WW&lg
BINNENLAND.
Zaterdag 30 Januari.
892.
rio
Ie
N° 4746.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
De inzending van advertentiën kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
FEUILLETON
t»
KW Wfa»
m—
E®
n
S
.kt
{Uit hef Engelach.')
staat in eens vlak tegen-
on trekt
I
hij....”
o
l
t
•ft—
De prijs per drie maanden ie 1.25, franco
per post 1.70.
Bovendien worden alle Advertentiën gratie
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’twelk des Maandags verschijnt.
S»«
1*.—
Hi—
’aar
i redden? AL
meien Eyre meer!
Nt
W—
goudsche courant.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
geroepen, vader?” zegt zo zenuw-
GOUDA, 29 Januari 1892.
De heer H. T. B. Schadee, onderwijzer te Moor-
jp recht, ia als zoodanig benoemd te Marken.
Togen den predikant da. Gravemeier, vroeger te
pldeboorn, nu te Gorkum, is door bet openbaar
pninistorie bij de rechtbank te Heerenveen geeischt
J 25 boete, subsidiair 10 dagen gevangenisstraf,
jvegens bedoeling van den burgemeester Smyter in
•ene openbare godsdienstoefening.
ADVERTENTIËN worden geplaatst
van 1 5 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
deze schaal, waaraan alzoo vaderlandsche herinnerin
gen verbonden zijn, in ons land blijven.
De baan waa 1600 meter lang; er waren 8 me
dedingers opgekomen, waarvan de heer Eden de
eenige Nederlander was.
De beide snelste rijders moesten om don eersten
prijs rijden.
Al spoedig bleken Eden en de bekende Tabbot
(een Engelschman) de aangewezen personen te zijn,
die om het kampioenschap zouden moeten rijden
bij dezen rit was do heer Êdea slechts een paar se
conden voor; bij den beslisseoden rit evenwel was
dit verschil grooter en kwam Eden (hoewel op zijn
Het bericht dat reeds lang te Utrecht de ronde
had gedaan, dal H.ll. M.M. de Koningin en de
Koningin-Regentes die stad zouden komen bezoeken,
werd gisteren officieel bevestigd door de mededee-
ling van den voorzitter van den gemeenteraad, dat
tiding waa ontvangen dat H.H. M.M. op een nader
te bepalen dag in de eerstkomende maand Juni de
.plechtigheid der eerste steenlegging van hut nieuwe
^Universiteitsgebouw zouden komen bij wonen.
naar het huis
morgen ochtend kunnen we ge- heel goede familie, al zijn ‘t Engelschen
Omtrent den afloop van den wedstryd, waarbij de
,beer J. J. Eden uit Haarlem den l. prijs beeft
gewonnen en die te Lingay Fen bij Cambridge is
gehouden, bevat de Haart. Ct. de volgende bijzon
derheden
i Deze prijs bestaat in eone gouden medaille, bene
pens eene prachtige kristallen schaal, in 1880 uitge
loofd door den Prins van Oranje bij een in Engeland
gehouden internationalen schaatsen wedstrijd, weike
moor denzo’.fden rijder drie achtereenvolgende malen
■loot worden gewonnen. De eerste maal is die prijs
Behaald door Donoghue, die hem medenam naar
Manhattan (V. S.); wanneer het den heer Eden ge- I verwonding.
- en
geestestoestand van den eischer hem ongeschikt
maakt tot bet weder opvatten van een dergelyke
handelszaak als hij vóór het ongeluk gedreven heeft
i 2. of volledig herstel te wachten is; 3. of de eischer
I reeds in staat is tot eenigen anderen werkkring.
I Door beide partijen werd op den inhoud van dit
rapport een beroep gedaan tot ondersteuning van
hunne wederzijdsche conclusiën. Mr. M. Rutgers
van der Loeff betoogde, namens den eischer, dat,
ook al ware deze hersteld van de bekomen vermin
king, de gevorderde som niet te hoog was, maar dat
a fortiori het aanbod der gedaagde maatschappij als
onvoldoende moet worden voorbijgegaan, omdat uit
het rapport van de deskundigen blijkt, dat de eischer
lichamelijk en geestelijk ten gevolge van het ongeluk
niet meer do man is, die hij vroeger was, en dat
nooit woer worden zal. In den strijd des levens zal
hij voortaan met groote bezwaren to kampen hebben,
en hij meent daarom recht to hebben op de gevor
derde schadevergoeding, die hom nog slechts ten
deele het verlorene teruggeeft. De advocaat der
exploitatie-maatschappij, jhr. mr. E. N. de Brauw,
kwam daartegenover, op grond van zijne critiek van
het rapport der deskundigen, tot do slotsom, dat
van volslagen ongeschiktheid van den eischer voor
'V naar het
Hij is
V) over haar.
AJhjais dus voorbjj ten minsto aan dien kant. „Nu, il
Eyre helft met eene buiging afscheid gonomer/van „Heb j<
fen gastheer, nadat hij, naar zijn plicht het meebrengt,
knigszins gedwongen, maar beleefd, zijn erkentelijk
heid heeft betuigd voor de ontvangen gastvrijheid,
kn erkentelijkheid, die beleefd wordt aanvaard,
toen heeft hij eene boodschap naar het dorp gestuurd
bm een rijtuig, ten einde hem en wat hem toebehoort
too spoedig mogelijk naar do herberg aldaar te bren
gen. Zijne verontwaardiging maakt hem woedend.
Die oude vont! Hij wil zijne dochter geven aa'n een
®an, dien zij haat, alleen omdat het armo kind in
Ben ongelukkig oogenblik gedwongen is tot een ver-
®ying met hem. Nooit heeft de geest van Don
Duichotte mr. Eyre zoo geheel en al vervuld als op
Ifit oogenblik. Hij zal haar te hulp .komen, vader
>f geen vader! Wat! Zou iemand het kalm aan-
tien dat een vroolijk kind willens en wetens werd
ïpgeofferd, zonder een hand uit te steken om haar
Als dat zoo was, dan heette hij geen
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
I met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
J voor de jaren 1888
gedurende de vijf volgende jaren eene
flraorin^ k?t öergte jftHr - qqq
eindigende in 1894 met 200. Bij bet doen >an
derstelling, dat de heer K.'
man, die in staat
ten en
stol
om
gang te komen,
door de t w
j bij interlocutoir vonnis deskundigen heeft benoemd
gemak rijdende) met een verschil van ongeveer 150 om te onderzoeken 1. in hoever de lichaams- en
meter voor Tabbot aan in 3 m. 25 sec., een vrij
langen tijd, wat evenwel grootendeels is toe te schrij
ven aan het bijzonder slechte ijs.
niet haar vader bedoeld), „wel, hij krijgt, wat hij
verdient meer niet.”
„Ja, dat is waar, dat is zoo 1” zegt ze, alsof zij
haar best doet zich zelf den noodigen moed, in to
praten. „Eene slavin, zei je. Maar toch
//Dulcinea! Dulcinea!” schreeuwt iemand op eeni
gen afstand, ’t Is de stem van haar vader.
„Hij roept me, „ik moet weg!” zegt ze
hare hand een weinig bevreesd terug.
„Denk aan den trein,” fluistert hij en houdt haar
nog bij haar schort vast, //donk aan den trein het
station ttgt maar een mijl van hier 6.30 onthoudt
het. Ik zal zorgen, dat ik er ben. De wandeling
beteekent niets, en....”
„Maar mijn kleeren 1”
„Och, onzin Mijn zuster zal..
„Dulcinea!” ’t Klinkt nu als een toornig gebrul.
Dulcinea werpt een onzekeren blik op Eyre en
loopt dan de trap af, die naar ’t heiligdom haars
vaders voert.
„Hebt u me
achtig.
„Je geroepen! Dat zou ik denken! Een keer of
j tien op zijn minst. Wat voerde je uit Stondt je
te vrijen met dien vervloekten idioot van boven,
ihe? Voor iemand van zijn stand en hij is van
heel irocdo familie, al ziin *t F.naolschen - vind ik
i het een verduiveld gemeerde manier vau handelen om
1 een meisje het hof te maken in het huis van, haren
(Eyre bedoelt haar vader, doch zij had vader zonder diens toestemming.
Voor de Utrechtsche Rechtbank is dezer dagen
gepleit over de vaststelling van den schadestaat in
het proces om schadevergoeding dat de heer J. K. K.,
te Groningen, een der slaohtofhy’s yan het spoorweg
ongeluk bij Ruinerwold op 2 Januari 1883, c|o M.
t. E. v. S.S. heeft aangedaan. De verplichting tot
het geven van schadevergoeding is door de maat
schappij erkend en door do rechtbank uitgesproken.
Over de beide eerste posten van den schadestaat,
de uitgaven betreffende die door den heer K. gedaan I
zijn teu gevolge van de ramp, tot een gezamenlijk
bedrag van 844.70, bestaat geen verschil; de
maatschappij is bereid die som terug te geven en
nog 7.50 bovendien, die deeischer verzuimd heeft
op te nemen. De tusschenkomst van den rechter is
ingeroepen, om den derden post vast te stellen. Do
eischer heeft een bedrag van 25/00 gevorderd
tot verbetering van de sc ade, die hij geleden heeft
en zal lijden als gevolg van zijne verminking en
De maatschappij heeft daartegenover
nog tweemaal dezen prijs te winnen, dan zal aangeboden een totaal bedrag van 6400, en wel
Doch hij moet Dulcinea noodzakelijk spreken.
Zij moet weten wat voor lage» haar gelegd worden.
Tot nu toe heeft het armo kind hare verloving als
iets gewoons zij het ook iets onaangenaams
iouwdmaar zij moet nu inzien, dat geweld zal
gebruikt, als ze weigert kalm met dien Ralph
altaar te gaan,
in de gang en
haar.
ik heb met je vader gesproken,” zegt hy.
Heb jezegt zij
„Jawel, en zoo’n trotsche oude pardon, neem
me niet kwalijk. Maar....”
„Zegt hij, dat ik mijne belofte aan Sir Ralph ge
stand moet doen?”
„Dat zegt hij en als je eene slavin waart, had hij
niet duidelijker kunnen doen uitkopien, dat je niets
te zeggen hebt.”
„Je overdrijft toch zeker een beetje,” antwoordt
zij en wordt zeer bleök. „Eene slavin. Van wien
„Zoo straks van sir Ralph, als je* nut spoedig
maatregelen neemt om je vrij te maken. Dulcie,
je vertrouwt me toch, niet waar Ga met mij mee.
Om half zeven gaat er een trein kom en....”
„En wat?”
„En ik neem je m< e naar de stad,
van mijn zuster en i
trSuwd zijn.”
„Morgen ochtend getrouwd En en
//Hij!”
tweemaal 1700 als uitkeering
en 1889, en «i^
afloopende uitkeering, het
on
t - -an
dit aanbod is de maatschappij uitgegaan van de on-
i was een volkomen genezen
was zijne zaken weder op te vat-
alleeu gedurende de eerste jaren na zijn her-
nog eene ondersteuning behoorde te genieten,
’t hem gemakkelyker maken weder aan den
-Het feit der genezing werd echter
tegenpartij betwist, waarom de rechtbank