BINNENLAND.
r
Maandag 8 Februari.
1892.
Nieuws- en
falen
r a°47S3.
Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
losgen.”
tari 1892, op-
,n ZUYLEN
ap vau den
terdam.Dir.
otterdam.
FEUILLETON.
'ERVERIJ
a
De inzending van advertentiên kan geschieden tot eên uur des namiddags van den dag der uitgave.
II(j deze Courant behoort een uyvoegsel.
Vasseherij
len Korting
Dr. P. Fo-
imrath Dr.
iheer-direo-
Parijs, rue
r. Busbach,
ien; Dr. C.
glène et de
Az.
KORLAAR,
spel in 3 be.
EN PARTIJ
bedrijf Ge-
an. Aanvang
ogenaamde
o, migraine
iheid, slape-
ziekeu die door
ningen, on-
teid der go
ing van ge-
door de 1 kende
zeebaden, geen
troelen voor
end angstig
likkeringen
voorhoofd,
van handen
nge meisjes
Is aan jonge
torkomeu, wordt
mvrage koste-
Alzoaderlgke Nommer« VIJF CENTEN.
«oor
igd tot «erbrei-
tte Kruii,»
tan vuilnisblikken met 50 pCt. zou verminderen,
{Uit het Eng elseh.)
een
0
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden ia 1.25, franco
per post 1.70.
>ofdsteeg 1.
■ug F. 160.
miann'sche ge-
GOUDA, 6 Februari 1892.
By kon. besluit van 5 Febr. ia mr. J. T. C. Vi-
ruly benoemd tot burgemeester der gemeenten
Haastrecht en Vliet.
Door de politie alhier wordt eene strafvervolging
ingestold tegen do slaapstedhoudster vrouw van Triet,
daar zij betrapt is op het feit dat r.ij ten haren huize
gelegenheid gaf tot het plegen van ontucht.
’t Koste wat het wil, ik wil het zoggen, ’t Is
goede straf voor my. Als hij weet, dat ik er
h—-
peinzend
Heden morgen ten 6
Stoomboot «de Volharding", d
te water geraakt, doch onmiddi
te, trootseeren
en tijd komt do
huid, eene phy-
woreld verbreid
weldaad blijkt
u door den ge-
nding opgedaan
ag, worden
enuwgestel
rkregen, en zy
er ook maar
diep ongelukkig
GOUDSCHE COURANT.
By besluit van den Burgemeester zijn de agen
ten van politie 2e en 3e kl. C. Nugteren en ,H.
Heikens respectievelijk bevorderd tot agenten le en
Sa kl.
,nder b!üven en
id heid bewerkt
gen afgeleverd
ADVERTENTIÊN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
de aandeelhouders hierover een besluit worden
nomen.
t groote publiek
fs in wanhopige
delingen uit de
getuigschriften
isor aan de
iktiseerend
tsrath. Dr.
Git Bodegrave schrijft men aan de TV. R. Ct.t
De geruchten, als zou de stoomtram van Gouda naar
hier vervangen worden door een paardentram, zijn
volstrekt niet van grond ontbloot. Naar ons uit
goede bron verzekerd is, zal nog in deze maand door
Bovendien worden alle Advertentiên gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’t welk des Maandags verschjjnt.
treken
g A No. 73.
Heden was hier algemeen het gerucht verspreid
dat op de Spoorwogburg te Culenborg heden morgen
een groot ongeluk was voorgevallen, doch na infor
matie kunnen wij mededeelen, dat dit gerucht ge
lukkig op geen goede gronden rust.
goede jongen ben je toch,”
in tranen uit. „Maar ’tw
ze snikkend. „Hij haat me,
als hij van avond komt,
tagpad bij K. een be-
(elukkig spoedig door
en verven van
gstukkenook
ordgnen, Tafel-
tronen geperst,
t, Tulles, Kan-
15)
Maar Andy stoort zich niet aan haar laatste ge-
tegde en vraagt:
«Zeg eens Dulcie, hoe ben je met Ralph thuis
gekomen
Hat kunt ge je wel voorstellen hoe ellendig,”
Mijn v orstellingsvermogen is niet erg sterk,”
«egt Andy bescheiden, en ditmaal spreekt hij eens
do volle waarheid. ffHoe bedoel je dat: ellendig?”
ffWel, ik heb hom nu twaalf maanden gekend en
in al dien tijd is hij nooit nooit zoo zóó on
hebbelijk tegen me geweest.”
//Onhebbelijk,” zegt Andy boos Hij is toch niet
gO neen 1” en ziy schudt haar aardig kopje met
■de lange, in den vuurglans schitterende lokken. „Niet
onhebbelijk in dien zin. Hij was zeer beleefd
■awchuwelyk beleefd; hij zei geen woord en glim
lachte irf ’t geheel niet en....”
//Voor den drommel, hoe kon je zien of hij al dan
niet glimlachte? ’t was zoo donker als de nacht!”
«Eerst ja I Maar later niet Toen kon ik best
zien. En bovendien, uit zijn stem bleek duidelijk
kan dat geheim niet langer dra-
En het is niet eerlijk ook, Andy, begrijp dat
Als bij wist dat ik dat ik
gedacht had o,” zucht ze
„ik kan het zoo moeilijk zeggen. Maar je begrijpt
me wel, niet waar
„Ja, ik begrijp het.”
de hoefslagboeken, 3e de historische feiten. Wat het
eerste punt betreft, de wet van 1810 had uitdrukke
lijk erkend twee soorten van onderhoudsplicht: le
die, art. 2 welke gepraesteerd moest worden
door de eigenaars der landen, gelegen langs den
djjk, en bij deze wet geconverteerd in eene geldelijke
bijdrage, en 2e die, art. 18 welke door som
mige gemeenten „als zoodanig” moest vervuld wor
den en wel in natura. In casu nu was volgens
eiseber Gouda verplicht tot eene dergelijke exceptio-
neule praestatie in natura en was het alzoo onverschil
lig of die gemeente al of geen landen had, die
gelijk het gewone geval was met dijklast besmet
waren. Ter uitvoering toch van genoemde wet had
Schieland ■eene uitnoodiging gericht aan den maire
van Gouda om de hoefslagen te willen opgeven, die
ten laste dier gemeente kwamen, en had daarop ten
antwoord gekregen dat geen onderhoudsplicht door
Gouda verstrekt behoefde te worden als eigenares
vau daarmee besmette landerijen, maar dat de ge
meente daarentegen wel verplicht was //als zoodanig”
het onderhoud in natura Uf praesteeren voor een
zeker aantal hoefslagen. De wet van 1810 was, zoo
al niet elders, dan toch in Schieland uitgevoerd, en
hoewel later weer ingetrokken, was hare uitvoering
gehandhaafd.
Wat het tweede punt aanging, ,in de hoefslagboe
ken van Schieland stond Gouda steeds als dykplich-
tige vermeld, en nu mocht het waar zijn, dat het
reglement van Schieland van 1851 in dien abnor-
mabm onderhoudsplicht, gelijk in casu beweerd, niet
vóórzag en dan ook met het oog daarop aan de
hoefslagboeken geeu bewijskracht was toeaekend, dit
bracht niet mee dat daarom alle bewijskracht aan
die boeken kon worden ontzegd waar zij wel dege
lijk van dat onderhoud der gemeente Gouda „als
zoodanig” melding maakten.
En de historische feiten herhaaldelijk had Gouda
dadelijk geen genoegen namen en
U weigeren.
1 rIk wist het al lang. En,” vervolgt ze
„waarom zou hij ook niet?”
„Waarom zou hij niet?” vraagt Aody heftig.
„Wel, kijk eens hier, je bent het aardigste meisje,
dat ik ooit gezien hebLoop naar den duivel,”
vervolgt hij alsof hij een denkbeeldig wezen in den
anderen hoek van het vertrek aansprak. „Denk je,
dat ik er niet over kan oordeelen Ik zeg je, Dul
cie, dat hij moeite zal hebben om eene vrouw te
krijgen als jij.”
„O Andywat een
en plotseling barst zij
toch heusch waar,” zegt
dat doe hij heuschen
zal ik hem alles vertellen en hem vrij laten.”
„Vrij
„Om het engagement te verbreken. Jij kunt dat
zoo niet inzien als ik, Andy. Ik weet zeker, dal hij
blij zal zijn als hij voor goed van mij af is.”
„Wil je hem alles vertellen vraagt Mc. Dermot
en staart haar verbaasd aan.
„Ja zeker. Ik
gen.
wel.
over
waarmede zij zoo
ten slotte besloten het aanbod
Dientengevolge werken zij ntt gezamenlijk en voor
eigen rekening, daartoe finautieell geholpen door een
stadgenoot, terwijl een ander hun werk aan den
man brengt.
Na informatie is gebleken daihet arbeidsloon
een vuilnisblik van l1/® op 1 cl. per stuk was ver-
laagd- J
Gisterenavond is door de wakers aan de Stearine
Kaarsenfabriek uit het water gebaald J. B., die in
beschonken toestand daarin was geraakt.
Gisterenavond is op het Jat
gin van brand onstaan, wat g(
de buren is gebluscht.
genoeg, dat hij niet lachte.”
„Ik denk, dat jij ni t erg in een stemming waart
om te lachen.”
„O! dat spreekt van zelf. Maar natuurlijk, je
zult mij wel in ’tongelijk stellen.”
„Dat doet er niet toe! Maar je woudt dan zeg
gen, dat hij enfin dat hij zich niet gedragen
heeft als dat voor iemand, die verloofd is, past
//Ja, dat hee t hij niet,” en met nadruk vervolgt
ze: „Hij was bepaald kort aangebonden. Hy
hij commandeerde my, dat ik mijn handen onder
’tdek moest «toppen 1”
„En deed je het?”
z/Nu ja. Ik”.... zy schaamt zich geducht
„Hij was zóó ruw, dat ik dacht, dat het *t beste
zou zijn.”
„Ik begrijp er niets van,” zegt Andy do wenk-
brouwen fronsend. Dulcieen hij wendt zich op
eenigszins tragische wijze tot haar„weet je hel
wel zeker? Was hij er niet ik bedoel, heeft hij
jou en.... dien anderen kerel niet gezien
„Neen,” antwoordt ze, als verwierp ze dat denk
beeld verre. „O neen,” en ze laat droevig het
hoofd hangen. „De quaestie is eenvoudig, dat hij
me haat. Andy.”
„Wat?’’
„Hij haat me,” herbaalt ze, hoe langer hoe be
slister. „Dat is alles.”
„En genoeg ook. Ik geloof het alleen maar niet.”
„En toch is het waar,” herneemt ze wanhopig.
uur is de schipper van do
doordien hij misstapte
delyk er uitgehaald.
Voor de rechtbank te Rotterdam werd gisteren
gepleit in de zaak tusschen het hoogheemraadschap
Schieland, als eischeres, bij monde van mr. Thor-
becke, en de gemeente Gouda, als gedaagde, voor
wie mr. Vlielander Hein optrad. Het gojd eene
actie tot vergoeding der door Schieland gedane uit
gaven voor’ de verzwaring van een gedeelte dyk,
waartoe Gouda hare verplichting ontkend had, en
die alstoen, ingevolge de wet van 1Ó41 42),
ten koste der weigerachtige gemeente door het wa
terschap eigenmachtig was bewerkstelligd.
dezeL
Het personeel der blikslagery van den heer v. d. onderhoud
B. werd medegedeeld dat hun loon voor het maken Het bewys
De vraag die partijen verdeeld hield was alzoo
Is de gemeente Gouda verplicht tot mede-
1 van dien dijk en zoo ja, in hoeverre?
w j van het beweerde recht rustte op eischer
en werd afgeleid uit drie gegevens: le de wet, 2e