ES TER ;rpen ÊW hol of aange- i voortdurend het beroemde 1892. 4881. HAAR VADER. clrakte Cents, ekhandelaren, «drag bjj het BINNENLAND Maandag 11 Juli. Nieuws- en en Zn. elllng gek ctober. bbels, etc. Advertentieblad voor Gouda en Omstreken» S FEUILLETON. ile door MMER CAP. De inzending van advertentlön kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave. eateit de 3-3 Afzonderlijke Nommera VIJF CENTEN. van 27 Mei 00,000 Loten. I o IMMISSIE. Do eerste ban teh (Uit het Fransch.) KMAN ZOON. De prjja per drie maanden ia 1.25, franco per poet 1.70. Actieve Reserve 5 8 5 1 189 176 29 3 7 4 ADVERTENTIES worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Bovendien worden alle Advertentiën gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’twelk des Maandags verschijnt. n toonstelling. t DUDE bij: :rs Jz. an echtheid ii rk steeds voor nam der Firma s. practische oefeningen gehouden. Over was de Majoor-Kom- e n t s. gebruik van en aanwezig. penseel. 42, Haarlem, ETIER, ;alm>). De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. etrokken wor- n, waaronder: r 5000 f 2500 f 1000 f 500 f 250 enz. Te zamen 43 Schutterij. De werkelijke sterkte der dienstdoendo Schutterij, die uit drie Compagniën bestaat, was 617 manschappen waarvan: Actief. 321 Reserve 296 De bij de Wet bemaalde actieve sterkte is 296. De eerste ban telde: Officieren. Onderofficieren Korporaals Tamboers. Schutters Aan het Verslag van den toestand der gemeente Gouda over 1891 ontleenen wij nog hel volgende: Nationale Militie. i Het aandeel dezer Gemeente in de lichting van ,1891 bedroeg 43 man. Het getal ingeschrevenen voor de Natiopale Militie was 163. Daarvan werden 96 om verschillende redenen vrijgesteld en 67 voor den dienst geschikt bevonden. Negen lotelingen werden na I m hunne inlijving afge keurd en moesten door hoogere nommers vervangen worden. Bij de Militie te land zyn ingelijfd Lotelingen Nummerverwisselaars Plaatsvervangers Bij de Zeemilitie: lotelingen. 7) De man zweeg een oogenblik verlegen. Ik ben overtuigd sprak hij ten laatste. Dochals ik u vriendelijk verzochtter wille van den vredemij dit genoegen te doen. Het meisje vermoedde wat hierover tusschen hem en zijne vrouw was voorgevallen; de dame wilde haar op deze manier dwingen Zij zag heip aan, doch hij vermeed haren blik. Zij raadde in hem den zwakken man, in wien de waardigheid van der. echtgenoot en ieder mannelijk gevoel, behalve de liefde voor zijn kind, was uitgeloofd. Ik kan u verzekeren, mijnheer Orveggi, dat ik niet uit willekeur of kwaden wil geweigerd heb, sprak zij zacht. Ik heb er later nog over nagedacht. Het meisje is een allerliefst kind, dat zeer aan uw dochtertje gehecht is. Zij heeft begrepen wat er gaande is en ook de andere meisjes hebben het ge raden. Eene plaatsverandering zou eene beleediging zijn, welke zij niet verdient. Als ik ten minste eenig voorwendsel hadMaar waarlijk, mijn geweten goudsche courant. GOUDA, 9 Juli 1892. In de Volksstem» een te Pretoria, Zuid-Afri- Jtaansche Republiek, verschijnend blad lezen wij dat eene vroegere stadgenoote, die ons eertijds op menig concert te dezer stede zooveel kunstgenot deed sma ken, daar is opgetreden op een concert- en tooneel- uitvoeriug ten bate der Duitsch Evangelische kerk. Uit een verslag over die uitvoering in genoemd blad, nemen wij het volgende over: //Van de znng-soli hoorden wij alleen, die van Mevrouw van Trotsenburg, daar wij tot ons leed wezen bij de beide andere nummers niet in de zaal konden zijn. Mevrouw van Trotsenburg zong met haar fraai sympathiek alt geluid de «Serenade” van Biaga op zoo muzikaal juiste gevoelvolle wijze, als wij nog nimmer in Pretoria mochten hooren, en al is deze Serenade reeds eenigzins verouderd, zal zij ons toch steeds nieuw blijven, indien wij haar op die wijze mogen hooren, als Mevrouw van Trotsen burg haar heeft gegeven. z/Der Goldene Hochzeitsmorgen” werd door Mevrouw van Trotsenburg en den heer Balfoort op uitstekende wijze voorgedragen en gaf Mevrouw van Trotsenburg hierdoor tevens blijken ook op het gebied van mu zikaal comische voordracht veel talent te bezitten. «Die Tapfern Landsoldaten” (gaven de aanwezigen, zoowel door de coupletten, als door hun goed comisch spel, herhaaldelijk aanleiding tot lachen. In één woord de avond was een bepaald succes en zeker zal het hun, die deze uitvoering bijwoonden hoogst aangenaam zijn, indien zij meerdere malen in de gelegenheid worden gesteld dergelijke avonden bij te wonen.” Te zamen 384 man. Het Officierskorps onderging weinig verandering. Bij Koninklijk besluit van den llden Mei 1891, No. 48, werd tot 2n Luitenant a la suite benoemd de Schutter G. B. Lulius van Goor. De zomeroefeningen werden, voor zooveel het on gunstige weder dit niet belette, op de daarvoor aangewezen dagen gehouden. Het schijfschieten werd gelijktijdig beoefend door de daartoe aangewezen onderofficieren en schutters. Bovendien oefenden de officieren zich daarin iederen Woensdag, het kader iederen Zondagochtend en op den vrijen Maandag zij, die om de eene of andere reden van de veertiendaagsche oefening waren vrij gesteld. De resultaten der schietoefeningen, vooral van het kader, waren bijzonder bevredigend. Gedurende de wintermaanden werden door den Majoor-Koramandant met de Officieren om de veer tien dagen theoretische en door den In Luitenant fungeerend Adjudant met het kader wekelijks theo retische en p—--r- de opkomst en belangstelling mandant steeds zeer tevreden. De vrijwillige winteroefeningen voor de Schutters der nieuwe lichting die nimmer gediend hebben, worden gehouden iederen Dinsdagavond van 81/, tot 10 uur. Zij blijven steeds belangstelling wekken, zoodat bijna allen, die daartoe in de gelegenheid waren, daaraan voortdurend deelnamen. De kleeding enz werd over het algemeen goed schoongehouden en verwaarlozing kwam niet voor. De instrumenten der muzikanten verkeeren in goe den staat. Het muziekkorps gaat steeds vooruit, wat te dan ken is aan den ijver der leden en niet minder aan de goede leiding van den 2n Luitenant-Kapelmeester J. G. Arentz. De Majoor-Kommaudant verklaart in een verslag, dat hij ons toezond, dat de goede geest, de orde en de tucht bij de Schutterij niets te wenschen hebben overgelaten. Vereeniging tot oefening in den W’apenhandel. De Vereeniging opgericht op den lOn Mei 1867, is als rechtspersoon erkend bii Koninklijk besluit van den 28n Juli daaraanvolgende, No. 12. Zij telde aan het einde van het afgeloopen jaar 85 gewone leden, 18 begunstigers, 2 eereleden en scheen, over het leelijke gezicht van het eene of andere meisje en over de kleeding van sommige onderwijzeressen; zacht samen sprekende, met eene vertrouwelijkheid, welke in het oog liep en onder anderen ook Dorini niet ontging, die haar gedrag de la dernière effr onter ie vond, en de directrice evenmin, wier verontwaardiging nog overtroffen-werd dJBr hare verbazing, dal beiden door hare blikken Art ver pletterd wérden. Het scheen veeleer alsof zij ook met haar den draak staken, zoowel als met de kleine Vinini, die, naast haren vader staande, de dame den rug toedraaide en haar van Ier zijde uitdagend en minachtend M^M^Zob onderhoudend was het gesprek niet of zijxj^mfe hé^af zoodra zij Galli in het oog kreeg, om Mtwtó/wÖKiacht op haar smaakvol toilet te vestigen een blik aan de gedane belofte te hefmrièWn. Weldra bood cich eene on voorziene gelegenheid aan om er met aandrang op terug te komen. Er was eene leerling in de klasse gekomen, die wegens verhuizing harer ouders uit eene andere afdeeling naar hier was overgegaan. Het meisje was bijziende en hare moeder kwam openlijk verzoeken, dat men haar zoo dicht mogelijk bij het bord eene plaats zou geven. De ieerares voideed terstond aan dit verlangen en plaatste het kind, als bij toeval, op de plaats van Georgina, aan wie zij de eenige open plaats, voor de kleine Vinini aanwees. De kleine Orveggi hield zich goed, maar hart vriendin barstte in tranen uit en was den geheelen laat het mij niet toe; ik gevoel, dat ik aan mijne waardigheid te kort zou doen. Ik zou u zoo gaarne tevreden stellen, maar ik kan, ik mag het niet doen. Geloof mij, dat het mij zeer leed doet. De vader zag verlegen voor zich en zeide ten laatste Gij hebt gelijk. Vergeef mij, dat ik u lastig viel. Wij spreken er niet verder over. Dit ging echter van een zoo diepen zucht verge zeld on de schrik voor hetgeen hem tehuis wachtte stond zoo duidelijk op zijn gelaat te lezen; hij was zulk een gebroken oude man, die zoo zichtbaar ge bogen ging onder zijn huiselijk leed, dat een diep medelijden zich van het jonge meisje meester maakte, zij hem terugriep en in haast toefluisterde: Ik heb er iets op gevonden. Onmiddellijk kan ik het niet doen, om niet den schijn te hebben, dat men er mij om gevraagd heeft. Ik zal wachten totdat alle plaatsen veranderd worden, wanneer de kachel wordt weggenomen. Ik zal doen wat u ver langt. Tot weerzien. Terstond gevoelde zij berouw over de gedane be lofte, doch de goede man helderde zichtbaar op en dankte haar mei zooveel warmte, dat zij zich zelve bijna haro zwakheid kwijt schold. De dame nam dien avond en verscheidene dagen daarna de houding aan van iemand, die eene halve overwinning heeft behaald en op de andere helft rekentzij o-ing voort met zich druk met den heer Vinini bezig te houden, met hem lachende, naar het

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1892 | | pagina 1