Bultenlandscfi Overzicht. burZ'Trr SU t0t n°g 106 d" arra0 g0znt«" liberalen stam in een conservatief en meer geavanceerd deel eene niet onbelangrijke bydrage zal leveren. Van oen hervormingsgezind Kabinet heeft het zelfs de allures niet, zegt de Standaard. Eer maakt dit Ka binet den indruk van «autoritair" te zullen zyn. Men sprak eertyds ook op het schip van Staat wel fan oude rotten. «Wy nu zegt het blad zullen ons wel wachten, met zoo oneerbiedige uitdrukking thans nog van ministers der Kroon te spreken. Maar verzwegen mag toch niet, dat er drie mannen in dit Kabinet zitting erlangen, die al den indruk makon van staatslieden, die in den politieken doolhof den weg woten, doorknede diplomaten zyu en uitnemend de kunst verstaau. om de polyp-armeu van hunne macht ver te doen reiken en te doen reiken in de richting die hun gevalt. Van wat naar het //demo cratische" ook maar zweemt, hebben deze stuurlie den een hartgrondigen afkeer. Ze zijn, Lely uitge zonderd, vertegenwoordigers van de periode der satisfaits, die achter ons ligt, maar missen alle ge meenschap met de sociale beweging, die thans het hart der volken heeft ingenomen. Politiek gesproken houden ze onze staatkundige ontwikkeling dus op en kunnen, ook al trappeu ze het wiel van Staat, dat de vonken er bij afvliegen, ous niet anders dan eeno periode van stagnatie doen intreden. Aan velerlei mogen zij de hand slaan, maar de politieke ontwik keling brengen ze niet verder. En wat voor ons, christenen in den lande, het bitterst is, op het oogen- blik, toen deze mannen van het regeerkasteel bezit namen, werd boven de poorte van dit kasteel «de banier van het kruis van Christus" neergehaald. Niet door de macht van het liberalisme, maar door het verraad van enkele bedienaren des woords." Van Ceylon komt een zeer zonderling, wonderlijk en treurig verhaal. Men weet dat dit eiland het centrum is van het Indisch bouddhisme en ook van het Europeesch neobouddhisme, het theosophisme van Mme. Blavatsky en van Annie Besant. Eenigen tijd geleden ontscheepte to Colombo een jong Australisch meisje, miss Vickettzij stelde zich aan kolonel Olcott en de andere helden van het theosophisme voor, die op het eiland hun verblijf houden, en legde in hunne tegenwoordigheid eene openlijke geloofs belijdenis af als volgster van den godsdienst van Chakia-Mouni. Men haalde de onverwachte gast met blijdschap in, men droeg haar in triomf rond, men gaf haar het bestuur van een bouddhistenschool in handen. Al deze vleierijen en loftuitingen, het geheele dweep zuchtig milieu, waarin zij was vervallen, deze toover- vertooning van geestenoproepingen en wouderen, dit alles maakte het arme meisje het hoofd op hol haar geest was toch reeds zwak, zij werd krankzinnig en, op een morgen, meenendo dat zij door het een of ander spook word vervolgd, wierp zij zich in den put van de school. Den volgenden dag vonden hare theosophistische vrienden haar verdronken. Nu gaven zij haar eene theatrale begiatenis. Men balsemde haar, men legde haar in een kostbare houten doodkist met satijn gevoerd, met een kristallen deksel. Toen vergezelden zes duizend bouddhisten, in het wit gekleed, deze doodkist tot aan een brandstapel die op het strand was opgericht en dien men met groote plechtigheid in brand stak. Terwijl het lichaam tot asch ver teerde, sprak doctor Bowles, een leerling van den opperpriester van Maligakande, een lijkrede over de ongelukkige uit. Hij had misschien beter gedaan haar niet eerst krankzinnig te maken. Maar het bouddhisme is thans eene manie en eene mode van Engeland. Mrs. Annie Besant is er nog steeds eene profetes van, totdat haar hartstocht weer eene andere richting inslaat en zij haar nieuwen godsdienst afzweert, gelijk zij haar atheïsme en daarna haar malthusianisme heeft afgezworon. De //Noue Freie Presse" ontvangt een lang inge zonden stuk van een dame over //das Schleppeu- recht De inzendster vindt, dat zoolang de dames er niet over schryven of vergaderen, dat de heereu te korte jasjes, te hooge boorden of te wijde pan talons dragen, de heereu ook a in de dames het aangeboren recht van ieder schoonheidsdier kun nen laten, zyn sleep zoolang te laten hangen als het verkiest. Men vindt er een fazant en een pauw ook niet. leelyker of lastiger om, wanneer het dier een sleep draagt en dien laat hangen. Alleen zou de inzendster verlangen, dat men in onze macbine-eeuw iets lichts en sterks uitvond een machinerie, om evenals de pauw doet, den sleep te kunnen uitspreiden eu in de hoogte trek ken. Dan waren nut en sierlijkheid vereeuigdmen zou dan den sleep als windscherm, als zonnescherm, als waaier, als kamerschut kunnen gebruiken, of zeer eenvoudig als achtergrond waartegen het bekoorlijk levend schilderij zou uitkomen. De kleur zou men dan met nog meer zorg voordeelig kunnen kiezen, dan thans geschiedt. Men zou den sleep dan ook als stralenkrans, als heiligenglorie, met electriscne gloeilampjes bezet, of op andere vernuftige wijze versierd kunnen aanwenden. Men weet, hoe in Engeland eu Duitschland en zelfs in Frankrijk en bij ons, de romau en uovel- lenlitteratuur voor een groot deel in handen van dames is. Met de periodieke pers echter, dagblad- en weekbladschrijver^, uitgevers- en redactiewerk, is het in al deze landen nog anders gesteld in ons land zyn de dames redactrices van dag- en woek- bladen nog te tellen. In Amerika is dit anders. Een artikel van miss Fannie Aymar Matthews in de «Cosmopolitan" geeft eene beschrijving van de Dames-Jourualistenclub (Women's Press Club) te New-York en hare voornaamste leden, dat een ge heel nieuw inzicht geelt in dezen tak van vrouwe lijke bezigheid. De club telt ruim zestig leden: de presidente is mrs. Croby (pseudoniem «Jennie June"), die in New-ïork het stelsel van «duplicaat-corresponden tie, nu uitgebreid tot het syndicaat-stelsel^, heeft ingevoerd. «Sinds het begin harer carrière is mrs. Croby redactrice geweest; zij heeft voor iedere rubriek van tallooze bladen eu tijdschriften geschreven dertig jaar lang bestuurde zij een eigen syndicaat (corres pondentie-bureau), was jaren lang presidente van «Sorosis", dirigeert nu de «Home Maker," eu presi deert de Dames-Journalistenclub in haar gezellig clubgebouw, 24, Union-square East." De eerste vice-presidentemrs. Elise Putnam Heaton, is eene dame, «wier gemarkeerde, leven dige, karakteristieke persoonlijkheid overal een krach- tigen, weldadigeu indruk moet maken." Zij is pas zeven-en-twintig jaren en werd aan de universiteit van Boston gepromoveerd, in 1882, trouwde bijna terstond daarna John L. Heaton, een der redao- teurs van de «Brooklyn Daily Times," en behoort nu tot de redactie van de «New-York Recorder." Mrs. Heaton deed echter allerlei soorten journa- hstenwerk, voordat zij hare tegenwoordige goede positie bereiktezij schreef de indertyd gezochte New-Yorkwhe brieven de moderubriek, onder- teekend „Ellen Osborn artikelen over vrouwen arbeid, enz. Twee jaar geleden maakte zij de reis van Liverpool naar New-York, in bet tusscbendek van den stoomer „Aurania," vergezelde eene kolo- nio emigranten naar Chicago er. hielp hen op weg naaT hun nieuw tehuis. Mrs. Heaton heeft een klein knaapje, waar zij heel grootsch op is. Zij wandelt gemakkelijk veertig mylen daags, is een vurige kanorooistereen uitmuntende liefhebster- photografe en eene onversaagde bergbeklimster. Van do tweede vice-presidente, miss Watterson, wordt gemeld, dat zy eene kolom in de «Evening bun schrijft, onderteekend «The woman about town" waariu «iederen dag geest, vuur, vervo en sterk ge accentueerde spontaneiteit" zichtbaar zijn. Maar behalve deze kolom schrijft miss Watterson speciale hoofdartikelen, zorgt voor byzondere rubrie ken en heeft naast haar confrères een lessenaar in de reporterzaal. Zij is hartelijk en oprecht in ma nieren, geheel ongeaffecteord en recht door zee. «Zy heeft een mooien kop en grijze oogen, in wier diep ten een grond van stillen humor flikkert." Een van de honoraire vice-presidentes der club is mrs. Mary E. Bryanzij begon hare carrière aan een klein blaadje in Louisiana, kort na den oorlog. Daarna werd zij redactrice van de Sunny South"; men zegt dat zij -daar tweo feuilleton-romans to gelyk gaande hield, veel van de dagelijksche copie leverde, enz. «Twee romans te gelyk te schrijven schynt een geliefkoosde bezigheid van het levendige, energieke, donkeroogige, vroolijke vrouwtje, want zy ontvangt nu 10,000 dollars van een New-Yorksch uitgever voor twee feuilletons per jaar en iedere inaand een korte novelle; daarenboven levert zij kleine versjes, «antwoorden aan correspondenten", euz. Onder de verdere bekende dames is mrs. Edith Sessions Tapper, die jong, mooi en innemend is, en aan de «Sunday World" medewerkt; voorts «Bab" (miss Isabel A. Mallon), van Baltimore, die naam maakte met een stuk over waaiers, eu sedert kunst industrie en damesmodes behandeltMrs. Frank Leslie, ook al» uovelliste aan deze zijde van 'het groote water bekend; miss „Mattie" Sheridan, die aan de «Daily Continent" 4000 dollars 's jaars ver dient. (Amsterdammer.) In de «Kijkjes in de Rechtszaal" in de N. Bred Ct. leest men Op de bank der beschuldigden een arbeider uit Etten. Op de getuigonbank eene boerschgekleede, nog jonge vrouw met zeegroenen rok, gekleurden omslagdoek, vijf snoeren groote witio kralen met een groot gouden slot om den hals, een paar lange gou den bellen in de ooren en een kanten muts op het hoofd. Naast haar oen boersche jongejuffrouw met een japon aan en oen hoedje op, dat dienen kou bij het aanschouwelijk onderwijs in de Flora van Ne derland, zoo kwistig was het met bloemen versierd. De akte van beschuldiging luidde, dat de arbeider de vrouw met de zeegroene japon had gescholden en geslagen. Hij ontkonde, en verhaalde dat hij de vrouw had bezig gezien in het aardappelveld van bepaald het voornemen had, ons te bezoeken; het was een buitengewoon gelukkig toeval, dat Flora den graaf op reis leerde kennen. Theodoor had de wenkbrauwen bijeengetrokken een trek van misnoegdheid zweefde om zijne lippen en uit zijne oogen trof een bestraffende blik den kleinen, dikken heer, wiens rood gelaat met den vreemdsoortigeu trek om de mondhoeken ondubbel zinnig liet blijken, dat de bankior er van hield, de vreugde des levens, en bepaaldelijk die van eene welvoorziene tafel, te genieten. Denk aan het spreekwoord, vaderschoen maker blijf bij uw leest, antwoordde hij wanneer Flora zich nu reeds dec titel van gravin denkt toe gedacht, dan is deze hoop even dwaas als verwer pelijk. Dwaas, omdat zij zeer goed weten zal, dat graaf Von Hohenhausen nimmer een mésaillance Haltviel de bankier hem in de rede. Wan neer wij in de vorige eeuw leefden, dan zou ik de gegrondheid van dit woord erkennen maar de tijden zyn anders geworden. De adel heeft een groot ge deelte zijner heerschappij aan het kapitaal afgestaan, en oen met goud gevulde kas weegt ten huidigen j dage even zwaar in de maatschappelijke weegschaal als een diploma van adel. Graaf Kurt Von Hohenhausen heeft niet aoo- dig, bij de keus zijner toekomstige wederhelft op eene schitterende huwelijksgift te zien. Dat is zoo; want hij is rijk, zeide de bankier; l maar juist de rijken hechten aan dit punt groote waarde. Bovendien moet men ook de andere facto ren niet uit het oog verliezenwij rekenen hier tiet met den factor goud alleen: Flora is eene schoon heid, als geboren om het grafelijk huis te vertegen woordigen buitendien heeft ook het hart een stem. Het hart? herhaalde Theodoor, en eene snij dende ironie lag in den toon zijner stem. Het ver bond, dat de harten sluiten, komt niet altijd tot stand. De oude heer sloeg voor den verwijtenden blik van zijn zoon de oogen neder. Hart en verstand moeten natuurlijk met elk ander overeenstemmen, zeide hij. En wat had het verstand tegen mijne verbin tenis met Fanny Vogel in te brengen? Komt gij weer op de oude geschiedenis terug? ik hoopte, dat gij haar reeds lang zoudt vergeten hebben. Juffrouw Vogel was voor u geene geschikte partij, Theodoor, dat moet u in den loop des tijds immers duidelijk gebleken zyn. Ge zult eenmaal, wellicht reeds spoedig, aan het hoofd van dit huis staan; ge zult dit huis moeten vertegenwoordigen. a'le8 spreekt niet tegen de keus, die mijn hart destijds gedaan heeft. Zeker wel! Juffrouw Vogel mag eene zeer lieftallige dame zijn, ik wil dit in geen geval betwisten, maar de familie staat beneden ons. Zij heeft geen toegang tot de kringen, in welke wij verkeeren, en het zou u ook later, wanneer zij uwe echtgenoote was, met gelukken, haar in die kringen J te introduceerenwellicht zou men ook u daarin weigeren te ontvangen. Ik weet trouwens, dat ge daar geene bijzondere waarde aan hecht; maar je zienswijze in dit opzicht zal veranderen, zoodra ge chef van het huis zijt geworden. De beweegredenen, die gij opsomt, bevatten eene tegenspraak, zeide Theodoor, over wiens ernstig, bijna somber gelaat een trek van minachting zweefde Fanny Vogel zou niet in onze kringen te huis be- hooren, Flora daarentegen wel in de hoogste kringen geïntroduceerd worden. v Dat is geheel iets anders. Flora is de dochter van een millionair; zy heeft eene goede opvoediug genoten; zij is met gravin Vou Hohenhausen be vriend. Juffrouw Vogel daarentegen was in Zuid- Amerika, als ik mij niet bedrieg, gouvernante. Dat zij dit werd is onze schuld. De oude heer trok de wenkbrauwen samen; ook over zijn rood gezicht gleed thans een schaduw van wrevel. Laten wij dit onderwerp daarlaten, zeide hij; wij hebben er indertijd genoeg en op voldoende wijze over gesproken. Flora zeide mij, dat Fanny Vogel uit Amerika was teruggekoerdik hoop, dat gij de oude dwaasheden zult vergeten hebben; gij zult weten, wat gij aan uwe positie, aan uwe familie zyt verschuldigd.... Wat brengt ge my, mijnheer Barth? De laatste woorden waren gericht tot een heer, die door een zijdeur was binnengekomen. (Wordt vervolgd.) «en ander en haar gevraagd had Wat doe je daar? waarop de vrouw al scheldend had geautwoorddat gaat je niet aan! Van schelden of mishandelen zynerzyds was geen sprake geweest. De zeegroene boerin werd het eerst gehoord. Buitengewoon rad van tong de woorden rolden naar uit de keel als een nieuwe kruiwagen meteen verscli gesmeerd wiel. zou Dickeus zeggen. ver haalde zo hoe zij den arbeider had willen verjagen van haar „eerpelveldf en hoe hij haar toen geslagen had en uitgescholden voor iets, dat wij niet noemen zullen. Maar het had haar niet erg zeer gedaan, zei ze, daarbij in het midden latende of ze de mis handeling dan wel de beloediging bedoelde. De zeegroene mishandelde geen katje ora zonder handschoenen aan te pakkon, dat zag men wel ging zitten. De juffrouw met de bloemen op haren hoed werd nu geroepen om te getuigen. Bij den wachtmeester der maréchaussees te Etten, bad zij verklaard de mishandeling gezien te hebben, doch nu beweerde met eene diepe buiging or niets van te andero Juffro"w was al even bespraakt als de En nu had er, ten gevolge van die ontkenning, weder een van die tooneeltjes plaats, waartoe alleen vrouwen aanleiding geven en waarbij het zelfs voor de ernstige rechters moeilijk is hot gelaat in de rustige plooi te honden. Dus u hebt niets gezien vroeg do president. t Tu- ™Ter (buiSing) ni«'s gezien, nikske gezien (buiging). De zeegroene, (klappend met de tong en slaande Hoe '«''t'mogel'ijk Hüe 'a De deurwaarderSsst De ambtenaar van het O. M.Waarom hebt u hebben waolltm«es'er verklaard alles gezien te Omdat 'k bang was voor haar! (buiging). Want o, t is zoo n gevaarlijk wijf(buiging). Ze zou me zeid had™(buiging)!611"l8 'k g0" De zeegroene: (staat driftig van 't bankje op, neemt haar japon ui de beide handen en springt tot voor de reohtbank, naast de andere juffrouw)Me- ;ocl' mogelijk wat kan dat varken liegen 1 Zal ik t eens zeggen meneer? Zij stond üeandere juffrouw begint ook). Hou jy je stil Zij stond aan de dour. De presidentNiet allebei gelijk Gaat u daar zitten De zeegroene Ze liegt 't meneerZe Do Juffrouw: 'sNietss! 'k Was bang voor jou! Je pont me d r een De zeegroeno Jij niet f En toen boiden weèr aan 't klappen, zoodat er geen touw aan vast te maken was. rJk!n' T"der ,raoeite gelukt llet «iudelijk aan do rechtbank om de juffrouw geregeld te verhooren, echter rnot geschiedt zonder dat de zeegroene nog eens een keer opspringt, met de tong klapt, met de vuist in de handen slaat en meer dergelijke ge maakt 6,1 8 "l0n van kwaliilc bedwongen woede van'Lfn u eiadfllÜk a%ele°pen en de ambtenaar van bet O, M vraagt vrijspraak voor den beklaagde op grond dat hot wettig bewijs ontbreekt. De dames vertrekken, maar nauwelijks zijn ze de rechtszaal uit en in de vestibule, of eene formeele k.jtpartij ontstaat die door de maréchaussees moet worden bedwongen. Op straat werden de lieflijkheden echter voortge zet. Als eene furie vaart de zeegroeno uit tegen de gebloemde juffrouw, en maakt haar uit voor al «at teelijk is. En de andere schijnt toch niet zoo ban» te wezen als zij voorgaf, want ze dient behoorlijk van repliek. Men schrijft uit Londen aan het k. d. j)a„ Men zou moeilijk een duidelijker blijk van de veel omvattendheid der taak van de Britsche Eegeering kunnen vinden dan het pas door haar uitgegeven blauwboek met opgave van de Britsche gezanten buitenslands over de wetgeving in de landen, waar zij geaccrediteerd zijn, betreffende orgeldraaiers. De oorzaak van dit vreemde versohijnsel is, dat in net jongste parlement, onder meer, ook oen wetsvoor stel was ingediend, dat het talrijke leger van orgel- draaiers ,n Londen vrij koud liet, maar niettemin hunne belangen zeer raakte. Het beoogde niets min- i beletten voorlaan op dezelfde meê- Sa tekw0ll0n 011 t0 plegen. Maar de meerder- nf vJi Loud«nfb« orgeldraaiers zijn verdwaalde wnnr -'«lianen, die geen ooeranten lezen en hadden" "'"k d6n anooden toele? gehoord Correspondenten van de Herald en andere bladen hebben te vergeefs getracht hen tot het bewustzijn te brengen, dat er werkelijk eenig gevaar dreigde. Het gevaar is voorloopig geweken, maar de quaestie is daarom nog niet van de baan. De regeering be loofde inlichtingen in te winnen hoe de zaak elders geregeld was, en vandaar dit officieoio stuk over wat daarin deftig „itinerant street musicians" genoemd worut. De inlichtingen werden gevraagd en gekregen uit Farys, Berlijn, Roipe, Madrid, Weenen, St. Peters- burg en Washington. Blijkbaar had Lord Salisbury Amsterdam wol eens bezocht en wist hij, dat er m Nederland s hoofdstad op dat stuk niet veel te leeren viel. De orgeldraaiers zullen, eenmaal tot het bewust zijn van het dreigend gevaar gekomen, misschien een verzoekschrift inzenden om ook eens rapporten van Amsterdam te laten overkomen. Als London's burgers hooren wat de poorters van Amsterdam zich inzako de itinerant street musicians laten aanleunen dan zu len zij misschien tot de overtuiging komen, dat het in Engeland s hoofdstad, alles wel beschouwd nog met zoo heel erg is. Het zal niemand verbazen, dat men in Eusland korte wetten met zulke lastposten maakt en ze zon- vormvan proces aan de deur zet. In de straten van bt. Peteisburg worden ze niet geduld; ze mogen er zelfs mot wonen. Vreemde orgeldraaiers worden in het rijk met toegelaten. Geheel anders in Spanje. Daar heeft men naast de orgeldraaiers nog een andere plaag, die der gitaar spelers. len aanzion der laatsten bestaan er eenige voorschriften, volgens welke zij een vergunning van den burgemeester moeten hebben, die uit medelijden meestal aan georekkigeii of blinden verstrekt wordt De orge.s echter zijn geheel verbannen, tengevolge van de voortdurende klachten, die zij veroorzaakten. Maar de verhuurders der instrumenten (niet de orgel- draaiors-zelven) hebben thans een verzoekschrift in- gediend om dio belemmering weder op te heffen. Ie Berlijn is sedert 1884 een wet in werking volgens welke geene nieuwe vergunningen verleend worden, maar zij, die er een hadden, werden geacht daardoor rechten verkregen te hebben, die ook thans nog geeerbiedigd worden. Te Weenen wordt de vergunning alleen verleend aan personen, die met In staat zijn op andere whzo hun biood te verdienen on wegens de kleine kinde ren die zij te verzorgen hebben, niet in het werkhuis opgenomen kunnen worden. Maar de straatmuziek wordt met op straat toegelaten en is op zekere uren van den dag verbodeu. Te Parijs daarentegen mogen blinden, misvorm den, eenarmigen, hinkenden of gebrekkige personen geen orgel draaien. Na 6 uur 's avonds in den wintor en na, 9 uur in den zomer wordt geen straat- muziek geduld. Uit Amerika zijn de berichten het uitvoerigst. In het algemeen zijn daar geen voorschriften. Maar er Zijn uitzonderingen. Zoo is te New-York het aan tal orgeldraaiers beperkt tot 300 en mag geen hun ner spelen binnen een afstand van 250 voet van eenig bewoond huis, wanneer de bewoner hem ver zoekt zulks met te doen. Te Buffalo worden alleen uit medelijden vergunningen verleend. Te Baltimore mag iedereen, die wil, komen spelen. Te Eioh- mond worden do orgeldraaiers zelfs beschermd teven vreemde concurrentie. Te Chicago en Boston z°ju zulke voorschriften gemaakt, dat ze bijna met een verbod gelijk staan, en hetzelfde doel tracht men te Charleston te bereiken dooreen vrij hoog recht, namelijk lo dollars per dag. Toch is die som on langs nog betaald door een Duitsch rondreizend muziekkorps, dat echier met een nadeelig saido de stad verliet eu wel niet meer zal terugkomen. In Amerika kent men behalve straatorgels, echter nog andere plagen, waartegen gewaakt moet worden Zoo is te Chicago het luiden van kerkklokken strenv verboden. Daartegen wordt het in Columbia min ot meer toegelaten, behalve wanneer er klachten over ontvangen worden. Chioago schijnt boven elke andere stad bevoorrecht. Mou hoort er geen geluiden, behalve die van de courantenjongens, en die maken van hun privilegiën een ruim gebruik. In het district Columbia mo%m ze «l;««n op vastgestelde tijden hunne waar aanprijzen. Wie zich voor een poosje iö deze aangename of- ficieeie lectuur wil vermeide, koope dit (witte) blauw boek voor 12'/s cents en zal er een geheel uur pleizier van hebben. Intusschen heeft men overvloed van stof gekregen tot het in het leven roepen van eer.e Engelsche wetgeviag op dit punt. In het vervolg zal ieder zelf thuis zooveel oesters kunnen kweeken als hij gaarne eet. Prof. Lacaze- Duthicrs heeft aan de Pransche académie een uit voerig rapport uitgebracht omtrent proeven, die hg in het zee-laboratorium te Eoscoff heeft genomen met kunstmatige oesterteelt. Het broedsel dat hij te Marennes en te Arohacon had gekocht, heeft zich m zijn laboratorium voortreffelijk ontwikkeld en eene I goedsmakende oester in volkomen volgroeide schelp geleverd. Nu maakt men sinds lang kunstmatig zeewa er: voor een huiselijke oesterteelt zijn du! geen beletselen meer. Alleen is de vraag, of ze niet een beetje duurder zouden uitkomen, dan de gevischte en er is ook wel geen twijfel aan, of de ware gastro noom zal terstond bet verschil proeven tusschenden RnSh„tet- kraohtlgen bewoner van bruisend zeewater het kunstmatig gefabriceerde aquariumdier. Eene bekendmaking, onlangs gepubliceerd, luidt „Zur Erleichterung der Benutzing der zusammen- steilharen lahrschoinhefte bei Eeisen ron und nacb wiw,? ®tat»0Mnf«r preussischen Staatseisenbahnen, weiche in dero Yerzeichnisse der Fahrscheine fur zusammens.eillbare Fahrscheinhefte als Fahrschein- nfangs- odor Endstationen nicht benannt sind oder an einer in das erzeichniss überhaupt nicht aufge- nommenen Eisenbahnstrecke liegen, werden für die Fahrt von der Eeise-Antritsstation bis zur nachsten vnr„ li1811181'atl™, und yon der d«ra Eeiseziel nachst- vorgelegenen 1 ahrscheinstation bis zur Eeiseziel- Station und zuruck, sowie für etwaige. Abstecher nach Stationen smtwarts gelegener Strecken Seitens der Ausgabostellen der preussischen Staatseisenbahnen Erganzungstahrscheine den Heften eingofügt werden „Wie dat na eens doorlezen terstond snapt" zegt vL"r,TTge m0!tung"' "ontrao?t vrijkaart voor al de koninklijk Pruisische spoorwegen." De meeste Fransche bladen betuigen hun inge nomenheid met do wijze waarop de Frausche zee lieden in Eugeland worden ontvangen. De teleurstelling welke aanvankelijk getoond «>erd omdat men vreesde, dat het bezoek te Portsmouth n indruk der feesten in Eusland zou verzwakken is bqna geheel verdwenen. Trouwens bgzondere poli- beteekems wordt noch te Berlijn noch te Wee nen aan het bezoek gehecht. Men beschouwt daar ITrt i n' bet bezoek der Franschen hoofd^ WM i e0ni 'JS van de goedo "iendschap tusschen twee naburige Staten. Vandaar dat dit be zoek geheel natuurlijk is eu tot geen bijzondere uit legging aanleiding geeft, gelijk wel ten opzichte van het bezoek aan Eusland het geval was In Duitschland is het feit van den dag de ver- I TOnflniS7n ™D W6rk 0V6r d0n veldtocht van 1870 en 1871. Het boek dat 27 vel druks groot is begonnen werd in de lente van 1887 en ten einde gobraebt in Januari 1888, is een ponu- laire eu verkorte bearbeiding van het groote werk van den goneralen s'taf. Opmerkelijk is de beschou- Win0 van do inleiding, waar de groote veldheor het »f Z<1 rx i 200 lang 0r nati«n met een afzonderlijk bestaan, er geschillen zullen voorkomen die alleen met de wapenen beslecht kunnen worden maar dat in_ don tegenwoordigen tijd die oorlogen met meer uitgelokt worden door do eerzucht der vorsten, maar veeleer door de volken zeiven die voor misnoegdheid over de binnenlands-he toestan- den een uitweg zoeken in een krijg. Het vereenigd Duitschland zegt hij, behoeft den oorlog niot me!r het streeft slechts naar behoud van den vrede Een zwakke Eegeering bij den nabuur breng! het mee,! den vrede in gevaar. Zoo was het ook in lS7o toen Napoleons autocratisch bestuur door de libe' rale stroom,„g ondermijnd was, on Je oorlog redding moest brengen In zijn besehrijving van don oo® log vindt Moltke telkens gelegenheid aan te toonen hoo de militaire inzichten der beste legeraanvoerders ondergeschikt gemaakt werden aan politieke bereke ningen gegrond op de volksstemming. Zoo Bazaiue te Me.z en zoo Mac Mabon met zijn mislukten tocht naar Sedan, toen hij zwichtte voor de eiscben den Minister van Oorlog. Napoleon had ht 'naa! het heette aan de spits van zijn leger willen ster IT' maarOT^Iol'ke schrijftNapoleon heeft geweigerd generaal Wimpfen te volgen bij een pogin» om°maf geweld door de Duilsche linicü te bre!en° en ,nT gendeel hem bevolen onderhandelingen aan'te knoo pen Omtrent hel Sedan-feest schrijft hK hjer Het is moeilijk te verklaren, waarom wij, Duitseher, den 2u September vieren, waarop niets gedenkwaar digs gebeurd is dan alleen wat het onvermijdelijk fembe!. Va" W0rkeliJk r°em™lle„ In Sep- Met groote waardeering spreekt Moltke van den bovenmenschelijken arbeid van Gambetta en 1W net, toen hij de vo kswapeniug organiseerden maw hun gebrek aan militaire kennis is, meeut hij Frani- rijk duur te staan gekomen. "ank- Domela Nieuwenhuis heeft met ziin den^log op het Brusselsche congj schers™die naar'hij"ztide'°aie! inTernattanaall zijn. Inderdaad is het de prsetischo zin der Duisch^ sociaal-democraten, die de overhand heeft nn k congres. Tegen den politieke,, tact van Be°bPel t' Liebknecht, die m een langdurig parlementair leven

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 2