u De Rede van Prof. FABIUS. öiympïa^Feest op 't veldT nnrjiki. km; w f?egevon 1,oett- De Commissie legt bij vernieuwing "een gunstig getuigenis af over de wyze, waarop de Keukenmeester en de Keukenmeesteres zich van hunne taak kweten. Het was haar dan ook aangenaam, dat haar besluit tot verhooging van hun salaris met 3.per week door den Gemeenteraad wer^ goedgekeurd. Ook over het overige personeel, ofschoon het nog al eens wyziging onderging, was de Commissie te vreden. De Commissie verloor door het uittreden van den Heer P. C. van der Meulen, die de Gemeente verliet, een hoogst verdienstelijk lid en eenen ijverigen Secre taris, wiens belangrijk aandeel tot het welslagen der inrichting Vooral by hare oprichting on bij den aan vang der exploitatio zeer op prijs wordt gesteld. Ter voorziening in deze vacature werd tot lid der Commissie benoemd de Heer W. Begeer, die ook tot Secretaris werd gekozen. Straatverlichting. De straatverlichting had plaats door 318 gaslan taarns, waarvan 115, zoogenaamde doorbranders, van zonsondergang tot zonsopgang brandden, terwijl de overige 203 ontstoken en uitgedoofd werden al naar gelang het donkere of lichte maan was. In den loop van het jaar vermeerderde het aantal gewone straatlantaarns met 3. Bovendien werden op de Markt bij de Hoogstraat enden Korten Tiendeweg twee intensief-lantaarns model //Westminster" met 5 vlams combinatie—bran ders geplaatst. De thans op de Markt aanwezige 3 intensief-lantaarns branden eiken avond tot 11 uur. Met het vervangen van oude lantaarns door nieu we ging men ijverig voort. Er werden in verschil lende straten wederom 50 nieuwe rood koperen lantaarns gesteld. Voor de straatverlichting leverde de Stedelijke Gasfabriek in het afgeloopen jaar 190101 Ms gas tegen 41/* cent per kub. meter. De kosten door de gemeente ten behoeve der straat verlichting aangewend bedroegen giet inbegrip van die voor het opsteken en blusschen en voor het on derhoud en het vernieuwen der lantaarns 12247.485. De fabriek onderging weinig verandering. De staande stoomketel No. 2 werd door eenen liggendeu ketel vervangen. De oude afgekeurde ketel doet thans dienst als calorifère voor don grooten gas houder No. 1. Gok in het buizennet kwam geene belangrijke wijziging. Alleen werd in de Aaltje-Baksteeg eene 2 duims gegoten buisleiding gelegd, die door eenen 2 duims getrokken zinker de 9 duims hoofdbuis op de Gouwe met de 2 duims buis op de Raam ver bindt. De gasaanvoer op de Raam is hierdoor veel verbeterd. Over de lichtsterkte van het gas viel niet te klagen. Volgens de waarnemingen op de fabriek was het middencijfer naar Giroud's Vérificateur over het geheele jaar gerekend 115,9 overeenkomende met 16,23 spermaceti standaard-kaarsen. Nadere bijzonderheden omtrent de exploitatie der Gasfabriek worden in het verslag vau de Commissie van beheer over 1890 medegedeeld. Bij do Exploitatie-Maatschappij zijn reeds een 500-tal perronkaarten geldig voor een geheel jaar a 5 per stuk verkocht. Op den 2en dezer werden alléén te Utrecht bijna 700 z. g. vijf cents kaartjes afgegeven. Wy ontvingen bet 25e Verslag van de Vereeniging tot het verleenen van hulp aan minvermogende oog lijd eis voor Zuid-Holland. Daaruit blijkt dat zy over 1890 o. a. de volgende subsidien verkreeg: vnn Moordrecht 10, van Nieuwerkerk a/d IJsel 10, van Capelle a/d IJsel 10, van Krimpen a/d IJsel 10, van Kralingen 100 en van Schoonhoven 10. In het afgeloopen jaar heeft het aantal ingeschre ven poliklinische ooglyders het cyfer 4753 bereikt. Van deze woonden te Rotterdam 3004, in 118 an dere gemeenten van Zuid-Holland 1596, in 67 ge meenten van andere provinciën 145, in 8 plaatsen buiten Nederland 8. Uit Gouda werden in 1890 by do Vereeniging ingeschreven 22 personen, uit Ammerstol 1, Berg- Ambacht 6, Boskoop 1, Capelle a/d IJsel 24, Gou derak 1, Kraliugen 142, Krimpen a/d IJsel 15, Moordrecht 6, Nieuwerkerk ad IJsel 3, Ouderkerk a/d IJsel 5, Oudewater l, Reeuwijk 1, Schoonhoven 4, Waddingsveen 1 en Zeveuhuizen 3. Gouda telt 9 bogunstigers der Vereeniging. Cor respondent alhier is de heer H. Jager. Naar men verneemt, heeft de minister van water staat, handel en nyverheid, krachtens art. 16. der nieuwe spoorwogovereenkomsten, de maxima vracht prijzen voor het vervoer van reizigers vastgesteld als volgt: tot 50 kilometer van 31totl00k.m. 101 150 n 151 180 u 181 n 210 ii 211 H 240 a ii 241 en meer. ikl.lllkl. c.per c.per KM. KM. ENKELEBEIS: BETOUB; c. por c, p KM. 'KM II kl. c.per III kl. o. per KM. 4 3 6 3.2 2.8 2 1.2 0.4 3 2.7 2.4 2.1 1.5 0.9 0.3 2 1.8 1.6 1.4 1 0.6 0.2 4.5 4.05 3.6 3.15 2.25 1.05 0.45 3 2.7 2.4 2.1 1.5 0.9 0.8 Deze cijfer» bieden vooral op groote afstanden eene aanmerkelijke prijsvermindering aan. De vastgestelde maxima vrachtprijzen zijn, ook wegens de gelijkstelling der vrachtprijzen voor expres- en sneltreinen met die voor personentreinen, reeds belangrijk lager, dan de Belgische reizigers-tarieven, welke tot heden de laagste van Europa waren. Voor de eerste 50 kilometer worden de bestaande kilo-metrieke eenheidsprijzen voor de lo, 2e en 3e klasse, enkele reis, van 5, 4 en 2.5 centen, terug gebracht op ten hoogste 4, 3 en 2 centen, terwijl binnen dien afstand de retourvrachten, welke tot heden op de lijnen der Hollandsche IJzeren Spoor weg-maatschappij 6, 4.8 en 3 en op die der Exploi tatie-maatschappij 8, 6 en 4 centen per kilometer bedroegen, vqortaan niet hooger zullen mogen zijn dan 6, 4.5 en 3 centen. Op grootere afstanden dan 50 kilometer zijn de grenzen, waarbinnen de vrachtprijzen zich voortaan zullen moeten bewegen, zoodanig gesteld, dat de kilo- metrieke eenheids-prijzen voor de verschillende klassen trapsgewijze verminderen, en wel sterker naar gelang de afstand grooter wordtterwij] bij afstanden grooter dan 240 kilometer geen belangrijk vrachtvcrschil meer kan voorkomen, daar de verhooging der vracht prijs dan slechts 0.004, 0.003, 0.002 nee kilometer voor de Io, He en Ille klasse bedraazt De maatregel, welke eene algemeeno verlaging der vrachtprijzen voor reizigers zal ten gevolge hebben zoodanig, dat de nadeelen, nan den afstand verbon den, belangrijk zullen vorminderen, is alleen mogeliik geworden door de spoorweg-overeenkomsten goodge. keurd bij de wet van 22 Juli 1890, Stil. no. 134? daardoor toch werden langere doorloopende lijnen in een hand in 'het leven geroepen, die verlagiug van vraohtprijzeu mogelijk maakten, terwijl tevens i|» regeering te aanzien van tariefzaken den Kluja8poor. weg en Centraal-spoorweg betreffendo, de noodi»» macht verkreeg, om voor de Nederlandsche hoofd spoorwegen maxima vraohtprjjzen tekunnen vaststellen. Do nieuwe tarieven, die binnen de vastgestelde' maxima mooton blijven, zullen vóo'r 1 September 1891 aan den minister tor goedkeuring worden ingezonden. De Haagse lie correspondent van de Pr. Gr. Ct. geeft het navolgende als portret van den tegonwoor- digen minister van Marine, den Schout b/N Kruys- Tijdens zijn verblijf in de Tweede Kamer, bij dé behandeling dar legerwet, hoeft minister Kruys een goeden dunk van zijn persoon gegeven. Zijn voor komen stemt al dadelijk zeer gunstig voor den minis ter, want hij gelijkt op niemand meer of minder dan op onzen grooten zeevoogd Michiel Adriaansz.de Buyter. Men hoeft slechts hier op het Mauritshuis de ltuyters beeltenis door Bol te bekijken, om de waarheid der opmerking te erkennen. In tegenstel ling van 'smiuisters voorganger, die aan een met selaar in zondagsplunje herinnerde, brengt deze u dadelijk den stoeren, korten, ineengedrongen Hollan der voor den geest, die een bezem in top voerde. De heer Kruys is geen redenaar, en door do routine vau het Binnenhof nog niet zoo afgepunt en geslepen als zyu collega voor oorlog, maar hij geeft in een voudige taal rondweg, duidelijk en zonder restriotie, zijne adviezen. Als hjj opstaat en met een cenigs- zins ruw orgaan luide het woord vraagt, is hij meer de Buyter dan ooit, en treft u de gelykpiis van de gelaatsuitdrukking met het portret op hot Mauritshuis. Omtrent den vadermoord, eenige dagen geleden te Sellingen voorgevallen, schrijft men aan de N. Gr on. Ct. nader, dat de geldzucht in den slecht- sten vorm de aanleiding was tot hot misdrijf, even eenig als afschuwwekkend. De verslagene J. L. Koning, 70 jaren oud, was tehuis bjj zijn eigene dochter en zijn schoonzoon Mulder, of Muller ge- heeten. Eeuigen tijd goleden ging een zoon van hem eene vrijwillige verbintenis aan bij het leger in Indië. Overeenkomstig zijne belofte zond hij zijn ouden vader, door middel van een postwissel ƒ25, als deel van het verkregen handgeld. Van dat bui tenkansje gaf de oude man 10 aan hen, bij wie hij inwoonde, de overige 15 bracht hij in bewa ring bij een buurman, in wien hij meer vertrouwen meende te kunnen stellen. Dat bjj juist heeft ge zien, is gebleken om het restantje machtig te wor den, moest de oude uit den weg. Volgens gerucht had deze laatste tijdens de inwoning bjj M. zioh tegenover iemand van gezag eens uitgelaten dat, mocht hij soms plotseling overlijden, er wol eene bjjzondere oorzaak voor zou kunnen zijn. Is dit juist, dan valt ook daaruit af te leiden, welke be handeling den vader tijdens zijn leven werd aange- sedert lang als eene moeder zorg droeg, en zij besloot haar nog dezen avond te sparen. Sedert het vertrek van Charles was Sidcuie ondoor grondelijk geweestzij had geen woord meer over haar hawelijk gezegd; geene klacht, maar ook geene uiting van dank had men uit haren mond vernomenmen zou gezegd hebben, dat er niets gebeurd was, waarin zy belang kon stellen. Tegenover den heer Leniel was zij beleefd en zwijgend, tegenover Aurette onverschillig zonder koelheid. Zij scheen zich den aanval van woeste teederheid niet meer te herinneren, die haar éene enkele maal eenige vertrouwelijke woorden had ontloktwier haar in deze woning zag omgaan, zou niet gegist hebben dat, in weerwil van de bepor- kende voorwaarden des heeren Leniel, hare positie evenwel in werkelijkheid eene gansch andere was geworden. Den volgenden ochtend maakten de beide zusters zich gereed om de mis in de Saint-Maurice te gaan hooren haar vader, die onder de groote hitte leed, had' besloten haar niet te vergezellen, maar haar aangeraden Sidonie mede te nemen. Terwijl er ingespannen werd, klopte Aurette aar. Sidonie's deur om haar te waarschuwen, maar zij ontving geen antwoord. Na een oogenblik wachtens ging zij binnen en zag zij in de kamer rond. Het was eene jonge meisjes kamer, zooals alle dergelijke hefder en netjes in ordeniets getuigde van eenige voorkeur voor wat ookhet vertrek had meer het aan zien van een tak waar de vogel zich op nederzet dan van het nestje waarjn hij woont. Toen zij zich overtuigd had, dat Sidonie hier niet wasverliet zij net vertrek en sloot de deur; daarop gelastte zij de kamenier haar te zoeken. Tot hare groote verbazing vernam zij, dat de juf frouw alleen vertrokken was, 'te voet, een uur ge leden, zeggende dat zij naar de mis ging. Wat een zonderlinge grildacht Aurettealtijd dezelfdehoogmoed Zij zuchtte; Julia kwam binnen, gereed om haar te vergezellen; er was geen middel om de verdrietige tijding achter te houden, en zij besloot deze mede te deeien Tegen hare verwachting zeide hare zuster nagenoeg niets. Met neergeslagen oogen, de lippen wat op elkander gedrukt, luisterde zij toe, te nauwer- nood hier en daar een uitroep doende. Toen Aurette ophield met spreken bleef zij nog zwijgen. Nu, Julia, zeide juffrouw Leniel, je wilt toch niet tot in eeuwigheid zwijgen, denk ik, je deed beter het hart terstond uit te storten. Zij reden in den open landauer en hadden nage noeg de kathedraal bereikt. Ik, zeide hare jeugdige zuster kalm, ik vind dat alles walgelyk. Je vroeg mijue meening, daar is zij. Men moet toegevend zijnzeide Aurette ver wijtend. Dat kan ik niet. Men zendt dienstboden voor minder dan dat weg.... O, Julia, zwijg toch!.... En de dienstboden zijn minder schuldig. O, je weet, zusje, dut ik spreek zooals ik denk. Ik hoop dat je eenmaal anders zult denken! zeide Aurette. Het rijtuig ging de hoofddeur van de kathedraal, aan het einde van de Saint-Aubin-straat voorbijJulia wees eensklaps naar iets. Wat is er? vroeg hare zuster. Daar zijn zij.... Wie? Charles en Sidonie.... Je droomt, Charles is te Parijs. Julia trok ongeduldig .de schouders op. Ik zeg je, dat zij daar zijn, in die straat Zij gaan arm in arm. Maar waar dan? Houd stil, Joseph 1 riep Julia. De koetsier hield zijne paarden in. Aurette zag in de aangeduide richting, Je hebt je vergist, zeide zij meteen gevoel van onbegrensde verlichting. Zonder te antwoorden opende Julia het portier en liep snel een veertig passen de Saint-Aubin-straat in. Zeer verlegen over hetgeen haar te doen stond, was Aurette nog in twijfel of zij haar zou volgen, toen zy haar zag stilstaan voor do deur van het hotel het Witte Paprd. Wordt vervolgd.) daan. Om aan zelfmoord te doen gelooven, was om den hals van het slachtoffer een eindje touw gestren geld en dit boven het hoofd vastgemaakt, de in richting daarvan moet echter bij het onderzoek dade- ljjk zekerheid hebben verschaft, dat niet de versla- gebo, maar anderen dien quasi strop hadden aange bracht. De gearresteerden hebben twee kinderen, de oudste is hjj een familielid te S. achtergebleven, het jongste, een zuigeling, deelt medo in de afzondering. Maandag morgen was er eene bijzondere belang stelling hjj de zitting der rechtbank te Utrecht, aan gezien daarin behandeld werd de indertijd zooveel besproken zaak van «het duel." Terecht stonden P. B. A. M. II. on H. C. J. t. B., beiden wonende te Utrecht, bekl. van deelneming aan een tweegevecht, waarvan de voorwaarden voora*f waren geregeld, en waarbij geen van beiden lioha- moljjk letsel bekomen heeft, onder de gemeente Houten op 26 Maart jl. gepleegd. Verschenen waren 9 gotuigeri, terwijl de mede gedagvaarde Sevenster zonder eenige opgaaf van reden niet was opgekomen. Tot do in beslag genomen stukken behoorden 0. a. een drietal brieven, do voorwaarden van het twee gevecht en de bjj dat tweegevecht gebruikte pistolen, die geladen waren geweest met kruit en kogel. De bekl. waarvan de eerste student is in de medi- cjjnen, geb. te 's-Bosoh, de tweede 2. luit. bij de infanterie, geb. te Bergen-op-Zoom, hadden in Tivoli eene woordenwisseling gekregen, waaruit zich twee partijen vormden, en die ten slotte leidde tot eene uitdaging. Niet dadelijk 11a de eerste ontmoeting was do uitdaging gevolgd, want daarna hadden zij nog samon gesproken waarna H. nog is gaan bil jarten; toen hij onder dit spel hoorde, dat t. B. zich ODgunstig over hem uitliet, ging hjj naar hem toe, er. nu volgde do uitdaging, nadat de eerste bekl den twoedo een slag in het gezicht had gegeven. Hot duel hoeft plaats gehad achter de Lunetten, in den vroegen ochtend van 26 Maart. De officier, bekend als goed schutter, had aangelegd met het doel om den student to' treffen. Het ongunstige weder was oorzaak, dat hot schot miste. Do eerst gehoorde get. was de overste Huber, luit.-kol. inf., bij wien bekl. t« B. was gekomen om mededeehng te doen van het gebeurde in Tivoli en wiens raad hij vroeg. De overste ried hem aan, zooveel raogelyk de excuses van zijne tegenpartij aan te nemen, maar worden deze niet aangeboden, dan was hij verplicht te duelleeren. Met het aannemen van excuses was volgens den overste genoeg aan de eer voldaan. Toen daarop de luit. hem zeide, dat hem geen excuses waren aangeboden, ried hij hem aan het duol te laten doorgaan. Gevraagd door den pres. der reohtbank wat er zou gebeurd zijn, als het duel niet was doorgegaan, zeide get. dat dan een raad van onderzoek door hem zou zijn uitgelokt. Wat de uitspraak van dien raad zou geweest zijn, weet hjj niet, maar zijne persoonlijke meening zou geweest zjjuverwijdering uit don dienst en daartoe zou hij dan ook bepaald hebben geadviseerd. Nadat beide bekl. bekend hadden, dat zij zich schuldig gemaakt hadden aan het deelnemen aan een duel, en bekl. t. B. verzekerd had, dat naar zijne meening een duel onvermijdelijk was, omdat de be- leediging handtastelijk was geschied, en niet slechts door woorden, en daarom op geen andere manier aan de eer kon voldaan worden, nam de subst.-off. van just. mr. De Bidder het woord, die er op wees, dat omtrent het feiteljjko der ten laste legging niets an het licht behoefde te worden gebracht, daar de beken en^sen van beide bekl. volledig bevestigd zijn wêhL Verlklarln8en 'ler getuigen. Er heeft plaats gehad een duel, met het doel elkander te treffen. l 8trafbaar gebeld met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden. Nu dit feit voor het eerst nier ter behandeling kwam, achtte spr. het wensche- wst'ul Ulteen zetten waarom het nieuwe straf- wetnoex emo zwaardere gtraf t(Jgen het heeft ZT>' .T w,en8cht« behalve hot duel ook straf- 8,ei'en de daaraan voorafgaande aanleiding, uitdaging, enz. terwjjl men ook weuschte het duel klJ u -Tl® te roeien' mei' heeft willen voor zomen het bevorderen van eigen recht. Daarna ging spr. na de houding van bekl. Bekl. zeg dat hij door de wijze van optreden van t. van llütf g geprovoceerd was, wat uit de verklaringen ia Weer n*e*zou bliJken- Alles nagaande rooier spr s gevoelen, dat de toedracht de zaak beDanï/1 dan CÏ00r t# B' is voorge8te'd. H. is te kalm naar t. B. gegaan, heeft verzocht hem 1, fG,ec'"jaar is daarbij door» t. B. zoo sarcas- dfln ai e^» dat hij, zijn drift niet meer meester, termen 6 m°e' *"er ffeste'(' worden Ér zijn ei8chn V°w sPr'.,om e0ne niet zeer zware straf te len spijt van de invoering van het nieuwe J strafwetboek weet men in de militaire kringen van straf tegen het duel blijkbaar nog zoo weinig, dat er zelfs boekjes in den handel zijn, die aangeven hoe in zulke gevallen tot handhaving der eer moet gehandeld worden. Nu het eerste feit hier voor de rechtbank komt, acht spr. geen hooge straf wensche- bjk, en waar hjj tot de conclusie zou kunnen komen om voor bekl. t. B. meer straf te eischen dan voor bekl. H., wilde sjïr. niet tot die conclusie komen, maar wel tot deze, dat beiden een gelijke straf zal worden opgelegd, en wel eene gevangenisstraf van veertien dagen. Uitspraak over 14 dagen. Sommigen inzenders in R. v. A. schijnt de ko ningshaaf in het hoofd geslagen te zijn. Of hoe kan men het anders noemen, wanneer men in vollen ernst „bitterheden" hoort tappen als de volgende op het steenleggen van de jonge Koningin en op haar kin derlijke uiting„O, ik kan wel metselen, ik kan het heel goed, want ik heb het van een echte metselaar geleerd.'" Een van de schrijvers is van meening dat 't dan wel goed zou zijn om haar dan maar voortaan den geheolen dag te laten metselen, dan verrichtte ze ten minste nog eenigen productieveu arbeid, en was tgeen zoo groote lastpost voor ons volk." En een ander roept ach en weeover den aan nemer van het Gasthuis, die met het oog op de Wet op den kinderarbeid een kind van 10 jaar laat arbeiden. „En," zoo besluit deze nauwgezette wettendienaar, «en is een moeder aller verachting niet waard, walmeer zij een meisje van den leeftijd voor metselwerk laat gebruiken P" Kan het maller {Echo) Een zeer groote schare belangstellenden was gis terenavond in de zaal //Nut en Vermaak" bijeenge komen om Prof. Fabius te hooren spreken in een bijeenkomst, uitgeschreven door de Centrale Anti- revolutionnaire Kiesvereeniging. De heer H. M. Dercksen opende de vergadering en daarop betrad Prof. Fabius het spreekgestoelte tot uiteenzetting der antirevolutionaire beginselen. Spr. meende dat de personen van de gestelde can- didaten buiten bespre ung moesten blijven. Den per soon van den tegen-candidaat aan te randen behoorde tot de afkeurenswaardige middelen bij een verkiezing vaak gebruikt. Daar behoorde,ook toe dat men do tegenparty yalschelijk betichtte van voornemens, plannen, denkbeelden die verre van haar waren, terwijl men ook door den leider in een valsch dag licht te stellen diens geheele partij trachtte afbreuk te doen. De liberalen waren van oen en ander niet afkeerig. Den leider der antirevolutionnaire party word van alle kanten en op allerlei wijzen verguisd en belas terd, eenmaal zou ook ten aanzien van Dr. Kuijpor gebeuren wat met Groen van Prinsterer geschi'edde bij zijn leven verguisd, na zyu dood ook doorman nen van andere richting geëerd en gewaardeerd. De liberalen hadden ouder verschillende valsche leuzen de antirevolutionnairen bestreden lo.^ omdat zij zouden zijn een kerkelyke partij, 2o. omdat ^zij een bondgenootschap sloten met de R. Katholieken, 3o. omdat zij geen hervormings-geziude partij waren. Allen valsche leuzen. Reeds Groen had aangetoond dat de antirevolutionnairen geen kerkelijke, maar een zuiver staatkundige partij vormden, die over geheel Eu ropa verspreid was, terwijl zy evenmin gehouden was aan den Protestaplschen godsdienst. Dat zij niet hervor- minsgezind waren, was evenmin juist en de liberalen,die zich gaarne zoo noemden,hadden getoond in de 40 jaren, dat zij de meerderheid hadden, dat zij dien naam niet verdienden. Prof. Buijs, een onverdacht liberaal van groote bekwaamheden, had in de Gids indertyd de balans opgemaakt van hetgeen de liberale partij deed en deze was ongunstig voor haar uitgevallen. Het hoofdpunt waar het om gaat bij de verkiezing, het hoofd-ver8chil tusschen anti-revolutionnairen en liberalen is dit: dat de eersten Godswoord ook op I het gebied van staatkunde tot richtsnoer willen ne men, terwijl dit met de laatsten niet het geval is. Ten slotte bestreed spr. het verwijt door de liberalen tegen dit ministerie aangevoerd als zou het zoo wei nig hebben uitgevoerd, voldoende was het te wijzen op de Schoolwet, waarvan de liberale Prof. Buys zelf erkendeal hadden wij aan dit Ministerie niets te danken dan die wet, het zou reeds veel zijn. Die onzalige schoolstrijd was dank zy dit Ministerie geëindigd, er was een meer verzoenende geest heer- schende, over achteruitzetting werd minder geklaagd en in alle opzichten verdiende het dus gesteund, ook Wij achten het onnoodig van deze rede. aan den voor avond der verkiezing gehouden, een oitvoerig «erslag te geven, daar dit eerst onder de oogen onzer lezers komt als de ver kiezing heeft plaats gehad. door de kiezers door te stemmen op den anti-revo lutionnairen Candidaat Daarop werd gelegenheid gegeven tot debat. Daarvan maakte een drietal personen gebruik. De heer C. van Veen Az. beklaagde zich dat nieton^p afgevaardigde Baron van Wassenaer van Catwyck voor de kiezers was opgetreden. Spr. meende dat het district Gouda weinig reden had om tevreden te zijn over de houding van dien afgevaardigde. Bij aandachtige lezing van de handelingen der Tweede Kamer bleek het, dat hij nagenoeg nimmer het woord had gevoerd. Er was dan ook geen enkele reden, meende spreker, hem te herkiezen. Veeleer verdiende het aanbeveling hem niet opnieuw af te vaardigen maar het thaus eens met een ander to pro'oeeren, nl. met den heer Boogaerdt. Voorts voerde de heer J. J. Grootendorst het woord die eveneens zijne teleurstelling uitsprak dat de heer van Wassenaer niet hier was gekomen in plaats van rrof. Fabius. Spr. was ook zeer teleurgesteld door den inhoud van de rede van hedenavond. Spr. had verwacht dat Prof. Fabius, wetende te komen in een bijeenkomst van eenvoudige lieden, hier een soort programma zou hebben gegeven van hetgeen de anti revolutionairen willen, doch niets daarvan. Spr. be hoorde niet tot hen, die het tegenwoordig Ministerie verweten te weinig gedaan te hebben, integendeel, het had te veel gedaan, naar spr's zin. Dat de school- strijd geëindigd was deed spr. genoegen, maar minder dat ten gevolge der Schoolwet door' de burgerij in den zak sou moeten getast worden. Naast de School wet stonden de Spoorwegwet en de Legerwet, die groote sommen eischten van de burgerij, terwijl de antirevolutionairen juist bezuiniging hadden beloofd voordat zij in de meerderheid waren. Vervolgens voerde de heer F. G. G. Valette het woord, die vrij uitvoerig uiteenzotte hoe het juist de antirevolutionnairen waren, die door verkeerde, onjuisto voorstellingen te geven in den verkiezing- strijd do kiezers op een dwaalspoor brachten. Prof. labius was overigeus in tegenspraak gekomen met zichzelf. Wat hij in den aanvang zijner rede betoogd had dat nl. de autirevolutionnairen geen kerkelijke, maar eeu staatkundige partij waren, was in strijd met het slot daarvan, waar hij Gods woord als eenige richtsnoer had aangewezen ook op staatkundig gebied. Spr. was van oordeel dat God te hoog moet 8taan in ons oog om dienst to moeten doen by wereldsche zaken als verkiezingen. Spr. eindigde, niet met een of ander candidaat aan te bevelen dit moest ieder voor zioh weten maar met een aansporingeerlijkzedelijken waar te zijn, ook in den verkiezingstrijd. Prof. Fabius sprak ten slotte nog enkele woorden tot weerlegging van de verschillende sprekers, waarop de heer H. M. Dercksen nog een warm woord sprak tot de kiezers en hen op het hart drukte de over winning to bezorgen aan den anti-revolutionnairen candidaat. Zondag bood het schietterrein bjj den Botter- damschen djjk een eigenaardig schouwspel aan. De Goudsche Cricket- en Föotballclub „Olympia", die onlangs haar vjjfjarig bestaan door een gezellig avondfeost vierde, wilde nu in de open lucht, haar element, 't heugeljjk feest berdenken, dat de vereeni ging niet alleen zich handhaaft, maar ook zeer in bloei toeneemt. Ongeveer half twee verscheen het Bestuur met 't vaandel, dat verleden week aan de club geschonken was, op het oefeningsterreio, waar een veertigtal leden, groot en klein, in hun vlugcostuura 't //sym bool der victorie'' ontvingen. Een driewerf hoera met fanfare's begroette het vaandel, dat door alle leden naar de muziektent begeleid werd, van waar het gedurende den ganschen middag de spelers aanmoedigde. Na deze kleine plechtigheid ging men weldra over tot hot spelen van den wedstrijd. Gedurende de geheele match, door verscheidene muzieknummertjes opgevroolijkt, mocht *01ympia* zich verheugen in een groot en oplettend aantal toeschouwers. Onder de talrijke dames, die tegenwoordig waren werden ook de lieve geefsters van het fraaie doek opgemerkt. Een luid hoera der Olympianen be groette haar dan ook. Nadat tot vier uur onverpoosd gespeeld was, ein digde de match, en werden de overwinnaars met groote geestdrift in de hoogte geheven, waarop nogmaals alle leden zich in rijen schaarden en met muziek het vaandel uitgeleide deden. De prijzen, bestaande uit een zilveren medaille en zes boekwerken, door onbekende begunstigers van jOlympia" aangeboden, werden behaald door de Seniores. W. van Ingen Schouten met 20 punten, D. K. do Koning Munting met 19 punten en L.' J. Sparnaay met 11 punten; en door de Juniores:'

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 2