Büitenlandscb Overzicht.
Techt der afzonderlijke gemeenten om over hare ver-
eeniging met andere te beslissen, de vreeze voor
scheuring in eigen boozem", met alle bescheidenheid
maar met klem, verzoeketf thans nog niet definitief
de door zoovele gevreesde vereeniging tot stand te
doen komen.
In een vijftal punten zetten de onderteekenaars
uiteen dat ook op leerstelling gebied groot verschil
in opvatting bestaat tusschen de twee kerken, en
eindigen met het dringend verzoek „Wij bidden u,
broeders 1 neemt onze bezwaren in ernstige overwe
ging, voordat het te laat is, en geef aan onze bede
gehoor. Sluit thans nog niet de door zoovelen ge
vreesde vereeniginggeeft althans vooraf allen ge
meenten de gelegenheid zich openbaar uit te spreken."
Men deelt mede, dat door den Ned. Kolfbond, op
verzoek van verschillende kolfclubs, protest zal wor
den aangeteekend tegen het houden van den kolf-
wedstrijd, uitsluitend van clubs uit Zuid-Holland op
24 Juni a. s. op de baan van de sportteutoonstelling
te Scheveniogen.
Op de algemeene vergadering, welke het vorige
jaar te Haarlem is gehouden, alwaar de Heer Tra-
vaglino uit naam van het bestuur der sporttentoon-
stelling optrad, hebben de afgevaardigden der ver
schillende kolfclubs den indruk gekregen, dat de
wedstrijd' van den bond de eerste zou wezen die op
de baan zou worden gespeeld. Door nu eerst een
wedstrijd te houden uitsluitend van clubs uit Zuid-
Holland, geeft men deze een préwelke hen een
voorsprong geeft op alle anderen. Dit vindt men
onbillijk en vandaar dit protest.
In een schrijven, door de leden der gemenlijke
plaatselijke comités tot bevordering der invoering
van den Midden-Europeeschen tijd aan de collegiën
van B. en W. van alle gemeenten in Nederland
gericht, wordt er de aandacht op gevestigd, dat reeds
een zeventigtal gemeentebesturen, waaronder die van
Arnhem, Delft, Leiden, Lochem, Middelburg, Nijme
gen, Schoonhoven, Tiel, Venlo, Zeis^, Zierikzee enz.,
openlijk verklaard hebben voor dp Midden-Ëuro-
pee8che tijdregeling partij te kiezenj Zij achten zich
daartoe gerechtigd, omdat het te vrèezen is, dat, nu
eenmaal op louter theoretische grjonden de West-
Europeesche tijd voor de drie groote Verkeersmiddelen
is aangenomen, daarop niet zal worden teruggekomen,
tenzij de openbare meening zich nog duidelijker uit-
spreke, dan tot heden reeds zoo onomwonden ge
schiedde.
Waar nu de regeering in Maart 11. door tusscheo-
komst van Gedeputeerde Staten der provinciën, bij
de gemeenten op aansluiting bij den spoorwegtijd
heeft aangedrongen, schijnt het op den weg der
gemeentebesturen te liggen, zich 'tot den tolk dier
openbare merning te maken. Mocht j het dan blijken,
dat een ernstig bezwaar tegen aanfluiting van den
burgerlijken- bij den spoorwegtijd zou zijn opgeheven,
indien voor de spoorwegen de midden-Europeesche
tijd werd aangenomen, dan mag redelijkerwijs ver
wacht worden, dat èn de regeering èn de spoorweg-
besturen, die bedoelde aansluiting wenschen, hunnen
invloed zullen .bezigen om voor de dienstregeling der
-apoorwegen den West-Europeeschen door den mid-
den-Europeeschen tijd te vervangen. Te meer mag
die verwachting gekoesterd worden, omdat aan eeuige
afgevaardigden der comités, in een onderhoud, hun
welwillend verleend door Z.Ex, den minister van
Waterstaat Handel en Ny verheid en door de hoofden
der twee groote spoorwegbesturen, de verzekering is
gegeven, dat het voor den dienst der spoorwegen
om het even is, of deze den West— dan wel den
Midden-Europeeschen tijd volgoa.
Het slot der circulaire luidt«Kan het bestuur
van uwe gemeente aanleiding vinden een soortgelyk
besluit te nemen en ter kennis der regeering te
brengen, zoo zal het voor vele volksbolangen zoo
gewiohtige vraagstuk dor tydregeling zeer zeker een
stap nader tot de gewenschte oplossing gebracht zyn.
Wy veroorloven ons uit dien hoofde uw college met
bescheiden aandrang in overweging te geven, oen en
ander nogmaals bij den raad uwer gemeente te willen
aanhangig maken en houden ons beleefdelijk aanbe
volen, zoo eenig besluit daaruit mocht voortvloeien,
hiervan mededeeling te mogen erlangen, en wel aan
het adres van den algemeenen voorzitter der geza
menlijke plaatselijke comité's, prof. Hubrecht, te
Utrecht."
Voor 50 jaar had de aardappelteelt in ons land op
verre na niet de beteekenis en uitbreiding van thans.
In 1851 waren er in geheel Nederland slechts 84,000
heet. land met aardappelen bezet, en de opbrengst
er van was, in vergelijking met de tegenwoordige
oogsten per hectare, dikwijls gering. In 1861, 10
jaar later, waren inmiddels reeds 106,000 hectaren
met aardappelen bepoot, in 1871 126,000, in 1881
141,000, en thans rekent men 160,000 hectaren,
zyndo een zesde deel vau al het bouwland binnen
onze grenzen, of bijna 4'/a pet. van den geheelen
Nederlandscheu bodem. De opbrengst is dan ook
iu ons land gestegen tot ongeveer 40 millioen hec
toliter, en had in 1889 eene waarde van 65 millioen
gulden of van den geheelen Nederlandschen oogst.
In 1881, het beste jaar in de aardappelgeschiedenis,
bereikte de totaal-opbrengst van dezen oogst het
verbazende cijfer van 73 millioen guldenterwijl de
rogge 25 millioen, de haver 19, de tarwe 16, de
gerst 10, en de boekweit 6 millioen gulden opbracht
samen 76 millioen dus slechts 3 millioen
meer dan de oogst der aardappelen. Van alle ko
rensoorten voert Nederland in, alleen de aardappel
behoort tot onze uitvoerartikelen, nl. in den vorm
van meel enz. De ontginning van woeste gronden,
de vergraving der venen, inpolderingen, droogmake
rijen, s.tellen jaar op jaar nieuwe gronden tor be
schikking van den landbouw, en de aangroeiende
bevolking, de uitbreiding der steden, de veldwin
nende aardappelfabrikaten in de Veenkoloniën, deden
de vraag naar dit gewas meer dan naar andere gra
nen toenemen, zelfs werd in sommige streken de
boekweit en roggeverbouw door den aardappel ver
drongen.
Is alzoo deze cultuur voor geheel ons land eeuo
zaak van groote beteekenis, in het bijzonder is zy
dat voor de Groninger veenkoloniën. In de gemeente
Wildervank, 4185 heet. groot, worden van 1300 tot
1600 heet. voor deze teelt afgezonderd. Veendam,
groot 4863 heet., produceert 1800 tot 2000 heet.
aardappelen. Deze beide gemeenten leveren dan ook
'sjaars ongeveer 1 millioen hectoliter aan de fabrie
ken. Daarbij komen nog de gemeenten Pekela,
Zuidbroek, Muntendam, Hoogezand, Sappemeer en
Stadskanaal, waar de aardappel de eerste viool speelt.
Met het al of niet welslagen van dezen oogst, staat
of valt dan ook ongeveer de geheole veenkolonalei
bevolking. Wanneer late naohtvorsten de jonge
planton in gevaar brengen, wanneer djoor gebrek aan
warmte en zoanesohijn de ontwikkeling belemmerd
wordt, of wanneer aanhoudende regens het loof knak
ken, of wanneer later de gevreesde ziekte de knol
aantast, dan betrekken niet alleen de gezichten der
veenkoloniale boerenmaar dan daalt ook de stem
ming der neringdoende burgerij, die in het misluk
ken van de hoop des landmans eene vermindering
ziet van eigen inkomsten. In één woord, de aard
appel is in deze streken de kurk waar de maat
schappij op drijft.
Geen wonder dat de aardappol een voorwerp is
van aanhoudende zorg. De verschillende landbouw-
vereenigingen in den omtrek behandelen telkens op.
nieuw en waarlijk niet zonder uoodzaak, de keuze der
soorten, het zetmeelgehalte, de productiviteit van
deze vrucht, benevens den toestand van de produ
centen tegenover die der fabrikanten. De waarde
der meststoffen wordt behandelddoor de zorg der
landbouwbonden zyn mest verzamelplaatsen zoowel
als proefvelden in het leven geroepen. Vroeger heeft
vooral de oudste der landbouwvereenigiDgen, „Veen-
dam*, zeer veel gedaan in het belang eeuer ratio-
neele aardappelcultuur. Zy schreef prijsvragen uit
om verbeterde aardappelrooiers en hield wedstrijden
en tentoonstellingen. Tal van nieuwe en teikens
verbeterde soorten van aardappelen werden ingevoerd
van den reuzenaardappel in 1871 tot de champions
en schoolmeesters in 1890.
Hoe groot nu ook de uitbreiding zijn moge die
deze cultuur heeft ondergaan, en de massa die er
verbouwd wordt toch hebben we nog geen aard
appelen genoeg in ons land. Daar is vooreerst de
consumtie. Beken dat ieder Nederlander 3 HL.
aardappelen opeet in het jaar, dan wordt dat reeds
ruim 13 millioen, waarbij nog gerust 1 millioen HL.
mag worden gevoegd voor de komendo en gaande
reizigers-vreemdelingen.
Verder wordt de aardappel bij massa's als veevoe
der gebruikt, vooral wanneer het koren duur en de
fabrieksprijs laag is, reken daarvoor 21/, millioen
mudden. Dan komen de fabrieken, 17 in getal, in
de veenkoloniën. Levert iedere fabriek 15,000 ba
len meel per jaar, dan geeft dat 250,000 balen,
waarvoor minstens 10 X 250,000, dat is 2»/a mil
lioen H.L., aardappelen verwerkt motten worden»
een getal dat zeker niet overdreven is. Nu is nog
niets gerekend voor stroop, voor sago, voor dextrine,
ook niet ,voor de benoodigde pootaardappelen, voor
uitvoer
Ja voor uitvoer. In 1881, het uitnemende aard
appeljaar, toen in ons land toch niet minder dan 23
millioen H.L. aardappelen geteeld ziju, overtrof, vol
gens het officieele verslag, do invoer van aardappe
len don uitvoer met bijna 2% millioen H.L.Dus
wij cultiveeren nog volstrekt niet te veel aardappelen.
Uit het verslag van de Haagsche Kookschool over
1891 blijkt, dat de toestand gunstig is en de school
in alle opzichten gunstig wei kt. Het cijfer der gewone
leerlingen bedroeg 106, die bijna allen de viermaan-
delijksche cursussen hebben gevolgd, wat vroeger wel
eens niet het geval was, terwijl sommigen zelfs twee
cursussen achtereen volgden.
Do cursus voor dienstboden telde thans in het
geheel 31 leerlingen, tegen 25 in het vorige jaar.
l)e belangstelling in dezen cursus neemt toe. Het
nam zijn gelaat eene geheel andere (uitdrukking aan.
Van toen af want hij keek voortdurend vriende
lijk werd Clare weer met hem vjerzoend, en toen
hij te huis aan tafel naast haar werd jgeplaatst, vergat
ze weldra door zijn aangenaam gesprek, dat ze een
oogenblik afkeerig van hem was geweest.
Gelukkig voor mevrouw de Back, die zichtbaar
vermoeid eu bleek was, bleef het gezelschap niet lang.
Matie de Yalter stond op een o, zoo'n onbedui
dend oogwenkje van haar vader op, en natuurlijk
volgden de' heeren haar dadelijk. Clare en Marie
scheidden met de wederzijdscho beloften, van elkafir
zeer ijverig te zullen bezoeken, en ook de heeren,
die met de van aard vlugge Clare op zeer goeden
voet reeds waren, zeiden „tot weerziens." Ciare had
dien avond schoon zij 't zich zelvej onbewust was,
boven Mfcrie uitgeblonken. Hoewel pltijd nog voor
zichtig en zich niet te ver wagend ii hare gesprek
ken, wist ze, vooral onder jongelui, veel prettiger
toon aas te slaan, dau do wel eens wat veol rede-
neerende Marie de Valter. Men kon niet zeggen dat
Marie iets ontbrak aan vormen, beschaving of op
voeding, cm toch miste ze iets. en wel datgene, waarom
wij in oprechtheid des harten altijd een meisje
„Hef" ri'oemen. Terwijl Marie opa beurten met de
heeren sprak, verdeelde ze als 't ware haar gesprek
onder allen, ieder iets gunnende, bij elk een oogen
blik vertoevende, als gaf ze audiëntie. Hoe geheel
anders Clare ze rekende zich veel minder dan Marie
maar 't dacht haar het beste om vroolijk te zyn,
tejuviil ze immer flink bleef en wel doordacht rede
neerde. Toen de knecht verschillende stukken taart
prezenteerde, raadpleegde van Braem bij haar, welke
soort hij nemen zou, en waarvan hij haar bedienen
mocht. Marie deelde juist hare op- ec aanmerkingen
mede over de muziek van dien avond 'aan van Tholen
en mgvrouw de Back, toen Clare hem vertelde, hoe
ze oom en tante voor 't feestelijk dessert met de
taart alleen had laten ziften, en roet den regenmantel
om eens een straatje was gaan omloopen, en daarna
even naar huis, Toen ze nu van Braem voorstelde
met haar van de taart van dien middag te eten, i
hadden beiden veel pret, wijl hij zeide dat ze een
dessert a part hfeddun. Wefkeiijk kurieus was het
hoe Clare hem, eenvoudig als altijd,'méodeelde, dat
eene taart by haar te huis, om haar ondor negen I
personen eerlijk te verdeelen, altijd aanleiding gaf
tot verwikkelingen. „Als mama er niet bij is, ziet
u," besloot ze openhartig, „dan kibbejen we uit louter
pret om kleinigheden, en mijn broer Constant en ik j
kontracteeren altijd onderling, om onze gezameutlijko
portiën met breinaalden te eten, en dat is eep wan-
hopig en een belachelijk werk tevens." J
Toen de jongoheeren, na mijnheer de Valter en
Marie tot aan het rijtuig te hebben vergezeld, nog j
een eindje met elkaar liepen, had van Braem, opge- J
wonden ais hij dan meestal was, niets dan lofspraken
te zeggen over Clare. Hij en van Tholen, die elkaar I
aan huis van de familie de Back Jiadden leeren ken- S
nen, ware wel geene vrienden, maar toch goede ken- j
nissen. Dat hun omgang niet intiem was, lag het
meest aan van Tholen, wijl zyn kalm, bedaard ver
stand, zich al te mdeielyk liet vinden, om in de
kouversatie van den jongen, wuften luitenant veel
behagen te scheppen. Daarby kwam ook nog dat hij
zelf weinig "leêgen tijd, en de kavallerie officier dien
in overvloed had.
„Zoo'n aangenaam meisje als dat is," besloot van
Braem zijn résumé van loftuitingen, „heb ik van
m'n leven nog niet ontmoet. Ze is vry, babbelt
openhartig en is bij dat alles zoo geheel dame. Zeg,
van Tholen, heeft ze fortuin? Dan ga ik ze dadelijk
vragen om een engagement, en i|f word van de vol-
igende minuut of zoo solide, als de dóminé bij wien
ik op do katechisatie heb gegaan."
„Je blijft eeuwig dezelfde, van Braem. Pas heb
je een meisje een paar uren leeren kennen, of ge zyt
er verliefd op. Heb toch goduld tot dat je ze beter
kent, en je weet of ze voor u wel de geschiktste
vrouw is."
„"Ah bah! nu praat je egoïstisch hoor! Dat had
ik nietr achter je kalm uiterlijk verwacht. Natuurlijk
ben jij al verliefd op haar, maar, word er niet Hoos
om, ik rijd je in do wielen boste maat
„Nu mijnentwege gerust," antwoordde van Tholen,
bedaard ajs bijna altijd; „maar zorgt dan dat je tijdig
genoeg begint te vrijen; denk er om, er kunnen
kapers op do kust komen."
Wordt vervolgd.)
ware echter te wensohen, dat nog moer algemeen
gebruik gemaakt werd van deze gelegenheid om dienst
boden geregeld onderwijs te doen geven in het be
reiden van verschillende gereohten en in zulke kun
digheden, die haar bij de praktijk der spijsbereiding
van nut kunnen zijn.
Van de privaatlessen voor dames, zoowel als van
die voor dienstboden, wordt een toenemend gebruik
gemaakt. Het cijfer der eerste bedraagt 178. Dat
der tweede 14.
Getrouw aan het beginsel, by de oprichting der
School uitgesproken, om ook de minder bevoorrechte
klassen der Maatschappij te doen deelon in het voor
recht van oordeelkundig onderwijs in de spijsbereiding
en andere vakken, die voor de huisvrouwen ook uit
dien stand van zoo hoog belang zijn, werd eene
aanmerkelijke uitbreiding gegeven nan dit deel van
het onderwys. Niet alleen bleef voor vrouwen uit
het volk de gelegenheid geopeud om kosteloos of
tegen betaling van een gering schoolgeld onderricht
te erlangen in het bereiden der volkskeuken in ver
band met de beginselen van practische waren konnis
en voedingsleer, maar ook werd naast den reeds be-
staanden kiuder-oursus, opgericht een zoogenaamde
voortgezette kind er-cursus of voorbereidende cursus
voor keukenmeiden.
Met ingenomenheid meent het Bestuur op beide
cursussen te mogen wijzen.
Beide werden o. a. eerst gevolgd door een zeker
aantal meisjes uit de volksklasse, welke na voldoend
lager onderwys genoten te hebben, door de hoofden
der scholen ter plaatsing werden aanbevolen.
Het aldaar ontvangen kosteloos onderwijs wordt
door ouders en kinderen ten zeerste gewaardeerd en
geeft zeer goede uitkomsten.
Het verslag bevat voorts bijzonderheden omtrent
de gelegenheid tot afzet der gereed gemaakte spijzen,
en over de gelegenheid, die aan do kookschool op
geleide dames vinden om eene goede plaats te er
langen. Het kan zyn nut hebben, zegt het Verslag,
de aandacht te vestigen op het feit, dat op dezen
weg ongetwijfeld eene goede toekomst ligt voor on
bemiddelde vrouwen eu meisjes welke door een
nuttigen eu met haar aanleg strokenden werkkring
in haar eigen onderhoud wensohen te voorzien.
Door de verplaatsing der school naar een nieuw
gebouw, waarvan wij indertijd melding maakten, is
gelegenheid ontstaan om eenige pensionnaires te
huisvesten. Er werd zoodanigo inrichting getroffen,
dat de jonge meisjos, welke aldaar haar intrek zullen
nemen er gelegenheid zullen vinden om opgeleid te
worden, zoowel tot degelijke huishoudsters als tot
onderwijzeressen in de kookkunst.
Ook voor dienstboden, zoowel betalende als niet
betala^g, worden enkele plaatsen beschikbaar go-
houden/ waarvan op die voor niet-betalende reed*
aanstonds beslag gelegd werd.
De directrice, de onder-directrice en de assistente
lieten zich evenmin door de moeite, als het bestuur
door de kosten van die uitbreiding der werkzaam
heden terughouden.
De geldelijke toestand is gunstig, doch dat is
hoofdzakelijk te danken aan het streng toepassen der
grootste zuinigheid.
Gisterenmiddag ontstond te Moerkapelle een hevi
ge brand. Zeven huizen werden eene prooi der
vlammen, en daardoor zijn twaalf of dertien gezin
nen van hun dak beroofd.
Men schrijft uit den Haag aan „de Amsterd."
Nadat hierop reeds zoo dikwijls en sedert zoo
langen tijd te vergeefs was aangedrongen, heeft de
tegenwoordige minister van Waterstaat enz. eindelijk
een commissie benoemd, om do Algemeene Voor
schriften in zake de uitvoering van waterstaatswerken
te herzien. Uiterlijk 1 Juni a. s. moeten de voor
stellen tot daarin aan te brengen wijzigingen by den
minister zijn ingekomen. Voor zoover ik van het
behandelde kennis heb kuunen nemen, hééft men b*
desen vry omvangryken arbeid Vooral ook rekening
gehouden met recht en billijkheidfactoren, die
in de nog bestaande, 12 Sopt. 1882 vastgestelde,
voorschriften maar al te veel buiten aanmerking zijn
gebleven. Zoo luidt o. a. het artikel, behandelende
de geschillen tusschen den aannemer en do directie:
„Wanneer tusschen de ingenieurs, of bij hunne af
wezigheid, tusschen de opzichters en aannemers eenig
verschil omtrent het werk ontstaat, verblijft de uit
legging daarvan aan de directie, waarnaar de aanne
mers zich moeten gedragenbehoudens nader
beroep op den minister. De aannemer is; intusschen
gehouden, het werk voort te zetten. Bij niet-vol-
doöning hieraan kan'de directie art. 467 toepassen,
d. i^voor rekoning van den aaunemer in de voort
zetting voorzien." De Staat hooft dus ai het recht
aan zijne zijde, wijl de aannemers zich in dergelijke
gevallen niet kunnen beroepen op art. 621 van het
wetboek van burgerlyke rechtsvordering. Voor den
minister, die dus tot nu toe steeds moet afgaan op
de adviezen zyner ambtsnaren, bezorgde deze toe
stand veel last; zoodat het eeue gelukkige gedachte
mag worden genoemd, dat de met de herziening van
bovengemelde voorschriften belaste commissie de
weuscholykheid uitspreekt, om bij doorkomende ge
schillen soms ook de tusscheukomst van arbiters in
te roepen. Zij heeft zich reeds tot verschillende be
voegde deskundigen gewend om hun advies hierover.
Wat is sterker, de draad van een spinneweb of
een draad van staal Deze vraag werd dezer dagen
'gedaan in een gezelschap van rijke fabrikauten door
den eigenaar eener staaldraadfabriek.
Allen antwoordden als uit één mond„Natuurlijk
eeu draad van staalDe vrager ontkende dater
werd hooger gewed en men zou de proef op de som
nemen. De moeielijkheid bestond hierin om een
staaldraad te maken, die niet dikker was dan de
draad van een spinneweb. Eindelijk gelukte het.
De beide draden van gelijke doorsnede werden nu
beproefd, en zie, de draad van 't spinneweb droeg
3 gram en de staaldraad slechts 2 gram, zoodat de
vrager de weddenschap had gewonnen.
Te Parys is thans, naar het Hbl. mededeelt, bij
gelegenheid der handelsfeesten eene actueele vertoo
ning to zien, onder den naam van „La vieille
Amérique reconstituée." Op het ruime torrein by
de Porte des Tornes, waar Buffalo-Bill voor drie jaar
zijne vertooningen hield, heeft men beproefd de
grondslagen van de Nieuwe Wereld in beeld en
woord weer te geven. Men heeft een grooten diepen
kuil gegraven en dien vol water laten loopem Dit
stelt zeer bedriegelijk den Atlantischen Ocoaan voor
en een werkelijk groot schip, dat er op drijft, is de
getrouwe" nabootsing der Santa Mariahet schip
waarover Columbus op zijn ontdekkingstocht bevel
voerde. Eene cantate beschrijft ons de wisselvalligheden
'van dien tochten terwijl het orkust speelt en vrije
goede zangers de woorden zingen, en vertoonen hee
ren en dames in de kleederdracht dier tijden
Columbus o. a. met een grooten mantel om en ver
gezeld door vier lichtblauwe pagos ons op het
schip eene bij de cantate pantomime. Vooral het
oogenblik, dat Columbus aan land komt, waarbij een
Indiaan onwillekeurig een bad in den kuil nam, was
aangrijpend en verklaarde geheel, dat terstond de
Indiaanscho krijgers en vrouwen behoefte gevoelden
door een extra uitvoering van hun nationalen krijgs
dans aan dit gewichtig oogenbHk meer luister bij te
zetten.
De zijgedeelten van het terrein zijn ingenomen
door de voorstelling der eerste kolonisten. Een
Spaansche straat met een panorama van Columbus,
eenige Engelsche gebouwen en de Nederlandsche
zeevaarders nit de I7e eeuw moeten hiervoor dienst
doen. De Nederlandsche afdeeling stelt de Broad
way van Nieuw-York, de hoofdstraat, voor, zooals
zij er uitzag toen Nieuw-York nog Nieuw-Amster-
dam heette.
De gebouwtjes zijn werkelyk aardig in eeu eenvou-
digen Hollandschen stijl ran twee eeuwen hier op
getrokken en met Hollandsche opschriften voorzien.
„In de groote schaer" heet de winkel, waarin Martin
uit Amsterdam silhouetten knipt, daarnaast is het
huis van den plateelbakker. Er is zelfs een schouw-
buig, waarin ue goochelaar Dickson het ei van Co
lumbus vertoont. De bediening geschiedt in «leze
afdeeling door meisjes in Friesch costuum met de
kap op.
Te Groningen is bij art. 97 vtan het reglement
van politie bepaald, dat geene gebouwen worden
opgetrokken, tonzy voorzien van een trasraam, ten
minste ter dikte van de opgaande muren en ten
minste 0.05 M. boog, de halve hoogte ondet eu
de andere helft boven den beganen grond, en samen
gesteld uit? besten klinkersteen le soort en waterkee-
rende metselspecie.
Bij het bouwen van het nieuwe mil. hospitaal is
echter deze bepaling, waaronder de vergunning door
B. en W. was verloend, vanwege het genie-departe
ment niet nagekomen, omdat zy niet was opgenomen
in het bestek. B. en W. eischteu van den bouwer
naleving van de overeengekomen voorwaarde, waar
aan echter door den fortificatie-opzichter W. E.
Oudraad, die met het toezicht op het bouwen was be
last, niet kon worden voldaan, omdat hij zicü te
houden had aan zyn bestek, dat door den Min. van
Oorlog was goedgekeurd.
B. en W. deden 0bor een gemeente-ambtenaar een
proces-herbaal opmaken tegen genoemden opzichter
van fortificatiën, welke zaak voor den krijgsraad te
Leeuwarden is aangebracht. Hij werd beschuldigd
van i,n de maand September of October 1891 niet te
hebben gebouwd overeenkomstig de voorwaarden
waarop door B. en W. van Groningen aan hem ver
gunning was verleend tot het> gedeeltelijk afbreken
van het bestaand gebouw in de St. Walburgsiraat
en het bouwen van een gebouw op den open grond
van dat perceel.
Da krygsraad heeft echter den mil. opzichter
Oudraad, hoewel hij in stryd met de aan de schrif-
telijkn vergunning van B. en W. verbonden voor
waarden een gebouw had opgetrokken, vry gesproken,
omdat hy, als opzichter der genie, de bevelen, hem
door zyu chef gegeven, behoorde op te volgen, ep hy
in het volle vertrouwen van in de eerste plaats aan
de bevelen zijner meerderen te moeten gehoorzamen
moet ^geacht worden te goeder trouw te hebben ge
handeld, terwijl die handeling binnen den kring zy
ner ondergeschiktheid was gelogen.
Lord Salisbury heeft in het Hoogerhuis aange
kondigd, dat de Pinkstervacantie zal duren van 2
tot 13 Juli.
In het Lagerhuis deelde de heer Balfour mede,
dat de Pinkstervacantie zal beginnen 3 Juui. Hoe
lang zij zal duren, zal afhangen van den voortgang
welke voor dat tydstip met de werkzaamheden is
geuiaukt.
Gladstone zal den 31ste dezer maand in een mee
ting van den Loudenschen liberalen bond, in Me
morial Hall te Londen «optreden, naar men verneemt
zal hij de strekking van de protectionistische rede
van lord Salisbury bestrijden, en verklaren dat Home
rule de verkiezingsleus der liberalen by de aanstaande
parlemenlsontbinding moet zyn.
De werkstaking te Durham duurt Voort. De
patroons verwierpen het voorstel der mijnwerkers
tot vermindering van het loon met 10 pCt. en wil
den de vermindering op 13 pCt. brengen. De myu-
werkersboud heeft daarop een manifest uitgevaardigd,
waarin hij de patroons verantwoordelijk stelt voor
de verschrikkelijke worsteling, od verklaart dat de
mijnwerkers besloten zijn de werkstaking voort te
zetten.
De Moniteur beige zal heden de koninklijke be
sluiten bevatten, waarbij de herziening van verschil
lende artikelen der Grondwet, zooals die door de
Kamer is vastgeld, wordt bekrachtigd.
De Belgische provinciale verkiezingen hebben Zon
dag plaats gehad. Hot aautal kiezers voor de raden
bedraagt 411 duizend, dat voor de Kamers 135 dui
zend, zoodat do afloop der verkiezing niet veel licht
werpt op den vermoedelijken uitslag der zoo veel
gewichtiger verkiezing van 14 Juui a. s., wanneer
de Constituante verkozen moet worden.
Iutusschen is het goed op te merken, dat het uit
gebreide kiezerscorps Zaterdag in zo$ provinciën de
meerderheid aan de kathblieken gelateh heeft, en in
Aie aan de liberalen. De toestand is dus niet ver-
awterd. In Namen zijn de tien katholieken dadelijk
gekWSen, terwyl de die aftredende liberalen in her
stemming komen. In Leuven is de katholieke meer
derheid toegenomen.
In de drie voorsteden van Brussel hebben de li
beralen gewonnen. -
In Leuven hebben ernstige ongeregeldheden plaats
gehad, doordien studenten een optocht van katho
lieken aanvielen, omdat deze hun triomf op uitdagende
wijze vierden.
Te Brussel zelf moest er slechts één lid gekozen
worden, ingevolgd het overlijden van een afgevaar
digde. Er was daarover geen stryd de heer Grimard,
de candidaat der Association libérale, werd gekozen.
Van de ruim 21,000 kiezers getroostten er zich
slechts 1280 een gang naar de stembus.
De interpellatie over het arresteereu van anar
chisten is in de Fransche Kamer zoo stil afgeloo-
pen, alsof men niet in die Kamer waser heeft
zelfs geen enkele radicale haan naar gekraaid. Lavy,
de iuterpellant, bracht niet veel byzonders voor den
dagde gedachten zijn in dien kring al even afge
zaagd als de woorden. Het eenige practische in zijn
betoog was het verwijt aan de Begeering, dat zij
niet waakzaam genoeg was geweest. Daar zou Very
vau mee kunnen praten, indien de arme man nog
leefde. De Begeeriug had, zei Lavy ook, 174 on
schuldige burgers in de gevangenis gazet, alleen om
af te schrikken van deelneming aan de socialistische
feestbetooging van 1 Meizulke dingen kwamen
niet te pas.
De Minister-president Loubet deedvzelf het woord.
Men kon het hem aanzien, dat hij sprak als iemand,
die weet dat hij gewonnen spel heeft. Al de arres
taties, zeide hij, waren geschied volgens de Wet en
hadden met het Meifeest niets uit te staan. Ta
spreken van den staat van beleg was geheel opjuist;
zeer zeker, de troepen waren 1 Mei in de kazerqpn
gereed gehouden, maar de straten wareu geheel vry
geblevenbuitendien, de vrees van de bevolking
werd niet veroorzaakt door de maatregelen der Be-
geering, maar door de misdaden van de anarchisten.
De Begeeriug had haar plicht, en niet* dan haar
plicht gedaan door hei uitzetten van vieemdelingen