Buitenlandse!) Overzicht.
uo£0hnattTrTae9tie °°K eon» d°or bot E"-
wetm iLe0n ™otfe,aangenomeD- ten Kun9t0 'anee"
ettelijken arbeidsdag van 8 uur voor mijnwerkers.
ING E Z O N D E N.
Wrntmmi-nh h°?0eDr ,ik °°k h6t be^1 toes(am-
le°n,rte'?k, Vn U' men Veeleer ïaa welwil
lende zijde U aan de hand gedaan is. Ik stel
kingen plaats gehad die, naar men hoopt, er toe
sulion voeren, dat bij den verkoop van Hollandsch
product in Engeland de goede trouw vau den im
porteur en bereider behoorlijk tot zijn recht komt.
Spreker deelt vervolgens mede, dat door het Inter
nationaal Congres van Den Haag is bepaald, dat de
Hollandscbe Maatschappij van Landbouw eerelid zal
zijn van de Commission internationale <Pagriculture
te Parijs. (Toejuiching).
De heer De Kanter trad daarop in eene breede
omschrijving van het wordingsproces der Onderlinge
Landbouwverzekering. Hij verdedigt het minimum
tarief tegen de opmerking dat het te hoog zou zijn,
deelt mode dat 35 afdeelingeu der Maatschappij reeds
als correspondentschappen gevestigd zijn, en verklaart
goede verwachting van de tot komst te hebben. Het
reservefonds is er. Voorts is reeds verzekerd voor
een bedrag van ruim 260000. De toezeggingen
aan deelneming stijgen tot een cijfer van roeqr dan
elf ton. Nog acht ton zya noodig om tot de twee
millioen te geraken die den grondslag moeten vormen,
en dan zal het onderling verzekeringsfonds der Hol
landscbe Maatschappij een voldongen feit zijn om een
parel aan hare kroon te worden. (Toejuiching).
De rekening en verantwoording van het afgeloopen
dienstjaar wordt goedgekeurd.
De uitslag der benoemingen was, dat verkozen werd
Tot voorzitter van het hoofdbestuur de heer Her
man F. Bultman.
Tot lid 'van het hoofdbestuur de heer jhr. J. B.
van M<*rle.
Tot lid van de financieele commissie de heer W.
Teengs.
Zekere juffr. A. C. S. Bastiaan, die zich eerst
sinds Mei te Afnhem had gevestigd als wollennaai
ster, bleek alras eene sluwe oplichtster te wezen, die
te Rotterdam pas twee veroordeelingen wegens dief
stal en valschheid in geschrifte had uitgezeten. Za
terdag stond zij voor de rechtbank te Arnhem terecht
ter zake van verduistering en valschheid in ge
schrifte. Zij verkoos geen gebruik te maken van
haren ambtshalve toegevoegden verdediger «de fei
ten waren van dien aard, dat er geen verzachtende
omstandigheden konden bestaan." Eene practische
wijsgeerige dus ook nog.
De beklaagde bekende alles. In het begin van
Juni had zij van eene juffrouw, welke zij had leeren
kennen bij eene familie waar zij naaide, door mooi
praten en onder voorgeven dat zij, die in Juli eene
erfenis kreeg uitbetaald, momentaneel in geldverle
genheid was geraakt, een effect van 1000 ter leen
weten te krijgen. Dit stuk had zij beleend en daarop
bij de kassiers Fockema Co. eerst f 600 en later
nog f 200 ontvangen. Toen gaf zij last het stuk
te verkoopen, en dat geschiedde ook. Van terugge
ven van het geleende aan de juffrouw kwam dus
niets in.
Later vervoegde juffr. B. zich bij de bankiers En-
gelherts Co. om 4000 ter leen. Dit kbn alleen
geschieden als zij een borg aanwees. Zij gaf als zoo
danig op den heer P. P. van G. van V. te Rijsen-
burg. Omtrent dezen borg werden de beste infor
maties ontvangen, maar zekerheidshalve vroeg de
procuratie-houder der firma toch aan bedoelden heer
v. G. v. V., of hij inderdaad borg wilde blijven.
Deze antwoordde, dat hij de juffrouw B. bijna niet
kende en niet van plan was borg te blijven.
Niettegenstaande deze verklaring kwam juffrouw j
B. terug met den door v. G. v. V. geteekende borg
tocht. De procuratiehouder beduidde haar nog, dat
de onder'eekening onmogelijk echt kon zijn, maar
zij hield vol, dat v. G. v. V. geteekeüd had. Toen
werd de justitie met het geval in kennis gesteld.
De heer v. G. v. V. getuigde dat juffr. B. hem
herhaaldelijk om geld had gevraagd voor oen arm
gezin. Ook hem had zij gezegd, dat zij, nu in Nov.
eene erfenis had te wachten.
Het O. M. achtte en schuld wettig onovertuigend
bewezen. Daar zij reeds twee veroordeelingen achter
den rug had oordeolde hij een zware straf noodza
kelijk. De eisch was 3 jaren gevangenisstraf.
De uitspraak volgt 22 Sept.
Ter karakteriseering diene, dat diezelfde juffrouw
B. 25 schonk aan hit jubilé van een katholiek
priester, welk jubilé onlangs te Arnhem gevierd is,
en dat zij een wijnhandelaar oplichte voor p. m.
20 wyn dien zij ook de pastoor zond.
Nuiszij in staat van kennelijk onvermogen verklaard
In de jongste gemeenteraadszitting te Sittard is
het weder zonderling toegegaan.
Er ontstond, schrijft de Katholieke /Waarheidsvriend,
tusschen de heeren Dols en Verheggen een twistge
sprek over de vraag of de verkiezing van den heer
Schreij wel „echt" is. Op een insinuatie van den
heer Dols, dat de heer Schreij, die vóór zijne ver
kiezing ook niet heol veel vertrouwen in het kies
bureau schoen ges'.eld te hebben, des nachts op een
zolder op de loer had gelegen met hot gezicht naar
het stadhuis, begon laatstgenoomde te schreeu
wen en de vuisten te ballen.
„Nom die dordme brult hij dat is ook waar,
maar waardoor kwam dat?"
De heer Dols Triompheerend«Dus ge bekent,
dat gij de verkieziugen nooit vertrouwd hebt. Gy
en de Voorzitter zijt beiden groote wimpels."
De heer Vei heggen (zich niet meer meester van
drift). «Toen wij uwe partij deelden, was alles goed,
nu zijn wij blij, dat wo uit je klauwen verlost zijn."
(Het publiek lacht en stampt.) De Voorzitter belt
en verzoekt zoowel aan leden als publiek stilte, ter
wijl de hoeren Schreij en Verheggen blijven voort-
schreeuwen on in een adem de volgende motie voor
stellen «Het spijt ons zeer uit den mond van den
heer Dols te moeten hooren, dat hij wantrouwen
stelde in het kiesbureau.
De heer Dols. #Neen, neen, heer Verheggen, in
u alleen stel ik geen vertrouwen".
De heer Schreij wil 't protest van den heer Ver
heggen in omvraag gebracht zien.
(Hilariteit onder het steeds toenemend publiek).
De Voorzitter. En dit stel ik ook voor. Zeg,
mijnheer Dols, zijt gij voor of tegen?"
De heer Dols. /,Kom, kom, men kan van zulke
zaak geen voorstel maken, en ik houd mij daarmee
volstrekt niet op."
De Voorzitter. //En gij, heer Zincken, stemt ge
voor of tegen
De heer Zincken. «Jao, Jao, ich hub altied ge-
htird, dat de boel hie befoeteld weurd."
De heer Dols. /,Dus mijnheer Zincken is tegen
De overige leden stemden voor het voorstel-Ver-
Naar aanleiding van een ingekomen adret tot onder
steuning van de noodlijdenden, wier velden door
hagelslag geheel verwoest zijn, wordt, op voorstel
van den voorzitter, besloten, dat, in plaats van de
gemeente-veldwaohters, de leden van den Raad per
soonlijk eene collecte zullen houden.
De voorzitter, die zich blijkbaar begint te vervelen
tot den heer Dols
z/Heb-je nu nog iets?"
De hoer DolswJn, wol zeker. Ik wenschte ook
nog, dat de brandweer, met de eerstvolgende verga
dering eens aan de orde gesteld werd. 't Is toch
het nuttigste van alles en dit juist wordt altijd over
het hoofd gezien, liever gezegd vergeten".
De voorzitter«Dat wordt bij de bogrooting be
handeld, dat weet je immers."
De hoer Dols: //Wel dat is toch erg! Dus tot
we de begrooting gaan behandelen, kan de heelo boel
hier afbranden, zonder redmiddel of hulp, wijl de spuit
met toebehooren niet in orde is
De voorzitter (driftig opstaande)Kom, kom, je
hebt altijd iets. Heeren, 't is gedaan ik sluit de
vergadering."
Te Parijs en te Londen verklaart men niets van
de zaak te weten, doch te Konstantinopel houdt men
de juistheid van het bericht vol.
Van het Oosten komt het bericht, dat de Engel-
schen troepen en kanonnen aan wal hebben gezet op
het eiland Sigri. Dit eilandje ligt vlak bij het
grootere eiland Middullu, het oude Lesbos, en be
hoort tot Kein-Azië. Het is dus Turksoh grondge
bied, waar geen vreemde soldaten mogen komen.
Het eilandje ligt in de nabijheid van de Dardanelles
Alvorens te kunnen beoordeelen, wat dezo mede-
deeling te beduiden heeft, dionen nadere berichte!
te worden afgewacht.
De Duitschers zijn bij hun koloniale ondernemin
gen in den laatsten tijd al even ongelukkig als de
Franschen. Voor weinige maanden verongelukte de
groote expeditie van den Franschen reiziger Crampel
in Noord-West-Afrika en nu hoeft hetzelfde lot de
Duitsche expeditie getroffen, welke onder leiding van
luitenant Von Zalewski, naar het zuidelyk deel der
Duitsche Oostafrikaaneche kolonie was uitgezonden.
In hot zuiden der kolonie, in het binnenland,
wonen de Wabehe's, een krijgshaftige stam, die de
karavanenwegen steeds onveilig maakten. Do Duit
sche gouverneur knoopte onderhandelingen aan met
de opperhoofden, en de uitslag was, dat de Wahehe's
zich aan het gezag der Duitschers onderwiprpen.
Ten bewijze hunner onderwerping zonden de Wa-
hehó's 60 stuks rundvee als geschenk, terwijl zij
beloofden alle schade te vergoeden, welke zij aan
inboorlingen, die onder Duitsch gezag staan, hadden
veroorzaakt.
Deze beloften werden echter niet gehouden. De
Wahehe's bleven de Duitsche negers steeds lastig
vallen, zoodat de Duitsche gouverneur, majoor Von
Wissmann, besloot een vry sterke expeditie tegen
hen uit te zenden. Deze expeditie bestond grooteu-
deels uit inlandscho soldaten van het Duitsch-kolo-
nialo ksger, maar ook waren er eenige Duitsche offi
cieren en onder-officieren bij. Bevelhebber was de
eerste luitenant Von Zalewski, terwijl hem ter zijde
stonden de tweede luitenants Von Zitzewitz, Schmidt,
Tiedemann en eenige anderen. Als genoesheer bege
leidde dr. Buschou de expeditie.
Voor zoover bekend, is de Duitsche expeditie door
de Wahehe's overvallen en heeft zij het onderspit
gedolven in dezen strijd. Volgens de berichten, welke
tot dusver te Berlijn zijn ontvnngen, leden de Duit-
peins hij word aan tafel geroepen.
Werktuigelijk volgde hij. Unica en Werner Von
Bucheuau verwachtten hem iu de eetzaal.
Zij ontvingen hem met van vreugde stralende
blikken maar hij had op dit oogenblik geen begrip
of gevoel voor hot zoete geluk, dat hen bezielde, en
waaraan zij zich geheel en onverdeeld overgaven.
De woorden van den jager moesten een diepen
indruk bij hem hebben teweeg gebracht; zij hadden
hem een somber, droefgeestig beeld getoond, waar
van hij nu den blik niet meer kon afwenden.
Unica zag hem bezorgd aan, maar wenschte niet
te vernemen, wat hem zoo plotseling den vroolijken
luim en den eetlust ontnomen had, en Werner scheen
niets te bemerken. Hij was een dier kalme, ern
stige naturen, die ieder ander aan zich zei ven over
laten en in het intieme leven van anderen niet
dringen, wanneer het hun niet vol vertrouwen wordt
blootgelegd.
Eerst na tafel deed de graaf mededeeling van de
ontdekkingen, die het gerecht gedaan had, en diende
daarbij zijn beklag in over Hackert, die hem zoo
onbeschaamd a<«n het vreeselijkste uur van zijn leven
herinnerde.
Werner beloofde, den jager deze vermetelheid te j
doen boeten; hij gaf zijn leedwezen, maar ook zijn i
verbazing daarover te kennen, daar Hackert toch
anders zoo bedaard was en nooit te voren stof tot
ontevredenheid had gegeven.
Hij kende de oorzaken niet, die aan den haat
van Hackert tegen den graaf ten grondslag lagen
de oude baron, zijn vader, had over de toenmalige
gebeurtenissen wel met hem gesproken, maar van
Hackert daarbij niet eens gewag gemaakt.
De graaf had juist zijn bericht geëindigd, toen
de officier van justitie werd aangediend.
In het eerste oogenblik aarzelde de graaf, of hij
hem hier of in zijn kabinet zou ontvangen, maar
Werner en Unica waren immers onderricht, zoodat
zij even goed het verdere konden vernemen.
De ambtenaar trad met een ernstig gelaat binnen.
Gij zult reeds weten, mijnheer, dat onze na-
vorschingen tot een resultaat hebben geleid, zeide
hij. De övertuiging van den dokter is, dat wij voor
een met diefstal gepaarden moord staan.
De graat knikte.
Ik had dat resultaat niet verwacht, antwoorde
hij integendeel, de vermoedens van den commis
saris schenen mij ten eeoenmale ongegrond zooveel
te meer moet mij de ontdekking verbazen. Ginds in
Amerika behoorde dat niet tot de zeldzaamheden,
wanneer een raensch vermoord of doodgeschoten
werd, maar dat hier een moord zoo dicht bij het
slot op klaarlichten dag kon gepleegd worden, dat
verontrust mij.
De rechtbank zal natuurlijk alles in het werk
stellen om den moordenaar te ontdekken, zeide de
officier, en zij rekent daarbij op uw bijstand.
Dien ik haar bereidwillig zal verleenen, zoover
het mijne krachten gedoogen. 1
Houd my de vraag ten goedeis er onder
uw dienstpersoneel een, dien gy tot zulk een daad
in staat acht?
Von Hohenhausen zag vragend zyn zuster aan.
I Ik geloof, dat gij deze vraag beter dan ik kunt
beantwoorden, zeide hijik ken de bedienden nog
niet allen.
Ik meen voor hen te kunnen instaan, ant
woordde Unica.
Is het u ook niet bekend, freule, dat in den
laatsten tijd een verdacht persoon in den omtrek ge
zien werd
Zeker, mijnheer.
Laat ik Daniël roepen; hij kan deze vraag
beter beantwoordon, zeide de graaf schielijk, terwijl
hij opstond om aan de schel to trekken. Wy kennen
immers den kerel niet dien hij heeft aangetroffen.
Unica verstond de beteekenis dier woorden; zij
herinnerde zich, dat haar broeder haar gewaarschuwd
had, geen achterdocht uit to spreken. De kamer
dienaar trad terstond binnen.
Mijnheer wenscht te weten, of in den jongsten
tijd een verdacht persoon hier gezien is, zeide de
graaf. Den matroos, die hier was, heoft men heden
morgen vermoord en beroofd in het meer gevonden.
Wanneer hebt gij den koddebeier geziem en ge
sproken
Denzelfden dag waarop mijnheer de graaf by
baron Von Buchenau was, antwoordde Daniël.
Wordt vervolgd.)
schers zware verliezen, maar nauwkeurig zijn dezo
nog niet bekend.
De Duitsche bladen geven meerendeels hun ver
rassing te kennen, dat de te Keulen vergaderde
Duitsche juristendag met groote meerderheid heeft
verklaard, dat een bijzondere strafwet op drank
misbruik en dronkenschap onmogelijk is. De tegen
standers van het bij den Bondsraad ingediende
wetsontwerp zullen niet nalaten van deze juristische
bezwaren het noodige gebruik te maken.
In een talrijk bezochte vergadering nvan sociaal
democraten te Berlijn, hebben de leidera der partij,
die do fractie der sociaal-democraten in den Rijks
dag vormen, de zegepraal behaald. Met groote
meerderheid van stemden werd do volgende motie
goedgekeurd 1. de vergadering betuigt haar volledige
instemming aan de fractie; 2. do vergadering ver
klaart de vrees van allen grond ontbloot, als zou de
party tiaar ondergang tegemoet gaan door de tot
usver gevolgde tactiek 3. overwegende dat de
ye meening altyd in de sociaal-democratische partij
gehoerscht heeft, is ,1, vergadering van oordeel, dat
ook /«fder heersohen zaldaarentegen erkent
e vergadering niet een georganiseerde opnositio,
l" f'!-., 26 m0cllt bestaan. nadat haar doelloosheid
duidelijk is aangetoond.
Het volgende nationale congres van Belgische mijn
werkers zal den 15en November te Seraing bij Luik
bijeenkomen. Daaromtrent wordt uit Quaregnon, in
tn!l°hg°UTn' ^chre'en. dat ernstige conflicten
tusschen de eigenaars van do mijnen ui de arbeiders
voor bei oogenblik -niet verwacht worden„alles
h ngt af van de houding, welke de meerderheid der
Kamer in November tegenover de quaestie der Grond
wetsherziening aannemen zal. Het belangrijkste on,
derwerp, hetwelk op het congres in behandeling Z-
raen zal, is hot beramen en organiseeron van middelen
r verkrijging van het algemeen kiesrecht. Ook zal
er een besluit genomen worden omtrent de al of niet
aansluiting aan den internationalen mijnwerkersbond
Wat het eerste punt bdlreft, dit wordt bevestigd in
de gisteren verschenen Peuple, het orgaan van do
arbeiders-partij onder redactie van Jean Volders,
wainn te lezen staat„Op het aanstaande mijnwerkers-
congres, hetwelk m November in het bekken van
WOnU' Ml de bolanKr«ksto discussie
gevoerd worden over een voorstel van „Federatie der
om fot eene algeinoene werkstaking der
juwersers met Mei a. s. te besluiten, teneinde
bet algemeen^iesreTht eD ""h """"""S
namnirt Unmn-congres behandeld. Er werd
De bedoeling was het verzet der Northumberland
enünrham-mijnwerkers te breken. Het nraen.le-
b»* Parlementaire inmenging afwees en vol-
omm vrjjheid om de zaak zelve te regelen aan-
Het 'bi"? ,23^ tegon 59 stemmen verworpen.
„iinJ l 'i? tlt'onaaie, dat van de 28,000 I
wetZ n?" t ..Xorthumberland, 11,800 hadden
8 uur t ?®^rJJgen een werkdag van minder dan
laoger dan 10 werk-
j ®ob?''"klaarde, dat in een deel van
verkrlff "'"i 2° jareB de 8-uur-werkdag was
erkregen, maar dat men in andere doelen des lands
t»i;L gi0 Wa3 ^slaagd, waarom hg voor wet-
ten slott/d g Was' Het con"res ""klaarde zich
ten slotte daarvoor met 290 tegen 50 stemmen.
■Nog werd een motie aangenomen ten gunste van
•n vermeerdering van het aantal inspecteurs van
werbHal' bfPaaIdolijmet de strekking om
tot !h» kÜ it""1 i™ vrouwon zoow«' a's mannen
tot die betrekking benoemd te ziea.
Besloten werd. het volgend jaar te Glasgow te
vergaderen welke stad 2B9 stommen kreeg tegen
voor Norwich.
*e° be™kent, dat do oorlog Chili -70 millioeh
doll, gekost heeft. Balmaeeda heoft 65 millioen
zoek gemaakt, deels door te nemen wat hij krii«n
kon deels voor uitgifte van papier, en de rest rijn
e kosten, door do Congres-partij gemaakt. De
jaarlijksche inkomsten van 't land zgn 55 millioen
en men verwacht, dat men in een jaar de verliezen
te boven zal zijn.
De Junta heeft besloten de Balmacedisten niet
om hun politieke opinies te vervolgen, maar alleen
hen te straffen, die zich publieke gelden hebben toe
geëigend, of die van daden van groote wreedheid
overtuigd worden.
In Zuid-Chili hebben de Arauoaniërs gebruik ge
maakt van het vertrek der troepen, die door Balma
eeda uit het Indiaansche gebied waren opontboden,
om hun moord- en plunderzucht bot te vieren. Ver
halen komen aan betreffende twee Engelsche families
ia daar kantoren en winkels hielden en die door
ne indianen zijn uitgemoord. De eene bestond in
man en vrouw, de andere uit man en vrouw on zes
kinderen. De Settlers in 't district hebben zich ge-
rganiseerd, om wraak te nemen op de Indianen.
Mijnheer de Kedacteur! -Ik 1„3 mot belangstel
ling in Uw blad van 10 September uwe bespreking
van mijne interpellatie over de reorganisatie dtr 2de
Bnrgorschoo1 voor meisjes de ernstige wijze, waarop
welke Tl I be0ürdeidd> de sympathie
weike n het algemeen ons publiek toont voor de
hoofdartikelen in de Goudsohe Courant, ziedaar de
dubbele aanleiding die ik, vond om U, in afwach
ting van de officieele rapporten, van de autoriteiten,
de plaatsing te verzoeken voor de volgende opmer
kingen. Mijn doel i» daarbij om te voorkomen,
da. door uwe mijns inziens onjuiste voorstelling de^
zaak een te groote invloed zoude ontstaan op de
moaning van allen die zoowel in den Gemeenteraad
denkbeelden bl'gk^aven"11"6 h6'^8'011^ mda"
Door U, mijnheer de Bodacteur, wordt gepro
testeerd togen mgne oewering, ais zouden eenige
der laagste leerjaren van de 2de Burgerschool
voor meisjes evenwijdig loopen of behooron te
loopeu met evenveel leerjaren (het 4de, 6de en 6del
van de 1ste Burgerschool voor meisjes. (Kfiti
heidshalve zal ik hierna spreken van do schdlen-
B e n der en -v a n C i 11 e r t). Uw bezwaar be-
rust daarop, dat aan de eerstgenoemde inrichting
later 3 vreemde talen onderwezen worden, terwijl
Teohu^r de h* klassen
ddno «reemde taal wordt beoefend. Moet
naar uwe meening die overweging invloed hebben
op het leerplan der beide inrichtingen voor zoover
het gewoon lager onderwijs geldt voor meisjes uit
den beschaafden stand (want voor deze zijn onze
beide meisjesscholen bestemd) tot haar 12de
If18" 6d®. '°"Ja»r Tegenover dit denkbeeld
stel ik als mijne vaste overtuiging, dat voor de
geheele bevolking der heide meisjesscholen tot het
1 2de j a a r geheel dezelfde behoefto bestaat aan
degelijk lager onderwijs, met de beginselen van
Iransch van af het 4de schooljaar, volgens het leer
plan der school-v a n C i 11 e r t. Is die leeftijd
bereikt en d a t onderwijs met vrucht gevolgd, dan
ontstaan er, zoo men wil, eenigszins uiteenloopende
behoeften, waann, bij gebrek aan eene middelbare
school voor meisjes, eene goede inrichting voor meer
uitgebreid lager onderwijs behoort te voorzien, en
ook thans reeds voorziet, behoudens de toemizevde
reorganise!le-piannen van de Commissie van Toezicht
op het Lager onderwgs. Uwe argumentatie, als
zoude dan met evenveel grond' aan het evenwijdig
loepen der klassen van Armenscholen, Tusschenschool
en de beide Burgerscholen kdnneu worden gesproken
kan van mgne voorstelling bezwaarlijk een gevolg
dLr'jJh 'or8"bll,end<1 bestemming van de leerlingen
behoeft T' Z°-feer dat hi"bij niet
behoef te worden st.lgestaan. - Maar ik herhaal
voor de leerlingen onzer beide meisjesscholen geldt
evenzeer een volkomen gelgke behoefte aan lager
onderwijs voor gelijken leeftijd (tot het 12,1e jaar
van d! w! n '°°r denzolfd™ leeftijd der jongens
van do beide Burgerscholen (hoofden Hubor en
hik» £°l' ?T! Voor die 4 inrichtingen
behoort het verseht in schoolgeld en stand hoege-
naamdl geen «vloed te hebben op het leerplan tot
het 12de jaar. A propos van stand moet ik U ver-
klaren, dat uw benaming van jonge heeren en j.mge
juffrouwen, leerlingen van de scholen Leopold en
B e n d e r, uit de oude doos is.
Eene aansluiting uit do 6de klasse (of 3de kl„
hoogste afd. van de school van Cittert
de eerste k asse van de door mij gedachte school-
Bender als inrichting voor meer uit-
gereid lager o n d e r w ij s is eene zeker wel
te bereiken zaakbestaat hiertoe de ernstige wil
dan wordt er ook wel de goede weg voor gevonden.'
Met de beginselen der Hoogduitsche taal b.v. kan
toch zonder schade, misschien met voordeel een
aanvang gemaakt worden op het 12de in plaats van
het 11de jaar der meisjes. Dat het onderwijs van
die scholen tot heden niet ineengrjjpt en dat daar
door bg de ouders veelal twijfel bestaat, om de
meisjes 3 of 4 jaar of langer bg den Heer v a n
Cittert te doen blijven, dit even merkwaardig
als treurig verschijnsel met al zijne gevolgen wordt
evenzeer door U als door mg betreurd. Uw reme
die tegen dat bezwaar is zeker afdoend, maar, af
gezien van het m. i. onnoodige van dien maat
regel, wel een beetje duur. Gij wilt eene 2e Open
bare Burgerschool voor meisjes van 6 tot 17 jari
gen leeftgd, d. i. eene volledige lageresohool
met daaraan vofbondene inrichtin»-
voor meer uitgobreid lager onderwgs
met 11 klassen en 11 onderwijzeressen Een ge
bouw voor die inrichting zal allicht 30.000 kos-
ten, en de onderwijskrachten zouden wel met eon
cijfer van f 12.000 op de begrooting komen. De
toepassing van hetzelfde denkbeeld (1 klasse en 1
onderwgzer voor elk leerjaar) wordt mij door U
aanbevolen voor de school-L e o p o 1 d. Voor den
wenk vriendelijk dank, maar i'k zal er geen gebruik
talen Fn h" Redflcteur- wi° dat alles be-
taien? En bestaat er werkelijk behoefteen eene
zoo volledig gemonteerde 2de Openb. Burgerschool
°°l J°ngens Stemt gij niet toe, dat er zelfs reeds
SchLl in" han 16 rO0reD ZijB t8gen hft beStaan di"
het void teSenwoordig«m vorm, wat betreft
11 iJr V0" e/ae p°sl,ie'a behoefte in onze ge
meente? (Vergeef me dat ik even uw voorbeeld
volgde en buiten de orde ging.)
Ik onderstreopte onze gemeente. Want ik krijg
uit uw opstel den indruk, dat'er voor onze finan
ciën eene verrassing in 't verschiet is, b. v. een legaat
(minstens een millioen s. v. p.) m<B bepaalde bestem
uu, ,de f<m«m alles te besteden wat in
onze stad strekken kan tot verbetering van het on-
derwgs in t algemeen en vau dat voor meisjes in
het bijzonder. Alleen op die wijze vind ik eene
verklaring voor het köstbare van uw ideaal-plannen
Op uw vraag of werkelijk door het opvolgen ïan
|8dvles ™ldaaD ZO«<10 Hjn aan mijne illusie ten
opzichte van de voorziening in de behoefte aan ver-
jal0't onderwljs voor meisjes, valt hot mij
met moeielgk te antwoorden, door U te herinneren,
dat door mg bg herhaling ea met volle sympathie
f va ™"legawerk\ aan pngingen tot de oprichting
Ier Chf 1eT,ege) T"' °p ««'andigen voet in-
rencbte middelbare school voor meisjes. U behoef
bemne* "10' v "T" °P ll° Sescbm<l<mis van die
bemoeiingen die ook al weer, behalve op eenig
principieel bezwaar (dat thans vermoedelijk niet meer
zoude aangevoerd worden), geheel afstuiUen op de
hosten. Immers de hooge school-autoriteiten wildeD
geene opheffing der bestaande school voor meer uit
gebreid lager onderwijs; en die inrichtingzelfstandi»
te behouden naast eene middelbare school, tot zulk
eene weelde-uitgaaf zoude niemand willen meewer-
Ken. Mij dunkt, het thans aanhangig voorstel tot
reorganisatie van de s c h o o l.B e n d o r behoeft U
na het voorgaande niet meer te verwonderen van de
zijde „an lemaDd dle Troeger moeite deed voor eene
middelbare schoolgaat zulk eene inrichting ook niet
o^ens uw meening de financieele krachten van onze
emeente te boven? Ik geef U op mijn beurt een
wenk: doe wat water bij nw wijn en maak uwe
illusien meer m verhouding tot do omstandigheden.
Dan zal er door U waarschijnlijk meer ingestemd
worden met het door mij ingenomen standDunt: om
uit het hier bestaande onderwii»
voor meisjes iets zoogoed mogelijks
schatkist 20 b0ZWaar ï0°r 'le ge"-
Door U wordt gezegd „de voorsteller schijnt te
verlangen middelbaar onderwijs zonder hoogere burger
school em.mag ik U eens vragen, waar gij dien
indruk van mijn voorstel hebt opgedaan? en mag ik
er bijvoegen, dat die schijn geheel voor uwe reke
ning blijft, omdat ik er door geen woord aanleiding
toe gaf en er in waarheid zelfs niet over gedacht
heb. Het is mg evenwel niet geheel nieuw, dat die
bedoeling aan mijn voorstel wordt toegeschreven in
een gesloten kring hoorde ik er ook van mompelen-
gji hebt toen toch met aan de deur geluisterd? Van
U, M. d. B., had ik hot allorminst verwacht, dat
gij uit eene zoodanige, misschien berekende verdacht
making van mijn zoo eenvoudig voorste! een ar<m-
ment daartegen zoudt putten. Hond mij ten goede
wanneer ik gaarne geloof, dat het denkbeeld niet
er prijs op hier opgDlijk te waarschuwen tegen zoo
danige inblazingen, waarmede op de publieke opinie
wordt geïnfluenceerd! Oanoodig «"eht ik het du,
U verder op dien dwaalweg te volgen bespaar U de
moeite om de bezwaron tegen, zulk eene middelbaar
aangekleede inrichting vour meer uitgebreid laver
onderwijs op te sommen, en herinner U, dat de kans
hierop verkeken is, sedert de schoolopziener, bij de
jongste vacature vaneen Hoofd der 2de Burgerschool
voor meisjes, pertinent en natuurlijk met de wet in
de hand weigerile, bij de oproeping van sollicitanten
het bezit van eene akte van bevoegdheid tot het
Süf ""o B"ddalbaar ouderwijs als voorwaarde te
stellen. Zoudt gij na die ervaring een wensch tot
dien vorm van reorganisatie niet vrij naïf vinden
Irouwens, ik voud het, tijdens de behandeling
van mgno interpellatie in den Baad, geheel over-
hodig om over het ieerplad der gereorganiseerde
school-Bender te sprekenvooreerst, omdat
IB met aan eene verandering daarvan dacht en
verder, omdat de overtuiging bg mij vaststaat, dat
de Commissie van Toezicht alle vertrouwen verdient
voor de uitwerking der door haar toegezegde reor-
ganisatie-plaanen en veel beter dan ik kan beoor
deelen, of het bestaande leerplan der hoogere klas-
sen wgzigmgen moet ondergaan of niet. Het 'o d
heffen van de 3 eerste leerjaren dor
tegenwoordige school-Bender, waarran
de leerlingen plaats kunnen vinden op de s c h o o 1-
van Cittert, datis mijn voorstel en