W,
geschilderd?
Janskerk te
lenis der 8t
ceningen ent.
erljjk lerens-
le Gebroeders
it
1892.
loping
BINNENLAND.
4867.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Vrijdag 24 Juni.
FEUILLETON
abeth.
I0EDEL,
TOELEN en
net toebehoo-
ESSENAAR,
j, LINNEN.
NIE
Flolm,
JEN,
mts.
n
31
Mioaderlflke Nommer» VIJF CENTEN.
De inzending van advertentlön kan geschieden tot eên uur des namiddags van den dag der uitgave.
.stelein.
{Uit het Fransck.')
IX.
De prjjs per drie maanden ie 1.25, trance
per poet 1.70.
IN DBR TOH-
'etaan van den
venhuizen, op
i voormiddag.
Bovendien worden alle Advertentiën gratie
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
'twelk dee Maandags verschijnt.
jrkend mid-
HEID zjjn
werd Sequfth door de menigte, onder
zijn hotel getrokken.
Xtl
'zburg,
«rsburg,
d
snde Kunsten
Directeur der
Utrecht
INKMAN.
PvHUk
iad«Ujk
am,
men,
voort*
cateid'
■t<dom-
potbeker
en boven
9DZ.
genummerd
den aanvang moest sluiten. Ruim 3000 personen
waren in de zaal aanwezig.
Na afloop werden de paarden van het rijtuig ge
spannen, en
gejubel, naar
GOl’DA, 23 Juni 1892.
Door de politie alhier zijn aangehouden drie per
sonen, wegens diefstal in dienstbaarheid gepleegd.
Ftoces-verbaal is tegen hen opgemaakt.
onder komt
alhier.
voorde heer W. J. Fortuijn Droogleever
broche
10 Conts)
iet, het
tt doosje
ADVERTENT1EN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
46>
„Hé vader,” sprak Izaak, toen ze de huiskamer
binnen gingen „waarom heeft u hier nog geen vloer
kleed leggen ’t is winters veel warmer, en u is toch
altijd zoo gevoelig voor de koude. Eu wat lijkt het
ongezellig met al die matten op dien kalen vloer.”
„Ja jongeheer Izaiik,” sprak Barbara, „dal ja
nu wel maar we kunnen ons niet regelen, naar de
slordervotten van r
zinnigen tijd. Verbeeld je in
Dezer dagen heeft de eerste jaarlykschu vergadering
plaats gehad ran het Ned. Genootschap voor Munt
en Penningkunde.
Op het Congres International de Numismatique
verleden jaar in Brussel gehouden, was door de Ned.
congresleden de wenschelijkheid uitgesproken ook
ten onzent een genootschap op te richten, dat de
zoo verspreide Nederlandsche munt- en penningkun-
digen zou vereenigen, om door Kunne samenwerking
een krachtiger stoot te geven aan den bloei van die
wetenschappen in ons land.
De reeds tijdens het congres gevormde commissie
van oprichting had nu de toegetreden leden samen
le roepen, om de statuten enz. vast te stellen, een
bestuur te kiezen, leden te benoemen en aan de ver-
eeniging vasten vorm te geven.
De jonge vereeniging werd betiteld „Nederlandsch
Genootschap voor Munt- en Penningkunde”, onder
de zinspreuk„Concordia res parvae crescunt”, met
Amsterdam tot zetel.
Volgens de statuten tracht bet Genootschap zijn
doel te bereiken door onderlinge samenwerking der
leden, het houden van een jaarlijksche vergadering,
het uitgeven van een munt- en penningkundig tijd
schrift, het oprichten van eene bibliotheek en numis
matische verzameling, het zich/in verbinding stollen
met genootschappen, met buitenlandsche numisma-
ten, enz.
In deze vergadering werden vervolgens verschei
dene gewone en buitengewone leden benoemd. Daar-
i Drogisten
uda o. a. bij
n C. THIN.
zoo hartelijk lief had, voor een enkel feest zoo schie
lijk weer te moeten verlaten, want mijnheer de Back
had hem verlof gegeven, om veel langer te blijven
dan hij nu deed. Hij troostte den ouden heer echter
dat dit het laatste jaar was dat hij van huis was,
en de vader werd daardaar wat opgeruimder, en na
vele aanmaningen, om toch vooral voor zijne dierbare
gewondheid te zorgen, ging hij weer op reis.
Tegen zijn wil van Izaak namelijk had Bar
bara den ouden huisdokter laten komen, wijl zijn
hoesten zeer hardnekkig aanhield. Nauwkeurig had
de dokter Izaiik ondervraagd, en hem aangeraden
zich vooral niet te veel te vermoeien, veel, maar dan
matige beweging te nemeu, eu in den eersten tijd
vooral niet te paardrijden of dansen, zooals hij gaarne
deed Hij had Izaak verder wat pillen voorgeschre
ven, maar zijn vader toch gerustgesteld, dat het niets
dan gevatte koude was. Evenwel, voorzichtigheid was
altijd aan te raden, sterk was hij niet.
Vrij wat bekommerd liet echter de oude heer zyn
zoon gaan, en een brief werd hem nog nagezonden,
om toch vooral ook daar een dokter te consulteeren.
Zelfs schreef de oude heer, of het niet raadzamer
w’as, dat hij weer eenigen tijd te huis kwam, nadat
de partij, waar hij zoo noodzakelijk moest verschijnen,
voorbij zou zijn. Maar daarnaar had ons jong mensch
geen ooren. Hij schreef terug wel een beetje
bezijden de waarheid dat hij geheel weer beter
was, en de nog overige pillen van dokter Mertens
reeds liet staan.
voorzien van
cwaamheiden
goudsche courant
Dinsdag avond ontving Sequali, die zich nog te
Zwolle bevindt, van de gezamenlijke werklieden van
do werkplaatsen der staatsspoorwegen aldaar eene
prachtige en kostbare zweep met goud gemonteerd,
benevens een album met de namen der gevers, welke
geschenken door eene commissie van 5 personen na
afloop der seance met eene toespraak werden over
handigd.
De geschenken werden hem gegeven als een bewijs
van dankbaarheid voor de herstelling van een hunner
makkers die erg aan rhumatiek lijdende was geweest.
De groote zaal, waar Sequah zijne séances houdt, was
zoowel beneden als boven zoo vol (onder anderen
waren er ruim 500 werklieden van genoemde werk
plaats met hunne vrouwen) dat men de deuren vó^r
De wenschelijkheid om hare plannen en denkbeel
den in zeer ruimen kring bekend te maken, en daar
door de Natie in de gelegenheid te stellen er zich
een oordeel over te vormen, heeft de Zuidorzee-
Vereeniging geleid tot het besluit om eene „volks
uitgave" het licht te doen zien, die voor zeer geringen
prys voor ieder verkrijgbaar wordt gesteld. Een
technisch overzicht van het vraagstuk van Prof. J.
M. Telders, daartoe welwillend beschikbaar gesteld
de Oeconomisehe Beschouwingen van het Bestuur,
en eene groote kaart van Nederland, waarop de af
sluiting met de verschillende bedijkingen en polders
in kleuren zijn gedrukt, kan worden verkregen door
ieder, die daartoe //dertig cents" of „zes blauwe post
zegels" voor elk begeerd exemplaar aan de firma E.
J. Brill te Leiden, de uitgevers dor Zuiderzee-Ver-
eeniging, doet toekomen.- De verzending geschiedt
van af Maandag 27 Juni e. kJ
die kan met een wel wat vlier en kamillen halen
geen beter middel voor ’t hoesten, zei mijn vader
altijd, dan zoo’n trekpotje ’s nachts voor het bed, en
daarvan vlijtig ingenomen.”
„Neen Barbara,” riep Izaak haar na, „laat dat
maar niet halen, want ik neem dat misselijk goed
toch niet in. Foei vader, wat is dat mensch nog
altijd heerschzuchtig.”
„Och mijn jongen dat moet je zoo nauw niet
nemen, innerlijk meent ze ’t best met ons.”
En nu volgden vragen van den vader naar de
familie de Baclf, en naar al de kennissen die hij daar
ter plaatse had. Jufvrouw Barbara informeerde bij
Izaiik, hoe vaak zijne kamer gedaan werd, of hij wel
zoo vaak als zij dal in der tijd had noodig geoor
deeld, schoon linnen op zijn bed kreeg; ze vroeg
naar zijne wasch, naar de haar bekende onzindelijk
heid van die groote stad, en zat, niet misdeeld van
n.n? Inotirr rnnr carlc.^*
zoolang bij hen, totdat beiden naar hunne
slaapkamers gingen.
Izaiik bracht de weinige dagen die hij te hüis kon
zijn, behalve eenige gewnne twisten met Barbara,
recht genoegelijk door. *t Speet hem zelfs dat hij
zoo spoedig weer moest vertrekken, maar een brief
van van Braera, op verzoek vnn de jongelui die even
als hij op de bruidsparty bij de familie van Mieren
waren genoodigd, drong hem nog een dag vroeger
te gaan dan hij voornemens was. ’t Viel hem wel
wat hard zijn ouden vader, die zijn eenigen zoon
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Men meldt nog uit Leeuwarden de volgende bij
zonderheden omtrent het bezoek der beide Konin
ginnen.
Na afloop van de harddraverij op 18 dezer gaf de
jonge Koningin den wensch te kennen om, gezeten
in een chais, langs de baan te rijden.
Ofschoon H. M. de Koningin-regentes bevreesd
was dien wensch in te willigen, werd toch aan den
heer T. Velstra, lid van de Provinciale Staten van
Friesland, voorgestekl om de jeugdige Vorstin in zijn
chais te nemen en een rit te doen.
De heer Velstra had ovenwel niet terstond een
geschikt eigen paard disponibel en huiverde met een
De Industrie, het jacht van den heer P. Smit Jr.,
waarmede de Koninginnen den tocht op het Sneeker-
meer maakten, was keurig versierd. Terwijl de be-
nedenkajuit in blauw satijn was gemeubeld, met
fluweelen tapijt, was het voordek in een tuintje, met
grindpaden en bloemperken, herschapen, waarin de
kleine Koningin veel genoegen vond. De buitenkajuit
was vóórzien van zacht roode gecapitoneerde satijnen
kussen. De zonnetent prijkte met koninklijk wapen,
onder een baldakijn van rood fluweel met goudfranje.
De ingang der benedenkajuit was versierd met een
bloemkussen, prijkende met een bouquet van nieuwe
variëteiten pioenrozen op een witten grond.
Zoozeer trok dit bloemstuk de aandacht der Regentes,
dat H. M., aan du Oude Schouw aangekomen, het
in haar rijtuig deed brengen en het dus naar Leeu
warden medenam.
Op de tafel in de kajuit was een ander bloemstuk
geplaatst, orchideeën op een spiegel van geslepen
glas gelegd.
„dat zeg je
meisjes on vrouwen van dezen licht- j nieuwsgierigheid als ze was, vrij wat lastig voor vader
j i een daagsche kamer een en zoon, zoolang bij hen, totdat beiden naar hunno
vloerkleed zoo’n stofnest dat nooit kan worden op-
genomen, en waar men niet eiken morgen de meid
kan heenzenden om te dweilenFoei, ik gruw alleen
van ’t idéé.”
„Laat ons nu eerst maar gaan eten,” sprak de
oude heer bemiddelend, „als Izaak voor goed te huis
komt, kan hij alle veranderingen hier aanbrengen, die
hij noodig acht. Maar wat hoest en kuch je soms
mijn jongen doe je daar niets aan
„Wacht,” sprak Barbara, „de knecht is er nog,