ars
'ES,
LS.
drukte
lerak.
Woensdag 3 Februari.
1893.
4749.
en
egen
)()P
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
-<ï"'
i*
FEUILLETON.
I
1892,
door
il en Zn.
at
ING.
De Postspaarbank.
De inzending van advertentifin kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
iPRÜIJT.
en v er
en mo-
staat, wendt zij
:lfde plaatse,
opmerkzaam
lagen inzet
e ligging der
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
IEK, ZEL-
LJARI 1892,
BERGH, te
zal NIET
892, zooals
Nu D.ulcinea alleen op het perron
i der Zelf-
e uitspat-
{Uit het Engdsch.')
ADVERTEN T I N worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
„Je
afb. Prijs
verschrik-
:ngd lijdt,
«ring, die
i van een
ij het Ver
markt 34,
et bedrag,
ten boek-
gqudsche courant.
at f 1.70
1.25
1.10
>0 40
30 en 0.20
Niet zonder rechtmatige zelfvoldoening heeft
de directie van de Rijkspostspaarbank onlangs
een overzicht gegeven van hetgeen er in de
eerste tien jaren van het bestaan dier inrich
ting is tot stand gekomen. De tot dusver
verkregen resultaten stellen het nut van deze,
staatsbemoeiing boven allen twijfel. Millioenen!
zjjn, meestal door de lagere standen, bij haar
belegd ondanks de minder gunstige economi
sche toestanden der laatste jaren en in weerwil
van den bloeienden toestand, waarin de be
staande particuliere spaarbanken bij voortdu
ring verkeeren. Want dit is juist een zeer
verblijdend verschijnselde ontwikkeling der'
rijksspaarbank is niet verkregen ten koste van
reeds bestaande soliede instellingen. Vooral
het Nut had in vele plaatsen spaargelegenhe-
den geopend, die uitstekend worden beheerd
en het algemeen vertrouwen genieten. Welnu
uit officieele cjjfers blijkt, dat ook de nut-
spaarbanken een steeds klimmend cijfer van
belegd kapitaal aan wijzen, terwijl de postbank
haar hooge vlocht nam. Wat dus door dezen
nieuwen tak van staatsdienst is verkregen kan
beschouwd worden als eene zuivere bate in het
belang der volkswelvaart. En deze is niet
gering, gelijk uit de statistiek blijkt, welke
de directeur der Bank heeft opgemaakt. Daar
uit blijkt o. a., dat het aantal uitgegeven
boekjes onveranderlijk van jaar tot jaar is ge
stegen, en evenzoo het aantal in omloop zijnde
boekjes (een kleinen teruggang in 1885 uit
gezonderd) dat ook de jnlagen onveranderlijk
11)
.Andy!” roept Dulcinea als een waanzinnige en
op een zoo hartverscheurendon toon, dat bij niet
alleen Andy, doch ook Anketell treft.
//Nu, hier ben ik I” antwoordt Andy luid
ontwaardigd.
«Hij hoort mei” herneemt'^Dulcinea. Zij snikt
1 van vreugde en wendt zich plotseling tot haar met
gezel. „Hij komtl O, stap nu in, voor hij komt,
stap nu in! Hoor je me niet? Pas op, de trein
gaat dadelijk weg I Als je nog één oogenblik wacht,
blijf je hier staan en ik.... O! stap nu toch in!
Zij geeft hem een wanhopigen duw. „Ik zal je
schrijven, ik zal het je uitleggen maar stap
toch in !I’
„f-
alsof hij zijn verstand verliezen zal.
I
haar volgens haar zelvo van een
nié te bevrijden, dat meisje wijst nu vrijwillig, neen
hartstochtelijk, zijn hulp af. Uitleggen! „Er valt
niets uit te leggen, volstrekt niets 1” stottert hij,
zich met een mengeling van vrees en verlichting
tot Andy, die zich juist bij haar heeft gevoegd.
„Een mooie manier van doen I" zegt hij.
„O 1 zog er hier niets van, Andylaten we naar
buiten gaan buiten het station, ik....”
„Ik begrijp niet waar dat voor noodig ia,” zegt
Andy, die er alles behalve vriendelijk uitziet. „Ik
kan het even goed hier hooron, waar ik je zién kan,
als op dien donkeren weg.”
„Ik ben zoo moe, Andy,” zegt ze fluisterend,
met de flauwe maar vergggfsche hoop hem zachter
te stemmen. j
„Toch niet te moa in elk geval om midden in
den nacht hier te komen I”
„Midden in den nacht!, O Andy, hot kan
gelijk veel Tater zijn dan half zeven 1”
„Wat weel je precies het uur van dentrein! Wie
heeft je dat verteld vraagt hij kwaadaardig.
„Waarachtig, ’t eenige wat ik zeggen kpn, is dat je
het dezen koer in elk geval gedaan hebt.”
„Gedaan, wat?” klinkt het nog zachter.
I „Moet ik het soms precies vorrelten zegt haar
neef/ die haar in het somberé doffe licht der lan-
l torens van het station aanziei met minachting. „Je
bent gek I”
„Je weet er niets van,” zegt Dulcinea, die al haar
moed bijeenzamelt om zich zoo goed mogelijk te
verweren: „Je beschuldigt me; je zegt dingen
maar,” stottert ze „je weet niets I NietsIk
ben uitgogaan eenvoudig eenvoudig om om
zijn toegenomen met gestadig aangroeiende
bedragen, eerst ongeveer 8 ton, vervolgens 1
millioen, Je laatste jaren 12 ton per jaar, en
insgelijks het saldo tegoed, schoon minder re-
gelmatig, doorgaans stijgende is gebleven, zoo-
dat het van 1.124.378 in 1882 tot 3.234.054
in 1890 aangroeide; dat het gemiddeld tegoed-
7>.per inlegger van jaar tot jaar hooger klom
v\an 43,66 in 1882 tot 75,39 in 1890)
\en met dat al laag genoeg bleef, om de ge
volgtrekking te rechtvaardigen, dat de instelling
hoofdzakelijk gebruikt wordt door hen, voor wie
zij in de eerste plaats is bestemddat het per
centage der bevolking, dat zjjn spaarpenningen
bij de instelling belegt, voortdurend toeneemt
dat aan den voorqitgang alle provinciën van
het Rijk deel hebben, en niet Het minst die,
welke als het armste te boek staan, zoodat in
L'mburg, Noord-Brabant en Drente wel niet
i het aantal inleggers, waar wel het saldo tegoed
|>er inlegger het hoogst is.
Op 1 April 1891 bedroeg bet saldo te goed
bij de postspaarbank 19,858.201, terwijl uit
de opgaven van het Nut blijkt dat einde 1887
hij de nufsspaarbanken 32,547.572 was
belegd. Aangezien deze laatste som sedert
1888 wel zal zijn vooruitgegaan en er nog
andere particuliere banken bestaan, die niet
van het Nut uitgaan, mag men veilig aanne-
men, dat op dit oogenblik circa 20 millioen
bij de post en ongeveer tweemaal zooveel bij
particuliere inrichtingen belegd zijn. Zestig
millioen is een aardig duitje voor eene natie,
die 4| millioen zielen telt, hocavel er een ge
deelte bij is, dat wel belegd is maar toch geen
Bovendien worden alle Advertentiën gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’twelk des Maandags verschijnt.
4
eigenlijk gezegde spaarpenningen vertegenwoor
digen. Al trekt men om die reden van
het bedrag af, dan is 40 millioen, in kleine
sommen bijeengebracht door minvermogende’
bergers, toch een respectabel cijfer. Uit de
mededeelingen uit andere landen in het over
zicht voorkomende blijkt dan ook, dat ons land
onder de Europeesche staten, waar eene post
bank bestaat, geen slecht figuur maakt.
Deze goede vruchten zijn natuurlijk verkre
gen door de voordeelen, welk de rijkspost
spaarbank aanbiedt, waarvan de voornaamste
zjjn volmaakte zekerheid, daar de Staat zon
der eenig voorbehoud de terugbetaling der
gestorte gelden waarborgt en de gemakken der
inrichting, welke toelaat dat bijna op elk uur
van den dag geld kan worden ingebracht en
dat terugbetaling voor kleine sommen even
geniakkelijk is en zelfs geschieden kan op
andere plaatsen. V'Kpdaar dat het publiek
er druk gebruik van maakt op plaatsen, waar
geen particuliere bank gevestigd is en dat ook
elders velen er heen gaan, die van de andere
particuliere inrichtingen tot dusver niet ge
diend waren. In den regel js de uitgekeerde
rente geringer dan bij de Nutsspaarbanken en
andere dergelijke inrichtingen. Slechts 2.64
percent wordt telken jare bijgeschreven en het
schjjnt, dat aan verhooging in de eerste jaren
niet te denken valt. Immers de rente, die de
bank zelve van de haar toevertrouwde gelden
maakt, bedroeg gemiddeld slechts 3*/s percent,
hetgeen niet te verwonderen is, daar de rente-
standanrd in de laatste jaren dalende was en
veilige belegging meer op den. voorgrond be-
Het meisje dat
j'as en
afschuwelijke tiran- i voortaan treurend^ jonkvrouwen
zonder precies te weten wat hij ?egt. Een rechtma
tige toorn welt bij hem op.
„O, maar ik zal je heusch schrijven!” zegt zij,
hoe langer hoe wanhopiger, nu zij Andy ziet naderen.
„Toe! Haast jé.” En zij duwt h$m naar den nu
bijna in gang zijnden trein. En Eyre, 4)003, in de
war gebracht en niet wetende wat te doen, gehoor
zaamt en springt in den naast bijzijnden coupé.
Bijna zonder er zich van bewust „te zijn is hij er
in gekomen. Een conducteur slaat hot portier dicht
en nu bemerkt hij dat de trein voortgaat en hij
Dulcinea voor altijd vaarwel heeft gezegd!
De trein verdwijnt in de duisternis. Eyre leunt
achterover in een hoekje en peinst. Het is een
openbaring voor hem, dat hij op dit oogenblik veeleer
woedend is dan rampzalig.
Tot nu toe heeft hij zich zelf beschouwd als een
preux chevalier. Hij heeft zich verheugd in zijne
rol van reddenden prins en dit dit is nu
zijne bekroning! Toen het er op aankwam, had de
gevangen jonkvrouw er voor bedankt om gered te
worden en heldhaftig, zij het ook onpoëtisch, had
zij de tirannie verkozen, waaraan ze had kunnen
(Schrijven uitleggenEyre heeft een gevoel ontsnappen. t
.r L:r x _j Het möj8je dat -Er moet ists niet in den haak zijn Eyre wikkelt
hij zelf in deze valsche positie heeft gebracht om zich iir zijn jas en doet een plechtigen eed,»om
v-- - - i aan haar lot over
te laten.