Openbare Verkooping Buitenlandse!] Overzicht. KOEPOKINENTING. Kantongerecht te Gouda. ADVERTENTIÉN* 226 Huizen en Erven te GOCJDA, Schuur en Tuingrond peloton te volgen* De hoornblazers blazen den aanval. Tegelijk klinkt de slorramarsch van de 6de compagnie, die de zijpositie aanvalt. De Chineezen kunnen niet missen, zoo dicht staan de Hollanders by hun tjonto's lilla's en geworen. Daar staat kapi tein Verspyck op> de borstweringen naast hem valt de moedige Chambry, door drie kogels iloodelyk getroffenSergeant De Haan en vier soldalen zyn gevolgd en stormen mede in tegen 't vuur, dat hen verminkt. De anderen volgen. Tegelijk neemt lui tenant Donleben de zijpositie in. De Chineezen, die zich veilig waanden in een onneembare positie wor den met het blanke geweer overweldigd en verdre ven. Ën van de sterkte wappert Hollands vlag. Het gerucht heeft geloopen, dat Tolstoï een «hoog bevel" zou hebben ontvangen, zyn landgoed niet te verlaten en zich niet meer met den hongersnood in Rusland te bemoeien. Het scliynt, dat dit gerucht overdreven was. Maar wel moet de «administratie" zeer vertoornd op den scbryver zyn geweest. Een brief, naar men zeide voor de Daily News bestemd, is door een blad te Moskou openbaar gemaakt. In dien brief, klaagde Tolstoï er over, dat de ryke menschen in Rusland zoo weiuig voor het volk doen. Sommigen beweerden bovendien, dat men tusscben de regels door kon lezen het volk moet maar met geweld nemen, wat het niet goedschiks krijgen kan. Zij echter die Tolstoï goed kenden, bestreden deze bewering met verontwaardiging. Niettemin gaf de zaak in hooge kringen aanleiding tot groote ontstel tenis den bladen werd verboden den brief over te drukken, en de echtgenoote van Tolstoï vond zich genoopt te vorklaren, dat de brief niet van haar gemaal afkomstig was. Wat in de courant te Moskou is verschenen, was volgens haar uiets dan de verknoeide tekst van een artikel, hetwolk voor een tydschrift be stemd was, maar niet verschenen is zooder twijfel wijl de censuur er het potlood door had gehaald. Nu gravin Tolstoï deze verklaring heeft afgelegd, hoopt men, dat de regeering haren man met rust zal laten. Naar aanleiding van de gedachtenwisseling door het lid der Eerste Kamer, mr. Van Royen en den minister van justitie gevoerd over de wijze waarop bij de arbeids-enquéte de verhooren worden afge nomen, heeft de heer Rochussen thans een schrijven tot den minister van justitie gericht, dat ook tevens de opvatting wedergeeft van zijne medeleden.in de eerste afdeeling. Aan het uittreksel, dat Het Fad. geeft van het schrijven van den heer Rochussen ontleenen wij het volgende Met het onderscheid door den heer Van Roijen gemaakt tmschen «gegevens" en «klachten", kan de heer Rochussen geen vrede hebben. «Wanneer bv. gegevens moeten worden verzameld over den duur van den feitelijken werktijd, dan zal men by de ondervraging vernemen, of wel de ver zekering, dat de vastgestelde dienstregeling wordt nageleefd, of wel de klacht, dat zij, in min of meer bezwarende mate, wordt overschreden. Wat is in zoodanig geval als een «gegeven" aan te merken, do verzekering van den een, of de klacht van den ander? Wanneer een machinist van de stoomtram Oldambt- Pekela mededeelt, dat op zijn verzoek om een vrijen Zondag, ter gelegenheid van den doop van zyn kind, afwijzend werd beschikt, onder aanzegging, dat hij leerstelling, nuttelooze pogingen, koortsachtiger ijver en processen, geraakt tot armoede. Toch was hij in den aanvang gelukkig geweest in zijn eerste jaren te Parijs was alles wat hij on dernam hem gelukt, en eenige van zijn eenvoudigste uitvindingen, waarbij niet veel wetenschap te pas kwam, hadden opgang genoeg gemaakt om hem te doen gelooveu, dat bij er een aardig inkomen uit zou trekken, zoolang zijn octrooien geldig bleveu. De man beantwoordde dus aan hetgeen het kind van zich deed verwacbteö. Ieder ander zou dat in zyn plaats zeker hebben gedaan maar zijn onderzoekingsgeest, zijn droom beelden, zaten hem in den weg; het gewonnen geld was niet voldoende om voor zijn eerzucht; hij ver langde meer en beter. Bij den dood van den vader, hadden de broeders, getrouw aan de overlevering, de zaken van de erfe nis geregeld, niet volgens de Franscbe wet, maar volgens het gebruik in Biskaye, dat wil zeggen met eerbiediging van het recht van eerstgeboorte, die elke gelijke verdeeling tusschen beiden uitsloot. De oudste behield het kasteel met al c'e daarbij behoorende gronden, de jongste stelde zich alleen tevreden met het geld en de waarden, die zich in de erfenis bevondende oudste nam den naam De Saint-Cristeau a«n en mocht dien op zijn kinderen overdragen, ingeval hij trouwde; de jongste heette eenvoudig Barinc, roet het recht dien naam beroemd te maken, indien hem dit mogelijk was. Aldus daarmedq kon waohten, totdat hem eeu tweedo kind geboren zou zijneu bij verder beweert, dat, toen die dag gekomen was, het aangevraagde verlof hem wel verleend werd, maar dat hy, bij» het uitgaan der kerk, last ontving een gereedstaande machine te be klimmen, en dat hij voor zyn weigering, om op dien dag dienst te doen, beboet werd dan behoort dit zeker tot de gegevens der enquête, en kan do onder vragende afdeeling uiets meer doen dan een verte genwoordiger van het bestuur gelegenheid geven zich over de waarheid of onwaarheid vau het feit te ver klaren. «Grieven van soortgelijken, maar ook van anderen zeer onderscheiden aard bestaan onder de werklieden eu de mindere beambten van sommige spoorweg- en van vele tramweg-ondernemingen in menigte, en wor den diep door hen gevoeld. Toch vinden zy in de beide eerste bundels van getuigenverhóoren der eerste afdeeling eon niet dan gebrekkige en ouvolledige uit drukking. Een gebrekkige uitdrukking, want het spreekt vanzelf, dat slechts enkelen van het oudergeschikte personeel dezelfde vaardigheid bezitten om voor de Staatscommissie het woord te voeren, met dezelfden klem en gevatheid hun opvatting weteu te verdedi gen, als de meeste directeuren en commissarissen dier maatschappijen. Eo volledig vindt men de grieven van het personeel in de verslagen weder gegeven, niet alleen omdat zij zoo veelvuldig zijn, maar ook om deze beide redenen, dat slechts eeu gering aantal getuigen kon worden gehoord, én dat zy, die voor de Staatscommissie verschenen, niet zelden grond hadden om te duchten, dat zy door hun klachten te uiteu, zichzelven met vrouw en kinderen broodeloos zoude maken. «Pijnlijk, meer dan ik het zeggen kan gaat de heer van R. voort is daarom in menig geval de plicht een getuige tot spreken aan te moedigen. Maar plicht is dat voor een enquête, die ware gege vens tract)t te verzamelen. De eerste afdeeling der Staatscommissie kon zich, bij dit onderzoek, inderdaad niet stellen op het standpunt der directiën, aldus in de bijlage van het adres der Vereeuigiug vau locaal- en tramspoorwegen omschrevendat men «de be staansmogelijkheid vau misbruiken, trots alleD goeden wil niet positief ontkent, want niets is volmaakt goed." De afdeeling zou baar roeping miskend en nogal veel kwaad gesticht hebben; indien zij bij oen ander, dan het door den spreker iu de Eerste Ka mer bedoelde «groote deel van bet publiek", den indruk had doen ontstaau, dat de Staat deze enquête in hei leven geroepen en georganiseerd had, als een vertegenwoordiging der belangeD van het kapitaal en der opvattingen van directies en commissarissen. Bij het streven naar volkomen onpartijdigheid konden wij in die fout niet vervallen; tegen de klacht, dat wij klachten der getuigen uitlokten, kon het ous niet beveiligen." De beer Rochussen protesteert vervolgens tegen de opmerking van den heer Van Roijen, die, zooals ter loops door den schrijver wordt opgemerkt, com missaris is van de stoomtram Oldambt-Pekela, waar over de klachten van een groot deel loopen, dat de directeur vau do tram als eeu soort vau schooljou- gen, althans als beklaagde, zou zijn behandeld door de commissie. De heer Rochussen besluit aldus «Als lid der Volksvertegenwoordiging verklaarde de heer van Roijen voor het wetsontwerp te stem men «om de commissie (sc. de Eerste afdeeling) in de gelegenheid te stollen den verkeerden indruk, by eeu groot deel van het publiek ontstaan, weder weg te nemen". Ik voel my gedrongen Uwer Excellen tie te verklaren dat, Voor zoover zulks'als een voor waarde der roandaataverlenging te beschouwen is, ik dio voorwaarde in geeneu deele aanvaard." De heer Hora Siccama, gedelegeerd commissaris van genoemde stoomtramwegmij, heeft nu een open brief aan den heer Rochussen gericht, waarin hy uitvoerig uiteenzet, dat er wel degelyk versohil be staat tusschen do gegevens, welke de enquête-com missie moet verzamelen en de beweringen en klach ten die getuigen ten beste believen te geven en welke in de verhooren worden opgenomen, «onder dat de waarheid er van waarschyblyk is gemaakt. De heer Hora Siccama betoogt, dat de heer Rochussen bij het getuigenverhoor de klachten geprovoceerd heeft, en noodigt dezen tevens uit de waarheid aan to too- nen van zyne bewering, dat getuigen niet zelden grond hadden te duchten, dat zy, door hunne klach ten te uiten, zich broodeloos zouden maken. Ton slotte deelt de beer Siccama mode, dat de heer Van Roijen sinds April 1891 geen commissaris meer is van de tram Oldapibt-Pekela en houdt, met een beroep op enkele vragen uit het getuigenver hoor, vol, dAt deze zeer te recht verklaard heeft, dat de directeur dier maatschappij ale schooljongen, al-' thans als beklaagde, behandeld is. Omtrent «de Aanbesteding van den Stads-Schouw- burg" te Amsterdam schrijft de Amst. Ct. het volgende. Er was zonderling over gesproken in de aanne merswereld. De een beweerdeO, or zullen niet veel amsterdamsche aannemers inschrijven, een ander: Voor dongene die het werk krijgt, is het een strop. Er werd zelfs gemorapeldl, dat eeu combinatie van aannemers gezamenlijk de inschryvings-biljetten bed den ingevuld en f 50,000 boven hun begrooting waren gegaan, om op die wijze verzekerd te zijn. Een van hen zou het werk hebben, en de 50,000 zou onder de combinatie verdeeld worden. Van verscheiden tirraaas wist men te zeggen, dat zij niet zouden inschrijven, zoo o. a. De Haan k Oerlijn, die aan een der architecten leergeld hadden betaald. Tegen half drie was de middelste zaal van het Paviljoen Vondelpark reeds gevuld met aannemers, houtkoopers. steenbakkers, agenten in bouwmaterialen enz. enz. De aannenïter is een type op zich-zelf. Hij i« de heer-werkman, wiens banden nog niet onteelt zijn van vroeger, jriens gelaatskleur nog de sporen van de zon draagt. Hy is breed en forech gebouwd. Zyn kleeding is stevig en solide, maar om snit bekommert hy zich weinig. Hij is de verpersoonlijking van de ruwe kracht in de bouwkundige wereld en vaak althans zoo behoort 't van de voortstuwende kracht. 't Is een, wat men noemt, mannetjesputter, met wien men liever een glas bier drinkt dan dat men met zijn handen kennis maakt. Vau kleiner kaliber zijn in den regel de agenten in bouwmaterialen. Ook zij zien in den regel niét bleek, wat moet worden toegeschreven aan de plaats, waar zij gewoonlijk hun cliënteelen moeten treffen, om hun slag to slaan. Dan volgt de architect. 8^>mszietby er gewoon, soms heel artistiek uit. In 't laatste geval heeft hy wei waren zij overeengekomen zonder daarover te twisten, zjoals dit behoorde bij de beginselen, waarin zij waren opgevoed, en bij de liefde, die zij elkander toedroegen. Maar de millioenen stapelden zich niet op, zooals Barinc na zijn eerste uitvinding verwacht had, want steeds wilde hij hooger vlucht nemen. Door den arbeid was de dorst naar wetenschap grooter geworden; en de uitvindingen, die hem in het begin zoo verrukten, schenen hem weldra onbe duidend of slecht toe. Hij wilde hooger, steeds hooger, en inplaats van te blyven binnen den kring, waarin de otwetendheid zoowel als de voorzichtig heid hem sedert jaren hadden teruggehouden, had hij er nu behoefte aan, zich daarbuiten te bewegen. Hij was immers geslaagd, toen hij nog jong was, zonder ondejrviuding en zonder steun, alleen omdat hij had gedurfdwaarom zou het hem dan niet meer gelukken, nu men hom kende, en nu hy door den arbeid had verkregen wat hem eertijds ontbrak? Tot zijn groote verwondering zag bij weldra in, dat zijn illusies niet verwezenlijkt werden. Hoe kwam; die man, die nergens degelyk onderwijs had genoten, er toe, te meoMBjdat men naar hem luisteren zou, uit sympafflRHlmdat hij-zelf be weerde iets belangrijks te zoggen? Werd hy door iemand aanbevolen Was hy met een of ander be vriend? Hij had wat geld verdiend met beuzelach tige diagendat boteekende ook wat Maar die beuzelarijen pleitten juist tegen hem, en hoe meer geldelijk voordeel zij hem hadden opge bracht, hoe meer zij in strijd waren met zyn eerzucht. Hoe kon hij vergen, naam te maken, hij die tot nogtoe alleen rekening mei het geld had gehouden? Hij wilde hooger op; men zou hem weten neder te drukken. En zij die de wetenschappen hadden beoefend, mochten dan al niet ronduit tegen hem zeggen: «Ge behoort niet tot ouzon kring", zij lieten hem dit toch op allerlei wijzen, gevoelen. Hoeveel uren had hij in de wachtkamers van de ministeries doorgebracht! Tegen hooveel hoogere en lagere ambtenaren had hij niet geglimlacht! Hoeveel klerken hadden hem afgesnauwd! En wan neer hij, na maandeu te rijn uitgesteld, eindelijk werd ontvangen, hoe dikwijls had men dan met een licht schouderophalen naar hem geluisterd, of was hij naar huis gezonden mot de medelijdende woor den «Maar dat is onzinnig, wat ge daar voorstelt." Behalve met deze onverschilligen kwam hy in aanraking met anderen, die maar al te goed zagen en toehoorden, en die waren nog gevaarlijker. Zy bewezen hem dit door handig gebruik te maken van hetgeen zij tegenover hem als onzinnig hadden Wordt vervolgd oig te doen, minstens lange haren, eeu bleek golAat fD draagt een flambard. Deze drie categorieën zijn bij groote aanbestedin gen steeds te vinden en waren Zaterdag ook verte genwoordigd. In een der zalen zaten aan een gróeue tafel de ar- obiteoten, do raad van beheer, enz. Vóór de deuren stond de massa, ongeduldig te wachten op het tijdstip waarop men mocht binnenkomen. Met moeite baande mr, Yiotta, naar wiens wenken vaak honderden luis teren, zich een weg door dó dikbuikige massa. Toen de klok drie* had geslagen, werden de heeren ongeduldig eu begonnen, zooals dat iu den schouw burg gebeurt, te trappen van ongeduld. Nauwelijks was het sein gegeven, of als school jongens stormden de heeren naar de groene tafel, waarvoor men zich verdrong. Do voorzitter van den raad van beheer, baron G. A. Tindal, las de inscbrijviogsbiljetten voor. Bij elk oijfer ging een gemompel van goed- of afkeuring door de massa. Toon echter de haam van de firma De Haan en Cerlyn uit de bus kwam, kon men allerwegen verbaasde gezichten zien. En bij het aflezen der cijfers niet minder. Toen aan het einde cle voorzitter mededeelde dat de gunning zoo spoedig mogelijk bekend zou wórden gemaakt, toen wist iedereen reeds dat De Haan en Oerlijn do aaunemers waren, wat dan ook spoedig genoeg bleek. Langzaam ging de massa uiteen velen teleurgesteld, anderen verbaasddoch niemand, die zoo'n afloop had verwacht. Amst. Ct. De sneeuwstorm, die Zaterdag over het westen en zuidwesten van Ierland woedde, moet vau schier ongeëvenaarde hevigheid zijn gewoest althans voor het Groene Eiland met zijn zachte klimaat, De mailtrein tusschen Cork en Dublin werd volslagen ingesneeuwd, en op de meeste andero lijnen moest het verkeer gostaakt worden. Aan de kust hadden tal van schipbreuken plaats, mot een niet onaanzienlijk verlies van meuscbenlevens. De ministerieele crisis te Parijs duurt onveranderd voort. Do pers eu de publieko opinie beginnen on geduldig te worden. Volgens een gerucht heeft Rou- vier, de minister van financiën in het afgetreden kabinet, eeu opdracht ontvangen. Ten.gevolge van gebrek aan bestellingen hebben verscheidene Belgische mijneigenaars besloten, de werkzaamheden een dag in de week, waarschijnlijk des Maandags, te laten stilstaan. Men spreekt thans over vermindering der loonen, met ingaug van 1 Maart a. s. Te half elf Zondagmorgen werd het socialisten- congres tc Brussel met een welkomstgroet door den voorzitter Defnet geopend. Er waren 385 afgevaardigden aanwezig, vertegen woordigd 282 arbeidersverenigingen, benevens een talrijk publiek. Volders zette de redenen uiteen, ondor welke dit buitengewone congres was bijeengekomen. Tegenover de luide uitgesproken openbare meening maakten regeering en kamer zich schuldig aan schandelijke vertraging. Het vertrouwen der arbeiderspartij is verlorenopnieuw moet zij door een krachtige daad de heerschenrie klassen dwingen spoedig de grond wet te herzien en algemeen stemrecht te geven. Het is noodig alle krachten van het leger der ar beiders onder het roode vaandel te verzameleu. Het ar beiders-congres, verklaarde Volders, voor een waar- achtigen krijgsraad, waarom men zich te onthouden had vau alle ydele, nuttelooze discussiën. Een voorstel van een Luiksoh afgevaardigde om do pers van het congres wegens het gewicht der te nemen besluiten uit te sluiten werd met groote meer derheid verworpen. Nu volgde allereerst de beraadslaging over de mid delen om de herzionitig te doen slagen. Vele godelegeerden, in de eerste plaats die uit de myndistricten, legden verklaringen tenguiiste van de •lgemeene werkstaking af. Anseele verklaarde dat de Vlamen zich by de Walen zouden aansluiten. Wat de feestviering van den len Mei betreft, zoo werd een motie van Volders aangenomenom op dien dag ia alle groote industrieele centra manifes taties te houden ten gunste van den aoht-uur werk dag en het algemeen stemrecht. Besloten werd verder door het geheele land ma nifestaties te houden eenige dagen voor de verkie zingen voor de constituante. By bet debat over de algemeene werkstaking ver klaarde Anseele daaromtrent geen toezeggingen te kunnen doen, daar do Gentsche arbeiders door het referendum, dat het vonge jaar do algemeene werk staking had verworpen, waren gebonden. Hy geloofde echter, wanneer de mijnwerkers en metaalwerkers het sein gaven, dat dan de Gentenaren niet zouden achterblijven. In den loop der discussiën drong men by de Vlamen op nadere toezeggingen aan. Mot bijna algemeene stemmen werd aangenomen een motie van Volders, verklarende dat de algemeene werkstaking, het laatste en uiterste hulpmiddel der arbeidende klassen, zal uitbreken, wanneer het tegen woordig parlement de herziening verwerpt of op den dag waarop de constituante door het verwerpen van hel algemeen stemrecht haar vijandschap tegen deze onvermijdelijke hervorming zal hebben doen blijken. Het cougres werd daarop gesloten onder het zingen der «Marseillaiso." Koning Frans Jozef heeft den Hongaarschen Rijks dag persoonlijk geopond. Evénals bij de sluiting van de vorige zitting in bet begin van dit jaar, was de troonrede zoo kalm mogelijk. «Met voldoeuing kunnen wy verklaren", zeide de keizer, «dat de vriendschappelijke, goede betrekkingen met de bui- tenlandsche mogendheden onveranderd voortbestaan//. Hier dus geen voorbehoud, geen vrees of twyfel, zooal» de keizer in den herfst van het vorige jaar in de Oostenrijksche delegatie uitsprak, tot groote ontsteltenis van cle geheele wereld, die op dat oogeu- blik nog een beetje zenuwachtig was vanwege den komkommertijd. De eenige zinsnede, die pessimisten aanleiding tot onrust zou kunnen gevon, is de verklaring, «dat de Rijksdag tot taak zoiu hebben de geestelijke en stof felijke krachten des volks te outwikkelen en het binnenland zoo rustig en stevig te maken, dat het volk ook in moeilijke tijden in staat zou zijn alle tegenspoeden te bestrijden," Met officieel© omzichtigheid stapte de koning verder over do «kalme rustige ontwikkeling des lands", don financieelen toestand, de valuta-regeling en verschil lende wetsontwerpen die behandeld zullen word n. Daartoe behooren een belastingherziening, het oude plan van graaf Czapary tot hervorming der adminis tratie, rogeling van eenige rechtsquaestiën en ook van een vraagstuk dat voor ministers gebleken is nogal gevaarlijk te zijn een wetsontwerp op bet recht van vereenigiug en vergadering. Met eenige spanning mag de regsering in Hongarije de nieuwe zitting te geraoot zion. Men weet, dat zij bij de jongste verkiezingen verscheideue zetels verloor en dat de oppositie in verband met den gebrekkige» parlementairen regel machtig genoog is om den voort gang dor werkzaamheden aanzienlijk te belemmeren. Naar men in Noorweegsche purlemontaire kringen verzekert, volhardt de Rogeering bij haar gevoelen, dat de quaestie betreffende het oprichten van afzon derlijke Noordsche consulaten buitenslands enkel in den Noordschen Raad van State moet worden behan deld en beslist, terwijl de koning van meening blijft dat deze zaak, als eene gemeenschappelijke aangele genheid, in een Zweedsch-Noorschen Raad van State thuis behoort. Men acht 1 et waarschijnlijk, dat het kabinet zal aftreden, wanneer de koning zijn gevoelen volhoudt. Morgen komt de Storthing bijeen en aanstaanden Vrijdag is er zitting van den Raad van State. De BURGEMEESTER van Gouda Brengt ter algemeene kennis dat aanstaanden Zon dag den 28 Februari 1892, des middags 12 uur, op het Raadhuis niet alleen voor minvermogenden maar voor ieder die zich daartoe' aanmeldt, gelegenheid zal bestaan om zich geheel kosteloos rechtstreeks van het kalf te doen inenten of herinénten. Gouda, den 24 Februari 1892. De Burgemeester voornoemd, VAN BERGEN IJZENDOORN. Zitting van Woensdag 24 Februari 1892. De volgende personen zyn veroordeeld wegens-. Plegen van straatschenderij. A. B., B. W. V. en J. van S., te Bleiswijk, ieder tot 1 of 1 dag hechtenis. Jachtovertreding. J. H. en W. de K., te Moorcapelle, ieder tot 2 of 2 dagen hechtenis; P. van M., L. van T. en J. K., te Zevenhuizen, ieder tot 7 dagen bechtenia. Openbare dronkenschap gepleegd bij 2e herhaling. P. J. J., te Gouda, tot 3 dagen hechtenis. Openbare dronkenschap geploegd bij 3e herhaling. T. R., te Rotterdam, tot 2 weken heohtenis. Openbare dronkenschap. H. J., C. K. en H. van der S., te Gouda, ieder tot 2 of 2 dagen hechtenis H. N. K., te Gouda, C. van te Gouderak, C. B. S. en J. do B., te Gouda, ieder tot 1 of 2 dagen hechtenis. Allen zyn tevens veroordeeld in de kosten ver haalbaar by lijfsdwang van één dag. V De Werklieden van de Pijpenfabriek ran den Heer C. J. O. PRINCE, betuigen hunnen hartelijken dank yoor de gulle feest- onthaling hun gegeven bij zijne 25-JARIGE ECHTVEREENIGING en hopen dat ZEd. het Gouden Peest in voorspoed en gezondheid zal mogen vieren. De gezamenlijke Werklieden der Pijpen fabriek. ten overstaan van den Notaris G. C. FORTUIJN DROOGLEEVER, op MAANDAG 29 FEBRUARI 1892, des morgens te elf uren, iu het Koffiehuis .Har monie» aan de Markt, van: bijna allen voorzien van waterleiding en staande en liggende te Goudaen wel No. 1. Een WINKELHUIS eu ERF aau den Kleiweg Wijk E. no. 45. Te aanvaarden 1 Mei 1892. No. 2. Een aan den Kattensingel, wijk Q. No. 138, verhuurd bij de maand voor 13.— No. 3 tot 6. Vier iu den Winterdijk, wijk Q. No. 128 tot 131 verhuurd bij de week, elk voor 1.60. No. 7. Eene SCHUUR en ERF met den grond daarnaast en den toegang daartoe in den Winterdijk te Goudakadastraal bekend in Sectie A. No. 3268, groot 73 centiaren. Tot 1 November 1892 verhnurd voor 10. No. 8: Een in de Boelekade, wijk R. No. 133; verhuurd bjj de maand voor 8. No. 9 tot 19. Elf in de Heerekade in de Korte Akkeren, wijk P. No. 361 tot 371; ver huurd by de week elk voor 1.50. No. 20 tot 22. Drie in de Korte Akkeren met SCHUUR, en TUIN, wijk P. No. 423 tot 425; No. 423 is met den Tniu by de week verhuurd voor 1.90. No. 423 wordt afzon derlijk en No. 424 en 425 worden te samen verkocht.' Perceel No. 22 maakt den tnin nit achter die perceelen gelegen met een 2 meters breede gang uitkomende aan den weg, groot 877 centiaren. No. 23. Een aan den Raam, wyk O. No. 289verhuurd bij de week voor 1.70. No. 24. Een aan de Nieuwe Haven, wyk N. No. 82terstond te aanvaarden. No. 25 en 26. Iwee in de Geuzénstraat, wjjk L. No. 26 en 27verhnurd by de week voor 1.60 en 1.50. No. 27. Een met TUIN en WELPOMP en VRIJE POORT aan de Spieringstraat, wyk F. No. 24 terstond te aanvaarden. En No. 28. Een TUIN (thans Boomkwee- kerij) met den weg daarnaast en het water daarvoor gelegen, in de Bagijnen of 4e Kade, uitkomende aan de Onde Gouwe te Gouda, kadastraal bekend in Sectie A. No. 2813 en 2891, groot 29 aren 30 centiaren. Terstond te aanvaarden. Te veilen in 3 perceelen zoOals zy zyn af gescheiden. De perceelen zyn te bezichtigen 25, 26 en 27 Februari a. s. van 10 tot 4 uren en op den dag der verkooping van 9 tot 11 uren. Nadere inlichtingen zijn te bekomen ten kan tore van voornoemden Notaris FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1892 | | pagina 2