Bultenlandscfi Overzicht.
burZ'Trr SU t0t n°g 106 d" arra0 g0znt«"
liberalen stam in een conservatief en meer geavanceerd
deel eene niet onbelangrijke bydrage zal leveren. Van
oen hervormingsgezind Kabinet heeft het zelfs de
allures niet, zegt de Standaard. Eer maakt dit Ka
binet den indruk van «autoritair" te zullen zyn. Men
sprak eertyds ook op het schip van Staat wel fan
oude rotten. «Wy nu zegt het blad zullen
ons wel wachten, met zoo oneerbiedige uitdrukking
thans nog van ministers der Kroon te spreken. Maar
verzwegen mag toch niet, dat er drie mannen in dit
Kabinet zitting erlangen, die al den indruk makon
van staatslieden, die in den politieken doolhof den
weg woten, doorknede diplomaten zyu en uitnemend
de kunst verstaau. om de polyp-armeu van hunne
macht ver te doen reiken en te doen reiken in de
richting die hun gevalt. Van wat naar het //demo
cratische" ook maar zweemt, hebben deze stuurlie
den een hartgrondigen afkeer. Ze zijn, Lely uitge
zonderd, vertegenwoordigers van de periode der
satisfaits, die achter ons ligt, maar missen alle ge
meenschap met de sociale beweging, die thans het
hart der volken heeft ingenomen. Politiek gesproken
houden ze onze staatkundige ontwikkeling dus op en
kunnen, ook al trappeu ze het wiel van Staat, dat
de vonken er bij afvliegen, ous niet anders dan eeno
periode van stagnatie doen intreden. Aan velerlei
mogen zij de hand slaan, maar de politieke ontwik
keling brengen ze niet verder. En wat voor ons,
christenen in den lande, het bitterst is, op het oogen-
blik, toen deze mannen van het regeerkasteel bezit
namen, werd boven de poorte van dit kasteel «de
banier van het kruis van Christus" neergehaald.
Niet door de macht van het liberalisme, maar door
het verraad van enkele bedienaren des woords."
Van Ceylon komt een zeer zonderling, wonderlijk
en treurig verhaal. Men weet dat dit eiland het
centrum is van het Indisch bouddhisme en ook van
het Europeesch neobouddhisme, het theosophisme van
Mme. Blavatsky en van Annie Besant. Eenigen tijd
geleden ontscheepte to Colombo een jong Australisch
meisje, miss Vickettzij stelde zich aan kolonel
Olcott en de andere helden van het theosophisme
voor, die op het eiland hun verblijf houden, en legde
in hunne tegenwoordigheid eene openlijke geloofs
belijdenis af als volgster van den godsdienst van
Chakia-Mouni.
Men haalde de onverwachte gast met blijdschap
in, men droeg haar in triomf rond, men gaf haar
het bestuur van een bouddhistenschool in handen.
Al deze vleierijen en loftuitingen, het geheele dweep
zuchtig milieu, waarin zij was vervallen, deze toover-
vertooning van geestenoproepingen en wouderen, dit
alles maakte het arme meisje het hoofd op hol
haar geest was toch reeds zwak, zij werd krankzinnig
en, op een morgen, meenendo dat zij door het een
of ander spook word vervolgd, wierp zij zich in den
put van de school.
Den volgenden dag vonden hare theosophistische
vrienden haar verdronken. Nu gaven zij haar eene
theatrale begiatenis. Men balsemde haar, men legde
haar in een kostbare houten doodkist met satijn
gevoerd, met een kristallen deksel. Toen vergezelden
zes duizend bouddhisten, in het wit gekleed, deze
doodkist tot aan een brandstapel die op het strand
was opgericht en dien men met groote plechtigheid
in brand stak. Terwijl het lichaam tot asch ver
teerde, sprak doctor Bowles, een leerling van den
opperpriester van Maligakande, een lijkrede over de
ongelukkige uit. Hij had misschien beter gedaan
haar niet eerst krankzinnig te maken.
Maar het bouddhisme is thans eene manie en eene
mode van Engeland. Mrs. Annie Besant is er nog
steeds eene profetes van, totdat haar hartstocht weer
eene andere richting inslaat en zij haar nieuwen
godsdienst afzweert, gelijk zij haar atheïsme en daarna
haar malthusianisme heeft afgezworon.
De //Noue Freie Presse" ontvangt een lang inge
zonden stuk van een dame over //das Schleppeu-
recht De inzendster vindt, dat zoolang de dames
er niet over schryven of vergaderen, dat de heereu
te korte jasjes, te hooge boorden of te wijde pan
talons dragen, de heereu ook a in de dames het
aangeboren recht van ieder schoonheidsdier kun
nen laten, zyn sleep zoolang te laten hangen als
het verkiest. Men vindt er een fazant en een
pauw ook niet. leelyker of lastiger om, wanneer
het dier een sleep draagt en dien laat hangen.
Alleen zou de inzendster verlangen, dat men in
onze macbine-eeuw iets lichts en sterks uitvond
een machinerie, om evenals de pauw doet, den
sleep te kunnen uitspreiden eu in de hoogte trek
ken. Dan waren nut en sierlijkheid vereeuigdmen
zou dan den sleep als windscherm, als zonnescherm,
als waaier, als kamerschut kunnen gebruiken, of zeer
eenvoudig als achtergrond waartegen het bekoorlijk
levend schilderij zou uitkomen. De kleur zou men
dan met nog meer zorg voordeelig kunnen kiezen,
dan thans geschiedt. Men zou den sleep dan ook
als stralenkrans, als heiligenglorie, met electriscne
gloeilampjes bezet, of op andere vernuftige wijze
versierd kunnen aanwenden.
Men weet, hoe in Engeland eu Duitschland en
zelfs in Frankrijk en bij ons, de romau en uovel-
lenlitteratuur voor een groot deel in handen van
dames is. Met de periodieke pers echter, dagblad- en
weekbladschrijver^, uitgevers- en redactiewerk, is
het in al deze landen nog anders gesteld in ons
land zyn de dames redactrices van dag- en woek-
bladen nog te tellen. In Amerika is dit anders.
Een artikel van miss Fannie Aymar Matthews in
de «Cosmopolitan" geeft eene beschrijving van de
Dames-Jourualistenclub (Women's Press Club) te
New-York en hare voornaamste leden, dat een ge
heel nieuw inzicht geelt in dezen tak van vrouwe
lijke bezigheid.
De club telt ruim zestig leden: de presidente
is mrs. Croby (pseudoniem «Jennie June"), die in
New-ïork het stelsel van «duplicaat-corresponden
tie, nu uitgebreid tot het syndicaat-stelsel^, heeft
ingevoerd.
«Sinds het begin harer carrière is mrs. Croby
redactrice geweest; zij heeft voor iedere rubriek
van tallooze bladen eu tijdschriften geschreven dertig
jaar lang bestuurde zij een eigen syndicaat (corres
pondentie-bureau), was jaren lang presidente van
«Sorosis", dirigeert nu de «Home Maker," eu presi
deert de Dames-Journalistenclub in haar gezellig
clubgebouw, 24, Union-square East."
De eerste vice-presidentemrs. Elise Putnam
Heaton, is eene dame, «wier gemarkeerde, leven
dige, karakteristieke persoonlijkheid overal een krach-
tigen, weldadigeu indruk moet maken." Zij is pas
zeven-en-twintig jaren en werd aan de universiteit
van Boston gepromoveerd, in 1882, trouwde bijna
terstond daarna John L. Heaton, een der redao-
teurs van de «Brooklyn Daily Times," en behoort
nu tot de redactie van de «New-York Recorder."
Mrs. Heaton deed echter allerlei soorten journa-
hstenwerk, voordat zij hare tegenwoordige goede
positie bereiktezij schreef de indertyd gezochte
New-Yorkwhe brieven de moderubriek, onder-
teekend „Ellen Osborn artikelen over vrouwen
arbeid, enz. Twee jaar geleden maakte zij de reis
van Liverpool naar New-York, in bet tusscbendek
van den stoomer „Aurania," vergezelde eene kolo-
nio emigranten naar Chicago er. hielp hen op weg
naaT hun nieuw tehuis. Mrs. Heaton heeft een
klein knaapje, waar zij heel grootsch op is. Zij
wandelt gemakkelijk veertig mylen daags, is een
vurige kanorooistereen uitmuntende liefhebster-
photografe en eene onversaagde bergbeklimster.
Van do tweede vice-presidente, miss Watterson,
wordt gemeld, dat zy eene kolom in de «Evening
bun schrijft, onderteekend «The woman about town"
waariu «iederen dag geest, vuur, vervo en sterk ge
accentueerde spontaneiteit" zichtbaar zijn.
Maar behalve deze kolom schrijft miss Watterson
speciale hoofdartikelen, zorgt voor byzondere rubrie
ken en heeft naast haar confrères een lessenaar in
de reporterzaal. Zij is hartelijk en oprecht in ma
nieren, geheel ongeaffecteord en recht door zee. «Zy
heeft een mooien kop en grijze oogen, in wier diep
ten een grond van stillen humor flikkert."
Een van de honoraire vice-presidentes der club
is mrs. Mary E. Bryanzij begon hare carrière aan
een klein blaadje in Louisiana, kort na den oorlog.
Daarna werd zij redactrice van de Sunny South";
men zegt dat zij -daar tweo feuilleton-romans to
gelyk gaande hield, veel van de dagelijksche copie
leverde, enz. «Twee romans te gelyk te schrijven
schynt een geliefkoosde bezigheid van het levendige,
energieke, donkeroogige, vroolijke vrouwtje, want zy
ontvangt nu 10,000 dollars van een New-Yorksch
uitgever voor twee feuilletons per jaar en iedere
inaand een korte novelle; daarenboven levert zij kleine
versjes, «antwoorden aan correspondenten", euz.
Onder de verdere bekende dames is mrs. Edith
Sessions Tapper, die jong, mooi en innemend is, en
aan de «Sunday World" medewerkt; voorts «Bab"
(miss Isabel A. Mallon), van Baltimore, die naam
maakte met een stuk over waaiers, eu sedert kunst
industrie en damesmodes behandeltMrs. Frank
Leslie, ook al» uovelliste aan deze zijde van 'het
groote water bekend; miss „Mattie" Sheridan, die
aan de «Daily Continent" 4000 dollars 's jaars ver
dient. (Amsterdammer.)
In de «Kijkjes in de Rechtszaal" in de N. Bred
Ct. leest men
Op de bank der beschuldigden een arbeider uit
Etten. Op de getuigonbank eene boerschgekleede,
nog jonge vrouw met zeegroenen rok, gekleurden
omslagdoek, vijf snoeren groote witio kralen met een
groot gouden slot om den hals, een paar lange gou
den bellen in de ooren en een kanten muts op het
hoofd. Naast haar oen boersche jongejuffrouw met
een japon aan en oen hoedje op, dat dienen kou bij
het aanschouwelijk onderwijs in de Flora van Ne
derland, zoo kwistig was het met bloemen versierd.
De akte van beschuldiging luidde, dat de arbeider
de vrouw met de zeegroene japon had gescholden
en geslagen. Hij ontkonde, en verhaalde dat hij de
vrouw had bezig gezien in het aardappelveld van
bepaald het voornemen had, ons te bezoeken; het
was een buitengewoon gelukkig toeval, dat Flora
den graaf op reis leerde kennen.
Theodoor had de wenkbrauwen bijeengetrokken
een trek van misnoegdheid zweefde om zijne lippen
en uit zijne oogen trof een bestraffende blik den
kleinen, dikken heer, wiens rood gelaat met den
vreemdsoortigeu trek om de mondhoeken ondubbel
zinnig liet blijken, dat de bankior er van hield, de
vreugde des levens, en bepaaldelijk die van eene
welvoorziene tafel, te genieten.
Denk aan het spreekwoord, vaderschoen
maker blijf bij uw leest, antwoordde hij wanneer
Flora zich nu reeds dec titel van gravin denkt toe
gedacht, dan is deze hoop even dwaas als verwer
pelijk. Dwaas, omdat zij zeer goed weten zal, dat
graaf Von Hohenhausen nimmer een mésaillance
Haltviel de bankier hem in de rede. Wan
neer wij in de vorige eeuw leefden, dan zou ik de
gegrondheid van dit woord erkennen maar de tijden
zyn anders geworden. De adel heeft een groot ge
deelte zijner heerschappij aan het kapitaal afgestaan,
en oen met goud gevulde kas weegt ten huidigen j
dage even zwaar in de maatschappelijke weegschaal
als een diploma van adel.
Graaf Kurt Von Hohenhausen heeft niet aoo-
dig, bij de keus zijner toekomstige wederhelft op
eene schitterende huwelijksgift te zien.
Dat is zoo; want hij is rijk, zeide de bankier; l
maar juist de rijken hechten aan dit punt groote
waarde. Bovendien moet men ook de andere facto
ren niet uit het oog verliezenwij rekenen hier tiet
met den factor goud alleen: Flora is eene schoon
heid, als geboren om het grafelijk huis te vertegen
woordigen buitendien heeft ook het hart een stem.
Het hart? herhaalde Theodoor, en eene snij
dende ironie lag in den toon zijner stem. Het ver
bond, dat de harten sluiten, komt niet altijd tot
stand.
De oude heer sloeg voor den verwijtenden blik
van zijn zoon de oogen neder.
Hart en verstand moeten natuurlijk met elk
ander overeenstemmen, zeide hij.
En wat had het verstand tegen mijne verbin
tenis met Fanny Vogel in te brengen?
Komt gij weer op de oude geschiedenis terug?
ik hoopte, dat gij haar reeds lang zoudt vergeten
hebben. Juffrouw Vogel was voor u geene geschikte
partij, Theodoor, dat moet u in den loop des tijds
immers duidelijk gebleken zyn. Ge zult eenmaal,
wellicht reeds spoedig, aan het hoofd van dit huis
staan; ge zult dit huis moeten vertegenwoordigen.
a'le8 spreekt niet tegen de keus, die mijn
hart destijds gedaan heeft.
Zeker wel! Juffrouw Vogel mag eene zeer
lieftallige dame zijn, ik wil dit in geen geval
betwisten, maar de familie staat beneden ons.
Zij heeft geen toegang tot de kringen, in welke wij
verkeeren, en het zou u ook later, wanneer zij uwe
echtgenoote was, met gelukken, haar in die kringen J
te introduceerenwellicht zou men ook u daarin
weigeren te ontvangen. Ik weet trouwens, dat ge
daar geene bijzondere waarde aan hecht; maar je
zienswijze in dit opzicht zal veranderen, zoodra ge
chef van het huis zijt geworden.
De beweegredenen, die gij opsomt, bevatten
eene tegenspraak, zeide Theodoor, over wiens ernstig,
bijna somber gelaat een trek van minachting zweefde
Fanny Vogel zou niet in onze kringen te huis be-
hooren, Flora daarentegen wel in de hoogste kringen
geïntroduceerd worden.
v Dat is geheel iets anders. Flora is de dochter
van een millionair; zy heeft eene goede opvoediug
genoten; zij is met gravin Vou Hohenhausen be
vriend. Juffrouw Vogel daarentegen was in Zuid-
Amerika, als ik mij niet bedrieg, gouvernante.
Dat zij dit werd is onze schuld.
De oude heer trok de wenkbrauwen samen; ook
over zijn rood gezicht gleed thans een schaduw van
wrevel.
Laten wij dit onderwerp daarlaten, zeide hij;
wij hebben er indertijd genoeg en op voldoende
wijze over gesproken. Flora zeide mij, dat Fanny
Vogel uit Amerika was teruggekoerdik hoop, dat
gij de oude dwaasheden zult vergeten hebben; gij
zult weten, wat gij aan uwe positie, aan uwe familie
zyt verschuldigd.... Wat brengt ge my, mijnheer Barth?
De laatste woorden waren gericht tot een heer,
die door een zijdeur was binnengekomen.
(Wordt vervolgd.)
«en ander en haar gevraagd had Wat doe je daar?
waarop de vrouw al scheldend had geautwoorddat
gaat je niet aan! Van schelden of mishandelen
zynerzyds was geen sprake geweest.
De zeegroene boerin werd het eerst gehoord.
Buitengewoon rad van tong de woorden rolden
naar uit de keel als een nieuwe kruiwagen meteen
verscli gesmeerd wiel. zou Dickeus zeggen. ver
haalde zo hoe zij den arbeider had willen verjagen
van haar „eerpelveldf en hoe hij haar toen geslagen
had en uitgescholden voor iets, dat wij niet noemen
zullen. Maar het had haar niet erg zeer gedaan,
zei ze, daarbij in het midden latende of ze de mis
handeling dan wel de beloediging bedoelde. De
zeegroene mishandelde geen katje ora zonder
handschoenen aan te pakkon, dat zag men wel
ging zitten.
De juffrouw met de bloemen op haren hoed werd
nu geroepen om te getuigen. Bij den wachtmeester
der maréchaussees te Etten, bad zij verklaard de
mishandeling gezien te hebben, doch nu beweerde
met eene diepe buiging or niets van te
andero Juffro"w was al even bespraakt als de
En nu had er, ten gevolge van die ontkenning,
weder een van die tooneeltjes plaats, waartoe alleen
vrouwen aanleiding geven en waarbij het zelfs voor
de ernstige rechters moeilijk is hot gelaat in de
rustige plooi te honden.
Dus u hebt niets gezien vroeg do president.
t Tu- ™Ter (buiSing) ni«'s gezien, nikske
gezien (buiging).
De zeegroene, (klappend met de tong en slaande
Hoe '«''t'mogel'ijk Hüe 'a
De deurwaarderSsst
De ambtenaar van het O. M.Waarom hebt u
hebben waolltm«es'er verklaard alles gezien te
Omdat 'k bang was voor haar! (buiging). Want
o, t is zoo n gevaarlijk wijf(buiging). Ze zou me
zeid had™(buiging)!611"l8 'k g0"
De zeegroene: (staat driftig van 't bankje op,
neemt haar japon ui de beide handen en springt tot
voor de reohtbank, naast de andere juffrouw)Me-
;ocl' mogelijk wat kan dat varken
liegen 1 Zal ik t eens zeggen meneer? Zij stond
üeandere juffrouw begint ook). Hou
jy je stil Zij stond aan de dour.
De presidentNiet allebei gelijk Gaat u daar
zitten
De zeegroene Ze liegt 't meneerZe
Do Juffrouw: 'sNietss! 'k Was bang voor jou!
Je pont me d r een
De zeegroeno Jij niet f
En toen boiden weèr aan 't klappen, zoodat er
geen touw aan vast te maken was.
rJk!n' T"der ,raoeite gelukt llet «iudelijk aan do
rechtbank om de juffrouw geregeld te verhooren,
echter rnot geschiedt zonder dat de zeegroene
nog eens een keer opspringt, met de tong klapt, met
de vuist in de handen slaat en meer dergelijke ge
maakt 6,1 8 "l0n van kwaliilc bedwongen woede
van'Lfn u eiadfllÜk a%ele°pen en de ambtenaar
van bet O, M vraagt vrijspraak voor den beklaagde
op grond dat hot wettig bewijs ontbreekt.
De dames vertrekken, maar nauwelijks zijn ze de
rechtszaal uit en in de vestibule, of eene formeele
k.jtpartij ontstaat die door de maréchaussees moet
worden bedwongen.
Op straat werden de lieflijkheden echter voortge
zet. Als eene furie vaart de zeegroeno uit tegen de
gebloemde juffrouw, en maakt haar uit voor al «at
teelijk is. En de andere schijnt toch niet zoo ban»
te wezen als zij voorgaf, want ze dient behoorlijk
van repliek.
Men schrijft uit Londen aan het k. d. j)a„
Men zou moeilijk een duidelijker blijk van de veel
omvattendheid der taak van de Britsche Eegeering
kunnen vinden dan het pas door haar uitgegeven
blauwboek met opgave van de Britsche gezanten
buitenslands over de wetgeving in de landen, waar zij
geaccrediteerd zijn, betreffende orgeldraaiers.
De oorzaak van dit vreemde versohijnsel is, dat in
net jongste parlement, onder meer, ook oen wetsvoor
stel was ingediend, dat het talrijke leger van orgel-
draaiers ,n Londen vrij koud liet, maar niettemin
hunne belangen zeer raakte. Het beoogde niets min-
i beletten voorlaan op dezelfde meê-
Sa tekw0ll0n 011 t0 plegen. Maar de meerder-
nf vJi Loud«nfb« orgeldraaiers zijn verdwaalde
wnnr -'«lianen, die geen ooeranten lezen en
hadden" "'"k d6n anooden toele? gehoord
Correspondenten van de Herald en andere bladen
hebben te vergeefs getracht hen tot het bewustzijn te
brengen, dat er werkelijk eenig gevaar dreigde.
Het gevaar is voorloopig geweken, maar de quaestie
is daarom nog niet van de baan. De regeering be
loofde inlichtingen in te winnen hoe de zaak elders
geregeld was, en vandaar dit officieoio stuk over wat
daarin deftig „itinerant street musicians" genoemd
worut.
De inlichtingen werden gevraagd en gekregen uit
Farys, Berlijn, Roipe, Madrid, Weenen, St. Peters-
burg en Washington. Blijkbaar had Lord Salisbury
Amsterdam wol eens bezocht en wist hij, dat er m
Nederland s hoofdstad op dat stuk niet veel te leeren
viel. De orgeldraaiers zullen, eenmaal tot het bewust
zijn van het dreigend gevaar gekomen, misschien een
verzoekschrift inzenden om ook eens rapporten van
Amsterdam te laten overkomen. Als London's burgers
hooren wat de poorters van Amsterdam zich inzako
de itinerant street musicians laten aanleunen dan
zu len zij misschien tot de overtuiging komen, dat
het in Engeland s hoofdstad, alles wel beschouwd
nog met zoo heel erg is.
Het zal niemand verbazen, dat men in Eusland
korte wetten met zulke lastposten maakt en ze zon-
vormvan proces aan de deur zet. In de straten
van bt. Peteisburg worden ze niet geduld; ze mogen
er zelfs mot wonen. Vreemde orgeldraaiers worden
in het rijk met toegelaten.
Geheel anders in Spanje. Daar heeft men naast de
orgeldraaiers nog een andere plaag, die der gitaar
spelers. len aanzion der laatsten bestaan er eenige
voorschriften, volgens welke zij een vergunning van
den burgemeester moeten hebben, die uit medelijden
meestal aan georekkigeii of blinden verstrekt wordt
De orge.s echter zijn geheel verbannen, tengevolge
van de voortdurende klachten, die zij veroorzaakten.
Maar de verhuurders der instrumenten (niet de orgel-
draaiors-zelven) hebben thans een verzoekschrift in-
gediend om dio belemmering weder op te heffen.
Ie Berlijn is sedert 1884 een wet in werking
volgens welke geene nieuwe vergunningen verleend
worden, maar zij, die er een hadden, werden geacht
daardoor rechten verkregen te hebben, die ook thans
nog geeerbiedigd worden.
Te Weenen wordt de vergunning alleen verleend
aan personen, die met In staat zijn op andere whzo
hun biood te verdienen on wegens de kleine kinde
ren die zij te verzorgen hebben, niet in het werkhuis
opgenomen kunnen worden. Maar de straatmuziek
wordt met op straat toegelaten en is op zekere uren
van den dag verbodeu.
Te Parijs daarentegen mogen blinden, misvorm
den, eenarmigen, hinkenden of gebrekkige personen
geen orgel draaien. Na 6 uur 's avonds in den
wintor en na, 9 uur in den zomer wordt geen straat-
muziek geduld.
Uit Amerika zijn de berichten het uitvoerigst. In
het algemeen zijn daar geen voorschriften. Maar er
Zijn uitzonderingen. Zoo is te New-York het aan
tal orgeldraaiers beperkt tot 300 en mag geen hun
ner spelen binnen een afstand van 250 voet van
eenig bewoond huis, wanneer de bewoner hem ver
zoekt zulks met te doen. Te Buffalo worden alleen
uit medelijden vergunningen verleend. Te Baltimore
mag iedereen, die wil, komen spelen. Te Eioh-
mond worden do orgeldraaiers zelfs beschermd teven
vreemde concurrentie. Te Chicago en Boston z°ju
zulke voorschriften gemaakt, dat ze bijna met een
verbod gelijk staan, en hetzelfde doel tracht men te
Charleston te bereiken dooreen vrij hoog recht,
namelijk lo dollars per dag. Toch is die som on
langs nog betaald door een Duitsch rondreizend
muziekkorps, dat echier met een nadeelig saido de
stad verliet eu wel niet meer zal terugkomen.
In Amerika kent men behalve straatorgels, echter
nog andere plagen, waartegen gewaakt moet worden
Zoo is te Chicago het luiden van kerkklokken strenv
verboden. Daartegen wordt het in Columbia min
ot meer toegelaten, behalve wanneer er klachten over
ontvangen worden.
Chioago schijnt boven elke andere stad bevoorrecht.
Mou hoort er geen geluiden, behalve die van de
courantenjongens, en die maken van hun privilegiën
een ruim gebruik. In het district Columbia mo%m
ze «l;««n op vastgestelde tijden hunne waar aanprijzen.
Wie zich voor een poosje iö deze aangename of-
ficieeie lectuur wil vermeide, koope dit (witte) blauw
boek voor 12'/s cents en zal er een geheel uur
pleizier van hebben. Intusschen heeft men overvloed
van stof gekregen tot het in het leven roepen van
eer.e Engelsche wetgeviag op dit punt.
In het vervolg zal ieder zelf thuis zooveel oesters
kunnen kweeken als hij gaarne eet. Prof. Lacaze-
Duthicrs heeft aan de Pransche académie een uit
voerig rapport uitgebracht omtrent proeven, die hg
in het zee-laboratorium te Eoscoff heeft genomen
met kunstmatige oesterteelt. Het broedsel dat hij
te Marennes en te Arohacon had gekocht, heeft zich
m zijn laboratorium voortreffelijk ontwikkeld en eene
I goedsmakende oester in volkomen volgroeide schelp
geleverd. Nu maakt men sinds lang kunstmatig
zeewa er: voor een huiselijke oesterteelt zijn du!
geen beletselen meer. Alleen is de vraag, of ze niet
een beetje duurder zouden uitkomen, dan de gevischte
en er is ook wel geen twijfel aan, of de ware gastro
noom zal terstond bet verschil proeven tusschenden
RnSh„tet- kraohtlgen bewoner van bruisend zeewater
het kunstmatig gefabriceerde aquariumdier.
Eene bekendmaking, onlangs gepubliceerd, luidt
„Zur Erleichterung der Benutzing der zusammen-
steilharen lahrschoinhefte bei Eeisen ron und nacb
wiw,? ®tat»0Mnf«r preussischen Staatseisenbahnen,
weiche in dero Yerzeichnisse der Fahrscheine fur
zusammens.eillbare Fahrscheinhefte als Fahrschein-
nfangs- odor Endstationen nicht benannt sind oder
an einer in das erzeichniss überhaupt nicht aufge-
nommenen Eisenbahnstrecke liegen, werden für die
Fahrt von der Eeise-Antritsstation bis zur nachsten
vnr„ li1811181'atl™, und yon der d«ra Eeiseziel nachst-
vorgelegenen 1 ahrscheinstation bis zur Eeiseziel-
Station und zuruck, sowie für etwaige. Abstecher
nach Stationen smtwarts gelegener Strecken Seitens
der Ausgabostellen der preussischen Staatseisenbahnen
Erganzungstahrscheine den Heften eingofügt werden
„Wie dat na eens doorlezen terstond snapt" zegt
vL"r,TTge m0!tung"' "ontrao?t vrijkaart
voor al de koninklijk Pruisische spoorwegen."
De meeste Fransche bladen betuigen hun inge
nomenheid met do wijze waarop de Frausche zee
lieden in Eugeland worden ontvangen.
De teleurstelling welke aanvankelijk getoond «>erd
omdat men vreesde, dat het bezoek te Portsmouth
n indruk der feesten in Eusland zou verzwakken
is bqna geheel verdwenen. Trouwens bgzondere poli-
beteekems wordt noch te Berlijn noch te Wee
nen aan het bezoek gehecht. Men beschouwt daar
ITrt i n' bet bezoek der Franschen hoofd^
WM i e0ni 'JS van de goedo "iendschap
tusschen twee naburige Staten. Vandaar dat dit be
zoek geheel natuurlijk is eu tot geen bijzondere uit
legging aanleiding geeft, gelijk wel ten opzichte
van het bezoek aan Eusland het geval was
In Duitschland is het feit van den dag de ver-
I TOnflniS7n ™D W6rk 0V6r d0n veldtocht
van 1870 en 1871. Het boek dat 27 vel druks
groot is begonnen werd in de lente van 1887 en
ten einde gobraebt in Januari 1888, is een ponu-
laire eu verkorte bearbeiding van het groote werk
van den goneralen s'taf. Opmerkelijk is de beschou-
Win0 van do inleiding, waar de groote veldheor het
»f Z<1 rx i 200 lang 0r nati«n met een
afzonderlijk bestaan, er geschillen zullen voorkomen
die alleen met de wapenen beslecht kunnen worden
maar dat in_ don tegenwoordigen tijd die oorlogen
met meer uitgelokt worden door do eerzucht der
vorsten, maar veeleer door de volken zeiven die
voor misnoegdheid over de binnenlands-he toestan-
den een uitweg zoeken in een krijg. Het vereenigd
Duitschland zegt hij, behoeft den oorlog niot me!r
het streeft slechts naar behoud van den vrede Een
zwakke Eegeering bij den nabuur breng! het mee,!
den vrede in gevaar. Zoo was het ook in lS7o
toen Napoleons autocratisch bestuur door de libe'
rale stroom,„g ondermijnd was, on Je oorlog redding
moest brengen In zijn besehrijving van don oo®
log vindt Moltke telkens gelegenheid aan te toonen
hoo de militaire inzichten der beste legeraanvoerders
ondergeschikt gemaakt werden aan politieke bereke
ningen gegrond op de volksstemming. Zoo Bazaiue
te Me.z en zoo Mac Mabon met zijn mislukten tocht
naar Sedan, toen hij zwichtte voor de eiscben
den Minister van Oorlog. Napoleon had ht 'naa!
het heette aan de spits van zijn leger willen ster
IT' maarOT^Iol'ke schrijftNapoleon heeft geweigerd
generaal Wimpfen te volgen bij een pogin» om°maf
geweld door de Duilsche linicü te bre!en° en ,nT
gendeel hem bevolen onderhandelingen aan'te knoo
pen Omtrent hel Sedan-feest schrijft hK hjer
Het is moeilijk te verklaren, waarom wij, Duitseher,
den 2u September vieren, waarop niets gedenkwaar
digs gebeurd is dan alleen wat het onvermijdelijk
fembe!. Va" W0rkeliJk r°em™lle„ In Sep-
Met groote waardeering spreekt Moltke van den
bovenmenschelijken arbeid van Gambetta en 1W
net, toen hij de vo kswapeniug organiseerden maw
hun gebrek aan militaire kennis is, meeut hij Frani-
rijk duur te staan gekomen. "ank-
Domela Nieuwenhuis heeft met ziin
den^log op het Brusselsche congj
schers™die naar'hij"ztide'°aie! inTernattanaall
zijn. Inderdaad is het de prsetischo zin der Duisch^
sociaal-democraten, die de overhand heeft nn k
congres. Tegen den politieke,, tact van Be°bPel t'
Liebknecht, die m een langdurig parlementair leven