Buitenlandse!) Overzicht.
by het samenstellen van bovengenoemd rapport al-
lean en Uitsluitend het oog hadden op hetgeen door
Dr. IJssüI de Schepper in de raadsvergadering van
5 Juni jl. werd in het midden gebracht. Het denk
beeld toen door dat raadslid aan de hand gedaan
werd door B. en W. onderzocht en met ernst over
wogen. De Commissie van Toezicht op het Lager
Onderwys, door hen op verzoek van Dr. IJssel de
Schepper geraadpleegd, vereenigde zich met zijn
plan tot reorgaaisatie en zond een ontwerp in voor
de regeling van het onderwas op de gereorganiseerde
school, daarbij de mededeeling voegende, dat er op
paedagogische gronden geen bezwaar bestond om de
reorganisatie in den zin als door Dr. IJssel de
Schepper was aangegeven aan te bevelen. Dit ont
werp, ontstaan uit de overeenstemming van de denk
beelden van de Commissie van Toezicht met die
van genoemden heer, was het eenige document,
waaruit bleek op welke wyte men de 2e Burgor-
school voor meisjes wenschte te reorganiseeren. Het
kan daarom geen verwondering wekken, zeggen B.
en W., dat zij de inrichting, in dat ontwerp be
doeld, tot onderwerp van hunne beschouwingen
maakten. De beschuldiging door de hoeren, die het
voorstel van den heer IJssel de Schepper mode
hebben toegelicht, tegen B. en W. ingebracht, als
zouden zij het door hem uiteengezette denkbeeld
buiten behandeling hebben gelaten, achten B. en W.
dan ook ten eenenmale onverdiend.
Voorts komen B. en W. op tegen de in die me
morie van toelichting uitgesproken bewering omtrent
de alleszins gunstige adviezen der Hoofden van de
beide Burgerscholen voor meisjes over het plan van
den heer IJssel do Schepper dat echter nu een
ander blijkt te zijn dan dat van de Commissie van
Toezicht. Het is B. en W. niet mogen gelukken
uit de daartoe betrekkelijke missive van die Com
missie een gunstig oordeel van die Hoofden te ver
nemen omtrent de reorganisatie volgens het denkbeeld
van den heer IJssel de Schepper, noch omtrent de
levensvatbaarheid van eene naar dat denkbeeld ge
reorganiseerde school. Her eenige wat uit die
missive blykt, is dat het Hoofd der 2e Burger
school voor meisjes geene bezwaren heeft tegen eene
school ingericht volgens het ontwerp der Commüsie
en dat het Hoofd der le Burgerschool voor meisjes
eene goede aansluiting tusscheu zijne school en die
school zeer wel mogelyk acht. Omtrent eeno school
zooals die door den heer IJssel de Schepper wordt
gewenscht, en die eene andere blijkt te zijn dan
de door de Commissie van Toezicht bedoelde, heb
ben de Hoofden der beide Burgerscholen voor meisjes
geen advies, veel minder een gunstig advies uitge
bracht.
B. en W. betoogen daarop de wenschelijkheid
van toelating der leerlingen op die school op 9
jarigen keftijd, waarmede het hoofd der 2e Bur
gerschool voor meisjes zich vereen igt. Dat oordeel
van iemand, die zich geheel aan het lager onderwijs
beeft gewijd, en die blijken heeft gegeven geheel
vertrouwd te zijn met de eischen van dat onder
wijs en een uitnemend leerplan heeft ingevoerd,
heeft voor B. en W. hooge waarde. Wil men, zeggen
B. en W., de 2e Burgerschool voor meisjes haar
karakter van te zijn een lagere school doen behouden,
dan brenge men daarin niet zoodanige veranderingen,
waardoor zij zoo niet terstond, dan toch in de toe
komst een middelbare school of eene daarmede ge
lijkgestelde zal worden. Wil men dit laatste, men
heffe haar liever geheel op en geve aan de le Bur
gerschool voor meisjes zoodanige uitbreiding dat
zy een school voor meisjes wordt gelijk de 2e Bur
gerschool in de Lange Groonendaal er eone voor
jongens is, om vervolgens te trachten eene op ver-
standigen voet ingerichte hoogere burgerschool voor
meisjes te stichten. Doch B. en W. meenen dat dit
allerminst in de bedoeling der vergadering zal liggen.
B. en W. waarschuwen tegen eene inrichting der
school sis de heer IJssel de Schepper c. t. verlangt.
Zij vreezen dat deze zal leiden tot het verloopen
der school. Zij zal alleen bezocht worden door eenige
weinige leerlingen, alleen dochters van die inge
zetenen, welke tot de zoogenaamd hoogere kringen
der samenleving bebooren.
Dat er zekere ontevredenheid heerscht over de
resultaten der school, zooals die nu is, is niet het
gevolg van de toelating der leerlingen op 9-jarigen
leeftijd, maar veeleer te wyten aan gemis van een
behoorlijk uitgewerkt leerplan met doelmatige ver
deeling van de leerstof en van oordeelkundige
klassen-indeeling.
Ton bewijze dat de 9-jarige leeftijd voor toelating
der leerliugen door de ervaring als wenschelyk en
nuttig is geoordeeld wijzen B. en W. om de om
standigheid, dat in heel het land behalve te
Middelburg en te Goes geen openbare school
voor uitgebreid of voortgezet lager onderwijs is,
die geon herhalingsschool is, waarop de leerlingen
op 12-jarigen leeftyd worden toegelaten.
Ten slotte betoogen B. en W. dat ook de kosten
van hun voorstal niet zoo aanzienlijk verschillen met
die van dat van Dr. IJssel de Schepper als opper
vlakkig schijnt en in geen geval is het verschil in
kosten tusschen beide plannen zóó aanmerkelijk, dat
het met het oog op het grooto belang der zaak van
overwegenden invloed mag zyn bij de keuze tusschen
die beide plannen.
Gisteravond werd in het Café „Unie" eene ver
gadering gehouden van het Werklieden-Ziekenfonds
„de Vriendschap", onder leiding van den heer J. Kriek,
welke door byna alle leden werd bijgewoond.
Nadat de Voorzitter de aanwezigen had verwel
komd en de Secretaris, de heer P. M. de Morree,
de notulen der vorige vergadering had voorgelezen,
welke onvoranderd werden goedgekeurd, erlangt de
Vice-Voorzitter, de heer M. G. van de*1 Horst het
woord en brengt verslag uit van den toestand der
Vereeniging over het le halfjaar. Uit dit verslag
bleoV dat in datf tijdvak de ontvangsten hadden be
dragen 402.6* en de uitgaven (in hoofdzaak uit-
keering bij ziekte aan 2 i leden) 804 80, zoodat
een batig saldo was behaald van 98.35. Voorts
deelde de Vice-Voorzitter mede dat de Vereeniging
thans 157 leden telt.
Na het uitbrengen van dit verslag, dat met ap
plaus door de leden werd goedgekeurd, schetst spreker
den toestand der Vereeniging van hare oprichting
tot heden en wijst (zooals elke vereeniging kan doen)
op de donkere stippen die zich sedert de oprichting
aan c'en horizon vertoonden, maar tevens op den
zonneglans, die door „de Vriendschap" de nevelen
hadden weggevaagd en het was spr. aangenaam den
leden te kunnen mededeelen dat door een tweetal
leden, de fo-erea H. Hordijk, schilder, en H. van
Dam, passementwerker, een waardig geschenk aan
de Vereeniging was opgedragen, namelijkeen banier.
Spr. verzoekt den Voorzitter daarna de banier
van het omhulsel te ontdoen, waaraAn wordt gevolg
gegeven.
Deze banier, door genoemde heeren Hordijk en
van Dam vervaardigd, is een uitnemend geslaagd en
uitgevoerd ontwerp en wel waardig als symbool der
Vereeniging die te vertegenwoordigen.
De banier is van zwart was- of zeildoek en in
gewonen vorm. In het raidden vortoonen zich twee
ineengeslagen handen (het symbool der Vriendschap)
omgeven door een groene krans. Daarboven leest
men in een lintsgewyze geschilderd wit oppervlak
met gouden letters: Werklieden-Ziekenfonds de
Vriendschap" en daaronder „opgericht 13 Mei 1882."
De banier wordt gedragen door een zwarten
standaard met zilveren pieken, ter flankeerijsg, en
versierd met een van rood met wit (de stadskleuren)
doorvlochten kabel met afhangende kwasten.
Het geheel geeft een zeer gunstigen indruk en
doet onze stadgenooten, die] het vervaardigden, alle
eer aan.
Nadat de onthulling had plaats gehad en de Vice-
Voorzitter op het symbool der banier: „de Vriend
schap" had gewezen, werd dezelve, onder het zingen
van hot „wien Neêrlands bloed" hetwelk staande en
met ontbloote hoofden werd gezongen, door de zaal
gedragen.
Na deze plechtigheid zegt de Voorzitter den ver
vaardigers dank voor hun moeite- en smaakvollen
arbeid, wenscht de Vereeniging geluk en „Vriend
schap" en hoopt dal het zinnebeeld, op de banier
zoo fraai voorgesteld, hun steeds zal herinneren dat
door de handen ineen te slaan en vriendschap aan
te kwoeken, veel tot verbetering van don werkman
tot stand kan komen.
Na dankzegging voor de belangstelling en goede
ordewordt de vergadering door den Voorzitter
gesloten.
Heden middag werd ten Eaadhuize dezer Gemeente
aanbesteed de levering van de ten dienste der ge
meente gedurende het jaar 1892 benoodigde materialen.
Inschrijvers waren voor:
1. Houtwaren. K. van der Torren, te Waddinx-
veen, I8tyf pet. ben. tarief.
2. Ijzerwerk. J. H. Kok, 20 pet. en J. J. Ver
dries 18 pet. ben. tarief.
3. Spijkers en lichte ijzerwaren. J. H. Kok, 30
pet. en J. J. Verdrios, 26 pet. ben. tarief.
4. Koper, Lood, Zink en Soldeer. Th. A. van
Berkel, 4 pet. boven tarief, J. J. Verdries, volgeus
tarief en J. H. Kok, 4 pet. ben. tarief.
5. Verfwaren en Glas. C. van Dillen en Zn.,
27°/# ben. tarief.
6. Teer. J. H. Kok, 18 pet., W. P. Bijvoet Jr,
firma H. T. C. Heldings te Amsterdam, 15 pet., M.
van Kiel, 12 pet. en J. IJpelaar Jz., 11 pet. ben.
tarief.
7. Kalk. J. Zwart Pz., 10 pet. en A. Jonker
en Zn. 0 pet. ben. tarief.
8. Grind. L. Broere, 13 pet. ben. tarief.
9. Zand. L. Broere, 5 pet. ben. tarief.
10. 500 M* fijne Puin. A. Slootweg, te's Hage,
543.en D. van Kleef, te Waddiuxveen 487.
11. 68,000 Ben-Ahiu Keijen. E. Jansen en
Soupoir, te Luik, 94.p. m.
12. 89,000 blauwe IJsselstraatklinkers. P. van
't Hoff Stolk, te Ouderkerk a/d IJsel, 6 58 en
Schaley en Bekker, te Schoonhoven, 6.54 p. m.
Maar als de documenten in de handen van den
rechter vielen; wanneer de wereld vernam, wat hij
misdreven had, dan was zijn eer voor altijd weg;
dien slag zou hij niet moer te boven kunnen komen.
De angst voor deze mogelijkheid gaf hem aanlei
ding, de voorwaarden der boeven zonder lang beraad
aan te nemen, en hij wenschte nu nog maar, dat de
zaak reeds vereffend was.
"De bedienden waren verwijderdde bankier hpd
streng bevel gegeven, dat bij niet gestoord wilde
wordenhij moest verhoeden, dat later geen getuige
tegen hem kon optreden, die hem bewees dat hij
met de dievou een geheim onderhoud gehad en uit
hun handen papieren ontvangen had.
Eindelijk vernam hij het afgesproken geklop; hg
ging de deur openen en keerde schielijk daarna met
de beide dieven in het kabinet terug.
Bob zag met snellen blik om zich heen.
Neem plaAts, zeide de klerk, met de meest
mogelijke kalmte.
Waar zijn de papieren vroeg Homberg.
Bob haalde ze uit zijn zak en gaf ze aan zijn
makker, die naast den baukier had plaats genomen.
Lees voor! zeide hij ruw.
Dat is opnoodig, bracht de oude heer in het
midden. Wij kennen den inhoudwaarom zouden
we tijd verliezen? Geef mij de papieren, dan ont
vangt ge de som; daarmede is alles afgedaan en
wij hebben niets met elkander te maken.
Wat ik wil, moet geschiedenantwoordde
Bob. Jy bent een rijk heer, en ieder neemt voor
je den hoed af, maar beter dan wg ben je niet. Tgd
hebben wij genoeg. Begin, Frits!
De „dokter" had reeds de papieren opengevouwen;
Romberg moest zich aau den wil van den boef onder
worpen.
„Waarde vriend las de klerk. Gij zult verrast
wezen, reeds zoo spoedig een brief van mij te ont
vangen intusschen rechtvaardigen de omstandigheden
mijn schrijven, waarin gij, naar ik hoop, geen onge
grond wantrouwen zult vinden.
„Toen ik u gisteren de papieren van waarde ter
hand stelde, boodt ge mg een quitantie daarvoor
aan, die ik van de hand wees, omdat ik immers
weet, dat ik u vertrouwen kan. Het scheen mij voor
onze vriendschap een krenking te zgn, wanneer ik deze
quitantie aannam, en gij hebt waarschijnlijk dezelfde
gedachte gekoesterd.
„Maar toen gij afscheid van mij genomen hadt,
dacht ik nog eens over de zaak na; tot dit nadenken
noopte mij de plotselinge dood van een vriend, die
een offer der cholera was geworden.
„Die ontzettende ziekte heeft sedert twee dagen
in onze stad haar intrek genomen, en het schijnt
ieder uur meer zeker te zijn, dat zij epidemisch
zal worden. Nu ware, wanneer ik in 't gras moest
bijten, niets bijzonders daardoor verloren gij zoudt
mijn vermogen beheeren en het later aan myn kind
ter hand stellen, dat is aan niet den minsten twgfel
onderhevig.
„Maar laten we ook denken aan de keerzijde der
medaille. Ook gij kunt plotseling sterven, en voor
dit ver van onmogelijke geval, ware het voor mg
verkieselijk, wanneer ik van uw hand een ontvang
bewijs omtrent myu bij u gedeponeerd vermogen
bezat.
„Daardoor zouden alle onaangenaamheden kunnen
vermeden worden.
„Wees dus zoo goed en zend mg by gelegenheid
de quitantie."
De quitantie, viel Bob zijn makker in de rede,
hebt ge bepaald verzonden, maar daar de man in
middels gestorven was, kwam de brief geopend bg
u terughet adres droeg immers den stempel uwer
firma. De brief ligt ook bij de papieren. Lees
verder, FritS
„Wat nu den beoogden verkoop rayner papieren
van waarde aangaat, vervolgde de dokter, „zoo ge
loof ik dat het alleszins raadzaam is, nog eenigeo
tgd daarmede te wachten. De koersen zgn nog
altijd zeer gedruktieder wil verkoopen en niemand
koopen. Dat moet en zal beter worden, zoodra de
politieke verwarringen zijn vereffend, orde en rust
zgn teruggekeerd.
„Ik laat echter in dit opzicht alles aan u, beste
vriend, overgij kent dit beter, en het ware dwaas
heid, wanneer ik u in beurszaken een raad wilde-
geven.
Wordt vervolgd
13. 50,000 vlakke VechUche straatklinkers, waal-
T,°rra. G. v. d. Broeko te Utrecht 20.p. m.
L. G. Koolemans Beynen te Utrecht 18.97
P- m. Gebr. van Stuivenberg te Utrecht 18.25
P- p. C, Kamp, Liuschoten 18.02 p. ra.
14. 60.000 vlakke Vechtschesiraatklinkers, Vecht-
sche vorm. C. L. G. Koolemans Beijnen te Utrecht
f 16.47, L. H. L. Meester te Zuilen 16.89,
Gebrs. van Stuivenberg te Utrecht 15.96 en
Wed, J. Brunt te Woerden f 15.24 p. ra.
Nog werd aanbesteed het maken of vernieuwen
a. van twee gording- of remivorken bg de draai
brug in den Kleiweg. Ingeschreven werd door
H, J. Nederhorst voor 2987.C. P. W. Des-
sing voor 3270.—, P. A. Burghout voor 3333.
en W. Bokhoven voor f 3650.
b. van de brug over de Breévaart in den weg
langs de Zuidzgde van de Karnemelkslool. Inge
schreven werd doer
J. de Jong W., 2295, J. J. Duym, 2233,
W. Bokhoven, 2225, P. A. Burghout, 2222,
H. J. Nederhorst 2213 en C. P. W. Dessinsr
f 2121.
c. Het ophalen van het puin en de vuilnis en
het uitbaggeren van de kanalen, zijlen, kokers en
riolen, alsmede het reinigen en reinhouden van de
rioolputten straatkolken, urinoirs enz. iu de Ge
meente. Ingeschreven werd doorJ. Reurings,
voor 1245.— p. j.A. van der Laan en C. Fur-
rer, voor 990.— p. j.; J. Borst, voor 360.—
p. j. voor 3 j., voor 6 jaar 190.— toelage.
Bij de gisteren gehouden verkiezing voor een Lid
van de Tweede Kamer in het district Tiel is geko
zen de heer Mr. Tydeman (lib.) met 1547 stemmen.
De heer Mackay (anti-rev.) had 798 stemmen.
Maandag 14 Dec. a. s. heeft in „Ons genoegen"
eene uitvoering plaats der gymnastiek-veroeniging
Exsehior.
De heer Schepel heeft de volgende motie inge
diend ter behandeling bg de begrooting van het
departement van binnonlandsche zaken in de Tweede
Kamer
„De Kamer, van oordeel, dat 's lands belang nog
meer bevorderd zal worden door het instellen van
een ministerieel departement van laudbouw dan door
het aanstellen van een inspocteur van liet landbouw
onderwijs, verzoekt de regeering de daarvoor noodige
maatregelen te willen nemeu, en gaat over tot do
orde van den dag."
Aan de roomscho geestolykheid in Noord-Brabant
is een rondschrijven gericht, onderteekend Henri
Cramer en waarin kennis gegeven wordt, dat onder
de hooge goedkeuring en aanmoediging van den heer
A. Godschalk, bisschop te 'g Hertogenbosch, en ge
steund door tal van invloedrijke katholieken in de
provincie, te begiunen met 1 Januari 1892, zal wor
den opgericht een katholiek, provinöiaal Nooid-
Brabantsch dagblad. In het rondschrijven wordt
gezegd, dat geen der bestaande, hetzy eenmaal, hetzij
meermalen per week verschijnende bladen in de be
hoefte voorzag, zoodat het nieuwe blad werkolijk
geroepen is eene algemeen gevoelde leemte aan te
vullon.
Het zal te 's Hertogenboich verschynen en tot titel
voeren Aoord-Brohantech Dagbladen stelt zich ten
doel de behartiging der katholieke belangen van
ons vaderland, inzonderheid van de provincie Noord-
Brabant, op staatkundig en maatschappelijk gebied,
en de verdediging der katholieke beginselen in eer
biedige ouderwerping aan bet herderlijk gezag van
het hoogwaardig episcopaat, overeenkomstig het na
drukkelijk verlangen des Heiligen Vaders, uitgespro-
ken in zijn gedenkwaardige encieliekec „De Civi-
tatum conatitulione Christiana" en „De prmcipuis
emum christianorura officii».»
8taten-Generaai. Tweede Kamer. Zitting
ran Dinsdag 8 December 1881.
De discussie over het hoofdstuk Justitie werd
voortgezet. De lieer Noordtzij kwam terug op de
quaestie der scheiding van kerk en staat en opperde
bezwaren over de toepassing der ivet op de rechts
persoonlijkheid op nieuw opgeriohte doieerende ge
meenten. De heer Bahlmann maakte zich met de
hoer Mutsaers tot tolk van de grieven der Noord-
brabantsche industrieelen tegen de arbeidswet en
wenschte voor dezen eene aparte toepassing; zij
noemden het een milde toepassing, maar de heer
Kerdijk sloeg den spijker op den kop, toen hij deze
«milde» toepassing noemde eene uitvoering der wet
tegen haar geest, in het belang van heeren kiezers
der over- Moerdgksohe landen. De heer Kutgers
nam een loopje met de in de troonrede voorgespie
gelde pensioueering van werklieden, terwijl de heer
Van Velzen de wenschelgkheid betoogde van over
brenging der uitvoering van de arbeidswot naar het
depart. Waterstaat.
Het antwoord van den minister droeg de blgken, 1
dat het afkomstig was van een in rechtszaken door
kneed en scherpzinnig man, die onmiddellijk de zwakke
zgdo van het betoog der tegenstanders ziet. Ons
bestek veroorlooft ons niet een overzicht te geven
dezer belangrijke rede, waarin lal van quaestiën wor
den aangevoerd en besproken. Het geheel geeft den
indruk, dat het beleid der justitie in goede handen
is; weinig beloven maar veel afdoen, is bln'kbuar de
leus des heeren Smidt.
Heden ochtend- en avondzitting.
In de gisteren te Amsterdam onder leiding van
doctor Barnomv gehouden jaarvergadering derNoord-
hollandsche vereeniging „Het Witte Kruis» werd in
plaats van den heer B. J. Perf, die met 1 Januari
1892 als bestuurder wenscht af te treden, gekozen
de heer P. J. van Eldik Thime, te Bloemendaal.
Aonder discussie of stemming stond de vergadering
subsidie-aanvragen toe uit de renten van het stamkapi
taal over 1891aan Alkmaar 500 voor meabileering
van het badhuis; aan Beverwijk 200 voor aankoop
van materiaal en verstrekking van versterkende midde
len aan reconvalescenten aan Graft /'300 voor hetzelf
de doolaan Bloemendaal 100 wegens derving van
eene subsidie van het gemeentebestuur van hetzelfde
bedrag aan Haarlommermeer 300 voor een ijskelder.
Haarlem od Hilversum wenschten te mogen beschik
ken over het aan beide afdeelingou toekomende bedrag
van ƒ4500 ieder voor den bouw van volksbadhuizen,
j en voor de exploitatie daarvan 300 voor ieder. Beide
aanvragen worden toegestaan, wat Haarlem betreft
onder voorwaarde dat gedurende 26 jaren telken jare
f 100 worde gelost.
Zonder debat of stemming werden toegestaan de
volgende subsidie-aanvragen uit de renten van hetstam-
kapitaalMouuikendam 300 voor een ijskelder, De
Rgp 300 tot aanvulling van materieel en het ver
strekken van versterkende middelen aan herstellende
behoeftige ingezetenen, Winkel 350 tol dekking van
een tekort op de exploitatie van het tonnenstelsel,
Zaandam 300 lot vermeerdering van materieel, Zaan
dijk 30C als tegemoetkoming in de exploitatiekos
ten van de badinrichting enz. Hrarlemmerraeer300
voor een ijskelder.
Na korte discussie ovor enkele punteu werd de
begrooting voor 1892 vastgesteld in ontvangst en uit
gaaf op 26,703, en daarua de vergadering gesloten.
Prof. Pierson schreef aan den heer DotnelaNieu-
wenhuis den|volgenden brief in antwoord op een ver
zoek om een woord van sympathie voor gratie aan
Geel.
7 December '91.
Geachte HeerGy vraagt mg een woord van
sympattiie, dat, gelijk gy u uitdrukt, dienst kan doen
op de vergaderiug van heden avond in Plancius, ter
zake van Geel.
Als die vergadering niet anders bedoelt dan het
oogmerk dat gij haar stelt, beu ik gaarne bereid,
u dat woord vau sympathie toe te zendeu.
Immers gij schrijft mij
„Onder den indruk van een brutaal optreden der
politie, onder den indruk van het vonnis tegen mij
geveld, komt een jong inensch tot zulk een staat
van opwinding dat hij op een der dienaren van het
gezag schiethij krggt daarvoor 8 jaar gevangenis
straf; vijf er van zit hg af, eu nu vraag ik een
ieder, of raeu dan niet meê kan werken, zelfs staande
op het standpunt dat hij een strafwaardige daad
deed, om gratie te verworven voor zoo iemand
In vertrouwen op uwe waarheidsliefde, uwe voor
stelling van de zaak dus als juist aannemende, be-
hoorende tot degenen die vau oordeel zgn, dat Geel
eone „strafwaardige daad" pleegde, ben ik met u
vau oordeel dat een ieder, vooral wanneer hem de
gelegenheid daartoe aangeboden wordt, medo kan
werken om gratie voor den ongelukkige te verwerven.
„Te verwerven/ zogt gg terecht. Gratie te eischen,
schynt mg ongergmd. Men eischt een rechtmen
verzoekt eene gratie. tDat doe ik mot u van heeler
harte. In eene gevangenis te zitten, vooral als men
het verdiend heeftjaren achtereen in eene gevan-
gevangenis te verliezen, vooral als men jong is, is
een zoo verschrikkelijk denkbeeld, dat het hart samen
krimpt ten aanzien van hen, voor wie dit denkbeeld
eene werkelijkheid is. Al wat er van medegevoel
in mijn ziel is, komt op en voegt zich bij uwe smeek
bede om gratie Medegevoel is missohien het eenige
gevoel dat met de jaren niet verflauwt, gelijk het,
om te ontstaan, de jaren niet afwacht. Op onze
jonge en beminnelijke Koningin-Regentes is al myne
hoop met de uwe gevestigd. Zg zal wenschen te
gaan zoover medegevoel haar voert, en ongetwijfeld
gaan zoover billijkheid het vordert.
Mocht gij van oordeel zyu dat dit mijn schrijven
„dienst kan doen" ter vorgadoriug zoo autoriseer ik
u gaarne het mede te deelen, wanneer gg althans de
goedheid wilt hebben, het textueel voor te lezen.
Goed succes op uw pogen. Hoe schoon zou he
«ijn al» bet kerstfeest den ongelukkige gelouterd
aan de vryheid wedergaf.
Aan den burgemeester van Wessem, gedetineerd
te Roermond, dte don 15en dezer voor de arrondis-
sements-rechtbank aldaar zal terecht staau, wordt
ten laste gelegd,
dat hg bg de op 21 Juli 1891 plaats gebad heb
bende verkiezing van twee leden van den gemeente
raad al» voorzitter van het bureau opzettelijk en
bednegelgk een stembriefje waarop de namen A
van Hoef en A. Tgssen voorkwamen, heeft verwis
seld of doen verwisselen met een stembriefje, be
vattende de namen J. M. Tijssen en J. R. Verlin
den, tengevolge waarvan deze laatstgenoemde personen
de volstrekte meerderheid van stemtnen hadden en
dus gekozen waren, terwgl zg anders of niet ge
kozen, of in herstemming zouden zijn gekomen, en
alzoo aan die stemming een andere uitslag is gegeven
dan door de wettig ingeleverde stembiljetten zoude
zgn vorkregen.
En verder op 22 Juli 1891, in zijne voornoemde
qualiteit, bg het openen der stembus, het proces
verbaal vau opening der ingeleverde stembriefjes
zijnde dit een authentieke akte om te doen blijken
van den uitslag der plaats gehad hebbende verkiezing,
valschelgk heelt opgemaakt en doen opmaken, met
het oogmerk het te gebruiken en door anderen te
gebruiken als ware het echt en onvervalsoht, door
in dat proces-verbaal opzettelijk in strijd met de
waarheid te doen vermelden en door de stem op-
nemers te doen vermelden, dat de zegels der voor
melde bus bij onderzoek zijn bevonden geschonden
te zgn, niettegenstaande toen, zooals hij wist, die
zegels geschonden waren en dat bij genoemde stem
ming waren uitgebracht op J. M. Tijssen 28, J. R.
Verlinden 28, A. van Hoef 26 en A. Tgssen 26 stem-
men en alzoo het getal der op dien datum ep elk
der voernoerado personen uitgebrachte stemmen een
ander was, dan in het proces-verbaal staat aange
geven.
En eindelijk op 23 Juli 1891 het proces-verbaal
Waarvan hiervoren sprake, als ware het echt en ou-
vervalscht, in zijne voornoemde qualiteit te hebben
ge '™ikt door het aan den Raad in te zenden, daarvan
afschriften te doen aanplakken en ter secretarie ter
inzage neder te leggen, zoodat J. M. Tgssen en J.
K. Verlinden alhoewel niet gekozen zijnde, toch als
leden van den Raad zijn toegelaten, gonoerade ver
kiezing een ander resultaat heeft behouden dan door
de inlevering der stembriefjes verkregen was en der-
hnlvo uit dat gebruik nadeel ontstond
De getuigen zijn 27 kiezers, de twee wethouders
de gemeenteveldwachter, een rijksambtenaar
Do deskundigen de heeren J. Schuitemakor en J
Snackers, onderwijzers te Roermond.
De verdedigersmr. G. Tripels, uit Maasstricht
en jhr. mr. L. Michiels van Kessenich, uit Roermond.
Eindelijk is dan het geheim van de handelstrac-
biten der Mtdden-Europeesche Staten ontsluierd en
de telegraaf deelde ons reeds gisteren de hoofd-
cgfers van de nieuwe tarieven mede. Om over die
cgfers te oordeelen, moet men niet alleen de thans
bestaande kennen, maar ook in bijzonderheden op
de hoogto zgn van de voortbrengselen en de nijver-
beid der betrokken landen, met andere woorden een
specialiteit zgn op dit gebied.
In de Duitache uitvoerige memorie van toelichting
tot de handelsverdragen wordt de noodzakelijkheid be
toogd om de verdere afsluiting des rgk. te voorkomen
en het Duitscho gebied van afzet te behouden door
tegemoetkomingen aan het buitenland. De tot stand
gebrachte verdragen vormen een samenhangend geheel.
Bg het beoordoelen van hetgeen door Duitscbland is
toegestaan moeten de daarvoor verkregen voordcelen
in hun geheel overzieu worden. Door de verdragen
wordt het gebied van afzet voor de Duitsoha nijverheid
inderdaad behouden en wordt den landbouw een voer-
deelige uitweg voor zgn voortbrengselen verzekerd
Voor ons is wel van het meeste belang den inhoud
te kennen van het tractaat tusschen Duitschland en
Belgie, omdat onze ligging ongeveor deselfdo is als die
van Belgie. En daarover deelde de telegraaf juist
het minst mee. Duitschland heeft in de eerste plaats
aan Belgie toegestaan vermindering van inroerrechten -
rammen en schapen van fr. 2.50 tot 3 fr. per stuk
bier iu vaten per doppeloontnor van 6 op 4 fr. wild
van fr. 0.30 op fr 0.15 gedroogde pruimen van 20
op 15 fr. Het belangrgk.to is de vermindering van
het recht op rammen en schapen, asngezien twee
de-den van de behoefte in België uit Duitschland ge
trokken wordt. Bovendien is het uitvoerrecht voor
lammeren lot een maximum van I fr. beperkt en ook
voor dit artikel is Duitschland het voornaamste l.nd
van uitvoer.
Een algemeene beperking der rechten op machi
nerieën en toestellen werd door België geweigerd.
