier
adviseerde do Kamer over de verplaatsing van een
brievenbus van de vest naar den waterkant bij de
Jankattonbrug. Daar de Kamer reeds vroeger op
deze verplaatsing had aangedrongen, adviseerde zy
ook nu ten gunste der verplaatsing, die nu dan ook
haar beslag kroeg.
IV. Een adres van de kamer van koophandel en
Fabrieken te Utrecht aan de Tweede Kamer der
Stateu-Generaal, de aanneming ontradende van het
wets-voorstel tot heffing van invoerrechten naar de
waarde enz. werd door deze Kamer ondersteund.
V. Eveneens een adres van de Kamer te Alk
maar aan den Minister van Waterstaat, Handel en
Nijverheid over de oprichting van telcgrambussen.
De Kamer meende, dat niet alleen in gemeenten,
waar kantoren inet beperkten dagdienst bestaan,
maar ook in die, waar het kantoor den 'geheelen dag
open is, het plaatsen van althans ééne bus in de
nabyheid van het kantoor, gemak zoude opleveren
en het gebruik vau de zoo weinig bekende telegram
zegels in do hand werken.
VI.. Do Gozant van Rusland vroeg de Kamer
inlichtingen omtrent het gebruik van Russisch vlas
en hennep. Omtrent het vlas kon de Kamer geeno
inlichtingen verschaffen, daar zij meent dat dit in
deze gemeente niet wordt ingevoerd.
Wat de hennep betreft, werd medegedeeld, dat zij
wel gebruikt wordt voor tweede soort visschorsgaren
en paktouw. Voor eerste soort visschorsgaren wordt
uitsluitend de iulandsche en voor paktouw do Ita-
liaansche hennep gebruikt. De Russische is meer
geschikt voor grofgarenfabrikanten, welke in deze
gemeente niet worden aaugetroffen. De verkhring
hiervan is, dat de Russische hennep droog en hard
in hot gevoel is en minder sterk haar vezel splijt
niet gemakkelijk en de andere soorten zijn ook beter
tegen het water bestand.
VII. Over het bij de Tweede Kamer aanhangig
wetsontwerp tot regeling der brievenposterij, werd
een zelfstandig adres aan dien tak der Volksvertegen
woordiging gericht. De Kamer erkende dat het
ontwerp een zeer gunstigen indruk maakte en juichte
m het bijzonder toe het voorstel tot invoering van
een verlaagd plaatselijk brief-port. Voorts onder
steunde zij den wonsch tot' verhooging van hel ge
wicht van den enkehoudigen brief, hetzij dan door
dit gewicht op 30 gram te bepalen, hetzij dooi' de
brieven van 1550 gram wegende, met 77j ct. port
te belasten. Ook sloot zij zich aan bij de wenschen
om lager port voor drukwerk, om opneming in de
wet van de gelijkstelling der door de hektograaf
vermenigvuldigde stukkeu met drukwerk en de op
heffing van de verplichting om uitsluitend de door
het Rijk uitgegeven briefkaarten te gebruiken.
Zij kantte zich ten slotte aan tegen het van an
dere zijde gedane verzoek dat voortaan ook de aan
geteekende brieven aan huis zullsn worden bezorgd.
Zij meent dat het hier te lande geldend stelsel beter
waarborgen oplevert, dat de aangeteekende brieven
in handen van den rechthebbende komen, dan het
andere stelsel, dat gelijk de ervaring leerde, elders
veroorzaakt dat de besteller van aangeteekende brie
ven in een hinderlaag wordt gelokt en van zijn
kostbaren last, soms zelfs van ziju leven wordt be
roofd.
VIII. Nog werd aan de Maatschappij tot exploi
tatie van Staatsspoorwegen een schrijven gericht,
waarin werd aangedrongen op
1. het verkrijgbaarstellen van vierdaagsche re-
tourbilletten, ter vervanging van de tweedaagsche
2. de vorbetering van de correspondentie met
Rotterdam, door het groot aantal treinen, dat juist
daarheen glipt, te verminderen
3. de verbetering van de aansluiting zoowel te
Rotterdam, als te Utrecht en te Arnhem, vooral
naar het Zuiden
4. de verbetering van de aansluiting met Amster
dam door den trein die te 3.45 van het centraal
station naar Rotterdam vertrekt voortaan te doen
ophouden
5. het verkrijgbaarstellen van personenbiljetten
en bagagere9u's 'naar en van de statitons aai do oude
lijnen der Maatschappij
6. en van abonnementen voor reizigers.
Het antwoord luidde: dat volgens ministerieele
beslissing alle voor 15 October 1890 bestaande ta
rieven voorloopig moeten gehandhaafd blijven, dal
echter bij de nieuwe tarieven die binnen betrek
kelijk korten tijd verwacht worden de oude lijnen
der Rijnspoorwegmaatschappij gelijk als die der Staats
spoorwegen zullen behandeld worden, en dat op de
overige punten zal worden teruggekomen, hetgeen
nog niet is geschied.
Aldus vastgesteld in de Vergadering der
Kamer van Koophandel en Fabrieken te
Goudaden 26 Februari 1891.
C. J. C. PRINCE,
Vlorzitter.
Mr. J. FORTUIJN DROOGLEEVER,
Secretaris.
De uitslag van de verkiezing te Geestemünde
blijft natuurlyk overal het onderwerp van den dag.
Dat prins Bismarck, de grootsto staatsman dezer
eeuw en de stichter van het Duitscho rijk, om een
zetel in den Rijksdag te verkrijgen, uog in het strijd
perk moet treden tegen een onbekenden sigarenma
ker, wordt natuurlijk overal op den voorgrond ge
steld.
De Times vindt daarin aanleiding de houding af
te keuren van het Duitsche volk, hetwelk den stich
ter van Duitschlands eenheid reeds lang een zetel
in den Rijksdag had moeten geven. Nu verkeert
Bismark in een valsche positie, maar indien hij lid
wordt van den Rijksdag, krygt hij gelegenheid zijn
grieven tegen de regeering openlijk te berde te
brengen. Alleen door Bismarck tot lid te kiezen
van den Rijksdag, waar hij waarschijnlijk wel als
leiders der oppositie zal zal optreden, kan het Duitsche
volk, naar de limes meent, den gewezen kanselier
redden uit de scheeve verhouding, waarin hij na
zijn aftreding tot den Keizer is geraakt.
Toch zal Bismarck bij tweede stemming wel ver
kozen worden. De nationaal-liberalo bladen, gelijk
o. a. de Kölnische Zeitungdie aanvaukelijk volstrekt
niet bijzonder met Bisraarcks candidatuur ingenomen
waren, sporen nu hunnen partijgenooten dringend aan,
bij den tweeden strijd Bismarck als één man te steu
nen, ten einde in elk geval te verhoeden, dat de
gewezen kanselier het onderspit delft en het district,
voorheen door den nationaal-liberalen partijleider Von
Bennig8en vertegenwoordigd, in handen valle van een
sociaal-democraat.
Dat dit zal geschieden, is niet zeer waarschijnlijk;
want om den socialist de meerderheid te verschaffen,
is het noodig, dat 4 5 der Welfen en liberalen op
Bismareks tegenstander steramen. Dit zal nu wel
niet gebeuren, en daarbij zijn nog 12000 kiezors thuis
gebleven van wie de meesten tol de nationaal-liberalen
en conservatieven behooren. Indien do nationaal-
liberalen nu met alle kracht aan den arbeid gaan,
is het dus te verwachten, dat hun stemmen-aanfril
bij den tweeden strijd naar verhouding sterker toe
neemt, dan dat der tegenpartij.
Zoo zeker achteu zelf Bismareks vrienden zijn
verkiezing, dat zij reeds bvzig zijn een goede plaats
in deu Rijksdag voor hem te zoekeu. De beste
plaats, die nu open is, is die van Windhorst, maar
het zal' de vraag zyn, of het centrum deze eereplaats
aan Bismarck zal willen afstaan, Voorloopig is
besloten de plaats van den heer Von Puttkamer,
wiens benoeming tot gouverneur eener provincie weldra
wordt verwacht, voor den gewezen kanselier open
te houden.
Prins Bismarck zal dus wel in den Rijksdag komen,
maar niet met glans. De heer Eugen Richter!
Bismarck felste tegenstander, kan zich dan ook het
genoegen niet ontzeggen nog eens te herinneren
aan een woord, dat Bismarck voorheen voor derge
lijke verkiezingen dikwijls placht te gebruiken en dit
nu op hem zeiven toe te passen; //Prins Bismarck
komt als leenman van andere partijen op vreemde
verkiezingskrukken den Rijksdag binneustrompelen".
De Duitsche Rijksdag is nog altijd aan do sociale
ontwerpen en wel de tweede lezing. Hard schiet
t niet op, maar dat liet zich ook uiet verwachten
het onderwerp is er niet naar. Een lange discussie
had plaats bij het artikel, waarin bepaald wordt,
dat kinderen beueden 13 jaren niet werkzaam mogen
zijn in fabrieken, beneden 14 jaren niet langer dan
6, en beneden 16 jaren niet langer dan 10 uren
per dag. De sociaal-democraten verlangden, dat de
laatstgenoemde leeftijd tot 18 jaren zou verhoogd
worden en arbeid beneden *14 jaren verboden zou
zijn. Hun voorstel werd verworpen en het artikel
aaugenomen. De Regeering deed uitkomen, dat het
socialistische voorstel verder ging in de beperking
van den arbeid van jeugdige personen dan de wet
geving van andere landen, b. v. 'Oostenrijk en Zwit
serland, verder zelfs dau Engeland.
Het Portugeesche Miuisterie besloot mët uitzon
dering van éen lid aan te blijven. Men verneemt
uit Lissabon, dat de Regeering aan Engeland zal
voorstellen eenige wijziging te brengen in de voor
gestelde overeenkomst aangaande Zuid-Afrika en
inmiddels den modus vivendi tot Juni te verlengen.
Landgenooten t
Het is nu ongeveer zeven jaren geleden, dat de
geldelijke toestand, waarin de Maatschappij van Wel
dadigheid toenmaals verkeerde, ons tot het houden
eener Algemeene Collecte in den lande noodzaakte.
De directe aanleiding bestond destijds in het over
lijden van H. K. H. Prinses Marianne der Neder
landen, do edele Vorstin, tegenover wie de Maat
schappij zulke groote verplichtingon heeft en die
haar vele jaren lang zoo ruimschoots steunde.
De uitslag van de collecte beschaamde onze goede
verwachtingen niet. Ruim 55,000 werd aan giften
ontvangen, terwijl 825 nieuwo leden zich aanmelden.
Door deze uitkomst werden wij in staat gesteld
den dienst in de Koloniën, tot op dit oogeublik, naar
behooren te doen vervullen en kunnen wij zelfs op
dezo laatste jaren, als op een tijdperk van ontwik
keling voor de Maatschappij terugzien.
Van deze ontwikkeling getuigen de drie in dat
tijdperk gestichte vakscholen voor Tuinbouw, Bosch-
bouw en Landbouw, welker stichting voornamelijk
te danken is aan den edelen weldoener der Maat
schappij, ons Eerelid, den heer F. H. L. van Swieten
en voor twee van welke ons eene rogeeringssubsidie
is toegekend. Van die ontwikkeling getuigt ook de
aanzienlijke uitbreiding aan de Mandenmakorij ge
geven, welke meer en meer een tak van kunst-nijver
heid werd en als eene ambachtsschool kan worden
beschouwd, waarop thans aan 45 jongelioden onder
wijs in dezen tak van nijverheid wordt gegeven.
Daarvan getuigen ook de oulangs tot stand gokomen
leerschool voor het boekdrukkersvak, te Steenwijk,
en de belangrijke aanleg van bosschen, ongetwijfeld
de beste gelegenheid tot werkverschaffing in de win
termaanden.
Ook op het gebied van armenzorg, het eigenlijke
terrein, dat tot den werkkring der Maatschappij be
hoort, zijn die zeven jaren niet onvruchtbaar geweest;
de aanvragen tot plaatsing van nieuwe gezinnen, ge
durende geruimen tijd uiterst gering, zijn in de laatste
jaren aanzienlijk vermeerderd, zoodat thans tal van
verarmde geziunen de koloniën hebben bevolkt en nog
verscheiden andere op plaatsing wachten.
Moet men van de eene zijd® deze herlevende be
langstelling toejuichen, ann den andoren kant valt
het niet te outkennen, dat daarmede groote kosten
gemoeid zijn.
Hierbij komt, dat wy van de gemeentebesturen,
die in de eigenlijke verpleging van gezinnen in 1870
nog ruim 7000 bijdroegen, bijna niets meer ont
vangen sedert d'o invoering van d-e in 1871 gewij
zigde armenwet.
Dat dit alles belangrijke uitgaven vordert, is duide
lijk. Behalve deze gowone jaarlijksche uitgaven moet
bovendien nog gedurende 23 jaren een bediag van
7000 betaald worden, als annuiteit aan de Rotter
damsche Hypotheekbank.
Toch zo\j dit alles geen zorg baren, wanneer de
leden, die door hunne contributie de Maatschappij.,,
steunen, z66 talrijk waren als een? instelling, die
ten bate van hot algemeen werkt, verdient.
Dit is echter niet het geval, terwyl ook het be
drag der giften en legaten vermindert.
Het zal dus niemand verwonderen, dat wij, bu:-
tengewone maatregelen moetende nemen, tot het lx».