TOOFEBL.
reglement, (lat voor de kwaden gemaakt is, kent het
ook 'de goeden en breng ik die hier gaarne namens
het bestuur een woord van dank voor hun mode-
werkiug en ijver in het belang der vereeuiging
betoond.
En nu mijne heeren zal ik U even een overzicht
gevon van den staat van zaken gedurende het le
kwartaal.
De ontvangsten bedroegen aan contributie 748.10
Aan donatiën- 150.
Aan reglementen - 1.50
Te zamen aldus 899.60
De uitgaven daarentegen: aan 92 zieken 1190.05
n 27 kraamvr. - 135.
de wed. de Jong- 50.
Bijdrage voor 't gebouw - 116.84
Toelaag Secs.-Bhr. en Bode - 58.42
M Penumr. - 14.61
Restitutie - —.91
Toelaag Bestuur - 12.50
Totaal 1578.33
Zoodat dit kwartaal met een nadoelig saldo is
afgesloten van 678.33.
Hieruit blijkt dat aan zieken, kraamvrouwen en
1 weduwe, samen 120 personen in 13 wekeu 1375.05
is uitbetaald.
Wanneer men nu weet dat vóór 2 jaren, mede
tijdeus de heerschende influenza, in het le kwartaal
aan 93 zieken 762.65 werd uitgekeerd tegen
1190.05 in dit kwartaal, dus nu 427.40 meer,
dan kau men daaruit afleiden dat de ziekte, door
een gerekend, een kwaadaardiger karakter heeft ge
had en de aangetasten langer ziek bleven.
Dat de accurate yitbetaling op tijd, het dagelijksch
bijkomen en verminderen van het aantal zieken, mede
veel inspanning heeft gekost, kan men nagaan als
men weet dat het aantal zieken in één week tot 42
klom en gedurende de 13 weken 354 ziekekwitan-
tiëu zijn uitbetaald. En hiermede reken ik aan mijne
verplichting te hebben voldaan en eindig mijne mede-
deeling met den wensch dat, even als vóór 2 jaren,
de volmaaktste gezondheid onder U mag heerschen,
opdat dan ook weder spoedig het geledeu verlies zij
ingehaald. Ik heb gezegd!
Het applaus der vergadering was het bewijs van
instemming met het medeg«deelde.
Nadat de Voorzitter den Secretaris-Boekhouder had
dank gezegd voor zijne mededeeliogen eu accurate
administratie, noodigt hij de leden, die lid wenschen
te worden van de Steenkolenvereeniging ,/de Voor
zorg* uit, zich bij den Secs.-Bookhr. op te geven.
Behalve de 70 leden van het vorige jaar, meldden
zich daartoe nog 12 personen aan.
Nadat, op herhaalde vraag van den Voorzitter,
niemand iets had te vragen, mede te deeleu of op-
of aan te merken, werd de vergadering, onder dank-
zegging voor de verleende attentie en de uitste
kende orde, door den Voorzitter gesloten.
De Arnh. Ct. verneemt, dat de regeering het plan
heeft in elk schooiarrondisseraent een cursus te openen
in de vrije- en ordeoefeningen. Voor eiken cursus
zal 200 'sjaare toegestaan worden. De onderwij
zers kunnen gratis zulk een cursus bijwonen.
Voor de rechtbank te Utrecht, kamer van burger
lijke zaken, werd gisteren weder gepleit over de
sommige menschen, die nooit willen toegeven, dat
zij een verkeerden weg zijn ingeslagen, vervolgde hij
Daarom juist spijt het mij zoo, dat ik van
avond niet genoodigd ben in do rue de 1' Abreuvoir,
omdat ik zoo gaarne eens had gezien, hoe oen jonge
dame, die met een blauwe baret op het hoofd naar
haar atelier gaat, iets wat dadelijk eenvoud en
goeden smaak verraadt, het aanlegt om een man aan
te haken....
Plotseling werd de deur van Barinc geopend, en
eer Wellevend, van zijn verbazing bekomen, zich
daartegen had kunnen verzetten, ontving hij eee
krachtigen vuistslag in het aangezicht, die hem in
de kooi van Jugu deed tuimelen.
Ik had je gezegd, je mond te houden, barstte
Barinc los.
Alle ambtenaren haastten zich het gangpad te be
reiken, en alvorens Wellevend zich weder had opge
richt, hadden zij post gevat tusschen Barinc en hem.
Maar deze tusschenkomst scheeu tamelijk overbo
dig, daar Wellevend blijkbaar even weinig lust had
de bestrafling betaald te zetten, als Barinc om er
mee voort te gaan.
Dat is een laagheid! buldorde Wellevend,
tusschen collega'stusschen collega's 1 zonder te waar
schuwen.
En mei de vuist, raaar op een afstand, bedreigde i
hij den collega, terwij^Jhij zich in postuur stelde en
het hoofd fier omhoog hiefhij zag er werkelijk
niet naar uit, een tegenstander te zijn, dien men
vaststelling van eon schadcstaat in het proces van
een der slachtoffers van het spoorwegongeluk bij
Ruiuerwold op 2 Januari 1888 tegen de Maatschappij
tot exploitatie van staatsspoorwegen. De 17-jarige
J. Q. D. M., te Groningen, werd bij deze ramp op
droevige wjjze verminkt voor zijn geheel volgend leven.
Ook hier is do verplichting tot schadevergoeding
door de rechtbank bij interlocutoir vonnis uitgespro.
ken. Daarbij is tevens uitgemaakt, dat ook de schade
moet worden vergoed, die geleden is omdat, tenge
volge van de vormiukiug, de hoop is verloren ge
gaan, om een passenden werkkring in de maatschappij
te vervullen, wanneer mocht zijn gebleken, dat de
jeugdige D. M. vóór het ongeluk was een lichamelijk
en geestelijk behoorlek ontwikkeld jougmensch, die
zich met goede verwachtingen voor zulk een werk
kring voorbereidde. Ten einde zich daarover en
omtre »t den toestand van den jongen D. M., vóór en
na het ongeluk, te doon voorlichten, werden door de
rechtbank deskundigen benoemd.
Sieuneude op het rapport, door deze deskundigou
uitgebracht, werd thans, namens mevrouw de wed.
D. M., die als voogdes van haar minderjarigen zoon
als eischeros is opgetreden, door mr. L. van Lier
het gevorderde schadebedrag toegelicht. Over de
2454.n1/». Hie teruggevorderd worden wegens
kosten van geneeskundige hulp tot aan den dag der
dagvaarding, bestaat geen verschil tusschen partijen.
Verder wordt gevorderd een tegen den penning 3'/g
gekapitaliseerd bedrag 15 a 16,000) tot vergoe
ding van de kosten, (lie (le verminkte jaarlijks zal
moeten maken *oor geneeskundige huip; die kosten
worden op 525 berekend, op grond van wat in
de jaren 1889, '90 en '91 is uitgegeven, waarvan
bewijs is aangeboden. Eindelijk wordt, als vorgoeding
voor wat de verminkte zal moeten uitgeven om te
gemoei te komen aan zijne infirmiteit, en voor het
verlies van zijne door het ongeluk voorgoed gefnuikte
werkkracht, een bedrag van 50,000 gevorderd.
Jhr. mr. E. N. de Brauw, dio voor de maatschappij
optrad, bestreed deze vordering, die hij in haar ge
heel als overdreven eu in eenige barer onderdooien,
speciaal wat de wegens verloren werkkracht geëischte
vergoeding betreft, als ongegrond beschouwde; vooits
kwam hij er tegen op, dat tot bepaling van bet
bedrag der schadevergoeding zou worden gekozen de
uitkeering van een kapitaal, dat, tegen 31/, pet. uil-
gezet, den verminkte aan rente oplevert hetgeen hij
noodig heeft. Wil meu een kapitaal ineens uitkee-
ren, dan behoort men het te geven op den voet van
lijfrente, maar z. i. verdiende het de voorkeur, aan
de maatschappij de ver|(liohting tot het doen eener
jaarlijksche uitkeering op te leggen.
Het O. M. zal over drib wekeo in deze zaak con
clusie nemen.
Ia een schrijven aan de Dordr. Courant deelt do
heer J. Bossors, geneesheer te 's-Gravendeel, mede,
dat door zijnen zoon, den heer A. J. Bossers, can-
didaat-arts te Leiden, bij eene vrouw te 's-Graven
deel, die aan rheumatiek lijdeude was, hetzelfde succes
is behaald inot sla-olie en terpentijn, ais door Sequah
wordt teweeggebracht bij middel van zijne olio.
De bedoelde vrouw had zich, voorzien van een
volledig bewijs van onvermogen, bij Sequah vervoegd,
met verzoek door hem gratis behandeld te mogen
worden. Dit werd haar geweigerd, waarop Je Se"
noemde heer A. J. Bossers haar in hare woning
opzocht en vroeg, ot hij haar mocht wrijven met
licht behoefde te tellen, en in oen strijd met een
meer lenigen en krachtigen man gelijk Barinc zou
hij, een jonge man van ongeveer dertig jaar, met zijn
breede schouders en zijn forsche gestalte waarschijn-
lgk de overhand hebben gehad; maar klaarblijkelijk
had hij geen zin den tweestrijd aan te gaan; hij
bepaalde er zich toe, uit de verte te herhalen
'tls een laagheid! Een collega!
Ge hebt slechts wat ge verdient, sprak Mori-
set; Barinc had je gewaarschuwd.
Spring alleen was op zyn plaats blijven zitten;
toen hij het stukje vletsch, waaraan hij bezig was,
had opgegeten, verliet hij insgelijks zijn kooi, trad
op Barinc toe, schudde hem krachtig de hand en
zeide
All right!
Dadelijk daarop volgden allen zijn voorbeeld en
kwamen Barino de hand drukken.
Hadt ge geen grijze haren, sprak Wellevend,
steeds meer en meer opgewonden, dan zou ik in
staat zijn u te vermoorden.
Zeg toch zulke dingen niet, voegde Moriset
hem toe wij welen allemaal wel, dat ge niemand
lust zoudt hebben te vermoorden.
Beleedigen, dat is iets anders, sprak Ladvenu,
maar vermoorden niet.
Ge zijt lafaards, bulderde Wellevend, 't is
laag u allen tegen mij te kanten.
Tien lijfeigenen tegen een edelman, zeide Jugu
j&chend.
sla-olie en terpentijn. Dit geschiedde. De vrouw
kon vóór het wrijven slechts mot groote mdeite langs
eu met behulp van stoelen en tafels looperi; de beo-
nen op een stoel loggen kon zij onmogelijk. Ook
had zij hare handen slechts zeer gebrokkig tot haren
dienst.
Na een uur wrijven aldus deelt de heer B.
mede zeide (le vrouw zelve: wik zou haast te
hard loopen." De heer Bossers Sr. bezocht haar
den volgenden dag en, zegt hij «zjj kan oven
suel de beenen op een stoel leggen als ik, en liep,
«als een kip", geheel vrij in de kamer, terwijl zij
de handen volkomen goed kau bewegen eu dezen
even snel kau toeknijpen en openen als ik."
De Stand, komt, naar aanleiding van een artikel
van dr. H. W. Bakhuis Rooseboom in de «Bood
schapper", terug op de samenwerking tusschen anti
revolutionairen eu r. katholieken bij de aanstaande
Statenverkiezingen. Zij schrijft, uaal aanleiding van
dit artikel
«Hij is vol moed. En .dit is begrijpelijk. Hij
gevoelt toch zeer goed, dat er in schier alle distric
ten een zeer sterke neiging zal bestaan, ora toch maar
weer in het oude spoor te loopeu.
Dit is zóó Waar, dut we vast overtuigd zijn, dat,
al adviseerde het Centraal Comité, ja, al adviseerde
do Deputaten-vergaderiug, voor niet sumonwerking,
in tal van districten die saamwerking tooh door be
langhebbenden zal worden doorgozet.
Men ziet, we uiaken ons omtrent den toestand in
het land niet de minste illusie.
Kon men echter in hrt land eens rondvragen, wie
ons, althans in zijn hart, gelijk geeft, en wie het
sterkst op bestendiging van saam werking aandringen,
dan maken we ons sterk, dat het plebisciet nog al
te onzeii faveure mee zou vallen.
Want al herhalen we, hoe ook wij een open oog
hebben voor do belangen die op het spel staan, en
al geven we nogmaals iu abstructo toe, (lat zich een
gezamenlijke actie met de Hoomscheu voor de Pro
vinciale Staten op zich zelf zeer goed denken liet,
ook al stonden we in de politieke actie vuur en vlam
tegenover elkander; toch kennen we ons volk te
goed, om niet zeer wel te weten, dat in (le praktijk
dit onderscheid op een pure fictie neerkomt.
Samenwerking in Mei voor de Provinciale Staten
hoeft voor ons volk geen andere beteekeuis, dan dat
men de actie van 187891 nog poogt te be
stendigen.
Tyuelyk is er dan wel een deel van de Room-
scheii, dat op ons knort en balsturig is. Maar, zoo
deukt men, die bui gaat wel weer over, en dan
gaat het straks weer op de oude manier.
En daar juist steekt het gevaar in, dat tot eiken
prijs moet afgewend."
Men schrijft uit Davos aan de N. R. Ct. onder
dagteekening von 9 dezer
Het heeft do laatste dagen alhier zóó gesneeuwd
dat Davos ten deelc van l et verkeer met de buiten
wereld is afgesloten. De treinen rijden niet meer
tusschen Klosters en hier, en de massa sneeuw is
zóó groot nat de post heden met groote moeite door
middel »an sleeden wordt opgevoerd. Oude Davosers
verklaren, dat er sedert 1817 niet zulk eene hoe
veelheid sneeuw is gevallen. Zij ligt tot eene hoogte
van meer dan twee meter, en de groote weg in
Davos-Platz zelf is. niettegenstaande het voortdurend
Komaan, edelman, trek je degen riep Ladvienu.
Wellevend rolde verschrikkelijk met de oogen,
liep vau dun een naar den ander en zocht naar een
beleedigiug, waarmede hij zich tou kunnen wreken.
Hij vond er geene, die krachtig genoeg was en
rukte met veel beweging de deur open.
Wij zien elkaar weder! riep hij dreigend uiL
Dat hopen wij, groote goden
Welk een leed zou het ook voor ons zijn, in
dien wij zulk een beminnelijken collega moesten
missen.
Onze eerbiedige groeten.
Pas op voor de trap.
Alvorens hij de deur had kunnen sluiten, waren
deze woorden dicht als hagel op hem neergedaald.
Heeren, neemt mij kwalijk, verzocht Barinc,
toen Wellevend vertrokken was.
Wij wenschen u geluk met uw houding.
Toen ik zoo over mijne dochter hoorde spre
ken, was ik myzelven niet meer meesterhij had
moeten begrijpen, dat er geen wreeder boleediging
was, dan mij in mijn vaderlijke liefde aan te tasten.
Dat wist hij wel, wees daar zeker van, zeide
Jugu.
Ik veronderstel alleen, sprak Spring met vol
len mond, dat hij niet verwacht heeft, dat ge zoo
ver zoudt gaan.
{Wordt vervolgd.
rijdfl vau Wie&on is opgehouden. Allcnvcge is het
plittwkeu der sneeuw, meer dan een meter opge
boomd- Hot naburige Eugadin is van deze zijde ge-
bode afgesloten, terwijl ook het verkeer naar de
pmar van lawines ontstaan reeds kwam eene in
jflorfl!i" neder, die vijf stallen totaal vernield heeft,
Ywarbij twoe stuks vee zijn omgekomen. En steeds
blijft de luoüt vol zware wolken, die zich in dikke
ineeuwmassa's ontlasten.
Onderstaando circulaire is aan don Boekhandel
.verzonden.
I De ondorgeteekfinden, van meeuing zijnde dat do
voortdurende coucurrontie-uitgaveu van vertaalde
boeken op de i duur leiden moeten lot schade van
den boekhandel in het algemeen, en dat zij het daar
om zoowel voor debitanten als uitgevers van het hoog
ste belang achten om do op vertaalde boeken ver
kregen rechten te eerbiedigeu, doelen u mede dat
ZÏj overeengekomen zijn voortaan het debiet van der
gelijke coucurrentie-uitgaven niet te bevorderen. Te
dien einde hebben zij zich verbonden om met de
■itgave van Marlitt's Romans door den heer Bolle
uiet te werken, muur uitsluitend de uitgave daarvun
van de heeren Gebr. Cohen ten verkoop aan te bieden.
Zij noodigeu hunne Confraters uit, die iu dit op
licht met beu eenstemmig denken, zich daartoe bij
ben aan te sluiten.
Arnhem, 8 Februari 1892.
P. Goudu Quint, Stenfert Kroese v. d. Zande,
8. v. d. Berg, H. B. Breijer, L. Diepenhorst, G.
A. De Groot, J. Heuvelink, H. B. Jansen, J. J. van
Mustrigt, A. Meijer, De Muinck Co., en G. W.
f. d Wiel Co.
Gisteren was het 50 jRar geleden, dal het Neder-
landsch Onderwijlen-genootschap le 's-Gravenhage
werd opgericht, weA feit (zooals men weet) in Juli
te Amsterdam feesteiyk zal herdacht worden.
Het Genootschap, welks stichting een denkbeeld
was van den heer D. Buddingh te Delft, had en
heeft nog ten doelde voortgaande verbetering van
het lager onderwijs en het lager schoolwezen iu Ne
derland, en de behartiging der belangen van alle
onderwijzers en onderwijzeressen, inzonderheid de
bevordering van hunne vorming en ontwikkeling; hun
itoffelijken welstand en dien hunner nablijvonden.
Pat loei tracht het te bereiken door hei bevorde
ren vau bijeenkomsten ter bespreking der belangen
van het onderwas eu de onderwijzers door bet be-
vordeien van de uitgave en de verspreiding van
doelmatige leermiddelendoor het bevorderen van
de studie der paedagogische wetenschapdoor het
Jjfl «.and brengen en onderhouden van inrichtingen
ïo het belang van het onderwijs en de onderwijzers;
door het voorstaan der belangen van het lager on
derwijs bij do overheid en bet publiek en door het
aaoknoopen eu onderhonden van betrekkingen met
maatschappijen en vereenigingen van overeeukomsti-
gen aard in Nederland eu elders.
Io alle provinciën van ons land, met uitzondering
van Limburg, zy» thans afdeelingen van het Genoot
schap, welks ledental 5000 bedraagt, gevestigd. De
afdeeÜDgen iu éóne eu dezelfde provincie vormen
eens gewestelijke vereeniging.
Aanvankelijk had het hoofdbestuur zijti zetel in de
Hofstad, waarvan hy in 1845 overgobrucht werd
naar Groningen, en van daar in 1859 naar Amster
dam waar deze nog gevestigd is.
Het genootschap raag room dragen op de schoone
ïnrichtingeu die het in den loop der tijden hoeft
gesticht, als daar zijn de Onderwijzers-spaarbank,
de Levensverzekeringmaatschappij, het Ondersteu-
tnnpfonds en de Paedagogische biblotheek. Opzijn
initiatief is voorts door het Genootschap, in vereeni
ging met de leeraren van het middelbaar onderwijs
en van de gymnasiën, het Nederlaudsch Schoolmu
seum opgericht.
Van rogeeringswege mocht het Genootschap steeds
waardeering vinden, en menigen keer vonden zijne
opmerkingen ten aanzien van wetten en besluiten,
net lager onderwijs betreffende, gehoor bij de wet
gevende macht.
Niet alleen dus dat het Genootschap in de 60
▼erloopen jaren veel goeds tot stand gebracht, maar
o°* dat het een vriendschappelykeu broederband
tusschen de onderwyzers in het algemeen aange
knoopt heeft, geeft het wel recht 11 Februari 1892
met onopgemerkt voorbij te laten gaan.
De heer dr. H. van de Stadt te Arnhem is
«profeian volapüka" en schrijft in de Arnh. Ct. nu
0n dan artikelen tot aanprijzing der wereldtaal,
«eden deelt hy o. m. mede, dat het aantal der door
eyer .gediplomeerde tidels thans tot 1500, dat
tiM tot 488 en dat der profesans (welke
e die van plofed vervangt) tot 203 gestegen is.
w er de ciauwo gediplomeerden vinden wij de vol-
m Nederlanders vermeld
"ot tidel zijn benoemd de heeren S. F. Duur-
voort aan de Beneden-Para bij Paramaribo en
J. Wildeboer te Amsterdam; tot löptidel de heer
J. G. Reijnders te Diemen en mej. K. W. Eek te
's-Gravenhage.
Als een klein bewijs in welke mate volapük inter
nationaal mag worden genoemd, deelt de hoer Van
de Stadt mede, dat uit Spanje en uit Canada De
stellingen zijn ingekomen op den te Arnhem ver
schenen volapük-scheurkalender, en wel naar aan
leiding van eene advorientie in Kosmopolan, welk
blad te Sidney ver .chijnt
Te Pretoria (Zuidafrikaanscho republiek) is een
volapiikaclub opgericht, die bij hare oprichting 20
leden telde. Ook te Ispahau in Perzië is eene vo-
lapük-vereeuiging opgerioht, die voorloopig 8 le
den telt.
Beneden-Para, Pretoria, Ispahan, het volapük
schijut eene groote aantrekkingskracht te hebben voor
menschen die in de taal hunner omgeving weinig
conversatie hebben.
Door rniddol van de telepboon. Eene niet onver
makelijke en leerzame historie verhaalt het //Journal-
do Bordeaux."
De directeur van een dagblad, dat sterk geijverd
had om bij eene verkiezing den candidaat der regeo-
ring do overwinning te verschaffen tegenover den
gekozene der katholieke party, ontving uit de geheime
fondsen van hol^ miuisterie 8000 francs belooning
voor zijn artikelen.
Dit sommetje was den vaderlandslievonden direc
teur te weinig en in gezelschap van een Kamerlid
ging hij den minister van financiën te Parijs een
bezoek brengen.
Hoe hij daar ook alle kracht eu welsprekendheid
outwikkelde, om den minister te overtuigen, uat
8000 francs te woiuig was voor de leverantie van
een zuiver republikeinscheu afgevaardigde, Zijne
Excellentie bleef doof aan dat oor en gaf geen stui
ver meer.
De directeur hield aan en do minister vroeg, ten
einde raad, den afgevaardigde, die by het gesprek
tegenwoordig was, even met hem iu eene kamer te
guan, daar hij hem over staatszaken wilde spreken,
doch (laar gekomeu, verzocht de minister hem om
den lastigen geldvrager zoo spoedig mogelijk uit zijn
kabinet te verwijderen. Voor den vorm bleef men
nog even praten.
In dien tijd echter kreeg de dagbladman de te-
lephoou in 's ministers kamer in Het oog. Met een
wip was hij er voor en na aansluiting gevraagd te
hebben met den kassier van het bureau der uitbe
talingen, telopboueerde hij//Ge^lpreekt met den
minister van financiën en deze gelast u 30,000 francs
uit te betalen aan den directeur van het blad, dat
onzen candidaat deed zegevieren."
//Zeer goed. Wanneer komt die heer?"
«Terstond hij is hier."
//In orde."
Terwijl de minister en de afgevaardigde nog in de
andere kamer zaLn, vloog de sluwe vogel de trap
af, presenteerde zich aan de kas en streek de 30,000
francs op.
Toen de minister Rouvier de stfeek hooide, was
hy woedend, doch wilde zijn republikeinschen hel
per niet vervolgen wegens oplichterij. Waarom niet
vraagt het //Journal de Bordeaux."
Uit Rotterdam wordt aun het* Utr. Dagbl. ge
schreven
De uitbreidiug der stad aan de Oostzijde is in
den laatsten tijd belangrijk toegenomen. Het uitge
strekt terrein aan de uiterste oostelijke grens der
gemeente, palende aan (le Nieuwe Plantage, waarvan
eenigen tijd geleden in een bericht in dit blad werd
melding gemaakt, is reeds voor het grootste gedeelte
volgebouwd. Dat terrein was vroeger eene laan met
buiteiibuizen en tuinen aan weerszijden en een wei
land, daaraan grenzend. Thans zijn er eenige lange
straten, dwarsstraten en een plein aangelegd. De
strook aan de zijde van de Nieuwe Plantage heeft
fraaie huizen, die vooral in den zomer een aange
naam uitzicht zullen hebben. Van die huizen waren
er dan ook reeds eenige verhuurd, tóórdat zij ter
bewoning gereed waren. Deze nieuwe buurt is in
zooverre voltooid, dat met den aanleg der waterlei
ding een begin kan worden gemaakt.
Bij den aanleg dezer buurt heeft men een nieuw
denkbeeld toegepast. Het terrein namelijk is gelijk
gemaal met den kruin van den dyk, zoodat die
straten niet in de diepte komen te liggen, zooals
de vroeger aan den Oost-Zeedijk aangelegde straten.
Hetzelfde .denkbeeld was ook reeds toegepast by het
bouwen aan do Zuidzijde van den West-Zeedijk, toen
het fraaie koningin-Erama-pleiu werd aangelegd.
Trouwens het is hetzelfde denkbeeld, dat reeds in
overoude tijden werd toegepast, toen op dezelfden
dijk de Hoogstraat, Korte Hoogstraat en Schitdam-
8cbe dijk bebouwd werden daar namelijk werden j
de huizen bebouwd op de kruin van den dijkpZoodat
wie over die straten gaat, in het geheel niet gewaar
wordt dat hij over een dijk gaat.
Onze bekwame directeur dor gemeentewerken, de
heer de Jongh, heeft terecht begrepen, dat voor de
uitbreiding der stad do dijk, die reeds van ouds door
de stad loopt, ook verder in beslag wordt genomen
en wel aan weerszijden van de oude stad de welstand
eischt, dat men niet bouwe aan den voet van don
dyk, maar de nieuw te bebouwen terreinen gelijk make
met de kruin, zoodal de straatweg in het midden het
voorkomen van dijk verliest.
Iu het Oosten heeft dit nu wel ten gevolge dat de
Nieuwe Plantage als het ware in een dal komt te
liggen, maar dit misstaat zoo heel erg niet, en bo-
vondien laat het zich aauzien, dijit ook die Plaulago
eenmaal iu bouwterrein zal veranderd wordon.
Eene amlere belangrijke uitbreiding in het Oosten
wordt verkregen door de demping van den Boezem
singel tusschen do Nieuwe Veemarkt en den Goud-
schen Rijweg, welke demping mogelijk is geworden
(loor de verandering, die het oostelijk stoomgemaal
heeft ondergaan. De stad heeft daar een geheel ander
aanzien gekregen. De Hooge Boezem is daar ter
plaatse een binnenwater geworden, waarlangs huizen
gebouwd worden, aan de stadszijde op een opgehoogd
terrein. Meer binnenwaarts ligt de uitgestrekte ruimte
door het dempen van den singel verkregen en welke
ruigte thans voor de bebouwing wordt geschikt ge
maakt. Is men eenmaal rat-t die bebouwing gereed,
dan zal ook daar een nieuw uitgestrekt stadskwartier
verkregen zijn.
Maar de stad zal dan ook iu het Oosten zoo dicht
mogelijk bebouwd zijn, Een terreiu om er huizen
te zetten zal daar niet meer te vinden wezen, en zelfs als
Kraliugen bij Rotterdam wordt gevoegd, zullen de
bouwouderneroers ver buiten de tegenwoordige palen
der stad moeten gaan om nog bouwterrein te vinden,
want ook het Kralingsche grondgebied aan do zijde
van Rotterdam is over eene groote uitgestrektheid
volgebouwd ten behoeve van de Rotterdammers,
die bij vooikeur daar hunne tenten neerslaan.
Gisterenavond werd voor een stampvolle zaal door
het gezelschap van den Tivoli-Sch-uwburg uit Rot
terdam het nieuwe blijspel van Willem van Zuylen
opgevoerd getiteld: „De Rederijker". Hij doet
daarmede een twoedo schrede op het glibberig pad
van looneelschrijver eu hoewel hij ook thans, even
als bij zijn eerste stuk liet is maar een Smid) bij
een deel van het publiek eeuig succes behaalde,
gelooveü wij toch dat hij verstandig zal doen voor
taan zich te bepalen bij het tooneeispel. Als wij
ons de vele gunstige beoordeelingen van genoemd
stuk in gezaghobbende bladen als Paderlahd, han
delsblad e. a. herinneren, dan kunnen wij het niet
van ons afzetten dat de groote sympathie, die men
heeft voor den acteur van Zuylen, velen er toe
bracht een weinig zeemanschap te gebruiken bij de
beoordeeling vau den auteur en zelfs hen, die ge
woonlijk zeer streng zijn in hun critiek, ditmaal een
zachte toontje deden aanslaan.
Geeuszina wiilen wij ontkennen, dat van Zuylen's
stuk eenige verdienste heeft en hier en daar doet lachen
maar over 't geheel is het ons weinig bevallen. De
enkele puntige gezegden, bons mots en aardige zet
ten, die het bevat kunnen niet opwogen tegen het
gemis aan .inhoud" en het prouveert zeer voor
den smaak van ons Schouwburg-publiek dat er zoo
weinig geapplaudisseerd werd on waar dat geschiedde,
mogen wij dat gerust toeschrijven aan het werkelijk
uitstekend spel van alle artisten. Dat van Zuylen
uitstekend zou zijn was vooral thans te voorspellen
eu de heer Roijaards aloud hem goed ter zijde, ter
wijl de heer Alex. Faassen met de rol van Joop
de knecht alle eer inlegde. Ook de dames-rollen
werden verdienstelijk vertolkt.
Het- psalm-rgezang van de jongelings-vereeniging
hau, dunkt ons, achterwege moeten blijven. Velen
zullen zich daaraan hebben geërgerd.
Zeer aangenaam was het ons dat ditmaal als na-
stukje geen flauwe klucht werd gegeven, maar het
bekende: Een partij piket, van Fournier eu Meijer
dat indertijd een ijjfstukjo was van Albregt, Hier
zagen wij van Zuijlen weêr eens'jja-^lp 'kracht als
karakterspeler. Over het geheel ^i^;*$ijjZuijlen,
sinds hij aan deu T i v o i i - 5c h o uw b - ffir bótde n is,
zeer weinig gelegenheid gegoven op te
treden. Meestentijds speelt hij daar in kluchten als
komiek, terwyl hij juist als karakterspeler zoo hoog
staat. Bgna alle stukken waarmede in dien schouw
burg .geld" werd gemaakt waren kluchten als de
Don Juan's, Pension Scholier enz. die weken achter
een met van Zuylen iu de hoofdrol vertoond werden,
terwijl de mooiste zijde van zyn talent zelden tot
haar recht kwam. Byzonder genoegen deed het ons
daarom gisteren in de gelegenheid te zijn hem als
Ridder de la Roche to zien spelen.
Hij was geheel de arme edelman, die zich ver
waardigd had geld aan te nemen van een pnrvenue