AZEN, geschilderde Janskerk te lenis der St. ceningen enz. arljjk levens- le Gebroeders ten. JNCERT 1892. N° 4866. BINNENLAND. VERBEWIG». len. JNDON ARKLEUR- in ’t gebruik, 85 en 150 ir alleen bij Donderdag 23 Juni. Nieuws- en Een ITE-BIES )n Lom, ouda. Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Ekzaak re Kapel en Jagers Heer nden, ANG 7llt uw en der Weer- icht” hebben lelnemers aan inn Legitima te GOUDA. F 1 FEUILLETON. er dan het a abeth. mts. E /raagd. LTS. 1892 De inzending van advertentiën kan geschieden tot eën uur des namiddags van den dag der uitgave. Afzonderlijke Nommera VIJF CENTEN. OTEL Te Vliet 1.98*. (Uit het Framch.) IX. H kman Zoon. De prjja per drie maanden is 1.25, trance per post 1.70. De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. en de wonende t) Haastrecht, bekt van meineed, vrijge sproken. Bovendien worden alle Advertentiën gratig opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’twelk des Maandags verschjjnt. N, KANTEN GOUDSCHE COURANT. INKMAN. aan het bu- klucht Co*. nden doorbet INKMAN en ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. ted Leden en >n. Maar voor die tafel zit eone vrouw eigenlijk eene eerbare maagd van vijf-en-vijftig winters en wezenlijk, als zij hare scherpe oogfcn opslaat, dan vergaat u de lust om zoo vrijpostig te zijn, als we zooeven half van plan waren. Gezegde jufvrouw zit in een helder katoenen kleedje, en dito hoog in ruiten gevouwen voorschoot ijverig te breien. Ze zit recht als eene kaars en ze heeft gaarne dat iedereen zoo gaat zitten, want de hooge ruggen van de stoelen met huune matten zittingen, worden eiken dag met te veel wrijfwas geboend. Ze verliest nooit hare be daardheid, dan alleen in de groote schoonmaak of als de overgroote voorraad linnen, die nooit gebruikt mag worden, naar en van de bleek gaat en komt haar humeur is echter veranderlijk als de wind, en zelden zeer aangenaam. Deze eerbare vrijster is juf vrouw Barbara, de huishoudster van mijnheer van Tholen. Heb ik mij vergist of niet mijnheer,” zegt ze even van haar werk opziende, „maar ik meende dat u dadelijk naar de klok liep, zonder de voeten af te vegen in ’t voorhuis?” „Neen Barbara,” sprak de oude heer geheel on- derworpen, „dat zul je stellig niet goed gehoord hebben, want terwijl ik mijn voeten schoon maakte, heb ik mij nog dien tijd ten nutte gemaakt, om op mijn horloge te zien of onze klok gelijk ging.” „O zoo, ja mijn gehoor wordt er niet beter op,” en een cent werd op nieuw tegen het voorhoofd gelegd, als zijnde een radikaal middel tegen hoofd- De heer 8. de Vries, onderwijzer alhier, komt als no. 2. voor op de voordracht voor leeraar in de geichiedenis en aardrijkskunde aan de gemeentelijke hoogere burgerschool met Sjarigen cursus te Utrecht. 4b) Even nog de glazenruit voor de wijzerplaat open gemaakt, toen de klok met tingelen en slagen ge daan had, en dan de minuutwijzer bijna vier minu ten verder geschoven in overleg met het zakuurwerk en daarna stapte de deftige oude heer zijne voorka mer binnen. Die kamer mijn lezer of lezeres, was niet eene zoodanige die gij lief of gezellig zoudt vinden, al getuigde zij voor oudvaderlandsche kraakzindelijkheid. Er was geen behangpapier op de muren, maar alles was rondom met hout beschoten, hoewel bij daglicht zoudt ge u hebben kunnen spiegelen, in dat zorgvul dig, donkergroen gelakt beschot. Als wij het doen durfden, zouden we wel eens even dit grijs en blauw geruite tafelkleed precies garuit als een dambord hebben willen oplichter., om u te doen weten wat zweetdruppelen het der werkmeid moest gekost heb ben om die vierkante tafel zoo glad gewreven te krijgen. In de zitting der Rotterdamsche Arr. Rechtbank moeten hebben, van gisteren werd M. M., huisvrouw van J. H., hem daarop geld teruggegeven was en hy dit opge stoken had, vergat hij een oogenblik zijn rol van doofstomme, door „dank u" te zeggen. Dit wekte argwaan bij de winkeljuffrouw, aan wie dan ook bij nadere beschouwing het in betaling gegeven tientje niet echt toescheen. Inmiddels had de heer den winkel verlaten en was spoorloos verdwenen. Het tientje werd aan het politie-bureau in deMeermans- straat gedeponeerd en van daar ter keuring naar een goudsmid gebracht, die verklaarde dat het hoofdza kelijk uit lood was vervaardigd, doch zóó meesterlik nagemaakt, dat hij zelf geneigd zou zijn geweest het voor een echte munt aan te nemen. GOUDA, 22 Juni 1892. VERGADERING van den GEMEENTERAAD Op Vrijdag den 24 Juni 1892, des namiddags ten 1 ure. Aan de orde Het voorstel om in hooger beroep te komen van het vonnis der Rechtbank te Rotterdam in zake het onderhoud van Schieland’s Hoogen Zeedijk. Het voorstel betreffende de aanstelling van eenen zesden Ambtenaar ter Secretarie. De benoeming van een lid der Commissie van beheer over de 8tedolijke Gasfabriek. In de Haagtche Ct. leest men Het bericht, dat de heer Kerdijk tot herstel van gezondheid naar het buitenland is vertrokken, geeft aan een Haagsch correspondent van „de Amsterd.* aanleiding om op te merken, dat genoemde heer nu juist op het beslissende oogenblik in de Kamer zal w ontbreken, als de quaestie der prioriteit van belas- vlugger de vrijwillige brandweer tingen of kiesrecht zal moeten worden beslist. En korps, dailiet redding-materieel aanhalende hoe de heer K. zich en in September en in November 1891 met de meeste stelligheid voor de rioriteit van ’t kiesrecht verklaarde, laat de cor respondent niet onduidelijk doorschemeren, dat hij de buitenlandsche reis om redenen van gezondheid beschouwt als een hulpmiddeltje om uit het gedrang te komen. Wij meenen, dat de correspondent der „Amsterd.* hier onbillijk oordeelt. Vooreerst, omdat moeilijk in het verleden van den heer Kerdyk een feit ware te vinden dat het recht geeft, om hem te beschuldigen van beginselloosheid. Ten tweede, omdat voor hem niet de minste reden zou bestaan om te „draaien*, daar immers ieder weet, dat men al tot een coalitie is gekomen met een deel der rechterzijde, zoodat de affaire toch door gaat, al zou de heer Kerdijk „op zijn kop gaan staan" Naar aanleiding der benoeming van den heer W. W. M. Doorman, secretaris van de gemeenten Hekendorp, Papekop en Lange Ruigeweide tot burge meester, was 1.1. Maandag velerwege de vlag in die gemeenten uitgestoken. Te Oudewater, zijn woon plaats, werd hem door het aldaar bestaande muziek gezelschap „Euterpe” eene ovatie gebracht. De collecte voor het fonds tot aanmoediging ondersteuning van den gewapendei: dienst in pyn, die haar belet had om met mijnheer naar de kerk te gaan, zooals anders immer hare gewoonte was. „Waaruit heeft dominee Steeveld genreekt mijn heer?” „Uit Johannes III vors zestien’t laatste ge deelte Juffer Barbara deed het reeds gereed liggend kerk boek open, zocht de aangegevene plaats op, en legde daarbij eene der vele pauwenveeren, waaraan het boek zoo rijk was, om in stille uren deze woorden eens te gaan overdenken. Daar stond ze op en ging naav eene secretaire, vatte den sleutel van eene der laden met een doekje aan, om geen vuile vingers op het gewreven hout na te laten, opende die en zeide: „Mijnheer hier is een telegram vooru; ’k zou het waarlijk haast vergeten hebben.” Een telegram Barbara, och waarom zeg je dat niet eer? Je weet dat ik er op gesteld ben dat je die dadelijk geeft. Hé Barbarariep hij op eens nadat hij het koevert had opengebroken, en terwijl de blijdschap uit zyne oogen straalde, „hé Barbara, mijn Izaiik komt nog dezen avond met de diligence van tienen.” „En dat schrijft die ondeugende jongen nu eerst; kon hij ons dat niet vroeger gemeld hebben Nu moet zijn bed nog geheel gereed gemaakt worden, al het beddegoed worden gewarmd, zijn kamer in orde gebrachtlieve hemel wat een drukte, wat een drukte 1” en de gelakte muilen zouden zoo haastig worden aangedaan, dat ze ver voor haar uitgleden. Men schrijft uit Rotterdam Donderdag a. s. zal hier ter stede een vergadering worden gehouden ter oprichting van een vrijwilligers corps tot het vervoeren en bedien® van het redding- materieel bij brand. Het initiatief daartoe is genomen door iemand, die geheel builen de brandweer staat. Acht jaren geleden is eenzelfde poging gedaan, doch zij is mis lukt, omdat onze toenmalige burgemeester, de heer Vening Meinesz, geen voorstander van een vrijwillige brandweer was. Hij wilde een vast korps. Ook is het hoofdbestuur niet erg met het plan ingenomen, naar men zegt hoofdzakelijk omdat het initiatief ge nomen is buiten het hoofdbestuur om. Onze tegenwoordige burgemeester en de wethouder van publieke werken moeten zeer met het plan zijn ingenomen, vooral de burgemeester, omdat deze bij verschillende gelegenheden in staat is geweest te beoordoelen hoeveel .."-"lip. werkt dan het vaste korps, datliet redding-materieel bedient. De leerlingen van het gymnasium willen zich aanmelden, om het reddingkorps te vormen. In de Donderdag te houden vergadering zal men trachten een stelsel voor de vorming van het korps vast te stellen en dit dan ter goedkeuring aan te bieden aan den burgemeester, met het \erzoek om bij den Gemeenteraad de noodige voorstellen te doen tot oprichting van het korpe. Nederiandeuheeft te Haastrecht opgebracht ƒ26.85. «n manufacturenwinkel in deJonkerfranaatraat - ro te Rotterdam vervoegde zich gisteren avond een als heer gekleed persoon, die, als blijkbaar stom, door j gebaren te kennen gaf een paar manchetknoopen te Aan zijn verzoek werd voldaan, waarna hij met een gouden tientje betaalde. Toen

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1892 | | pagina 1