PETROLEUM-NOTEERINGEN
Boltenlandscti Overzicht.
p i'*
Cantzlaar Schalkwijk, (e Botterdam
Uil Luxemburg wordt aan het Nieuw» van den
Dag geschreven
De vorige week had de overdracht plaats van de
domeinen. De thesaurier van H. M. de Koningin
vertoefde een paar dagen hier om do verkoopsom in
ontvangst te nemen. Deze bedroeg twee millioen
achthonderdduizend franken, waarbij nog gevoegd
werd één millioen franken, welke, volgens het familie
verdrag, de tak der Nassaus die in het bezit kwam
van de Luxemburgsche kroon, gehouden is uit te
betalen aan den vertegenwoordiger van den andoren
tak, die zich de kroon zag ontvallen. Dit millioen
werd dus uitgekeerd aan Koningin Wilhelmina. De
kasteelen gingen over mpt hun toebehooren en
inboedel. Alleen zijn enkele voorwerpen, waaraan
voor de Koningin om de eene of andere reden
familieherinneringen verbonden waren, uitgezonderd
en verzonden.
Op het tijdstip, dat wijlen Koning Willem III zijn
70en veijaardag vierde, werden de domeinen met
inboedels geschat op eene waarde van bijna twee
millioen gulden zy zijn dus in de laatste 4 jaren
in waarde afgenomen. De gronden, vooral de bos-
schen zijn het, die hierbij in de eerste plaats in
rekening moeten worden gebracht.
Met het oog op de verhalen in verschillende cou
ranten over den wonderdocter te Rosendaal, schrijft
de Zutpk. Ct., is het wellicht van belang het vol
gende te ontleenen aan een particulieren brief, ons
door een onzer lezers medegedeeld
Parijs 1 Juli '91.
We hebben den waren Sequah als reisgenoot
gehad, (van Colombo naar Marseille, waar de stoomer
den ln dezer aankwam)een merkwaardig man
we lazen van aankomst van Sequah in Rosendaal,
dat is echter niet hij zelf, maar iemand van zijn
ondergeschikt personeel."
Twee en twintig zakkerollerijeu zijn in het jongste
Politieblad vermeld, welke tusschen 14 JuK te
Rotterdam, Den Haag en vooral te Amsterdam zijn
gepleegd.
Te Rotterdam, den 4en, ten nadeele van eene
dame uit Groningen in het station Beurs, 1 porte-
monnaie met bankpapier, geldswaarde, enz.
te 's-Gravenhage, den 3en, een gouden remontoir-
en een gouden cylinder horloge
te Amsterdam, den len en 2en, -zilveren knippen
met geldswaarde; verschillende portefeuilles met
bank- en mjuntpapierverscheidene portemonnaies
met waardenhorloges, broches, een juweelen das
speld, een jas enz. Onder de brieventaaschen is er
eene die eec bankbiljet van 300, een van 200,
een van 60, een van 40, 5 muntbiljetten van
10, benevens een rondreisbiljet van de II. IJ. S.
bevatte; een met een bankbiljet van 25 en 5 of
6 muntbiljetten van 10 een met 3 biljetten van
40, 2 van 25, 3 muntbiljetten van ƒ10; een
gebruikte bniinléderen portefeuille, inhoudende 10
coupons, als 1 coupon zilveren metall. ad ƒ21,
serie No. 384,884; 1 id. ad ƒ2.10, serie 269.607,
I id. id. serie 307.979, 1 id. id. serie 343,942; 1
id. stad Brussel serie 38,357 No. 25, 1 id. id. serie
020,783, 1 id. serie 099,930, No. 24, 1 id. serie
059.877, No. 01, 1 id. serie 068,367, No. 25, 1
Riasy Wiasma, ad Rb. 1,87* a1 portefeuille met
Julia, die praktisch van aard was, nam de punt
van de zijden fetof en begon haar zorgvuldig op te
vouwen om haar weder in de doos te bergen.
Hij is een goede jongen, zeide 2ij, schijnbaar
geheel in haar werk verdieptik denk wel, dat papa
geen bezwaar zal maken en de dokter evenminwant
als het hem niet aanstond, zou hij hem zoo dikwijls
niet hier hebben gebracht.
Zonder twijfel, antwoordde Aurette. Kn, voor
mijn part, ik kan niet anders dan er mij in verheu
gen, want hij schijnt mij een goed, ijverig en ver
standig mensch toe.
Ja, hij wil wel eene apotheek voor de armen
oprichten, en hij zegt, dat er zelfs eene keuken is,
zoodat wij bouillon zullen kunnen trekken
Zij barstte in lachen uit, terwijl hare oogen zich
met tranen van geluk vulden.
Je begrijpt dat niet, hernam zij, maar dat doet
er niets toe. Doch ik heb hem gezegd, dat wij over
dat alles nader zouden spreken, wanneerdat wil
zeggen, later, niet terstond, natuurlijk.
Waarom niet terstond vroeg Aurette vrien
delijk.
Terstond Wel neen Eerst moet
Wat?
Eerst moet jij moet papain één
woord, ik weet het nietCharles moet eerst terug
zijn.
Maar volstrekt nietJe moet zoo spoedig
mogelijk trouwen, zonder op iets te wachtenZie
2 bankbiljetten van 25, 1 muntbiljet van 10,
loterij-briefjes, alle hetzelfde nummer.
Uit Petersburg wordt melding gemaakt van een
schandaal door Russische officieren, onder een con
cert te Pawlowski, veroorzaakt. Het prachtige we
der had duizenden uit den gegoeden stand naar de
muziekuitvoering doen gaanonder een veranda
dicht bij het orkest, zaten vele officieren, meest van
de garde, die door voortdurend fixeeren en aanstoot
gevende uitdrukkingen het een heer en twee dames
in hun nabyheid, zeer lastig maakten. Plotseling
sprong een van de officieren op h|j droeg de
uniform van de garde-artillerie liep op een der
dames aan en kuste haar. Vertoornd bracht de heer
hem zijn brutaal gedrag onder 't oog, doch ontving
oogenblikkelijk van den officier een slag in 't gezicht.
De burger gaf hem een slag terug en bij het nu
ontstane gevecht wenjen den officier de beide schouder
bedekkingen afgerukt Nu mengden zich echter ook de
andere Russische officieren in 't geval en sloegen,
onder 't uiten van de gemeenste scheldwoorden, op
den burger los. Het overige publiek toonde neiging
het voor den zoo schandelijk overvallen burger op te
nemen, vooral toen een der officieren zyn sabel trok.
„De jserel is een jood", riep de dappere landsver
dediger daarbij. „God beware mij", hoorde men
plotseling een stem uit het publiek roepen, „het is
baron Stjernwall-Wallehn, de zoon van den vroegeren
minister van Finland."
Dit bevestigde de mishandelde dan ook spoedig,
toen het geduld van het publiek ten einde was, hem
uit de handen van de officieren rukte en dezen terug
dreef. Het besluit van de zaak vormde het in Rusland
nu eenmaal niet uit te blijven prooes-verbaal van de
politie.
Wie de gekuste dame is, is evenals den naam van
den aanvaller tot nu toe, onbekend gebleven.
De Haagsche corr. der Zutpk. Ort. deelt het vol
gende mede
Bij den Hoogen Raad was een vacature onder de
deurwaarders, en daar volgens wettelijk voorschrift
de deurwaarders van dat Hoogste Rechterlijk Colle
ge door de Regeering worden benoemd op voordracht
van dat College zelf, hielden de leden van den H.
Raad zich geruimen tijd Onledig met uit do sollici
tanten de beste uit te zoeken. Eindelek scheen de
ware Jozef gevonden en werd een voordracht inge
diend. Heel lang liet de benoeming ook niet op
zich wachten, maar er werd iemand benoemd, die
niet op do voordracht had gestaan. Waarom zal
wel altijd een raadsel bl|jven. Ook een College zoo
hoog staande als de H. Raad kan zich vergissen, en,
ofschoon het zelf bij een goede keuze groot belang
heeft, toch iemand voordragen, die den Minister by
nader onderzoek vóór de betrekking minder geschikt
voorkomt. En onder zulke omstandigheden zou de
Minister zeker niet verantwoord zyn door de voor
dracht te volgen, Vroeger echter werd in zulk een
geval de voordracht naar den 11. Raad teruggezonden
met beleefd verzoek ze te willen wijzigen en aanvul-
leu. Ditmaal daarentegen werd eenvoudig de voor
dracht van den H. R. voorbijgegaan en een ander
benoemd, en nog wel iemand, die 7|jn sporen nog
moet verdienen, een jongmensch van 25 a 26 jaar,
wiens werkzaamheden tot nu toe tot de wanden van
een advocatenkantoor waren beperkt, gebleven. Voor
je, Julia, wanneer men elkaader goed kent, deugt
een lang engagement niet, en wanneer men elkan-
niet kent.... deugt het evenmin, somtijds..
De stem van Aurette trilde eenigszins hare zuster
omhelsde haar met innigbeid.
Mijne Aurette, myn moedertje, fluisterde zij,
haar liefkozende, ik zal nooit den moed hebben, je
hier1 alleen te laten met papa
Geloof je, dat wij niet van het deeg zijn om
aan onszei ven genoeg te hebben? vroeg hare oudste
zuster glimlachende.
Maak nu geene gekheid, zeide Julia verwijtend,
dat is heel slecht. Ik heb verdriet als jij de zaak
niet ernstig opvat....
Ik heb nooit iets ernstiger gemeend. Luister
eens, mijn beste kind. Je bent eene onwaardeerbare
zuster geweest.
O!
Onwaardeerbaar, herhaalde mejuffrouw Leniel,
hoe jong je ook was, heb je mij bijgestaan in mijn
leed, zooals niemand had kunnen doen Zooals
niemand anders gedaan heeftom de waarheid te
zeggendaarom is de gedachte van jou gelukkig te
zien zoo zoet en versterkend. Vreest niet my alleen te
laten met papawij zullen ons samen heel goed in
richten en uw geluk zal voor ons eene bron van
onuitputtelijke vreugde zijn.
Het zal heel grappig zijn I zeide Julia op een toon
alsof zij diep nadacht.
Wat dan, lieve?
den Hoogen Raad was dat zeker niet aangenaam, en
er loopt dan ook een gerucht dat de daarop gevolgde
correspondentie tusschen den H. Raad en hot Min.
van Justitie "niet van by zonder vriendschappelyken
aard is geweest maar de vraag is ookKan zulk
een benoeming wettig geacht worden? Moest de be
noeming geschieden op aanbeveling van den H. Raad,
dan w as de Minister volkomen vrij, maar er staat
op voordracht. Wel is waar staat er nietuit de
voordraoht, maar voordracht en aanbeveling zijn toch
niet synoniem. En als nu eens de rechter later uit
maakte dat de benoeming onwettig is en dat de
nieuwe deurwaarder eigenlijk geen deurwaarder is
Wat dan Dat alles had de Min. kannen voorko
men tegenover het hoogste Rechterlijk College althans
de gewone beleefdheid in aoht te nemen.
Eenige dagen geleden werd te Londen de 26ste
verjaardag van het Heilsleger gevierd.
In het Glazen Paleis te 8ydenham werd een mon-
sterbijeenkomst gehouden met vertegenwoordigers uit
alle landen der wereld, waar het Leger zyn banier
ontrold heeft. Op de terreinen om hot Volkspaleis,
dat voor 4*8 uren was afgehuurd, waren tenten opge
slagen zooals voor een leger te velde. Gelijktijdig
werd een tentoonstelling gehouden, waarin het werk
door de volgelingen van generaal Booth in do maat
schappij verricht, aausohouwelijk wordt voorgesteld.
In het „Donkerste Engeland" worden lucifers, bezems
en matten gemaaktletterzetten en drukken, litho
graphic enz., wordt er verricht. Aan bezoekers wordt
vertoond wat eene gevangenis, wat een Bank vsn
Loaning en ook hoe hot publiek is. Een slaapstee
van de minste soort met vagebonden er bij, is ook
al te zien. Maar ook een afdeeling der slopbrigade
(jonge meisjes die twee aan twee in een achterbuurt
gaan wonen en de buurt als haar zendingsterrein be
schouwen, waar ze Evangelisoeren, zieken oppasson,
kinderen van kleeding voorzien, enz.) f
De generaal heeft nu ook een Heil-spaarbaak,
waar men desnoods een millioen pond in kan beleg-
gen.
De Arnh. Ct. vestigt de aandacht op den toestand
der Rijksveldwachters. Het blad zegt
„Het salaris van den rijksveldwachter derde klasse
bedraagt slechts 550, maar zelfs deze som ontvangt
hy niet. Daarvan wordt gedurende de eerste acht
jaren voor het pensioenfonds gekort 68.75, terwyl
voor het wedn wem pensioenfonds 11.10 wordt afge
houden. De man krijgt dus slechts 478.15, dat
is per maand, na aftrek der kosten van het zegel
39.06.
En hiervan moet hy leven met zyn vrouw en
kinderenMot dit bedrag van 9 in de week
moet zij alle uitgaven bestrijden huishuur, voedsel,
kleeding, slijtage, geneeskundige hulp, schoojgeld,
-en de onvoorziene uitgaven, die ook in de gezinnen
van rijksveldwachters evengoed als in die van de
aanzienlyksten voorkomen.
Voor deze geringe bezoldiging moeten de rijks
veldwachters dienst doen bij alle zittingen in straf
zaken gevangenen transporteerendag en nacht in
't veld zijn om toezicht to houden en te waken tegen
overtredingen van de jachtwet, dus ook op de via-
schery, waarbij h|j niet zelden zich te water moet
begevgp, roet gevaar van zyn loven. Overal, waar
zijn dienst door den Staat wordt ingeroepen, moet
De vrouw te zyn van dokter Deblay.... Zullen
wij een plaatje aan de deur hebben, eeu koperen
plaatje, je weet wel, met „dokter" er op? Neee,
niet waar? Als men reeds naam gemaakt heeft, doet
men dat niet....
Zij dacht een oogeublik nn, en hernam toen met
van vreugde stralend gelaat
Maar wij zullen eene groote plank hebben met
het opschrift: „Apotheek voor zieke kinderen....
Die plank, Aurette, zal het schoonste geschenk zyo,
die hij in mijn bruidskorf kan leggen.... ik zou haar
niet willen missen voor al de edelgesteenten der we
reld.... en wij zullen luiermanden maken, niet waar,
en jakjes en rokjes, allerlei warms. En schoenen, ja,
die zullen wij niet zeiven kunnen maken, dokter Ro-
zel zal de schoenen moeten verschaffenHij mag
my toch ook wel iets geven..j.
Ga naar bed, zeide Aurette, haar zachtjes
naar hare kamer duwende; wij moeten slapen.
Slapen? Nooit van mijn leven! Ik ben veel te
gelukkigIk ga Volkomen wakker van de^ apotheek
droomen, en van den dokter, en van mijn bruids
kleed.... O, Aurette!
Zij keerde zich half om en sloeg met onnavolgbare
aanvalligheid de armen om den hals harer zuster
daarop ging zij naar hare kamer, die van nu af aan
met gulden droomeh vervuld was.
"V
Wordt vervolgd).
hjj gereed staan. Bovendien doet hij dienst als I
deurwaarder bij het beteekenen van dagvaardingen,
Tonnissen enz. Hiervoor echter geniet hij geene be- I
looningal wat dit opbrengt, en dit bedrag is vrij
aanzienlijk, komt ten bate van de schatkist.
Deze omstandighèid alleen reeds moest er toe
leiden aan hem een billijk loon daarvoor toe te
kennen, of by de bepaling van zijn bezoldiging in
rekening te brengen.
Als de rijksveldwachter openbare vergaderingen
moet bijwonen, om te waken aat er niets gezegd
wordt wat de perken der geoorloofde gedachten-
uiting overschrijdt, heeft hij, io dezen tijd, maar
al te dikwijls gelegenheid dm het lot te hooren
bespreken van de broodeloozen en van hen, die niet
genoeg kunnen verdienen om van te leven. Menige
schets v*n het lot van den behoeftigen werkman is
eene schets van z|jn eigen toeajtand en van hem wordt
terecht gevorderd, dat zoo de klacht een
anderen vorm aanneemt, hij dit tegenga. Gevolg
trekkingen zullen wij niot maken, maar de regeering
beslisse zelve of het verstandig is, een voortreffelijk
korps, waaraan zoo vele en zoo zware eischen worden
gesteld, zoo karig te bezoldigén, dat de beambten van
hunne jaarwedden niet hunnenI leven, terwijl het hun
verboden is nog eenig ander Ibedryf uit te oefenen,
waartoe zy ook de gelogenheid niet zouden hebben
en nog veel meer om giften aan te nomen.
Naar de Arnh. Ct. verneemt, is door de rijksveld
wachters thans oen vorzoek aan de regeering gericht
om hun lot te vorbeteren. Wanneer dit ornstig
overwogen wordt, mag, dunkt haar, de beschikking
niet afwijzend zijn.
Aan het jaarverslag betreffende het gesticht
„Meerenberg", uitgebracht door dr. 0. J. van Persijn
aau de commissie van toezjoht en aan de Prov.
Staten van Noord-Holland, wprdt het volgende ont
leend
In de jaarboeken van het gesticht behoort het jaar
1890 weder tot een der belangrijkste, omdat ook
dit jaar het gesticht weder mocht worden vergroot,
en er toestemming werd gegeven tot verpleging van
meer patiënten dan waartoo bet kou. besluit van 28
Aug. 1888 vergunning gaf. Toen was dit aantal
bepaald op 1217, terwijl het thans is uitgebreid tot
1303. Ook gaf de regeering toestemming tot uit-
bouwing eener ruimte, groot genoeg om er 40 bed
den voor mannen en evenveel voor vrouwen te plaat
sen. Met de laatste werd, als het meest noodige,
begonnen en later de afdeeling voor de mannen ge
maakt. Door deze uitbreiding is van de beschik
bare ruimte zooveel partij getrokken als mogelyk
was, en verdere uitbreiding van bevolking laten de
tegonwoordige gebouwen niet toezoo die noodig
mocht worden, zal daarin op andere wijze moeten
worden voorzien, doch in dtjn naasten tijd bestaat
er niet veel kans dat er gebrék aan ruimte zal ont
staan. De bevolking van het gesticht toch vermeer
derde in 1890 slechts met 15 mannen en 13 vrou
wen en bedroeg aan het einde van het jaar juist 1200,
en niet vergeten mag worden I dat in de eerste maan
den van het jaar weder Amstyrdamsche patiënten te
Medemblik werden opgenomen), wat nètuurlijk Mee
renberg ten goede kwam. Tbch moet er nogmaals
op wordon gewezen dat op deö duur het aantal plaat
sen te geriug zal blijken.
In deu loop van 1890 werden 5 bediendén gepen
sioneerd, waardoor het bedrag van het uit te betalen
pensioen steeg van 3122,86Vi *°t 3938.OS1/!»
In 1890 was 9796.94Vs tepr beschikking.
De bevolking was niot aan groote schommelingen
onderhevig. Op 1 Jan. '90 [waren er 569 mannen
en 603 vrouwen opgenomen werden gedurende het
jaar 144 mannen en 128 vróuwen, afgevoerd 129
mannen en 115 vrouwen, zoodat op 31 Dec. '90 hefy
aantal verploegdon juist 120Q bedroeg. Onder de
opgenomenen waren 23 mannén on 1 vrouw, waarbij
de oorzaak der krankzinnigheid moet worden gezocht
in misbruik van sterken drank, terwijl 17 patiënten
van verdriet en 1 wegens ovprdreven godsdienstzin
krankzinnig waren geworden, j
De sterfte verhouding was niet gunstig, waartoe
hebben medegewerkt de influenza-epidemie en het
groot aantal sterftegevallen odder de pas opgenome
nen. In het geheel stierven 78 mannen en 57 vrou
wen of totaal 135 patiënten, wat, van het geheele
gesticht op 1444 verpleegden 9.3 ten honderd maakt.
De verhouding van de herstelden tot de opgenome
nen was gunstiger dan in de beide voorgaande jaren,
wat moet worden toogeschreven aan het ophouden
der overplaatsingen, zoodat d^ toestand woder meer
normaal wordt. De heer Persijn levert hierby een
betoog, om aan te toonen d$t het niet waar is dat
groote gestichten reeds daaroijn te veroordeelen zijn,
omdat het percent van het adntal herstelden steeds
geringer is dan in do kleine gestichten. Indien wordt
gewerkt als in Meerenberg, en ieder geneesheer zijne
afdeeling kan beschouwen als een klein gesticht, gaat
die bewering niot op.
Belangryke verwondingen kwamen niet voor.
Het godsdienstig onderwijs aan de Israëlietische
verpleegden werd thans opgedragen aan den heerS.
Couveren. Vroeger was er geen Israëlietisch leeraar.
Als middelen ter ontspanning werden weder als
vorige jaren volksfeesten, concerten enz. gegeven.
De heer Henry Tindal heeft, onder het opschrift
„Wat wij wenschen van den eerst volgenden minister
van Oorlog, een stuk openbaar gemaakt van 14 ge
drukte pagina's folio, van welke een tiental gewijd
zyn aan de beantwoording van die vraag. De om
vang van dat stuk, de vele daarin voorkomende tech
nische détails maken het ondoenlyk daarvan een kort
overzicht te geven een overzicht dat in elk geval
den lezer des te minder zou bevredigen, omdat de
heer Tindal zich ook beroept op vroeger door hem
geschreven stukken, op eene memorie, twee jaar ge
leden den Koning aangeboden, waarvan hij den
nieuwen minister een afschrift wil goven, gelijk hy
zich ook bereid verklaart dien minister de beschik
king te geven over door hem opgemaakte staten
betreffendo een nieuw raobilisatieplan.
De heer Tiodal achtte zich verplicht dit stuk te
publiceeren „nu een nieuw ministerie zal optreden
en de stemming te Amsterdam en elders omtrent
het beleid van oorlog onzuiver is geweest." Daaraan
wydt bij eeu viertal bladzijden, waarin hij aller
eerst uiteenzet, dat de verkiezingen plaats vinden
„om het volk telkens in de gelegenheid te stellen
aan te geven in welke richting het bestuurd wenscht
teworden" en dat het daarom „zoo onjuist is,
tegelijkertijd zijne stem te verloonen aan personen,
wier richtingen met elkander in strijd zijn en wier
stemmen elkander zullen ueutraliseeren
Dit is, naar zijn oordeel, inzonderheid te Amster
dam geschied bij de laatst gehoudeu verkiezing voor
de Tweede Kamer, en de heer Tindal wijt dat aan
den invloed van één persoon. Hij schrijft daarover
o. a. het volgende
Men vergeie niet, dat de Amsterdamsche verkie
zingen den doorslag hebben gegeveu. Ware slechts
vior der candidaten van bovenbedoelde (de Amster
damsche liberale) kiesvereenigingen niet gekozen,
dan zou de Kamer niet „om" zijn. Een enkel per
soon geeft dus in ons vaderland de richting aan
waarin geregeerd moet worden.
Teneinde elk misverstand te voorkomen, wil ik
gaarne ronduit verklaren, dat ik de grootste hoog
achting gevoel, en den meesten eerbied koester voor
deu persoon van den maker der Amsterdamsche
verkiezingen. Ik goloof vast, dat hy een van de
braafste en edelste burgers is van ons land. Dit
neemt niet weg, dat ik zijnen invloed op de poli
tiek hoogst verderfelijk acht.
De persoon in quaestie is een algemeen geacht
bankier, die door zijne voortdurende weldadigheid
en hulpvaardigheid, waartoe zyne menschlievendheid
hem dringt en waartoe zijn groot vermogen hem
in staat stolt, duizenden en duizenden menschen
aan zich verplicht.
De invloed van een dergelyk man op den gang
van zaken, vooral in eene stad als Amsterdam, is
ontzettend groot.
Hq.t is voldoende, dat men aan kiezers zegt, dat
het hem aangenaam zal zijn als men gaat stem
men en ziju stembiljet invult met eenige aangewezen
namen, opdat duizenden kiezers ter stembus snollen,
hunne biljetten ingevuld met de gevraagde namen.
De mofeele factor voorop, gesteund voor een klein
deel door het propaganda, dat hy met zijn groot
vermogen voor zyne candidaten kan maken, is
oorzaak, dat men rn alle rangen van de maatschappij,
zelfs door personen, die véor z ij n e candidaten ge
stemd hebben, hem ziet aangewezen, als de maker
van de Amsterdamsche verkiezing.
De invloed van enkele personen is nooit te voor
komen, hetzij men een beperkt of uitgebreid kies
recht heeft, maar onverantwoordelijk acht ik het,
dat de keuze van negen Volksvertegenwoordigers
gegeven is aan één persoon.
Noodlottig wordt de toestand, als de bewuste
persoon zijnen invloed niet aanwendt om zijne mede
burgers hunnen werkelijken plicht voor te houden,
als hij hen niet leidt in eene bepaalde richting,
maar als hy zynen invloed gebruikt om een negen
tal personen tot Volksvertegenwoordigers te doen
kiezen, die tegenstrijdige gevoelens zyn toegedaan
omtrent de vraag waarover de verkiezing loopt.
Blijkt thans uit de Amsterdamsche verkiezingen
in welke richting de kiezers wenschen dat het land,
zal worden bestuurd?
Het ahtwoord hierop moet luiden„Neen Uit
de verkiezingen blijkt alleen, dat men negen perso
nen, wier denkbeelden over de aan de orde zynde
vragen uiteenloopen, in de Kamer heeft willen bren
gen om een van de meest geachte Amsterdamsche
burgers genoegen te doen.
Op een dergelyk feit moet de aandacht gevestigd
worden dergelijke toestanden zijn in den tegenwoor-
digen tijd een gevaar voor de rust van het land.
Het moet niet mogelyk zyn, dat één man de hervor
mingen, die het volk verlangt, kan tegenhouden.
van de Makelaars
De markt was heden rast.
Loco Tankfust 7.65. Geïmporteerd fust ƒ7.75.
Augustus-levering 7.60. September-, October-,
November- en December-levering 7.65.
Het Engelsche Hoogerbuis heeft liet wetsontwerp
op het openpaar onderwijl by eersto lezing aange
nomen.
In het Lagerhuis is beraadslaagd over de begrooting
van buitenlandsche zaken.
Sir James Fergusson verklaarde, dat de betrek
kingen met alle mogendheden van bevredigenden aard
zijn. Engeland heeft zich tegenover Italië niet verbon
den alleen is met die mogendheid van gedachten
gewisseld over de handhaving van het status quo en van
den vrede, wat de Middel] andsche Zee betreft. Engeland
is niet tot het drievoudig verbond toegetreden het kent
de bepalingen van dat verbond niet. Hij betreurde het,dat
de 'heer Labouchere eene taal had gevoerd, welke
Frankrijk kon aanmoedigen oorlog to voeren tot
herkrijging van Elzas-Lothariugen.
Ten slotte zeide sir James Fergusson: „Engeland's
sympathieën zullen, naar myn inzien, verzekerd zyn
aan die mogendheid welke den vrede handhaaft, niet
aan die welke den viede verbreekt, wgnt ons belang
en onze wensch zyn: het behoudt van den vrede."
De vorstolijke bezoeken en de daarbij behoorende
min of meer gewichtige redevoeringen blijven aan de
orde van den dag. Terwyl keizer Wilhelm zijn in
tocht deed in de stad Londen, bevond zich koning
Hubert van Italië te Venetië aan boord van eén En-
gelsch oorlogsschip.
Met groote plechtigheid zou een nieuw pantser-
sohip voor de Italiaansche vloot, de Sicilia, die te
Venetië gebouwd was, daar te water worden gelaten.
Koning Humbert woonde met zijn gemalin on de
prinsen van den bloede de plechtigheid bij en ko
ningin Victoria zond een eskader naar Venetië om
den koning bij zijn komst aldaar te begroeten. Deze
taak had het eskader reeds vervuld, toen keizer
Frans Jozef de Dalmatische haven Fiume bezichtigde
en nu werd dezelfde hoffelykheid namens Engelands
koningin bewozon aan den Italiaanschen vorst.
De begroeting was aan weerskanten zeer hartelyk.
Koning Humbert sprak op warme wijze den wensch
uit, dat Engeischen en Italianen steeds vrienden zou
den blijven en de Engelsche commandant deed het
zelfde in zyn antwoord Vooral in dezen tijd, nu
er zooveel over een Engelsch-Italiaansch verbond is
gesproken, znllen de Franscheu dit nieuwe bewijs
van vriendschap tusschen de Engeischen en Italianen
wel niet zeer aangenaam vinden, maar overigens
zullen zij zich spoedig kunnen troosten met de ont
vangst, welke het Fransohe eskader te Petersburg
zal ten deel vallen, want deze ontvangst belooft bij
zonder schitterend te zullen worden.
Nog voordat één schip tan het Fransohe eskader
in het gezicht is, wedijveren do Russische bladen
reeds in het geven van welkomstgroeten, terwyl zy
tovens alle Russen zoo burgers als soldaten en ma
trozen, aansporen alles te doen wat mogelyk is om
den Franschen gasten een warm onthaal te bereiden.
De Novolf Vremt/a herinnert er aan, dat sedert 50
jaren geen Fransche oorlogschepen in de haven van
Cronstadt geankerd hebben en wenscht daarom dit
bezoek met byzondere feesten te vioren.
Bij de behandeling der Oostenrijksche bogrooting
verklaarde de minister van koophandel omtrent de
onderhandelingen met Duitschland over het handels-
traotaat, dat het tractaat van groot belang is voor de
oeconomische belangen. Verder zeide de minister
«wij zijn er in geslaagd, het tractaat aanne
melijk te doen zyn, doch kunnen den inhoud
nog niet mededeelen, daar het nog niet ge-
teekend is, en omdat nog onderhandelingen met andere
mogendheden op den voet van het tractaat met Duitsch
land aanhangig zijn. Do regeering tracht een zekereh
en duurzameu grondslag voor de hulpbronnen van
den handel en den landbouw te vorkrygen, teneinde
aan de behoeften van bet land in de toekomst het
hoofd te kunnen bieden.
In de Oostenrijksche hoofdstad wordt veel gespro
ken over een artikel in het militaire blad ReichsWehr,
waarin wordt gezegd, dat de Oostenryksche Regeering
voornemens is de strafbepalingen op sp^pnnage to ver
scherpen. Zy gevoelt zioh daartoe verplicht wegena
de sterke spionnage, welke Rusland in Oostenryk-
Hongarye uitoefent. Er zyn o. a. in opdracht v«n
Rusland vestingplannen voor Pzemysl en constructie-