uil i (1 BINNENLAND. ING EN. I I1 18Ö1. it! :1st FEUILLETON. L. Cie. imboek :oles, OffiCrMASSSRB. 1 41 Vrijdag 9 October. 4353. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Jlij tz. ïweg. dj 1 /ftl n|i ia II fl De inzending van advertentiën kan geschieden tot eén uur des namiddags van den dag der uitgave. I I E Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. ihrezen te s morgens {Uit het Duitse h.) XII. j Je betrekkingen tot Anna Reimann eveneens, nt zonder gelijk ge- De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. terugkomst hebt vriendelijk eet- Bovendien worden alle Advertentiën gratie opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’t welk des Maandags verschjjnt. ELD, Voorzitter, trie. :t H. 101. vorden ge- ÜG ADVERTENTIËN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Laat hij zich in acht maar ik kan niet vergeten, dat mijn stiefmoeder washij heeft van de schuld aan hot tooneel aan een voor g L. 198. GOUDA, 8 October 1891. Aan de gisteren te Stol<vyk gehouden harddraverij van paarden, die niet meer dan één prijs gewonnen hadden, werd slechts deelgenomen door 8 paarden. De prijs van 100 werd gewonnen door Snijboon, eigenaar J. van Rossum van Zevenhoven, berijder L. G. van Rossum de premie, groot 25, door Dibbels III van J. G. Maize te Mijdrecht, berijder de eigenaar. GOUDSCHE COURANT. hem hebben van o Unica, waarop het volle licht der lamp gewischt. I Unica Ik wil hem niet van oneerlijkheid beschul digen, vervolgde hij, hij de spion van 1 het grootste gedeelte met vader. - V«1J BülierUJL. ÜO UPUOMkUI^DU PW ilUUU O.WZU.UMU v v vuv' Het is mijn vaste overtuiging. Flora moet in zeide Unicaik geloof dat ge den ouden man on al, antwoordde Unica, het hoofd alles acht ik het mijn plicht ongelukkig zou lil t l fl n I il rende armoe is gedoemd. De kansen op welvaart en geluk I willen zij voor ieder gelijk maken. Het kapitaal te bestrijden is geenszins hun doel, maar wel willen zij er een einde aan maken dat, zooals nu, de groote massa niet genoeg heeft om een mensch-waardig bestaan te voeren, terwijl enkele bevoorrechten het vette der aarde genietenzonder zich eenige inspanning te getroosten. De slaatde gemeenschap moet daarom de verschillende indus- triën aan zich trekken, de schadelijke concurrentie, zooals die nu bestaat, komt dan te vervallen, ieder werkt ten bate van de gemeenschap, de vruchten van den arbeid komen ten bate van allen en armoede komt niet meer voor. Tegen den godsdienst zijn de socialisten volstrekt niet gekant. Zij willen alleen volkomen scheiding van kerk en staat en achten godsdienst eon zaak, waarover ieder zijn eigen over tuiging moet hebben. Hoe ontstond het denkbeeld van vijandschap dor socialisten tegen den godsdienst? Hieruit, dat de kerk en hare leeraren het socialisme bestreed en zijne beginselen als verderfelijk ken schetste, waartegen het zich natturlijk verdedigde, doch vijanden van den godadbnaè zijn zij niet. Spr. gaf voorts een korte schets van de wyze, waarop de socialisten de maatschappij willen hervormen waaruit voor de proletariërs een toestand van geluk en welvaart zou voortvloeien, die thans voor hen onbereikbaar is. Na de voordracht werd gelegenheid gegeven tot debat, waarvan een tweetal personen gebruik maak ten, nl. de hh. Brandt en H. M. Dercksen. Eerst genoemde was nog niet overtuigd dat de heilstaat zooals de heer van der Goes die had geschetst moge lijk was, en ook ten opzichte van de internationale verhoudingen (immers als alleen in Nederland zoo’n socialistische staat werd gevestigd zou het weinig 1 bateu, maar als dat in ieder land geschiedde zoude er weer concurrentie ontstaan) opperde spr. bezwaren, die hem aanleiding gaven nadere inlichting te vragen. uDus, U weigert Do blik gelaat van viel. Wat hebt ge tegen hem vroeg Unica. Indien hij oneerlijk was, zou hij mij het boekje niet ge bracht hebben, kom, wat zou hij er aan hebben Het bevat herinneringen aan feiten, die hem bekend recht doet. Wanneer ge echter een onoverkomeljjken afkeer tegen hem hebt, Kurt, dan raad ik je zelf aan, hem pensioen te gevenzonder pensioen kan een oude trouwe dienaar niet ontslagen worden. De portiere, die het boudoir met het slaapvertrek van Unica verbond, bewoog zich lichtbroeder en zuster bemerkten het niet. Wanneer ik hem op de een of andere laak bare handelwijze betrap, zal ik met den langdurigen diensttijd geen rekening houden, antwoordde de graaf trouw on gehechtheid verlang ik van iederen bediende daarvoor betaal ik hem zijn loon. Ge zijt wèl scherp 1 Bij uw ge den ouden man nog wel zoo vangen 1 Op dat oogenblik vergat ik het verledene; eerst later herinnerde ik mij weder de lage rol, die o__. Daniël destijds gespeeld heeft. Hij is de oude ge- zijn welke waarde konden deze aanteekeningen voor bleven hij zou ook nu weer bereid zijn, tusschen vader en zoon op ie treden. Laat -u den graaf rustte vorschend op het nemenmij is die tijd nog niet uit het geheugen Unica zag haar broeder niet weinig verbaasd aan wat was toch de eigenlijke oorzaak dier opgewon denheid? Hadden hem de scherpe aanmerkingen van Alma werkelijk zoo geërgerd Zij moest dit aannemen een andere oorzaak vond zij niet, maar zij dacht er toch nog lang over na, nadat Kurt haar verlaten had. De heer Dercksen stelde de anti-revolutionaire beginselen tegenover die der socialisten. Op som mige punten kon spr. best met hen méégaan, maar in de hoofdzaak niet. Hij erkende God als souverein van .hemel en aarde en God’s woord als grondslag van alle handelingen. Spr. toonde in ’t kort het verschil aan, dat ct tusschen hem en den heer van der Goes bestond. Deze laatste beantwoordde beide sprekers en lichtte zijn gevoelen nader toe. Daarbij gebruikte hij eene uitdrukking, die aanleiding gaf dat de ver gadering minder kalm eindigde. Spr. beweerde nl. dat het met anti-revolutionairen minder goed te debatteeren viel, daar zij steeds nalatig bleven met het bewijs van de stelling dat God de wereld ge schapen had. God was oppermachtig werd gezegd, maar te bevreemden was het dan, dat hier dan op aarde steeds zoo’n treurige toestand van ellende en armoe heerschte, zoo iets moest God, die de macht had, niet toestaan. Hier viel de heer Dercksen spr. in de rede ea eischte weerlegging van het door hem aangevoerde. De heer van der Goes merkte op met den laatsten trein naar Amsterdam te moeten gaan, zoodat hij tot zijn spijt niet in bijzonderheden kon treden, daar het reeds laat was. De heer Dercksen was van oor deel dat spr. op die wijze het debat ontweek. Hg kon beet in Gouda overnachten en morgen met den eersten trein vertrekken. {De heer van der Goes trok zijn overjas aan en maakte aanstalten om te ver trekken.') De Voorzitter der vergadering, de heer Carrière, noodigde den heer Dercksen uit een afzon derlijke avond voor bet debat, door hem thans ge- wenscht, te bestemmen. Hij had slechts plaats en tijd te noemen I De heer Dercksen meende dat thans het oogenblik daar was om te debatteeren. De heer Carrière hield aan, de ander weigerde, waarop eerstgenoemde met luider stemme uitriep - rr Dus, U durft niet?" Volgt haar sfeer blyvenwanneer zij naar hooger streeft wordt zij hoogmoedig en onuitstaanbaar; zij heeft nu eenmaal geen buigzaam karakter. Alma bemint u, Kurt, en het was de laatste wensch van vader. Laten wij daar nu niet meer over spreken, verzocht Kurt, haar in de rede vallendeik kan *t op dit punt niet met je eens worden. Waar hebt gij het aanteekenbookje gevonden? Daniël bracht het mij. Daniël Hij vond het voor het portaal. Misschien hebt ge het verloren, toen ge in het rijtuig stapte. Het kan zijn, maar ik vertrouw den ouden gluipert niet. Gisterenavond hield de hoer F. van der Goes, uit Amsterdam, in de Sociëteit „Ons Genoegen,* in eene openbare vergadering van den Bond voor al gemeen Kies- en Stemrecht de aangekondigde voor dracht. Een zeer talrijk publiek was opgekomen, hetgeen den voorzitter, den heer W. F. Carrière, aanleiding gaf in zijn openings-woord er op te wyzen hoe de belangstelling in het streven van den Bond steeds toenam. De heer van der Goes be handelde het onderwerp#Wat de Socialisten niet willen!* Daarbij toonde hij aan hoe den socialisten gedeeltelijk uit onkunde, gedeeltelijk tegen beter ■weten in, allerlei denkbeelden en beginselen worden toegedicht, dio zij volstrekt niet zijn toegedaan. Men verwijt hun o. a. het privaat eigendom te willen opheffen, het kapitaal gelijkelijk onder allen te willen verdeelen, vijanden van den godsdienst te zijn en het huwelijk te willen ondermijnen, doch niets van dat alles is waar. Zij willen volstrekt niet ieder gelijk maken of ieder even veel geven. wat trou wens een onbegonnen werk zou zijn maar wel de onbillijkheid opheffen dat den een bij zijn geboorte een gemakkelijk leventje wordt gewaarborgd zonder dat hij zich vermoeit met werken terwijl een ander, mot veel meer gaven en talenten, tot een voortdu- 52) In jaloerschheid vroeg de graaf verbaasd. Zeker, Kurt! Alma maakt aan de dochter van onzen bankier het verwijt, dat zij er naar streeft, gravin Von Hohenhausen te worden en ik begin te gelooven, dat dit niet van allen grond is ont bloot. En als dit eons het geval was, zeide de graaf, kon er haar dat een verwijt over worden gemaakt? Maar Kurt! zoo’n huwelijk van ongelijken «tand Wanneer ik mij niet bedrieg, zeidet ge nog ▼oor eenige dagen, dat gij u boven zulke vooroor- deelen verheven acht. Niet geheel en t schuddend. En voor u te zeggen, dat deze verbintenis u maken. Gij schertst.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1891 | | pagina 1