Buitenlandse!) Overzicht. '*n V Helmholtz, te Berlijn, ón tot correspondeerend lid de componist Tschaikowsky, te St. Petersburg. In de oommissie voor het kunstenaarsfonds werd in plaats van wijlen don heer Joh. J. H. Verhuist gekozen de heer T. de Lange jr. In plaats van den heer D. H. Joosten (aftredende) werd tot lid van het hoofdbestnur benoemd de„heer P. W. Janssen, te Amsterdam. Ëenige voorstellen, betreffende de finanoieele rege ling, werden vervolgens na eenige discussie aan genomen, terwjjl de rekening en begrooting werden goedgekeurd. Zonder debat werd aangenomen het voorstel van het hoofdbestuur, om aan mevr. de wed. Verhulst onder dankzegging aan te bieden een som van 500 als vergoeding voor de door haar aan do bibliotheek der Mij. afgestane verzameling muzikale handschrif ten van wjjlen den heer Joh. Verhulst. De vraag van het hoofdbestuur «Ligt het op den weg der Mij., om een uitgave der volledige verza meling van de eenstemmige liederen van Joh. Ver hulst voor te bereiden, en die eventueel onder toe- zicht en met ondersteuning der maatschappij te doen plaats hebben werd in bevestigenden zin beantwoord. Later zullen de afdeelingen nog worden gOTaad- pleegd over het bedrag, dat de Mjj. voor dezê uit gave zal disponibel stellen. Uit Schoonhoven schrijft men dd. 14 Juli 11.: Gisteren bjj de aankomst van den nieuw benoem den burgemeester dezer gemeente, den heer M. JChe- vallier, werd hjj door eene eerewacht van 30 ruiters met de muziek-vereeniging Apollo aan de Voornebrug opgewacht. Hier werd het echtpaar door den heer J J. Lazonder toegesproken en verzocht in een gereed staand open rijtuig plaats te nemen. Na een feest- tocht (gedurende welken aan mevrouw Chevallier van verschiSende zijde bouquetten werden aangeboden)door de voornaamste straten der stad, terwijl de vlag van zeer vele woningen wapperde, kwam men in het net versierde Heerenlogement aan, waar de officieren der dd. schutterij en eenige genoodigden uit de burgerij hunne opwachting maakten en de eerewjjn werd aangeboden. De heer H. Th. van den Braak sprak daar eenige gepaste woorden als welkomst groet in de gemeente en werd door den burgemeester beantwoord. Ëen uur van echt gezellig samenzijn sloot deplechtig- heid. Heden te £v uur had de plechtige installatie, in tegenwoordigheid eener groote schare belangstellenden, plaats. Bij den uitgever Savine is op naam van Boulanger een boek uitgekomen, getiteldReflexions et pensees. Pluks was men in de ^reer om daaruit een en ander mede te deelen, en de' opmerking word gemaakt dat het geen blijmoedig hart is, waaraan de meeste dier spreuken of gedachten ontvloeid zijn, een gevolg zeker van den verlaten toestand, waarin de generaal zich thans bevindt. Er waren zelfs bladen, die ais een snufje het publiek verrasten met eenige spreuken nog voor de uitgave.4 Doch wat is nu gebleken Dat er hier eene fopperij in het spel is. Het boek is wel uitgegeven op naam van Boulanger, maar hij is er gansch en al vreemd aan. Er was (jus eene spe» culatie in het spql, en om die;te doen gelukken^ zond de schrijver een telegram aan Boulanger, waarin hij kennis gevende van het gebeurde, hem verzocht de logenstraffing niot al te spoedig te laten volgen muit, voegde hij er bij, „gij zult een ongelukkige het leven redden." Aan een schrijven van den Londensohen corres pondent der «rN. Rott. Ct." ontleenen wij het vol- j*— Hij gelijkt toch niet het meeet op mij, antwoordde rijn zoon, maar op Aurette. Thans behoort hij haar toe; zijne moeder heeft hem haar gezondea, en ik eehenk hem haar. Zonder te antwiprden nam Aurette den kleinen jongen bij de hand en wandelde met hem de laan op, naar het terrastoen zij beiden alleen waren, op de plek waar zij eenmaal zoo bitter had geschreid, knielde zjj naast het kind neder. Weet je wie ik benf rroeg zij, hare armen om hem heenslaande. Hij zag haar een oogenblik aan met zijne fraaie bruine oogen, gelijk aan die waarin hij met zooveel vertrouwen blikte. De kleine hersenen van drie jaar die pas de proef van eene langdurige verwijdering hadden doorstaan, en van eene reis die hun gansche korte leven had omvergeworpen, zochten eene her innering, een punt Van aanknoopingHij Aarzelde even en sloeg, met deblijdschap van een jongen hond die zijn meester wedervindt, de armen om den hals van Auretto en zeide«Mama 1" Zij drukW hem aan haar hart en over de blonde lokken, die de wind zachtjes heen en weder be woog stroomden hare tranenmaar het waren tranen van geluk. (Slot volgt.) Tot de eigenaardigste vormen van het Engelsohe volksleven behooren de «houseboats". De «house boat" is wat het woord zegteen huis in een boot. Deze drijvende woningen gelijken op niets beter dan op trekschuiten, alleen z|jn ze korter, breeder en hooger. De roef ia de salon, waarachter zich eenige kajuiten, de keuken, de provisiekamer en de wijn kelder bevinden. Het dak vormt een-vlak verdek, waarboven doorgaans een tent gespannen kan wor den, Hier brengt men, tusschen bloemen en planten, den dag aangenaam door. Hier wordt ontbeten in de geurige ochtendlucht en 's avonds thee gedronken. De dames borduren of lezen, de heeren spelen kaart, dam, schaak of domino en rooken. De salon is de natuurlijke eetkamer, en doorgaans heeft men een salet er bij, met een piano en een bookerij, waar een klein gezelschap het zioh gezellig maken kan b|j avond of slecht weder. De nieuwerwetsohe «chic» brengt mede, een drijvende woning te bezitten, waarin men voor een paar zomermaanden z|jn intrek neemt. Is men getrouwd en heeft men een gezin, dan trekt dat vanzelf mee. Veel vermogende jong gezellen, oude en jonge, houden er echter ook «houseboats" op na. Dezen hebben dan huishoud sters, behalve een in elk geval noodzakelijke bedie ning, en nooden verwanten en vrienden uit om een paar dagen b|j hen te komen doorbrengen. Z|j hebben, natuurlijk, logeerkajuiten. Niet veel ster- velingon zijn bij machte een drijvende woning te bezitten/ Z|j is een duro liefhebberij. Ten eerste kost de bouw van een «houseboat» heel veel geld, en de stolfeering niet minder, vooral als de eigenaar kieskeurig is ep nieuw erwelsche gemakken, electrisch licht enz., hebben wil. Menige drijvende woning kost 1000 en meer. Dan is het leven aan boord uit den aard der zaak ook niet goedkoop. Ligt men op eenigen afstand van een bewoonde plaats, dan moet elk stukje proviand gebaald worden. Dit geschiedt meestal door een stoomertje, dat b|j de houseboat be hoort en haar op sleeptouw neemt, zoo men verhuizen wil. Het stoomertje vergt ook manschap en steen kolen. Over het geheel behoeft dus niemand zich voor de goedkoopte een drijvende woning aan te schaffen. Menigeen vergenoegt zich dan ook met er een te huren gedurende het zomerseizoen, hetgeen gemakkelijk gaat, daar velen, die andere plannen hebben of krijgen, hun houseboat verpachten, vaak gemeubeld, met het zilver, het linnen, ja, de bedie ning erbij. Volgens het Berliner Tageblatt heeft het bezoek van Keizer Wilhelm aan Nederland al dadelijk grooten invloed geoefend in de handelswereld. «Thans zijn de Duitsche handelswaren", zegt het blad, «weerde meest geliefde en gezochte geworden. Vroeger moes ten zij die eer deelen met de Fransche en de Engelsche. Het Tageblatt weet 't nog maar half. Alle mo- disten hebben hare relation met Parijs laten varen; zijde wordt niet meer gedragenBordeaux-wijn en Champagne lust niomand meerde middag- en avond- treinen naar Parijs vertrekken ledig. Daarentegen is hier te lande nog nooit zoo'n aanvoer van braad worst geweest en zijn de bestellingen voor zuur kool enorm. (N. t>. <t, D.) Keizerin Augusta Victoria schijnt bij 'de voorstel ling in de Italiaansobe Opera te Londen een kame leonachtig kleed gedrageif te hebben. Da Londenache bladen verschillen namelijk zeer van meening over de gewichtige vraag, welk toilet de Keizerin bij die gelegenheid droeg. Daily Neme verzekert, dat H. M. een prachtig wit zjjden kleed droegvolgens the Times droeg de Keizerin een kleed van goud-brocaat, volgens Daily Telegraph, een van gebloemde witte zijde, volgens Daily Chronicle was H. M. in het zeegroen, mot een .crême-weerschijn, en voliens do daily Graphic in het-wit satijn, volgens nog Uen ander blad was het kleecj lichtbruin W|j deelden reeds mede, dat het vroegere Kamer lid Dr. H. J. M. A. Schaepman te Aimelo is can- didaat gesteld ter vervanging van den heer Mg. W. C. J. J. Cremers.De keus geschiedde in eene ver gadering van B-K. kiezers, die Woensdagmiddag te Almelo werd gehouden onder presidium van den heer A.^C. H. I. von Heyden, burgemeester van Weerselo. Deze-gaf het woord aan Mr. W. A. von Heyden, griffier van het kantongerecht te Almelo, die, blijkens de Tw. Ct. ongeveer het volgende tot inleiding sprak «Bij de laatste verkiezing te Wijk bij Duurstede is Dr. Schaepman gevallhn en er zou eene leemte (in de Tweede Kamer) ontstaan, welke alleen door zijn wederintreden kan hersteld worden. Dein het kiesdistrict herkozen Afgevaardigde, Mr. Cremers hiervan ten volle overtuigd, had schriftelijk en mon deling het bestuur doen weten, dat hij voornemens was z|jn mandaat voor de Tweede Kamer neer te leggen, om voor Schaepman (maar ook voor Schaep man alleen) plaats te maken in 's lands Baadzaal. Alvorens nu Mr. Cremers kon bedanken, diende hjj zekerheid te hebben van de candidatunr-Schaepman. Wij vragen u derhalve, zoo eindigde spreker, of de candidatuur-Schaepman u aangenaam is." Een luid applaus toonde de instemming der ver gadering. Terstond werd hiervan aan Mr. Cremers en Dr. Schaepman per drsad bericht gegeven en staande de vergadering werd aan Mr. Cremers per motie hulde gebraoht voor zijne «daad van eer." Men was van meening, zoo leest men verder, dat het niet gewenscht was, dat Dr. Schaepman nog vóór de verkiezing optrad. Liever wilde men hem als gekozen lid begroeten. Met eene opwekking om dezen «buitengewonen candidaat" met eene buiten gewone meerderheid te verkiezen, werd de vergade ring gesloten. Do gepensioneerde generaal Gerlach deelt aan het Vaderland het volgende mede over het ongeval met een r|jtuig, dat door de electrische tram werd aan gereden. Ik zelf zat in dat rijtuig, met m|jne eehtgenoote en schoonzuster, mejuffrouw De Bordes. Uw berichtgever heeft de zaak wat heel eonvoudig ingekleed, en wel eenigszins wordt de schuld gegeven aan deu eleclrischen tramwagen, en dit is volstrekt het geval niet, het is alleen de schuld van de onge hoord roekelooze handeling van den koetsier van het r|jtuig, niettegenstaande h|j de trams zag aankomen, en ik hem nog toeriep stop toch de zweep over het paard legde om nog de overzjjde van den weg te bereiken, waarvoor geen enkele reden was; de koetsier is hier alleen de schuldige man, en ik hoop dan ook, dat de man streng vervolgd zal worden en er eindelijk eens een voorbeeld zal gesteld worden, opdat er een einde kome aan het schandelijk roeke loos rijden van sommige koetsiers, die er eenvoudig do menschenlevens aan wagen, omdat z|j in het erg ste geval, wanneer er werkelijk een ongeluk gebeurt, met een enkelen gulden boete er afkomen. Ook zijn de gevolgen van het ongeval aanzienlijk ernstiger dan in uw bericht vermeld wordtm|jne eehtgenoote heeft het linkorsleutelbeen gebroken en m|jne schoonzuster en ik hebben zeer ernstige ver wondingen en kneuzingen aan armen of beenen, zoodat w|j nog allen onder geneeskundige behan deling z|jn. De Franfthe sterrenkundige Flammarion heeft ia een gesprek over het legaat van 100,000 francs, dat eene onlangs overleden Fransche dame vermaakt heeft aan dengeen, die een middel tot het onderhouden van gemeensohap tusschen onze aarde en een ander hemellichaam vindt, verklaard, dat h|j zoo iets Vol strekt niet onmogelijk acht. «Wij hebben", zeide hij, «grond om te vermoeden dat van de planeet Macs af seinen to# verschillende plaatsen van Mars lichtpunten gezien,, welke regel matig, nu als driehoeken, dan als vierkanten, geschikt waren. Dit houdt men voor bepaalde signalen, want het is niet aan te nemen, dat vuurspuwende of metT sneeuw bedekte bergen in zoo streng geometrische •vovmen te zien zouden z|jn. Ongelukkig zjjn wij, door den dampkring onzer aarde, niet in staat,Mars regelmatig genoeg waar te nemen, om de beloekenis van die lichtpunten te doorgronden. Het is zeker, dat het r.u nog onmogelijk is met Mars of een ander hemellichaam gemeenschap te onderhoudenmaar het is lang niet zeker, dat dit alt|jd onmogelijk zal blijven. Ieder oogenblik kan er iets uitgevonden worden, dat ons de middelen geeft om met zekerheid te weten of onze aarde al dan niet de eenige, door denkende wezens bewoonde planeet is." Tot de nieuwste toepassing van glas behoort zeker het gebruik van holle glazen bouwsteenen. Zij wor den vervaardigd in allerlei kleuren en zijn zoowel bruikbaar voor binuen- en buitenmuren van huizen, als voor veranda's, serres, badkamers, lecaliteiten in ziekenhuizen, enz., vooral ook in sommige fabrieken waar scherpe dampen worden ontwikkeld, en in het algemeen waar men eene doorschijnende, maar toch ondoorziohlige afscheiding verlangt. Naar den uit vinder worden zjj «briques Falconnier» genoemd. De lucht die zij bevatten, is een geschikte isolator tegen winterkoude en zomerhitte, terwijl zij ook eene Coede afsluiting tegen geraas vormen. Men maakt s in verschillende vormen, zoodat men de muren en afscheidingen, die uit deze steênen worden §b- bouwd, nSar verkiezing hetzjj geheel effen en vlak hetzij geheel of gedeeltelijk in dezelfden trant pl»bjjv. een behangselpatroon>kan samenstellen.' i tf De Kijks-Landbouwcommissie heeft aan den mi nister van Waterstaat en/, een advies doen toekomen -ISmMlHR over de vraag, in hoeverre de landbouwbelangen door eene wijziging van de bestaande belastingen zouden kunnen worden gebaat. De commissie heeft twee vragen overwogen lo. Zijn de belastingen in het algemeen zoodanig geregeld, dat de landbouw een evenredig deel draagt in verhouding tot andere bconnen van het nationaal inkomen P 2o. Zijn de afzonderlijke belastingen zoodanig ge kozen en ingericht, dat de landbouw, bij betaling van zijn evenredig deel, in zijne voortbrenging zoo weinig mogelijk wordt belemmerd? Uit het verslag blijkt in hoofdzaak het volgende: De landbouw gaat in verhouding tot z|jne pro ductiviteit onder te zwaren last gebukt. Deze zware druk wordt in hooge mate onbillijk door don vrij dom, welken het kapitaal in portefeuille geniet. Doch zelfs wanneer men den landbouw vergelijkt met an dere wel belaste bronnen van inkomen is do uit komst voor den landbouw niet gunstig. Een directe vergelijking van enkele landbouwers- bedrijven mot enkele handelszaken 'of neringen, zoo als voorkomt in sommige enquêteverslagen, is zeker weinig afdoende. De Patentwet werkt, zooals alge meen bekend is, zóó ongelijk, dat uit het eene geval niet tot het andere mag worden besloten. Maar ook de druk der grondbelasting is alles behalve gelijkmatig. Door de herziening van de belastbare opbrengst dor ongebouwde eigendommen moge hierin belangrijke verbetering worden gebracht, de werke lijke toestand is thans reeds aanmerkelijk afgeweken van dien, welke dïn grondslag vormt der schattin gen, oen afwijking die van jaar tot jaar snel toe neemt. Doch indirect blijkt de wanverhouding der belas ting voldoende. Vooreerst dient in het oog gehouden te worden, dat de landbouwer wel van patent is vrijgesteld, doch dat de personeele belasting voor de meesten inderdaad werkt als bedrijfsbelasting. Dit is vooral het geval met de 2e, 3e, Be en 6e grondslagen. In den regel betalen de mingegoede landbouwers aan personeel, voor hunne paarden, inwonende dienstbo den, haardsteden en vensters, voor zoover deze ge heel onmisbaar zijn voor hun bedrijf, moer in de personeele belasting dan kooplieden of industrieelen in het pitent; vooral de groote industrieelen en de groote kooplieden mogen in vergelijking met de land bouwers en in verhouding tot hunne winsten zeer bevoorrecht worden geacht. Bovendien betaalt de grondeigendom een aanzien lijk percentage aan de grondbelasting. Naar de laatste herziening bedraagt de netto huurwaarde 96 millioen. Kekent men voor het inkomen der land bouwers uit hun bedrijf bovendien 60 pCt. van de huurwaarde«wdus 48 millioen, dan wordt de opbrengst van den landbouw 144 millioen. Deze raming is -ongetwijfeld te hoog en ver van de werkelijkheid, omdat sedert de waardeering der belastbare opbrengst de grond aanmerkelijk in waarde is gedaald en het inkomen der boeren door achteruitgang en schulden op een veel lager c|jfer moet worden geschat. Doch neemt men' de hoogere cijfers als basis van bereke ning, en stelt men dat de grondbelasting met de opcenten zal bedragen 8 pCt. van do belastbare op brengst, dan wordt de verhouding tot het inkomen toch nog ruim 6 pCt. Bij het personeel en de grondbelasting komt dan nog een aanzienlijk, hoewel niet onder cijfers te brengen bedrag, dat de landbouw meer dan handel en nijverheid betaalt aan mutatierechten en accijnzen. Eindelijk mag niet worden vergeten dat, gelijk reeds in hot Enquêteverslag (p. 96) werd uiteenge- *schap, dat te gelijk met den keizer op Hatfield-house zet, de landbouw in vole streken van het land be- w"8 vereenigd. »De keizer werd vergezeld van zijn minister van buiter.landsche zaken, baron Marschall von Biéferatein en den Duitschen gezant te Londen, graaf Hatzfeldt. Van Engelands zijde waren, behalve de prinsen, aanwezig lord Salisbury, de Engelsche gezant te Berlijn sir 'Edward Malet, de ministers Smith, Hamilton en Balfour. Kortom beide landen waren vertegenwoordigd door zoovole toongevende staatslieden, dat men de bijeenkomst van Hatfield- house als het ware kan ^beschouwen, als een soort van ministerraad, waar de vriendschap tussehen Eogo- land en Duitschland voorgoed werd bezegeld. Aldus het Berlijnsche blad. De Engelsohe re- geeringsbladen stemmen hierdfee in en zoowel de Times als de Standard zien in 's Keizers bezoek bij lord Salisbury een welverdiende onderscheiding, welke de Duitsche keizer den minister bew|jst, die steeds de vredelievende politiek van het drievoudig ver bond steunde. De Engelsche keizerdagen zijn dus ten einde. Zoo wel in Duitschland alsiin Engeland is men zeer te vreden over den uitslag en ook keizer Wilhelm ver klaarde herhaaldelijk zijn ingenomenheid met een „ontvangst, zoo hartelijk als hjj gelijk hij reide „wel in zijn eigen land, maar niet buiten Duitsch land had kunnen Verwachten." menMIet den vinger eep ei bestrijkt met De oflrlog van 1870 doet in Frankrijk zqn invloed een dunne laag lijnolie, die na eenige dagen droogt, I gelden op de lichting van dn jaar, welke 2 zwaard wordt met provinciale belasting, polder- of waterschapslasten, die voor een belangrijk deel dienen ,om uitgaven* van algemeen belang te dekken. De commissie behandelt daarna meer in het bij zonder: de grondbelasting, ds belastbare opbrengst van de ongebouwde eigendommon, het personoel, de mutatie-, zegel- en hypotheek-rechten, de aocijnzen en de gemeentebelastingen, en zegt ten slotte „Zij deelt ahn Uwe Exo. hare overwegingen mede in de verwachting, dat hare overtuiging, dat de be langen van den landbouw grondige hervorming van verschillende belastingen eischen, door de Begeering mofce1 worden gedeeld, en in het vertrouwen dat hare wenschen weerklank mogen vinden in maatregelen, om billijke grieven weg te nemen en de ontwikkeling van' pen der groote takken van het volksinkomen te bevorderen." Wil men 'Pieren goed houden, dan krjjgt men - schoone resultaten, wanneer men ze bedekt met de eene of andere stof, die zoowel de inwerking van de buitenlucht qp het ei als de verdamping van het water, dat zich in het ei bevindt, belet. Vétachtige vloeistoffen zijn. in dit geval van*het grootste nut. Wanneer menfflet den vinger eep ei bestrijkt met dan heeft dat ei na zes maanden slechts 3 pCt. van z|jn oorspronkelijk gewicht verloren, en het is geheel frisch gebleven. Daarentegen verliest een ei m ge wone omstandigheden, dus wanneer het niet gecon serveerd wordt, over hetzelfde tijdvak 18 procent van zijn oorspronkelijk gewicht, bovendien is het half leeg en stinkt het. Na verloop van een jaar zjjn de eieren, op bovengenoemde wijze bewaard, nog •uitstekend. Men legt ze in kisten van B00 stuks, in zaagsel verpakt en loodrecht neergelegd, opdat de verschillende bestanddeelen niet door elkander loopen. (De Bakkerij.) De Parjjsche voddenrapers hebben in den afge- loopen winter zeer geleden. Sedert de Pargzenaars gedwongen worden, wat z|j zooai in den loop van een dag wegwerpen in een bak te doen en dien eiken avond buiten te zetten, totdat de officieele vuil nisman hem komt ledigen, vinden de meeste chiffon nière hunne jachtgronden erg ingekrompen en zjjn zij genoodzaakt in do voorsteden te gaan zoekon. Er zijn in dit vak twee klassen, de placiers en de coureurs. De eersten zjjn de' lui, die een koop sluiten mol de concierges of de bedienden van een buis voor de toestemming om den vuilnisbak eerst eflns te mogen nazien vóór de stedelijke man komt, waardoor zjj er dan de eerste lezing van krijgen de anderen zjjn diegenen welke op goed geluk' alle vuilnishoopen of bakken op de straat onderzoeken. Deze laatsten doen twee loopen por nacht, nl. van 7 uur 's avonds tot 12 uur en van 4 tot 9 uur in den voormiddag, doch in den winter, vooral gedu rende den laatsten verbergen dikwijls vorst en sneeuw allen afval voor het oog en is de arbeid van een heelen nacht vruohteloos. De ohiffonnier is in zijn vak niet te benjjden zqn 'werk is vuil en vermoeiend, en nog jong, geraakt zijn rug reeds kromgebogen onder het gewicht zijner mand. Als die mand, onder de vakmannen hotte of mannequin genaamd, vol is, bedraagt de waarde van den inhoud toch zelden meer dan 1V» frank. De voddenkoopers geven 2 frank voor de 200 pond oud ijzer, 3 frank voor dezelfde hoeveelheid glas, 3 frank voor beenderen en 2B frank voor wollen stoffen. Do verdiensten der chiffonnière zijn dus gering en zeer afwisselendde huisbazen, die dit weten, laten hen dan oojc altijd de huur vooruit betalen. Die huitr bedraagt v'an Is/, tot 3 frank in do week voor ellen dige krotten, waar wind en regen toegang hebben en waarin men, behalve een bed, meestal geen spoor van meubilair ziet. De huisbazen kunnen namelijk als de betaling ten achteren is, op alles beslag leg gen, behalve op het bed dit maakt, dat de chif fonnière het maar zonder huisraad doen, doch nu weet de huisbaas er niets anders opals de huur ders nietkunnen betalen, neemt hij dood bedaard deur en venster weg, als het boste middel om hen te -doen verhuizen. De meeste chiffonnière tronen in hunne twee bij zondere kwartieren te Cljhy en Levallois. Keizer Wilhelm is weer uit Engeland vertrokken. Het laatste bezoek des Keizers gold lord Salisbury, den premier, me de eer genoot den Duitschen keizer met de Engelsche prinsen als zjjn gasten op Hatfield- house te mogen ontvangen. Natuurljjk geeft ook deze. onderscheiding van den Engelschen minister weer aanleiding tot allerlei Beschouwingen; Zoo o. a. wijst de Vossische Zeüung op het gezel- minder bedraagt dan het vorige, tengevolge van de verminderde geboorten. Aangezien in de eerste drie maanden van 1871 een zeer vermeerdorde sterfte daarbij kwam, zal het verschil het volgend jaar nog grooter zjjn. De gewone gratie en andere bewijzen van gunst betoon ter gelegenheid van den naticnalen feestdag zijn gevolgd. De president der republiek heeft aan 587 veroordeelden, deels gedeporteerd naar Nieuw Caledonië en Fransch Guyana, deels opgesloten in de gevangenissen in Fraukrjjk, gratio, vermindering of verzachting van straf verleend. Voor de nieuw ingewijde Avenue de la République zijn 38 millioen uitgegeven wegens aankoop van ter reinen en 4 millioen wegens bouwkosten. Het Fransche eskader is te Stockholm even goed ontvangen als te Kopenhagen. Koning Oscar gaf een feestmaal ten hove ter eere van de Fransche zee officieren en hield een toespraak, waarin hg wees op de aloude vriendschappelijke betrekkingen tusschen Zweden en Frankrijk. Admiraal Gervais, de com mandant van het eskader, beantwoordde 's konings uitvoerige toespraak met een dronk op het welzjjn van Zweden en zjjn vorstenhuis. Tot dusver hebben de Franschen dus alle reden tot tevredenheid over hun reis naar het Noorden. Het glanspunt belooft echtor het bezoek te Peters- burg te zullen worden, dat nu aan de beurt komt. De berichten uit Ierland luiden voor den heer Par- nell steeds niet gunstig. Hij schijnt niet opgewassen tegen den invloed van de Roomsche geestelijkheid. Nu komt Dillon straks uit de gevangenis en het plan schjjnt te zijn, dat deze alsdan in plaats van Mac* earthy als hoofd dezer partij zal optieden, wat weef wat weer ongunstig zal terugwerken op de aanhali gere, die Parnell nog heeft overgehouden. De conferentie van afgevaardigden uit de mijn werkers, die te Keulen is gehouden om de interna tionale aansluiting der mijnwerkers voor te bereiden heeft blijkbaar aan de mijnwerkersbeweging in de Rijnprovincie en Keulen een nieuwen stoot gegeven. De heethoofden onder de leidslieden zgn opffieuw druk in de weer en Zondag zjjn er weder acht open bare vergaderingen gehouden. Inzonderheid wordt er voortgang gemaakt met de oprichting van ver- bruiksvereenigingen, waarbjj de aanvoerders overal den werklieden ijverig vóórprediken, dat deze ver- eenigingen bij eene arbeid staking een beslissenden invloed kunnen hebben, omdat zij, als het er op aankomt, aan de mijnwerkers de noodige levensmid delen zullen borgen. De vorige arbeidstakingen, zeggen zij, hebben niet de gewenschte uitwerking gehad, doordien de mjjnwerkers gebrek aan levens middelen kregen en dus uit nood den arbeid moes ten hervatten. Voor de ondersteuningskas schijnen er ook weer meer gelden in te komenzoo heeft by v. Bebel verleden week 100 mark gezonden, ter wijl het socialistische hoofdorgaan Vorwarts eon be drag van ruim 240 mark toezond en er-uit Parjjs van de socialistische leesclub eene bijdrage werd ont vangen. Inmiddels zjju de toebereidselen voor" eene algemeene vergadering te Bochum in vollen gang, terwijl het bljjkt dat die veel drukker zal worden bezocht dan men aanvankelijk meende dat het geval zou zijn. INGEZONDEN. De Burger-Bewaarschool van Mej. E. Verhoef heeft 31 Aug. 1891, 17 jaren bestaan. Met genoe gen zag de ondergeteekende de advertentie jl. 15 April 1891 (het pensioea van Mej. Schieveen, geb. van Lueéten). Iu 1840 waren er maar 2 Bewaar scholen. HEd. en ik hebben dezelfde scholen ge had, dezelfde werkzaamheden gedaan. HEd. is in botrekking gekomen 1 April 1841; ik; in 1840; HEd. van September 1846, hoofd dier Bewaarschool gewofttenik September 1845, naar Middelharnis verzocht, eene Bewaarschool te openen. April 1846 terug met getuigschrift van wijlen den Heer B. Boers, Scliodiopzienerik, 1-847 naar Gressendam en Neder- Hardinxveld als hoofd Burger-Bewaarschoolhouderes, tot Nov. 1865. Om gezondheidsredenen naar Gouda, met getuigschrift van wijlen den Heer P. Romejjn, Schoolopziener, te Gorinchem en 'getuigschrift van den WelEerw. Heer Ds^ van Spall. Met leedwezen zagen de WelEd. Heeren mjj terug, te weten de WelEd. Heeren Hoffman, Remjj, Ds. Broftelet, D. van Hinloopen Labbcrton, D. van 'Spall De Grave, M. H. Kluitman en de WelEd. Heer A. A. G. van Iterson. Deze 8 Heeren hebben mij met Gods hulp aan de scholen geholpen, die ik "hu heb. Daar de EdelAchtbare Heer Mr. van Ber gen IJzendoorn van huis was, mocht ik van de Well^. Heeren Wethouders, 31 Augustus 1874, éen Burger Bewaarschool openen. 18 Februari 1868 was er vergelijkend examen by Mej. Hardeman, 9 April 1868 benoemd als onderwijzeres in de handwetkeu aan de Openbare Tusschenschool. Ik bezit 2 akten: 1 als Hoofd-Bewaarschoolhouderes, 1 voor de hand-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 2