Aan de Kiezers. Buitenlandse!] Overzicht. Hervorming van het samenstel onzer tot regeling van den krijgsdienst, in Met.betrekking tot het arbeidsvraagstuk heb ben wjj in hoofdzaak slechts te herhalen, wat daar omtrent in ons programma van 1887 werd gezegd. Onze wenschen le doen luiden De administratieve rechtspraak worde De „Liberale Unie" vertrouwtdat deze denkbeelden bij' de aanstaande verkiezingen door de liberalen eenparig zullen worden gehuldigd. "v 1 Vjjf spraken bezongen om strijd het thema der zware financieele en penoneele lasten, die de nieuwe legerwet zal leggen op de schouders der natie. Ook al geen nieuw liedde rraag is maar of onze lerende strijdkrachten afdoende kunnen verbeterd worden, zonder de natie nieuwo lasten op te leggen. De heeren Van Vlijmen, Van Nunen en Guyot hebben elk hun eigen stelsel, dat niet strookt met dat van den minister, dooh als men het hunne wel beschouwt, sollen er wellicht nog grooter lasten noodig zijn voor de uitvoering. Merkwaardig was althans, dat zij in sommige opzichten oordeelen, dat de Begeering niet ver genoeg gaat. De beide eerste sprekers behooren tot de onverzoenlijke tegenstanders; de heer Guyot liet zich niet zoo duidelijk uit en kan wellicht door aan te brengen wijzigingen overgehaald worden de wet te stemmen. Vermakelijk waren de redevoeringen der heeren Domela Nieuwenhuis en De Geer, de eerste om zijne schromelijke overdrijving, de tweede om zijn komische uitvallen. De heer Nieuwenhuis is voor la mort sow phrase, want hij stelde de volgende motie voor «De Kamer. Overwegende dat de hoofdbeginselen van dit wets ontwerp zjjn verhooging van het contingent en ver meerdering der oorlogsuitgaven overwegende dat door aanneming daarvan eenbe- denkelijken stap wordt gezet in de richting van het militarisme, den kanker, die knaagt aan de welvaart van alle volkeren keurt de hoofdstrekking af van dit wetsontwerp, ondanks het daarin opgenomen rechtvaardig beginsel van afschaffing der plaatsvervanging, en gaat over tot de orde van den dag. De heer De Geer wist, als gewoonlijk, op de lach spieren te werken der vergadering door allerhande snaaksche gezegden. Zijn argumenten wiepen anders op de bestrijders van deze wet waarlijk geen fraai licht. Want als het waar ia en ontkennen zullen wjj het niet, dat de toestanden in de kazorne te wenschen overlaten en, dat de rechtstoestand van een soldaat treurig is, moet daarin dan een wapen ge zocht worden tegen deze legerwet, die eindelij- ook den vermogende den plicht oplegt zjjn vaderland te verdedigen Het jaarverslag over 1890 van de stoomvpartmaat- schappij (Nederland) is verschenen. De resultaten van het boekjaar 1890 zijn iets minder dan die van het vorige jaar, doch zij geven stof tot tevredenheid, als men in aanmerking neemt, dat het verlies te betreu ren was van een der nieuwste en snelste stoomsche pen en dat de zeer geringe tabaks- en koffieoogsten op Java nadeel toe brachten in de thuisvrachten. Men had volle schepen op de uitreizen een toene mende rjjstuitvoer van Java stelde eenigzins schade- deloos voor wat men bjj de bovengenoemde produc ten mdest dervenhet passagiersvervoer bleef op ongeveer dezelfde hoogte. Er blijft een netto winst ƒ680,884.51, waarvan een uitdeeling veh 9"I0 pCt. kan worden gedaan aan de deelhebbers, bedragende over het geplaatst kapitaal van ƒ5,189,000 ƒ503,333. Het (Ned. Jongelingsverbond) zal zijn aanstaande jaarvergadering houden op Hemelvaartsdag in het Loge-gebouw te Arnhem. Het bijzonder belang dezer vergadering ligt, blij- het program, in de Wereldconferentie van Jongelings door waanzin of storing van den geest aan te Voe ren.... Vroeg of laat zal een stem in zijn binnenste hem aanklagen; vroeg of laat ontstaat de wroeging, wordt steeds grooter en verteert hem.... Hij, die aan niets gelooft, noemt die stem: de vrees; hij, die aan God gelooft, noemt die wroeginghet geweten. X. Miss Sidney wenschte, dat haar huwelijk in allen eenvoud zou voltrokken worden. Dit eenvoudige kind haatte alle uiterlijk vertoon. Waarom zouden wij er zooveel drukte van maken? zeide zjj op een avond tot Alice. 1 Het komt mij voor, dat die schitterende plechtigheden slechts dienen om de jjdelheid der domme wereld te bevredigen. Mevrouw Dutac begon te lachen. Ge hebt volkomen gelijk, zusje. Het zou mij trouwens ook zeer verbazen, indien wij niet meestal van hetzelfde gevoelen waren. Maar onthoud wat ik u voorspelindien gij weigert aan de modp te gehoorzamen, zal iederoen u dat kwalijk nemen. O, iedereen 1 Ge denkt, dat ik overdrijf? Men kan wel zien, dat ge Parijs nog niet kent. De Parijzenaars, lieve, zijn kinderen en leegloopers. Zij worden boos op hen, die hun van een verwacht genoegen be- rooven. i Het jonge meisje maaktë een bevallige beweging van ongeduld. vereen, in Augustus a. s. te Amsterdam te houden. De voorbereidende werkzaamheden daartoe zijn in volle gang, en uit Engeland, Zwitserland en Duitsoh- land komt men zich persoonlijk op de hoogte stellen. Hei is trouwens een zeer uitgebreid veld. Er gaan b. v. een dozijn en meer beschjjvingsbrieven naar Turksch-Azië. Trouwens ook Jeruzalem bezit thans een Jongelingsveraeniging. De bovenvermelde vergadering te Arnhem is echter uitsluitend voor afgevaardigden en leden van Jonge- lingsvereenigingen bestemd. Het Maandblad der Nederl. Vereeniging voor teekenonderwjjs bevat in het gisteren verschenen nom- mer de volgende mededeeling van den heer W. B. G. Molken boer. Van de beoordeeling der ontwerp-reclamekaarten in zake het oonoours Braudsms, die 11 Maart jl. te Berlijn plaats had, heeft prof. dr. Julius Lessing, direoteur van het Koninkl. Kunstindustriemuseum te Berlijn een protocol opgesteld, dat door prof. Basch- dorff, die het voorzitterschap in die jury bejcleedde en verder door alle leden der commissie is onder teekend. Daarin wordt van het bekroonde ontwerp het werk van den kunstschilder M. A. J. Bauer te 's-Gra- venhage gezegd «Het ontwerp M. geeft ons in geestige schets een «optocht te zien van Japanners, die theekannen dra- «gen, waarvoor een breede schaar Japansohe vrouwen «eerbiedig neerbuigt.» «Door een gouden ton aan den linker bovenkant «wordt zelfs op grooten afstand de aandacht getrok- «ken; het koloriet is buitengemeen aantrekkelijk. «De schetsachtig behandelde figuren zouden evenwel, «om eeue goede uitvoering in druk te verkrijgen, «nog wat nader moeten afgewerkt worden". Beeds dadelijk bij de beoordeeling trok te midden der 170 ontwerpen het werk van onzen landgenoot de aandacht der op éêu uitzondering na, alle Duitsche juryleden. Na de herhaalde schiftingen bleef het ontwerp M. als vanzelf over als het best gekeurde. Zonder dis cussie werd toen aan de teekening van den heer Bauer den eersten prjjs toegekend. Zoodra het be kend was, dat het bekroonde werk door een Neder lander was vervaardigd, gaven de Duitsche profes soren aan de heeren Brandsma en Molkenboer luide hunne sympathie voor hun landgenoot te kennen. Nopens de jongtfe gebeurtenissen in Endeh ter Zuidkust van het eiland Floras en de aanleiding daartoe, wordt door de Javaeche Ct. het volgende medegedeeld Terwijl in het gebied van Endeh, waar een post houder gevestigd is, de kustbevolking het Bestuur weinig aanleiding tot moeilijkheden geeft, maakt de bergbevolking er zich dikwijls schuldig aan roof tochten en andera euveldsden. Een vermaard hoofd dezer berg-Endehneezen, met name Ata Nggai Ba- ranoeri, dreef in Juni 1889 den overmoed zbd ver, dat jiij met een veertigtal gewapenden naar de wo ning van den posthouder zich begaf, een op last van dien ambtenaar door den radja van Endeh in beslag genomen prauw, waarmede clandestien kruit was ingevoerd, terug eischte, en zich alleen door de tegenwoordigheid van gewapende Boegineezen liet terughouden van gewelddadigheden. Kort daarop werd hem door de hoofden van Endeh het verder Dus, hernam zjj, Boland en ik zijn veroor deeld, ons door die menschen te laten aangapen, alsof wij tooneelspelers waren. De levendige opgewondenheid van Florence ver dubbelde Alice's vrolijkheid. Maar, arm kind, wat zijn wij dan anders dan comedianten Let wel op, dat ik niet voor mij zelve spreek, want ik ben dubbele comediante 1 Ziet ge, het groote geheim van het leven,, om voor .'kwaad sprekerij zoo goed als bevrijd te blijven ikzeg zoo goed als is, nooit iets anders te doen dan hetgeen men van u verwacht. Mijn broeder bekleedt een hooge betrekking. Gijzelve staat niet minder hoog. omdat gij tot een der rijkste families uit Amerika behoort. Hoe zouden de leegloopers, van wie ik u daareven sprak, kunnen aannemen, dat ge buiten hen kondt? Het meisje moest zich wel gewonnen geven. Met haar helder verstand .oordeelde Alice zeer gezond over de dingen van hm leven. Iederoen ^rheugdnzich in het vooruitzicht op het groote feest, dat Jgevrouw Dutac zou geven bij het huwelijk van haar broeder. Maar toen men vernam, dat de bankier Montfranc zijne zaken liqui deerde en een eenvoudig,rentenier werd, baarde'dit groot 'opzien. Deze maatschappij «fin de siècle", die alleen achting en liefde voelt voor het geld, was zeer verbaasd, en bijna geërgerd1, vooral de financiers, die altijd hoop hebben iÉbnderen zich te zien ruïneeren. 71-9? verblijf aldaar ontzegd en wees het bestuur hem Koepang als verblijfplaats aan. Tijdens de resident in het belang van het daar ingesteld tinonderzoek op Zuid-Flores vertoefde, wist Baranoeri van Koepang te ontsnappen en naar Endeh terug te keeren, waar hij bij z|jne vroegere volge lingen al dadelijk wederom esn sterken aanhang vond. Aan het hoofd eener talrijke bende berg-Endehnee zen deed h(j een inval in het gebiod der strand- kampongs, waar h|j door plundering, brandstichting en andere gewelddadigheden zoodanigen schrik onder de bevolking verspreidde, dat velen de vlucht namen naar Noesa Endeh en de hoofden 's Gouvernement» hulp inriepen. Zoodra de resident van het voorge vallende kennis had bekomen, werden 30 gewapende {lolitiedienaren met hun instructeur naar Endeh ge zonden en keerde de posthouder die b|j de expedi- tionnaire colonne op Zuid-Flores zich bevond, naar zijn standplaats terug, met last om de bevolking gerust te stellen, den radja aan te sporen Endeh in staat van tegenweer te brengen en Baranoeri iu handen te krijgen. Alle daartoe in het werk ge stelde pogingen bleven echter aanvankelijk vruchte loos. Wel trok de radja herhaaldelijk met de strand bewoners uit om Baranoeri, die bij aankomst der gewapende politiedienaren de wijk naar het gebergte had genomen, aan te vallen, doch slechts de kampong, waar hjj zioh had versterkt, werd verbrand Baranoeri vluchtte naar de op ruim twee uren afstands van Endeh gelegen, mede goed versterkte kampong Manoe Ngo-oh, die, besohermd door op goed gekozen pun ten aangelegde versterkingen, hem een veilige schuil plaats aanbood, van waar hij herhaaldelijk stroop tochten naar de strandkampongs ondernam. Onder deze omstandigheden meende de regeering in Nov. jl. aan den Besident de besohikking te moeten ge ven over een oorlogsbodem. Daar intusschen het herstel der orde in het gebied van den radja van Endeh geacht moest worden iu de eerste plaats de taak te zijn van den radja, spoorde de resident, die na afloop der tiuexpeditie op Flores' Noordkust naar Endeh was vertrokken, den radja en zijne hoofden, in afwachting van de komst van genoemden bodem, ten krachtigste aan om met de hun ten dienste staande middelen Baranoeri op te vatten en nit te leveren. Het gevolg biervan was dat z|j weder een groote macht op de been brachten en daarmede uit rukten, doch zonder eetiig succes. En aangezien eene verkenning van Baranoeri's schuilplaats aan toonde, dat van eene bestorming door de gewapende politiedienaren geen sprake kon zjjn, werd besloten de komst van den door de Begeering aangewezen oorlogstoomer af te wachten alvorens tegen Baranoeri en zvne berg Bndeneezen te ageeren. De Besident keerde daarop naar Koepang terug, waar den len Jan. Hr. M. «Java» terftede aankwam. De 7en dier maand werd de reis naar delpih-baai in Eideh aanvaard, welke door de «Java» en den Gouvernementsstcomer «Zwaluw» den volgenden dag werd bereikt. Intusschen had Baranoeri en zjjn aanhang de schorsiog; der vijandelijkheden benut om het aantal versterkte punten om de hoofdversterkingen aanzien lijk te vermeerderen, hetgeen den instructeur der politiedienaren was gebleken, die herhaaldelijk met een kleine macht verkenningen had gedaan, zonder te worden aangevallensteeds trokken de verdedigen bij nadering der patrouilles achter hunne verschan singen terug. Dat zjj zich daar niet ten onrecht» Er waren weinig wanklanken in het koor vsn lofzanger,. Niet, dat eenige goede vrienden de ge legenheid lieten voorbijgaan om een beetje kwaad te spreken; maar de links en rechts verspreid» praatjes waren niet al te giftig. Bjj de genegenheid die Boland inboezemde,mengde' zich een zeken vreesen de Parijzenaar heeft alleen ware achting voor hen, die bij ducht. Wee hen, die beschnldigd worden van «goedigheid I" Zjj worden aan de wilds beesten overgeleverd, evenals de onschuldige Chris tenen uit de Bomeinsche tijden. Na het bal ter gelegenheid van het teekenen vsa het contract werd de lof alg^uen, en de dames verborgen haar opkomende ijverfUt. Zij roemden om bet zeerst miss Sidney, die;<)^jef en aanvallig als altijd, nu nog schooner was dotit de zekerheid van haai; aanstaand geluk. Haar oogen schitterden van verwachting en van liefdehunne doorschijnende klaarheid werd nog levendiger door dop helderen glans, gelijk aan zonnestralen, die in een saphir schijnen opgevangen en vastgehouden. Dicht bjj de ruime, met zeldzame planten ver sierde serre stonden vier of vijf Parijsche dames op haar gemak te babbelen, terwijl eenige heeren haar geduldig gehoor verleenden. Zij ziet er rfiet kwaa<V uit, die kleine, zeide mevrouw Audeberte de Ganges, een aardige, slanke brunette, met levendige' gebaren. Alleen bey ik bang dat zij spoedig oud zal zjjn., (.Wordt vervolgd.) veilig gevoelden, werd den 9 Januari ondervonden, toen op last van den resident van Timor eene landings- divisie van dj> Java, in vereeniging met de politie- maoht en de ongeveer duizend man sterke benden van den radja (die evenwel niet in het vuur kwamen), uittrok om de vijandelijke versterkingen, welke te voren gedurende eenige uren door H. M. Java met granaatvuur waren beschoten, te tuohtigen en de kampongs, die Baranoeri's zjjde hadden gekozen, te noodzaken tot zijne uitlevering. Het scheepsgeschut bleek weinig uitwerking te hebben gehadde onder ling verbonden, op steile hellingen van rotsteenen opgetrokken vijandelijke versterkingen gaven den daarachter in kuilen opgestelde Endeh neezen gelegen heid, straffeloos de naderende troepen mot geweer- en donderbusvuur te1 teisteren, terwijl de op hen af gevuurde kogels tegen de borstweringen afstuiten. Van de uitvoering van het gemaakt plan moest daarom worden afgezien toen na een marsch van ongeveer een halfuur de meest vooruitgeschoven verschansing van den vjjand bereikt en deze daaruit verdreven was, bekwamen toch de troopen bjj eene verkenning tot het vinden van een weg, waar langs het reeds zichtbare Manoe Ngo-oh te benaderen zou zjjn, al dadeljjk een viertal gewonden door het vuur van den achter zijne verschansingen onziohtbaren vjjand, en een verdïer voortrukken zou, zonder nut, ongetwijfeld op aanzienlijke offers te staan zjjn ge komen. De overtuiging verkregen zjjnde dat met de be- sohikbare middelen aan ageeren te land tegen Bara noeri n iet te denken viel en voor het bombardement zjjner versterking verder dragend geschut dan van de Java diende to worden gebezigd, werd Hr. Ms. sobroefstoomschip le klasse Van Speijk den 12n Februari naar Endeh gedirigeerd. Daarop werd Manoe Ngo-oh door de beide oorlogbodems eenige dagen aohtoreen onder vuur genomen en eindeljjk in brand gesohoten, hetgeen de onderwerping van do weerapanningen ten gevolge had. Op den 6den Maart opende het vjjandige Boa Biki onderhande lingen over de uitlevering van Baranoeri, die vijf dagen later tot diens onderwerping leidden. Tevens kwam tusschen Endeh en het meerendeel der berg bevolking 43 vrede tot stand. Deze laatste berichten zjjn ontleend aan een op 12 dezer door den Besident uit de Ipih-baai ver zouden telegram, waaruit nog blijkt dat Baranoeri doorhem naar Koepang zou worden medegenomen. De Tweede Kamer der Staten-Generaal, voortge komen uit de verkiezingen van 1888, zal weldra haro loopbaan hebben volbracht. Nog enkele maan den en wederom zullen de kiezers geroepen worden tot samenstelling van dien tak der Vertegenwoordi ging. Het Nederlandsohe volk heeft zioh dus reken schap te geven van hetgeen het thans ton einde spoedend tijdperk voor 's lands belang heeft opge leverd. Met de daarin opgedane ervaring voor oogen, zal het hebben te beslissen, in welke richting 's lands zaken zullen worden bestuurd in de eerstvolgende wetgevende periode. Het beleid der tegenwoordige meerderheid heeft alom teleurstelling gebaard. Bedriegen niet alle tee kenen, dan wendt het land zich af van partyen, die getoond hebben zijne behoeften niet te begrijpeB, veel minder die te kunnen bevredigendan verlangt het niet anders, dan zijn vertrouwen te hergeven aan eene waarlijk liberale staatkunde. En voorzeker zal de natie bereid zjjn dat te doen, wanneer deze staat kunde bljjjf geeft van haro ernstige begeerte om zich te wjjden aan het tot stand brengen van de hervormingen, die het belang van het Nederlandsohe volk eischt. Welke die hervormingen zjjn, w»t dus het wacht woord moet wozen bjj de aanstaande verkiezingen ons schijnt het niet twijfelachtig. De kiesbevoegdheid voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal worde door onbekrompen toe passing van het voorschrift der Grondwet uitgebreid ook tot den kring der werklieden, die reeds te lang daarvan verstoken bleef. De wetgever ga aanstonds zoover, als eene eerljjke uitlegging der Grondwet hem veroorlooft. Persoonlijke en geheimh invulling van het stembiljet in het loluial der stemmiug worde toorgeschreven. Detastingen worde met alle kracht ter hand ge nomen. Niet langer worde gedraald met de invoe ring eener progressieve directe belasting, die een' einde maakt aan het. onduldbaar privilege, dat het roerend vermogen thans geniet. In verband daar mede moet de patentbelasting hetzij opgeheven, hetzij vervormd wordepaccijnzen op eerste levensbehoeften moeten vervallen, de druk der mutatierechten moet worden verlicht. Zoo noodig worde de successie- plasting uitgebreid, echter zoodanig, dat, voorzoover zjj in de reohte lijn wordt geheven, de kleine ver mogens in geen geval zwaarder worden belast. In het algemeen worde gewaakt tegen te zware belasting van den kleinen middelstand en rekening gehouden met de belangen vad den landbouw, dien gewichti- gen tak van onze volkswelvaart. Met deze hervormingen moetenjnaatregelen ge paard gaan, om de gemeenten in" hare fiuancieêle moeilijkheden te gemoet te komen. Woeden onze wenschen vervuld, dan zal, als* traks de stembus wordt geopend, het aanhangig ontwerp hoofdbeginselen ongowjjzigd, dank zij de medewerking van de meerderheid der liberalen, reeds tot wet zijn verheven. Mocht dit onverhoopt niet het geval zjjn, dan neme op het liberale program eene voorname plaats ineene legerinrichting, in hoofdzaak overeenkomende met het stelsel, in het ontwerp-Bergansius neerge legd, eene legerinrichting die gegrond is op het be ginsel van den persoonlijken dienstplicht, en welke getuigt, dat Nederland vast besloten is zijne onaf hankelijkheid en zijne neutraliteit tot het uiterste te verdedigen. dat maatregelen worden verordend ter bevorde ring van veiligheid en gezondheid in fabrieken en werkplaatsen dat aan iederen arbeider een wekelijksche rustdag worde gewaarborgd dat de verzekering van den werkman tegen onge lukken worde geregeld en aan voorzieningen bij ziekte, ouderdom en overlijden krachtig de hand geslagen worde dat het vakonderwijs, met name het ambachts-, fabrieks- en landbouwonderwijs, van overheidswege op afdoende wijze worde gesteund dat het arbeidscontract b|j de wet worde geregeld en de naleving daarvan boter worde verzekerd door eene ook buitendien hoog noudige vereenvoudiging van ons procesrecht; dat tot vertegenwoordiging der arbeidersbelangen adviseerende arbeidskamers worden georganiseerd. En bovenal worde leerplicht ingevoerd, waar aan thans, na beëindiging van den schoolstrijd, geen beletsel meer in don weg staat. foo geregeld, dat de burger gevrijwaard is tegen willekeurige wetstoepassing door de overheid. De nooden en behoeften binnen eigen grenzen mogen Nederland niet doen vergeten de dringende plichten die het heeft te vervullen als koloniale mogendheid. Ook onze overzeesche bezittingen bieden een ruim veld van werkzaamheid voor eene voor uitstrevende staatkunde. Zoo worde een gedeelte der bestuurstaak in Oost- Indië van het centraal gezag overgebracht naar de deelen. Er worde gestreefd naar gestadige vermin dering van den druk, op de inlandsche bevolking gelegd door heeren- en cultüurdiensten. Met vasten^ tred worde op den ingeslagen weg voortgegaan en worden maatregelen genomen, opdat ook de laatst- overgeblevene der gouvernementscultures aan de vrije industrie worde overgegeven. Ten aanzien van het opium vraagstuk trachte men door eene afdoende regeling het misbruik te keeren. Namens de,^Liberale U n ie," HET vBESTUUR Mr. E. E. vin RAALTE, Voorzitter. P. J. de WITT, Secretaris. Aldus vastgesteld in de Algemeene Vergadering der Liberale Unie, gehouden te Amster- dam op 11 April 1891. P. J. de WITT, Secretaris. Bij de voortgezette behandeling van de Gewerbe- novolle in den Duitschen Rijksdag vonden Vrijdag en Zaterdag zeer interessante discussiën plaats, die verdienen iets nader in het oog te worden gevat. Door de socialisten was in den vornl^an een amendement een voorstel gedaan tot invoering van den maximaal- arbeidsdag. Zij stelden voor onmiddellijk een arbeids dag van hoogstens tien uren, te beginnen met jaar het jaar 1894 een werkdag van negen uren en na 1898 een van acht uren id te voeren. Zonderonder scheid verklaarden zich alle partijen in beginsel voor een verkorting van den arbeidsuur, doch toonden aan, dat zulke betrekkingen reeds krachtens andere bepalingen der wet kunnen ingevoerd worden. Een der sprekers, hoofd van een der grootste industrieela inrichtingen, erkende de wettigheid van de eischen der arbeiders op dit punt en stemde zelfs toe, dat zy in het welbegrepen eigenbelang van het meerendeel der industrieën zyn, wyi een werkman, van wien geen overmatige arbeid wordt gpvorderd, beter en meer geregeld zal produceeren. Edoch, waren alle sprekers het iji beginsel eens, dat te hoogo eisehen aan werkkracht der arbeiders worden gesteld beginselen zyn altijd mooie din gen, vooral voor volksvertegenwoordigers alleen de sociaal-democratische woordvoerders achtten het invoeren van een maximaal-arbeidsdag mogelijk. Alle overige partijen meenden, dat het niet aanging voor alle bedrijven een gelijken werkdag vast te stellen, omdat dit niet zou zijn in het belang der industrie, met het oog op de concurrentie, terwijl bet evenmin het belang der arbeiders zou bevorderen, daar zij tengevolge van de daaruit voortvloeiende loonsver lagingen evenzeer schade zouden leideh. Te vergeefr wederlegden de sociaal-democratische afgevaardigden de laatste opvatting, als zou loonsverlaging uit hun voorstel moeten voortvloeien. Ten slotte werd het voorstel betrekkelijk den maxi- maalwerkdag yerworpen met alle stemmen behalve die der sociaal-democraten. Dit besluit was te voor zien bet blgft achter een verblijdend verschijnsel, dat in het Duitsche parlement door alle partijen en ook door do regeoring de noodzakelijkheid van een vermindering van den arbeidsduur is erkend. Namens het centrum verklaarde zelfs een spreker zich ten gunste van een maximum van arbeidsuren, hoewel hij thans nog zijn stem tegen het voorstel zou uit brengen wegens de ernstige en gevaarlijke gevolgen, welke op dit oogenblik een Vermindering van den werkdag van 12 op 8 uren zou na zich sleepen. Wat het standpunt der regeering betreft, de minis ter Von Berlepsch verklaarde zich tegeu het voorstel, wijl men volgens hem, iniïjen een maximum van kerkuren werd vastgesteld, ook een minimum moest aannemen. Bovendien veroorloofde do toestand der Duitsche industrie met het oog op de buitenlandsche concurrentie op dit oogenblik geen vermindering van den arbeid. Overigens hield de minister zich over- tuigd, dat de toestand der industrie niet lang meer een^ betero regeling van den werkdag zou in den weg1 staan. Bij de voortgezette behandeling van het wetsont werp op Zaterdag nam de Duitsche rijksdag voor vrouwelijke arbeidsters een maximaal-arbeidsdag aan. Deze werd vastgesteld op 11 uren. Te vergeefs be proefde een afgevaardigde der volkspartij hem op 10 uur te brengen. Hoewel de miuister Von Ber lepsch mededeelde, dat ook de regeering een gelijken korten arbeidsdag wenschte, verklaarde hij toch daar van voorloopig te moeten afzien, daar blijkens in gewonnen inlichtingen de fabrikanten wegens de storingen in het bedrijf, die daarvan het gevolg zoy- den zijn, en de vermindering van het concurrentie vermogen tegenover bet buitenland, er toe zouden overgaan om alle gehuwde vrouwen uit de fabrieken te verwijderen. Ofschoon het voorstel om den werkdag op 10. uur te stellen krachtige verdediging vond, ook van sociaal-democratische zijde, waarbij men staande hield, dat deze verkorte arbeidstijd voor Vrouwen, tenge- gevolge van intensievere arbeidsproductie, zonder schade voor de iqdustrie kon ingevoerd worden, bleef de rijksdag by het oorspronkelijk voorstel van 11 uren, met toevoeging van een amendement, strekkende om den arbeidsters, die een huishouden hebben te verzorgen, 's middags een hall uur vroe ger vrij te geveu. De( Duitsche bladen spreken zeer uitvoerig over een parlementaire nederlaag, welke baron Von Huene zou hebben ondergaan en wel als opvolger van Wind- horst, als aanvoerder van het Centrum. Huene schijnt zich wat op den \oorgrond geplaatst te heb ben of althans wat voel haast gemaakt een vergely'k met de conservatieve partij tot stand te brengsn ten opzichte van de plattelands-gemeentewet. De conser vatieven echter vonden lo. dat Huene ach wat druk maakte en 2o. dat hy door de linkerzyde van het Centrum zich te ver had laten drijven en eenige amendementen, door hem voorgesteld, van oj^ser- vatief standpunt onaannemelijk waren. Het gevolg was, dat de conservatieven het eens werden met de nationaal-liberalen en de mannen van het Centrum lieten staan. Voor de ultramontanen is dit te onaan genamer, oihdat voor do eerste maal na den dood van Windhorst was, dat het Centrum geschaard op trad'onder Huene. v De Duitsche Bondsraad zal den rijksdag nog een suppletoire begrooting van 5 millioen M. geven, waarvan 3 millioen buitengewone uitgaven voor eens (de helft daarvan is'voor de kolonie Kameroen be stemd) en een. halt millioen tot verbeteriftg van dé bezoldiging van ambtenaren; dus een blyvendejaar-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 2