Bultenlantlseh Overzicht.
338""Staats-loterij.
POLITIE.
Na mededeeling .fan deze feiten wees1» mr, C. J
Francois, die voor den eischer optrad, er op, dat uit
verschillende brieven, vauwoge de gedaagde Maat
schappij geschreven, blykt van het verstrekken der
bewuste vrijkaarten. Voorts betoogde pleiter, dat
of de geheele overeenkomst, tusschen partijen aan
gegaan, nietig is, of als één geheel, ook voor wat
de voorwaarde betreffende het geven van vrijkaarten
aangaat, moet worden erkend, en dat het niet aan
gaat om de juisthoid van dat gedeelte der voorwaar-
waarden te ontkennen, dat voor de Maatschappij
bezwarend is. Ook kwam pleiter op togen de hou
ding van -gedaagde, om eerst de overeenkomst te
ontkennen en daarna de rechtsgeldigheid er van te
betwisten. Ten slotte bestreod hg de verwering van
gedaagde op grond 1 o. dat 'de goedkeuring van com
missarissen niet noodig was 2o. dat die goedkeu
ring, zoo die al vereischt werd, stilzwijgend is ge
schied en 3o. dat het beroep op een gemis aan
goedkeuring ged. niet kan baten omdat de overeen
komst door de Maatschappij is erkoqd.
Mr. J. Addink, voor de gedaagde Maatschappij
optredende, begon met aan de rechtbank mode te
deelen hoe de toestand van het beheer der IJssel-
stoomtraramaatschappij door de directeuren op schro
melijke wijze in de war is gebracht, waarna tal van
dagvaardingen z jn gevolgd van crediteuren der Maat
schappij. De commissarissen, meest allen gefortu
neerde menschen. wilden niet dat de Maatschappij
failleerde, ep dekten, nu de kas der Maatschappij
een groot tëkort aanwees, uit hun eigen beurs de
schulden. Toen men hoorde dat de commissarissen
zoo scheutig waren, werden tal van vorderingen in
gesteld. Men trachtte los te krijgen wat los te krij
gen was. En aan deze omstandigheden, meende pleiter,
was ook het ontstaan van de onderhavige vordering
toe te schrijven. Pleiter ontkende, dat de Maat
schappij zich jegens eischer had verbonden tot het
verstrekken van vrijkaarten, en beriep zich tot staving
van zijn bctöog op een vonnis der Rotterdarasche
rechtbank, waarbij beslist is, dat eene veunootschap
alleen verplicht is die verbintenissen na te komen,
welke overeeqkomst'g de aan den directeur verstrekte
machtiging zijn gesloten. Eene overeenkomst nu, als
waarop eischer zich beriep, mocht zonder de goed
keuring van commissarissen niet worden gesloten,
gelyk pleiter uit de statuten trachtte aan t« toonen.
Wat het verstrekken der vrijkaarten tot 1890 betreft,
hierbij moest men niet vergeten dut, wijl «le direc
teuren bijna nooit op hun post waren, dat verstrekken
geheel willekeurig en onbevoegd geschiedde, tot sta
ving waarvan pleiter enkele staaltjes mededeelde.
Pleiter bleef het bestaan der bewuste voorwaarde
ontkennen en het geproduceerde stuk als ongeldig
beschouwen, en verdedigde ten slotte ook zijne door
eischrr afgekeurde houding in dit geding.
Na re- en dupliek werd de uitspraak der rechtbank
bepaald op 1 Maart a. s.
Een zeldzaam voorkomend rechtsgeding werd dezer
dagen voor de rechtbank te Dordrecht behandeld.
In het laatst van 1890 overleed te Oud-Beierland
de heer 0. Marits, ouder wiens nalatenschap o. a.
ook behoorde eene hypothecaire schuldvordering ten
laste van raej. de wed. C. van Dam, te Zuid-Beierland,
grool 3200. Kort na het overlijden Van den heer
M. kwam een zoon van roej Van D. bij een der
erfgenamen van den heer M. om de vervallen rente
te betalen de laatste weigerde de rente te ontvan-
z/Ik veronderstel dat u verdriet van iets hebt,"
zegt hij hard. Hij fronst de wenkbrauwen. Om
dien vervloekten kerel treurt zij, denkt hij bij zich
zelf, en die gedachte werkt niet als olie op de gol
den. Hij schijnt op antwoord te wachten, doch nu
zij zwijgt» vervolgt hij ruw „'t I9 dwaasheid om te
treuren. Er is eene oplossing voor de meeste moeie-
lijkheden. Ik denk wel, dat die voor u ook te vilden
zal zijn
Die verloren minnaar, dien zij beschreit, hij kan
teruggewonnen worden. Zonder twijfrl heeft haar
lief gelaat hem ingepakt en zal hij graag terugko
men. Zij kan hem schrijven en hij zal hartelijk
antwoorden. En bij is iemand van middelen. Als
eens de oude Mc. Dermot weet, dat hij, Anketell,
de verloving met zijne dochter wensoht te verbreken,
dan zal de oude man blij zijn haar aan Eyre af te
staan, die ontegenzeglijk goede vooruitzichten heeft.
Zóó zal het gaan Eu hij, Anketell, zal zijn smart
verkroppen uit liefde voor haar, en daarom het
schandaal van een tweegevecht ontwijken.
Dulcinea heeft opgehouden met snikken. De laatste
woorden van Anketell hebben haar diep gegriefd.
Hij gevoelt niets voor haar. Hare smart laat hem
koud. Hij kan onmogelijk iets weten van die onge
lukkige geschiedenis niet Eyre en toch overvalt
haar weer die doodsangst. Die vreeselijke twijfel
komt weer boven. De tranen drogen op hare wan
gen. Als aH hij eens op 't station was, toen zij
aankwam en haar gezien had met Eyre, zonder Aady
gen, omdat de heer Van D. in plaats vau de rente
van 3200 slechts die van 1700 bij zioh had.
De heer Van D. beweerde dat een jaar na de slui
ting der hypotheek reeds 1500 werd afgelost en
de hypotheek dus por resto slechts 1700 groot
was. Toen daarop door de erven M. vertoon vqn
de quitantie van aflossing gevraagd werd, antwoordde
de heer Van Dam, dat zijne moeder, die lezen noch
schrijven kon, de quitantie (in de veronderstelling
dat bet een ander waardeloos papiertje was) had
verbrandwel kon hij toonen quitantiën dat vroeger
ook slechts rento van 1700 was betaald. Sommige
dezer quitantiën waren door hom zelf geschreven,
omdat de heer M. (doordien hij wegens zijne hoogen
leeftijd slecht de peu kon hanteeren) hem dit had
verzocht. De heer M. schreef dan alleen zijn naam-
teekening. De erven M. weigerden met die bewering
genoegen te nemenvandaar een proces.
Door de wed. Van 1)., wier raadsman voor de
rechtbank volhield hetgeen hierboven in hot kort is
meegedeeld, werd anngeboden hare bewering onder
eede te bevestigen, terwijl door den raadsman van
de erven M. werd beweerd, dat aan de wed. Van
D. nooit de eed kon worden opgelegd, omdat niet
zij, maar eeu harer zonen het geld bij den hoer M.
zou hebben afgedragen, en z(j dus niet kon zweren
dat het geld werkelijk in banden van den heer M.
is gekomen.
Door deu officier van justitie werd geconcludeerd
dat aan de wed. Van D. de eed zal worden opgelegd,
terwijl de rechtbank de uitspraak bepaalde op 24
Februari. Voor de wed. Van D. trad op mr. A. C.
Creua de Jough, en voor de erven M. de heer mr.
J. M. Ron9, beiden advocateu te Dordrecht.
Uit Baarn schrijft men aan de N. R. Ct.
Op het koninklijk lusthof te Soestd|jk zijn dage
lijks vele handen aan het werk om alles op te knap
pen en te verfruaien.Zijn wij wel ingelicht, dan komon
H.H. M M. reeds met de eerste dagen van Mei het
paleis betrekken, om deu geheelen zomer hier te
blijven.
Vóór eeuigoa tijd is de waterleiding unar het
paleis gevoerd, en thans heeft raeu den oprijweg van
den straatweg naar het paleis geheel vernieuwd. Ook
de groote standaard, die vroeger in den voortuin
stond en waaraan de Oranjevlag wapperde, wanneer
de koninklijke familie aauwezig was, is nu boven op
het paleis geplaatst.
Verder zal het gel eel in- en uitweudig nog aan
merkelijk worden gerestaureed.
Men meldt ons uit BaarnEene merkwaardige
vangst werd dozer dagen door den jachtopziener van
Eemne8 gedaan. In de bosschen dwalende, zag hij
een valk, bezig met het verslinden van een dood
hert. Het roofdier had blijkbaar zich zóó te goed
gedaan, dal het zich bij de nadering van den jacht
opziener niet kou verwijderen en dus in diens han
den viel. L)e roofvogel werd aan het station te
Baarn verkocht.
De benoeming van don heer mr. W. van der Kaay
tot raadsheer in het Gerechtshof te 's-Gravenhage
is geschied buiten de aanbevelingslijst van het Ge
rechtshof.
Tengevolge van de bevordering, welke de heer v.
d. Kaay, te»ens lid der Tweede Kamer voor Alkmaar
O neen, neen Alles liever dan dat
Eindelijk komt er een eind aan dien naren tocht.
Hij heeft tot bij de achterdeur gereden, heeft haar
uit het rijtuig getild en haar toen uiterst koel goe
den nacht gewenscht. .Ongelukkig en benauwd, rent
zij het korte pad door den boomgaard af, rn het
huis binnen. Haar vader! Wat zal die wel zeg
gen Zij beeft over het geheele lichaam als zij aan
zijne woede denkt. Dat zij zoo laat nog uit is zou
al erg genoeg zijn. Maar als hij dan nog hoort wat
er volgt, en dat haar engagement met Anketell ver
broken is, wat zal hij dan wel zeggen
Zoo hard zij kan, vliegt zij de trap op, hare eigen
kamer binnen en in de armen van Bridget.
De oude vrouw, die door veeg verteerd werd over
het lot van haar lieveling, heeft de laatste twee uur
niet anders gedaan dan van het eene vertrek naar
liet andere te loopen en alle huiligeu aan te roepen.
Nu zij haar pleegkind ziet terugkeeren in het oude
nest, denkt 7.0 niet meer aan de smart en aan de
martelonde onrust, waaraan zij ten prooi is geweest
en als een echte Iersche neemt zij het vroolijke heden
voor het treurige verleden. Alles is vergeteD, b.e-
halvo dat haar kind weer terecht is.
«O, Bridget!" zegt Dulcinea, terwijl zij zich aan
haar vastklampt: „O Bridget!"
„Kijk nou! Bekom nou maar eerst eens. Nou
ben je weer thuis, dou ben je weer veilig bij je oude
Biddy. Nou, bedaar maar!" en zij drukt haar tegen
hare borst. „Wel, wel, en wie zou je nou nog oen
in den staatsdienst maakt, is eene verkiezing in dat
district noodig geworden.
In de vorige week werd des nachts in hot Ka
naal door de bemanning van een Engelschen visch-
logger, op het hooren van hulpkreten, na eepig
zoeken, eeu man opgenpmen, die zich op oen red
dingboei drijvend hield en uiets aan had dan een
flanellen hemd. Aan boord gebracht bleek de man
zóó uitgeput, dat hij niet staan en niet spreken kon.
Op de reis naor Plymouth kwam de gedèdde genoeg
tot ziohzelven om den gezagvoerder te kunnen mede-
deelen, dat h|j eeu Russisch zeeman was en deu
vorigen nacht in het Kanaal van eene stoomboot
overboord sprong. Later legde hij bij den Russischen
consulairen agent de volgende verklaring af:
„Ongeveer tien dagen geleden deserteerde ik vau
bet Russische schip „Walganzeems", dat voor Teign-
raouth lag. Ik vertrok naar Devonport en nam
dier.st op liet Engelsohe stoomschip „Gertrude", be
stemd naar Swansea; daar ijftm het schip eene lading
kolen in eu zette daarop koers naar eene Fransche
haven. Op zee werd ik door liet scheepsvolk en
den stuurman zeer ruw behandold. Vlet volk klaagde
er over, dat ik een Rus was, mijn work niet verstond
en te veol gold verdiende. Het trof mij dikwijls,
hoe het andere scheepsvolk naar mij keek, als ik,
verschrikt door de bedreigingen der lieden beneden,
naar dek vluchtte. Dinsdag-nacht hoorde ik ver
scheidene gesprekkon tusschen deu stuurman en het
volk, waarin gezegd werd, dat, als ik op wacht
kwam, men mij in een zeeraans-plunjezak, met wat
koleu als ballast, over boord zou werpen. Even vóór
middernacht ging ik naar dek, greep eun redding
boei ei» sprong in zee."
De 20 jarige Russische varensgezel was de eenigo
vreemde matroos op de „Gertrude."
De oorsprong Tau do beroemdo Wilhelmusmelo-
die is eindelijk ontdekt. In de eerste uitgave van
het geuzenliedboek stond to lezen„Op de wijze
van Cbartres." Dit was tot nu toe een raadsel ge
bleven. De heer Fl. Vin Duyse heeft het opgelost.
Chartres werd in Februari 1568 door deu Prins van
Gondé en zijn Hugenoten belegerd, rnaar hij slaagde
er niet in, zich van de stad meester te maken.
De Fransche Katholieken hadden op de mislukt»
onderneming een lied vervaardigd, dal aldus begon:
„Ah, la folie entreprise
Du Prince de Condó."
Het is op do melodie van dit lied dat h t beroem
de Wilhelmus van Nassauwe later in du Nederlan
den werd aangeheven. Deze mededeeling vinden
wij iu de jongste aflevering van het Nederlandsch Mu
seum, als naschrift van den heer Van Duyse opzijn
vroegere studie over het lied. (Volksbelang.)
Aan een brief uit China, geschreven door een
vlaam8chen missionaris, pater Mauritius Robert, ge-
dagteekend I-8hang-Fou 25 Nov., is het volgende
ontleend
Op verscheidene plaatsen werden op 5 Juni huizen
van Europeanen in brand gestoken en voel gestichten
der H, Kindsheid in ascli gelegd.
Een protestantsche geestelijke werd vermoord alsook
een protestantsche Europeaan. Een protestantsche kerk
werd in brand gestoken.
Op 2 September werden onze bisschoppelijke re-
haar durven krenken, nou ik bij je ben? „Maar,"
vraagt zo nieuwsgierig „waar heb je met dat
al toch gezeten?"
„O, Bridget! ik hou zooveel van je!" roept Dulcio
dankbaar uit en omhelst haar zoo hard zij kan. „Ik
dacht, dat je boos op me zoudt zijn!"
„Wat, ik? ik? die je gezoogd heb?"
„Ja, hij zei hot; je hadt nog wat met me af te
rekenen of zoo iets.
„Wie lieveling Vertel ine eens hoe die schurk
heet, die zulke dingen van mij heett gezegd."
„Andy zei het."
„Mijnheer Andy! Heb je hem dan gezien
vraagt de oude vrouw snel. „Was hij bij je, mist
Dulcie," en zij trekt haar naar den haard „Daar,
kind, ga nu eens zitten en vertel me er alles
eens van."
Hot vuur in den haard heeft ze met teedere zorg
aangehouden, hopende op den terugkeer vau haar
schat, en de vlammen slaun dan ook uu vroolijk in
den schoorsteen. Eii Dulcie, uitgeput door de te
genstrijdige gevoelens welke haar bestormd hebben,
laat zich iu -Hen grooten st iel zakken, trekt de oude
min op het haardkleedje naast zich en fluistert haar
het vorhaal van dien avond in het oor. Onder snik
ken eu zuchten legt zij de vernederende bekentenis
af. Doch ondanks het dreigende gezegde van Andy,
denkt de trouwe oude min er niet aan oin haar t»
veroordeelen.
{Wordt veroolgd.)
sidentie en de H. Kindsheid geplunderd eu in brand
gestoken, alsmede de protestantsche huizen die van
den genoesheor, van deu consul, enz.
Ik heb hierdoor veel Schude geloden aan mijn mis
gewaden on kleeren, boeken, han Isohriften euz.. Het
mag als een wonder worden beschouwd, dat er niet
een massa dopdeu zijn gebleven, als men nagaat hoe
die woedende menigte huil nd en brullend ons wee-
zengesticht bestormde.
Hartroerend was het te zien hoe de pater-bestuur
der van het weezeugesticht met zijn beschermelingen,
het H. Sacrament onder de kleeren verborgen en
onder do hoede vau een mandarijn, de vlucht namen,
terwy'l de plunderaars en brandstichters hen met een
hagelbui van stokslagen eu steeuen vervolgden.
Aan de rivier gekomen, wilde niemand de vluch
telingen aan boord neraeu, behalve een bravo heiden,
welke hen naa,r een stoomboot bracht.
De pater vertelt bier op geestige wijze een me
nigte bijzonderheden ovor de vlucht van een pater,
d|ien hij „oftgen Jan" noemt,4 welke eenige kostbaar
heden wist toured den, en besluit aldus:
Thnns liggen voor I-Thang en Hou-Keou 5 oor
logsschepen, om de bandieten in toom te houden.
Er wordt onderhandeld mot het consulaat, om de
Chineescbe Regeering alles te doen betalen, doch God
weet hoe lang die onderhandelingen kunnen duren."
Op hot verzoek van do muatschappijEeu Natio
naal Belang", te Utrecht, tot het onder haar beheer
nemen van do bestaande bepluritiDgeu op den spoor
weg van Gouda naar 's Gravenhage, is door (le raaat-
scliuppij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen gunstig
beschikt.
„Was Homerus eene vrouw zoo vroeg dezer
dagen de Heer Samuel Hutier ijp een voordracht,
door hem gehouden in het „Working Men's College
te Londen. En zijn antwoord luiddo bevestigend,
wat de Odyssee betreft. De Ilias is door een inau
gedicht, zegt hg, maar Odyssee moet het werk zijn
van een vrouw, en wel 0. a. om de ongelante reden,
„dat de auteur iemand was, die van allerlei dingen
sprak ronder kennis van zaken." De Heer Butler
voerde uit het gedicht verschridone bewyzen voor
zijne stelling aan eu eindigde met de bewering, dat,
als de Odyssee thuns voor het eerst anoniem ver
scheen en aai) dagbladen en tijdschriften gezondou
werd, geen enkele criticus daarin iets anders dan hot
werk van een vrouw zou zien.
Voor twee jaren werd bij nacht ingebroken iu
de woning eener weduwe te Hommerts (Fr.) De bei
de dievon ontzagen zich niet de vrouw te mishandelen,
doch werden op heeturdaad betrapt en iu hechtenis
genomen. Het waren de speelman Luite Bos, uit
St. Johannesga, een zeer berucht persoon, en zijn
zoon Hendrik. Bij vonnis van 5 Februari d. a v.
werd de laatste tot eene gevangenisstraf van drie
jaren veroordeeld eu naar de strafgevangenis te Gro
ningen overgebracht tot expiratie der straf. De mi
nister van justitie, het voorbeelding gedrag van Hen
drik in aanmerking genomen, tijdens zijne gevangen
schap aan den dag gelegd, heeft thans hein op grond
van artikel 15 van het Wrtbook van strafrecht voor
waardelijk in vrijheid gesteld.
In eene buitengewone vergadering der vereeniging
vau Berlijnsche onderwijzers is het schoolwet-ontwerp
behandeld. Er waren ruim 800 leden aanwezig,
benevens verscheidene leden van het Huis van af
gevaardigden. Na breedvoerige uiteenzetting on
overweging van do hoofdpunten in het regeeriugs-
outwerp werd er een besluit genomen, waarin de
vergadering zich legen do strekking van het ontwerp
verklaarde, inzonderheid tegen de principieele be
vordering vau oonfessioneelo scholen, tegen do be
palingen die den onderwijzer rechtstreeks tot een
ondergeschikte van den geestelijke maken, enz. enz.
Op verscheidene plaatsen, zooals te Erfurt, Bres-
lau, Graudenz, Homburg, Ruppeu, enz. zijn reeds
andere vergaderingen gehóuden, waarin liet verhan
delde insgelijks is uitgeloopen op een protest tegen
het ontwerp. Zoowel daar als elders worden nu
adressen van gelijke strekking ondertoekend. Te
gelijkertijd hooft de gemeenteraad van Rubrort en
heeft ook het gemeentebestuur van Dantzig besloten
hij het Huis van afgovaardigden op verwerping der
ingooiende, school wet aan te dringen.
Intusschen hoeft de Nassnusche afgevaardigde
Lottichius bij-den minister Zedlitz eene audiëntie
gehad eu aldaar toezegging verkregen, dat de minister
zich zal vereenigen met een voorstel om voor Nas
sau het aldaar bestaande stelsel van gemengde scho
len te handhaven.
In de Belgische Kamer zijn de voorstellen tot
Grondwetsherziening comtnissioriaal gemaakt. Dat
zal ook een zaak van langen adem zijn. De discussie
was gisteren nog slechts een voorloopig voorposteu-
geschermutsel. Het plan tot herziening der Grondwet
werd ingeleid en aanbevolen door deu Minister-pre
sident Beeruaert. De Afgevaardigde Woeste vor-
klaarde het te betreuren, dat de regoeringsvoorstellen
zoo iugewikkeld waren, want daardoor liep de her
ziening gevaar vertraagd te worden. Hij was eerst
geen voorstander van de Grondwetsherziening, maar
nu de twee groote partijen het eens zijn, had men
de horziening snel tot stand moeten brengen. H|j
meen Je, dat do toekomstige Kamers niet gediend
zullen zijn inet een proportioueele vertegenwoordiging
omdat zij te moeilijk iu de toepassing is. Wat be
treft de quaestie van het Koninklijk referendum, zij
is stellig do gewichtigste, welke sedert 1830 is opge
komen, omdat daardoor het in België zoozeer ge
ëerbiedigde Koningschap in gevaar wordt gebracht
hij zag iu het referendum een vernietiging van de
Parlementaire ie acht, eeu instelling vau het persoonlijk
gouvernement, verzacht door een plebisciet. Hij
wen8chte dat het Koningschap de kalme qfereu
waarin het zich sedert België's onafhankelijkheid be-
beweegt, niet verliet, en vroeg terugzending naar de
centrale Sectie.
De hetr Nothomb verdedigde het Koninklijk refe
rendum, de Regeering van het volk door het volk.
De afgevaardigde Janson bleek voorstander vau liet
referendum, maar drong er op aan h.t lot der Grond
wetsherziening niet te verbinden aan (Jat der andere
voorstellen. Hij hechttf zgu goedkeuring aan den
(leraocratischen geest, welke iu liet rappori-Desmet
doorstraalt. Indien het algemeen stemrecht werd
verworpen, zou hij zgu toes,warning geven aan een
transactie door middel van den woniugcensus, 't geen
bijna mot algemeen sierarecht gelijkstaat.
De Minister Beernaert verklaarde, dat de Regee-
ring8voor8lelJen ten nauwste verbonden zijn aau de
herzitning van art. 47 eu niet kuuiien afgesoheideu
worden van het voorstel-Jansou. Hij verdedigde het
referendum tegen do critiek van deu heer Woeste en
meende, dat de Kamer vrg blijft om al de Regee-
ringsvoorstelleo, of een gedeelte daarvan aan te nemen
maar dat de beraadslaging over de voorstullen in hun
geheel niet gescheiden kan worden.
De heer Frère-ürban wilde, evenals hij in decen
trale sectie verklaarde, alleen de herziening van art.
47 onderzocht hebben hij betreurde de houding der
Regeering, doch daar de voorstellen eenmaal zijn in
gediend, zou het verkieslijk uchten ze naar de afdeo-
iingen te verzenden, om met de zaak zooveel moge
lijk spoed te maken.
De Kamer besloot met atgwnoeue stemmen tot het
drukken en rouddeeieu der ontwerpen, on de verzen
ding naar de afdeelingon, die aanstaanden Vr|jdag
bijeen zullen komen.
In Rusland klampt de reactie zich aan het oude
vast en keert zelfs tot lang vernietigde instellingen
terug. Wat zijn vader, de czaar-bevrijd er, ten doode
heeft gedoemd, wil Alexander III weder in het leven
terugroe peu.
Naar men in ernst verzekert, is door de Russische
regeering in overweging genomen de lijfeigenschap
onder de boeren weder te herstellea. Het is iu den
laatsten tijd geblelceu dat tengevolge van de toene
mende bevolking in de dorpen, de uitgestrektheid
van het lhnd aan de Mirs ioebehooreude, niet lan
ger toereikende is voor do b hoefte hunner leden.
Teneinde in dezen toestand verbetering te brengen
stelt de regeeriug zich voor uitgestrekte gronden uan
de boeren over te laten onder de volgende voor
waarden Een derde van den oogst moet gestort
worden in de voorraadschuren der gemeento ten ge-
bruike eu tot onderstand van de boereneen derde
wordt betaald door de regeering tor afdoening vau
de plaatselijke opbrengsten aan den staat en het
resteerende derde in belastingen betaald, verschuldigd
aan de regeering. liet is den boer niet veroorloofd
zyn gemeente te verlatenhij is vastgebonden aan
z|jn grond en gedwongen het contract met den
staat na te komen.
Dit beteekeut dus niets minder dan terugkeer tot
den toestand van vóór 1861. De eerste proeven
zullen genomen worden in de gouvernementen Sa
mara en Saratoff en indien het systeem hier slaagt,
zal het toepast worden door hot geheele keizerrijk.
Daar de uitvoering en toepassing der uieuwe wet
zal toevertrouwd worden aan de districts ambtenaren,
de Zemski Natchalniki eu dezen allen behooreu tot
den reationnaireu adel, die gunstig gestemd is voor
herstel van het oude systeem, kau er geenerlei twij
fel bestaan omtrent het resultaat der proeve met de
nieuwe wet.
Algemeen verrast heeft het ontslag van den heer
Hübbenet, minister der verkeersmiddelen, hoewel er
iu den laatsten tijd reeds geruchten over zijn heen
gaan hadden geloopen. Hübbenet's ontslag is toe te
schrijven aau de langzaamheid der graantransporten
naar do hongerlijdende districten, waardoor thans
zoo helder aan het liclP komt, hoe jammerJijk het er
met het vervoer op de Russische spoorwegen ontziet.
Dat alleen de afgetreden minister Hübbenet, die als
een eerlijk man geprezen wordt, een witte raaf ouder
de Jüussische ambtenaren, voor de slechte toestanden
op de spoorwegen verantwoordelijk is, zal meu zelfs
tC .11 ^"^rburg n'8t ''««'iron, maar éen moet de
zondebok zijn en als zoodanig schijnt thans Hübbe
net gevallen.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Ia de maanden December 1891 en Januarie 1892
zijn de volgende voorwerpen als gevonden gedeponeerd
aan het bureau var. politie.
1 lombardbrielje van de bank van leening te
Rotterdam, 1 paar kousen, 1 portemonaie inhou
dende 0,95' I zilveren armband, 1 R. C. Kerk
boek, 1 ijzeren gewicht (1 Kilogram), 1 boek geti
teld .de Fransch Pruissiscbe oorlug», 1 dames por
temonaie inhoudende 0,32"/a, l rozenkrans, 1
Z1 veren broche, 1 wil linnen kraagje, l portemonaie
inhoudende 0.06, 1 patent liniaal. 1 groene geld-
beure inhoudende 4,65, 1 glacé handschoen, 1
wit katoenen zakje inhoudende l,28'/s, 1 gouden
oorbelletje, 1 onderstuk van een gouden oorbel, 1
paar witto katoenen militaire handschoenen, 1 sneeuw-
spoor, 1 dames handsmof, I zilveren oorknopje, 1
gouden oorbelletje, 1 kous, 1 portemonaie inhoudende
i cent en twee plaaatjes, 1 wilte handdoek, 1 zilve
ren ring met gouden plaatje waarop de letters P. Z..
De gevonden voorwerpen in do maanden Juli en
Augustus 1891 en uiet door do verliezers afgehaald,
zijn ter beschikking van de respectieve vinders met
inachtneming van art. 2014. Burgerlijk Wetboek.
Bureau van gevonden voorwerpen zooveel uiogelyk
geopend van Jl tot 1 uur 's niGrgens.
De Commissaris van Politie te Gouda,
W. N. van GARDEREN.
5a Klasse. Trokking vau Donderdag 4 Februari.
No. 18579 10000.
No. 11214 1500.
No. 331, 752, 8306 on 19857 1000.
No. 6151, 10325 20213 400.
No. 3941, 99D 13564. 18588 200.
No. 1656, 2968, 4785, 5840, 6697, 7798 9136
9688, 10665, 10582, 1C733, 14275, 18459 en 20818
100.
Prijzen van 70.
12 2935 5665 7673 10089 12719 15472 18300
64 3107 5744 7920 10095 127+3 156+4 18341
80 3212 5785 7964 10152 12795 15655 18426
210 3301 5817 8015 10220 12821 15735 18489
253 3493 5821 8030 10+80 12939 15772 18541
272 3661 6S37 8070 10599 12987 15861 187+9
479 3712 5851 8353 10643 13068 15946 18884
625 3713 5934 8413 10700 13310 15968 19048
740 3722 5983 8+17 10890 13+28 16095 19061
781 3737 5 85 8+30 10927 13458 16514 19151
1032 3802 6006 8460 10938 13559 16531 19251
1039 3843 6016 8667 11126 1357+ 16589 19379
1225 393+ 6033 8910 11194 13712 16639 19+86
1297 3955 6035 9070 11351 18878 16647 19500
1305 3991 6116 9111 11372 13991 16661 19611
1377 4163 6222 9166 11508 14023 16696 19649
1707 41 66 6360 9223 11539 14073 16747 19686
1776 4210 6397 9377 11555 14104 16892 19707
1816 4486 6444 9446 11609 14290 17129 19721
1903 4624 6504 9460 11659 14312 17144 19753
1910 476+ 6609 9489 11806 1+371 1 7233 19780
2060 +898 6645 9492 11900 14+28 17238 19930
2207 49+2 6746 9603 11983 14536 17367 20020
2236 4983 6916 9616 12226 14691 17463 20097
2281 4995 6957 9677 12272 1+742 17480 20454
2285 5017 7300 9811 12301 14826 17607 20476
2308 6137 7352 9812 12328 14851 17921 20502
2311 5252 7560 9859 12521 15044 17976 20B90
2549 6312 7570 9897 12570 15068 18132 20786
2616 5513 7573 9928 12651 15S08 18165 20806
2677 6575 7630 9973 12700 15411 18295 20844
2759
MARKTBERICHTEN.
Gouda, 4 Febuari 1892.
Voor bet eerst siuts eenige weken, was het weder
een geregelde markt. De aanvoer was echter niet
groot, doch ook de handel liet veel te wenschen
over.
Tarwe Zoeuwsche 9.25 a 9.75. Mindere
dito 8.25 a f 8.75. Afwjjkende f 6.a f 6.25.
Polder 7.50 a 8.—. Roodo 7.26 ii 7.75.
Angel 8.25 a f 9.Rogsre: Zeeuwsche 7.75
it 8.50. Po'der 6.75 a 7.25. Gerst: Win
ter 5.a J 5.50. Zomer f 4.75 a f 5.20.
Chevalier f 5.75 a 6.50. Haver per heet.