Bulteolamlscii Overzicht. POST.T3BIJ BUST. 1891 werden 5 mannen en 2 vrouwen opgenomen, terwijl 2 mannen en 3 vrouwen zijn overleden. Op 31 December bevonden zich in het Bestedelingenhuis 26 verpleegden, namelijk 16 mannen on 10 vrouwen. De gezondheidstoestand was over het algemeen bevredigend. In de maand December deed do in fluenza ook in dit gestioht haren iuvloed gelden zonder evenwel offers te eisohen. De sterfgevallen, die er voorkwamen, waren hoofdzakelijk het gevolg van hoogen ouderdom. Over de verpleging en de behandeling was men tevreden, terwyl Regenten tevens met lof gewagen van de goede zorgen door het porsoneel aan de ver pleegden gewijd. Onder de suppoosten kwam oeuigo wijziging, door dien de assistente of naaijuffrouw W. Moon, wegens voortdurende ongesteldheid genoodzaakt was hare betrekking neder te leggen. Zij werd vervangen door Maria Catharina Bruinisse. Het gebouw werd naar eisch onderhouden. De Collegiën van Regenten en Regentessen onder gingen geene verandering. 4o. Het St. Elisabeths-Gasthuis of Oude-Vrouwenhuis. Op den len Januari bestond het getal verpleegden uit 17 kostkoopsters en 13 preuvebezitsters, te zamen 30 porsonen. In (len loop van het jaar werden 2 kostkoopsters opgenomen, terwijl 1 kostk^opster en 1 preuvebezitster zijn overleden, zoodat de bevolking van het gesticht op 31 December wederom uit 30 vrouwen bestond, van welke 18 haar kost hadden gekocht eu 12 op preuves waren gezeten. De gezondheidstoestand was over het algemeen vrij goed. In de maand December was die echter minder gunstig. De genees- en heelkundige hulp werd met zorg en toewijding verleend. Over de plichtsbetrachting van het personeel met den dienst belast wordt door Regenten eeu gunstig getuigenis afgelegd. De gebouwen vorkeeren iu goeden staat van onderhoud. Het Oude-Vrouwenhuis is onder hetzelfde bestuur als het St. Cathariua-Gasthuis. 5o. Het Israëlitisch Armbestuurdat ook het be heer voert over het Oude Mannen- en Vrouwenhuis voor Israëlieten. Deze instelling wordt door de Gemeente gesubsi- diëerd. Het armbestuur verleende ouderstand onafgebroken aan 6 huisgezinnen en 3 afzonderlijk levende personen en tijdelijk aan 8 huisgezinnen en 7 afzonderlijk levende personen. Iu het gesticht werdeD op den ln Januari ver pleegd: 5 mannen en 9 vrouwen. In den loop van het jaar werden 1 man en 1 vrouw daarin opgenomen, terwijl 1 man bet gesticht verliet en 1 vrouw overleed, zoodat op den 3len December jl. het aantal ver pleegden wederom 14 bedroeg, namelijk 5 mannen en 9 vrouwen. Op den 15 Februari werd het 50-jarig bestaan van het Gesticht iu oene feestelijke bijeenkomst, die door vele belangstc-1 lenden werd bijgewoond, herdacht. De raad der gemeente Zevenhuizen heeft op het verzoek door eenige ingezetenen ingediend, om de kermis weder van 2 op 3 dagen te brengen afwij zend beschikt. Voorts werd besloten 100 uit do gemeente-kas beschikbaar te stellen tot verlevendi ging der paardenmarkt. ging het kind van den sjouwer voort met huilen, torwijl Giulia zat te beven en Maria met haar mooi, bleek gezicht daar zat, alsof er niets was gebeurd. Doch onder die uiterlijke bedaardheid beraamde zij hoe zij zich wreken zou. Een uur later meende Galli, die haar in het oog hield, te zien, dat zij in het geheim iets schreef. Dit gedaan hebbende, giog zij met grooten ijver met naaien voort; doch de leerares, die in al de kleine school-veeten was ingewijd, liet haar oog over de acht of tien meisjes glijden, door wier handen een briefje had moeten gaan, om aan het adres der kleine Orveggi te belandeu. Zij zag echter niets. Zij had met iemand te doen die haar te slim was en den noodigen tijd tusschen het schrijven en in zee zenden wist te laten verloopen. Na haar een half uur gewaakt te hebben, ontgaf zij het zich iuderdaad. Het sloeg vier uur cp de groote hangklok in het voorhuis toer. een gil door de school weerklonk, welke allen deed opschrikken en men Giulia Orveggi van hare plaats zag opspringen, maar om onmiddellijk weer, voorover, snikkende, met hare handen voor het aangezicht als bewusteloos op hare bank neer te vallen. Al de leerlingen stonden op, de juffrouw snelde op het kind loe en beuide het op. Terwijl zij dit deed, zag zij uit hare hand een papiertje vallen. Giulia boog zich schielijk om het op te rapen, maar Galli had het reeds gegrepen, en terwijl het kind wanhopig snikte en haar eigen voorhoofd zich Zondag is Geel t6 's Hage ontvangen hij werd aan het siatioi opgewacht door ven groote massa partijgenooten, die hem onder groot gejuich naar Walhalla voerden. Daar werd hy door don heer Domela Nieuwenhuis welkom geheeten en toegespro ken. Het kinderkoor zong voor en na do toespraak eenige liederen. Des avonds was er eene gezellige bijeenkomst iu Walhalla. In de haven van Ouchy aan het meer van Geuève is Zaterdag de ketel gesprongen van de stoomboot Montblanc. Het sluitstuk van den ketel vernielde oen deel van den salon eerste klasse en baande zich een weg door het schip. Men zegt dat 22 perso nen zijn gedood en 30 ernstig gewond, die echter op een na reeds allen aan de gevolgen zijn bezwe ken. De slachtoffers zijn meest vreemde toeristen. De heete stoom, die in den salon drong, verbrandde de daar aanwezige personen op vreeselyke wijze. Onder de slachtoffers zijn tweo Hollanders, n.l. mevr. de wed. Brumacd, geb. Kuijper van Harpen en haar zoon, de heer J. de Vries Brumund. De minister van Financiën heeft enkele wyzingen gebracht in het ontwerp Vermogenbelasting. De voor naamste zijn die, waarbij lo. in art. 9 wordt bepaald, dat het geschatte be drag van oen vermogen, dat in ondernemingen steekt, waarvan geen verhandelbare aandeelbewijzen zijn, wordt vermeerderd of verminderd met de kapitalen, welke daaraan sedert het tijdstip der balans (die als grondslag van schatting heeft godiend) zijn toegevoegd of onttrokken 2o. aan art. 47 eeu nieuwe alliuea wordt toege voegd, houdende dat, in afwachting van de herzie ning der belastbare opbrengst van de gebouwde ei gendommen, het bedrag der verminderingen wegens uitkeeringen, welk«? gebouwde en ongebouwde eigen dommen gezamenlijk betreffen, voor elke soort wordt berekend in vorhouding van de belastbare opbrengst der eigendommen. Verschenen is «Het Nederlaudsch Onderwijzers genootschap en zijne instellingen,* 1842—1892 gedenkschrift bij het vijftigjarig bestaan van het Genootschap, 6 Februari 1692, door H. F. de Boer en A. Heiusius, leden van het hoofdbestuur. Achtereenvolgens worden in dit belangryk geschift behandeld de stichting van het Genootschap en wat daaraan voorafging, tot de koninklijke erkenning op den 15deu Maart 1844. Het Genootschap onder leiding van de hoofdvereeniging het hoofdbestuur) te Groningen, of ouder de schoolwetgeving van 1806 de voorbereiding, aanneming en invoering der wet vaD 1857 (1844 tot 1858). Het genootschap onder de leiding van het hoofd bestuur te Amsterdam of onder de schoolwetgeving van 1857, de vcorberoiding, aanneming eu in voering der wetten van 1878 en 1889 (1859 tot 1891). De gewesten en afdeelingen, de instellingen, nl. de spaarbank, de levensverzekeringmaatschappij, de pae- dagogische bibliotheek, het Nederlandsch schoolmu seum, het ondersteuningsfonds, de tentoonstelling van I860. kleurde, las zij: Houd jy je maar stil; we weten alleu wie je moeder is. Trillend van verontwaardiging zocht zij met de oogen Maria Vioini, die evenals de andore meisjes was opgestaan en nieuwsgierigheid voorwendde, maar wat bleeker scheen dan gewoonlijk. Hebt gij die schandelijke woorden geschre den? vroeg zij, met den vinger haar aanwijzende. Lfskoud klonk haar antwoord: Neen, dat heb ik niet gedaan. Galli zocht in allerijl op tafel het laatste opstel van Maria en het schrift vergolijkenend, glimlachte zij bitter. Allen, die het papier doorgaven, moeten op staan riep zij. Niemand stond op. Doch ouder de meisjes, die zij te voren had gadegeslagen, zag zij verscheidene ontroerde gezichten. Zij ondervroeg ze, de eene na do andere. Naar het gelaat der onderwijzeres oordeelende dat het een ernstig geval was en dat do zaak streng onderzocht zou worden, bekenden allen en het meisje, dat naast Maria gezeten was, verklaarde van haar het briefje gekregen te hebben. Allen gaven de verzekering het niet gelezen te hebben. Maria Vinini! sprak de onderwijzeres met trillende stem wat antwoordt gij hierop? Dat ik het niet gedaan heb antwoordde zy onverschillig. Eeu kreet van verbazing weerklonk door het school- Met kracht heeft het genootschap medegewerkt om de school in Nederland te doen blij ven de plaats, waar al de kinderen van ons vol c in onderlinge ver draagzaamheid kunnen worden opgeleid tot de toe komstige burgers van eenzelfde vaderland. Het heeft blijven ijveren voor eene nationale volksopvoeding. Zyne geschriften, memories, adressen, vertoogeu, al- lerwege verspreid, gebracht onder het oog van re geering en volksvertegenwoordiging' van schoolauto- riteiten en onderwijzers, van deskundigen en leeken, kunnen daarvan gotuigen. De Meidericher Zeitungamtliches Kreisblatt für den Kreis Ruhrort van 4 Juli bevat het volgende «nieuwste telegram uit Amsterdam" van denzelfden datum «Gestcrn fanden ernste socialistische Ruhestörun- gen statt. Mehrere Tausond Socialisten versuchten das Haus des Bürgermeisters zu stiirmen Die Poli zei hieb mit blanker Waffe ein and verhuftete 50 Personen, unter denen sich auch sogar einige Kinder befanden." Een pijnlijk incidentdat voor een der partijen zeer onaangename gevolgen had kunnen na zich slepen, had volgens de «Post* eenige dagen geleden ter gelegenheid van een groot diner in een deftig huis te Berlyu plaats. De gastheur, eon hartstochtelijk verzamelaar van antiquiteiten, had onder andere schat ten vau zyne collectie ook een buitengewoon kost baar muntstuk voor den dag gehaald, dat, zooals hij beweerde, nog slechts in drie oxeraplaren op de gansche aarde voorhanden was. Het muntstuk ging van gast tot gast de lange tafel rond, maar keerde tot algemeene verwondering niot tot zijn eigenaar terug. De beminnelijke gastheer zocht met de op merking dat het muntstuk by het opruimen wel weer zou gevondeu worden, het gezelschap gerust te stellen. De stemming echter, die in den beginne zeer geanimeerd was geweest, wilde ondanks de ry- kelyk geschonken champagne niet terugkeeren. Steeds eu steeds weder werd er gezocht, totdat een der aanwezigen voorstolde, dat al de gasten elkaar twee aan twee zouden fouilleereu, daar het muntstuk licht in een prooi der kleedingstukken was blijven steken of in een zak gegleden kon zijn. Dit voorstel vond algemeenen bijval en reeds was iner. van plan met de uitvoering te beginnen, toen een heer doodsbleek opstond, om voor zijn persoou tegen een onderzoek te protesteeren. De werking van dit protest kan men zich voorstellen. De gastheer wilde nu ook van visitatie niets weten, en beproefde op alle ma nieren de opmerkzaamheid zijner gasten van de pijn lijke zaak af te wenden. Maar als eene onweer»- zwodte bleef op het gezelschap rusten, de gerechten, die door de bedielden werden opgedragen, bleven onaangeroerd, onopgemerkt stood de wyn in de glazen, en de blikken van allen waren schuw op den heer gericht, die tegen het onderzoek had ge protesteerd. Eiudelyk, nadat reeds van verschillende zijden de wensch was geuit, dat er van tafel zou opgestaau worden, trad een bediende het vertrek bin- uen, in de hand het noodlottige muntstuk, dat tusschen twee borden liggend, in de keuken was gevonden. Als van een zwaren druk bevrijd, haalde iedereen weder adem. Het muntstuk was gevonden, en wel op een manier, waardoor iedere argwaan scheen uitgesloten te zijn. Wat echter kon den hoer lokaal. Men kende hare verregaande onbeschaamd heid, maar dit was te veel. De leerares haalde minachtend de schouders op en verliet haastig het schoolvertrek. De meisjes keken allen stilzwijgend Maria aan, die er zich niets van scheen aan te trekken. Toen Galli met de directrice terugkwam duurde de stilte nog voort, alleen afgobroken door het snikken der arme Giulia. De directrice trad met haar gelegenheidsgezicht, het papier in de hand, statig voorwaarts; met een strengen blik zag zij beurtelings de beide meisjes aan, vergeleek het schrift, liet allen, die het briefje hadden doorgegevenhare bekentenis herhalen en zich ten slotte tot Maria Vinini wendende, sprak zij op gebiedenden toon Beken uwe schuld! Het meisje aarzelde een oogenblik, toen, met een vreemden trek om de lippen, welke een glimlach geleek, zeide zij: Ik heb het niet gedaan. De leerares, de directrice eu de loerlingeu zagen elkander aan als om te vragen of Vinini krankzinnig was. Daarop sprak de directrice, alle meisjes die in do zaak betrokken waren aanwijzende, oj gebiedenden toonNaar het bureau Maria Vinini was de eerste, die uit hare bank sprong en de school verliet; de leerares nam Giulia bij de hand en geleidde het suikkende kind, dat het gelaat met hare handen bedektede anderen volgden. Wordt vervolgd.) aanleiding gegeven hebben, tegen het onderzoek te proiesteereu Het raadsel werd weldra opgelost. Nadat de eer ste agitatie Voorbij was, tikte do bedoelde persoon tegen zijn glas, haalde zijn beurs uit den zak en na in daar hetzelfde muntstuk uit, dat de gastheer vooraf als zoo buitengewoon zeldzaam had aangepre zen. Uit beleefdheid had hij verzwegen, dat hy er ook zoo eeu bezatwanneer men het dus bij eene visitatie in zijn zak gevonden had, zou hij zonder twijfel de verdenking hebben opgewekt, het ontvreemd te hebben. «Gij kunt begrijpen*, voegde de gast er bij, die bijna door een ongelukkig toeval zijn goeden naam had verloren, «dat het juist verloopen kwartier het verschrikkelijkste van mijn leven geweest is. En stelt u nu eens voor, wat er van mij geworden zou zijn, wanneer hot verloren muntstuk niet terugge vonden was De Haagsche correspondent van de N. Gron. Ct. maakt de opmerking, dat de aanneming van artikel 1 der belastingwet den toestand tuekent. Niemand durft zich ipeer tegen het beginsel eoner belasting op 't vermogen verzettuii. Dat is zooveel gewonnen les idéés raarchent. Ook bij de rechterzijde open baart zich een zucht om toe te geven de heer M. Mackay heeft de oogen aan zijne verblinde partijge- nooteu geopend en menigeen zul van die zijde nog wel meewerken om de vermogensbelasting tot stflnd te doen komen. «Tot hiertoe heeft de raiuister Pierson alle geva ren door zijn eenvoudig maar krachtig optreden bezworen. Het is zeer de vraag of hij daartoe in staat zal zijn, wanneer de groote quaesties der in voering op zich zelf of to zamen met de be drijfsbelasting en de vraag van de progressie, ook in verband met de al of niet verhooging van het gedistilleerd, aan de orde komen. Dan zal het, vrees ik zeer spannen. Eu toch geloof ik, dat al leen een moedig vasthouden aan zijn stelsel den mi nister ten slotte do zege kan verschaffen. Over (le progressie en 't gedistilleerd laat zich des noods nog oor. concessie doen, maar op het punt van de invoe ring der vermogensbelasting op zichzelf zal de heer Pierson, wil hij zijne hervorming niet in gevaar bren gen, pal moeten staan. Ik hoor dan ook, dat hy en terecht, na zijn stellige verklaringen ten deze, in de aanneming van het onveranderde invoerings-artikel (50) een quaestie van vertrouwen ziet en deze, als hot zijn moot, ook stellen zal. A{an daar, dat eerst bij het einde der discussie over dit ontwerp, dat over een week wordt verwacht, de groote slag zal worden geleverd. Het slot-artikel beslist over het lot der belastinghervorming. Daarop is dan ook aller oog gericht.* Van een welingelichte zijde deelt men aan do Amst. Ct. mede dat de commissie^ welke zich ten doel heeft gesteld om dr. Schaepraan, ter gelegenheid van diens zilvereu priesterjubilé, oen huldeblijk aan te bieden en daarvoor onder de katholieken geldelijke bijdragen inzamelt, heeft besloten den jubilaris op diens feestdag, den 15 Aug. a. b., voer do ingeza melde bijdragen geen souvenir te doen vervaardigen maar het bedrag der bijdragen hem ter hand te stel len. Een album bovattende de namen der schenkers van bijdragen, zal daarbij gevoegd worden. Miss Madge Rijskamp, te New-York, was verloofd met Mr. Charles Pulcher aldaar en met blijde ver wachting zagen zoowel zij zeiven als hunne familie betrekkingen en vrienden den tijd tegemoet, waarop het huwelijk zou voltrokken worden. Plotseling echter word de betrekking afgebroken, en op de vraag van eene der vriendinueu van de bruid wat daarvan toch wel de reden mocht zijn, ontstond het volgende gesprek CarolinaIndertijd dacht ik, (lat ge zeer dwaas waart om een cursus op de handelsschool te door- loopen en al uwen tijd te besteden aan het leeren van boekhouden, handelscorrespondentie en die soort van dingen, maar nu ik verneem, dat ge niet gaat trouwen, zie ik, dat het toch het beste voor u was. Madge Jawel, lieve, vader wordt oud en kan niet voel werk doen, en (lus kan ik hem niet langer tot last zijn. Als het niet was, dat ik Chalie mis, zou ik het gelukkigste meisje in de wereld zijn, er is geen grooter genoegen dan te weten, dat iemand haar eigen brood verdient. CarolinaMaar wat is dat toch met Charlie Hebt ge twist gehad P Madge O, neeu, wij houden nog veel van elkan der. Maar, ziet ge, hij verloor zijne betrekking, en daar hij nu geene vrouw onderhouden kan, moest onze verloving wel worden verbroken. Indien ilc niet voor een betrekking geleerd ha l, dan zou ik niet weten wat te doen. Het is mij onbegrijpelijk hoe meisjes in dergelijke omstandigheden konden leven iu vroeger tijd, toen er niet zoo vele betrek kingen open waren voor vrouwen. Eene vrouw, die in dezen tijd leeft, heeft meer reden om dankbaar te zijn dan zo wel weet. Carolina Maar ge hebt mij nog niet gezegd, waarom Charlie zijne betrekking verloor. Madge: Wel, ziet ge, zijn patroon was een zeer zuinig man, en toen hy zag, dat hij mij hetzelfdo werk kon laten do«n voor 't halve geld, wel, natuur lijk, toen liet hij Charlie gaan. Volgons don Scientific American is het plan voor benuttiging van de Niagara goedgekeurd, en zijn de werkzaamheden reeds aangevangen. De inrichting zal 100,000 paardenkrachten sterk zijn en slechts 3 pet. der beschikbare krachten gebruiken, welke op 3 raillioou paardenkracht zijn berekend. Thans wordt eene tunnel gemaakt van 6,38 M. hoogte eu 5,78 breedte, met eene helling van onge veer 0,5 pet. op de 2 kilometer lengte. Dit is een afvoerkanaal dat in de Niagara moet uitkomen op een punt beneden den waterval. Er zullen twee centrale stations komen, door een hoofdkanaal gevoed, terwijl zijkanalen het waier naar I geïsoleerd gelegen werkplaatsen zullen voeren. Een groot centraalstation is bestemd vooi ver lichting en om beweegkracht aan te voeren in de nabijgelegen steden, in het bijzonder Buffalo. Onlangs gaf do leeuwentemmer Veltran te Verona voorstellingen met zijn vijf gedresseerde leeuwen. Twee journalisten, de heeren Biasoli en Poggiani hadden zich bereid verklaard, iu het leeuwenhok te gaan, als de heer Veltran de opbrengst der voorstel ling wilde bestemmer, voor liefdadige doeleinden. Veltran nam dit voorstel aan. De arena was op den bepaalden dag stampvol met menschen. Onver schrokken en met vasten tred gingen de beide jour nalisten het hok binnen, waar zij op twee stoelen plaats namen. Doodscbe stilte onder het publiek. Aller oogen waren gevestigd op de leeuwen, die van het bezoek niet de minste notitie schenen te nemen. Veltran ontkurkte eeu flesch champagne en dronk met de beide journalisten op de gezondheid der toeschouwers. Luide toejuichingen. Toen stond een der leeuwen op. Groote onrust onder het publiek, vele dames werden bleek, maar do angst was onge grond. De leeuwen stonden onder den invloed van het oog van hun meester en waagde het niet, de indringers iets te doen. Toen de beide raaunen het hok verlieten, werden zij met stormachtigeu bijval begroet. De oude mr. Jacob van Lennep kon verbazend vlug werken. Iemand, die een jaar of dertig gele den met hem iu aanraking kwam, deelt daarvan het volgende staaltje mede Onze rederijkerskamer zou haar 25jarig bestaan vieren, en bij die gelegenheid werd een prijsvraag uitgeschrevendriehonderd gulden voor het beste tooneelstuk. Als leden van de jury fungeerden, behalve J. J. L. Ten Kate en W. J. Hofdijk, ook onze Van Lennep. Acht werken kwamen in, lijvige stukken slecht geschreven meest, en ruim twee dagen had ikMdie secretaris der feestcommissie was, werk om er door te komen. Zelf bracht ik ze toen bij Van Lennep, het oudste jury-lid. Uiterst hupsch en vriendelijk was de ontvangst in Van Lennep's studeerkamor. We praatten lang en veel, en bij het afscheid vroeg ik bescheiden wan neer het hem ongoveer schikken zou, dat ik de stukken terughaalde. «Kom morgen-middag, als ge hier voorbijgaat, maar even aan was het antwoord. Nu, ik verwachtte niets anders dan een vergeef- sche reis, maar toen ik mij den volgenden dag aan meldde, bleek mij waarlijk dat hij met alles al ge reed was. Vier vellen folio-papier legde hij voor my neer, aan alle kanten volgeschreven, zestien pa- ginaas critiek dus over de acht stukkeu, di# ik hem een dag te voren gebracht had. «Ik heb er maar wat haast mee gemaakt*, zeide hy, «want ik moet van avond naar Den Haag in de Loge sproken, en daarvoor nog het een en ander nazien". Ik was een en al verbazing, en onwillekeurig ont snapte mij een«Hoe is het mogelijkMaar thuis gekomen, steeg mijn verbazing tot bewonde ring, toen ik de critiek las, die duidelijk toonde dat alles was gelezen en uitstekend overdacht. Het was een leerrijke, onderhoudende, ja soms vermake lijke lectuur, nu en dan afgewisseld door kleine vers jes, waarvan ik ïfrij er, helaas nog maar één her inner. 't Was in de^ rritiok over een stuk, mot het motto Wij zullen zien wt}ke, alles behalve malsch, aldus eindigde: Ga en keer weder naar uw kame?a Eu oefen u een jaar of tien En zyt gij dan wellicht bekwipaer, V v Kom dan eens weer! Wij zuVen zien Jammer, dat al het werk voor niets was geweest, want de prijs van drie honderd gulden kon niet worden toegewezen. Het gerucht loopt te Berlijn, dat ten gevolge van het openbaar maken der bescheiden tegen Bis marck, zijn zoon Wilhelm, de regeeringspresident van Hanover en zijn schoonzoon graaf Rantzau, de Duitsche gezant in den Haag, zouden aftreden. De Keizer heeft zijn vast besluit uitgesproken, geen vrijziuuige te bevestigen als burgemeester van Berlijn. Daar Berlijn zeer radicaal is, dreigt dien tengevolge een ernstig conflict met de stad. Bij de discussie over Dahomey in de Fransche Kamer richtte de heet Pourquéry tót de regeering eene vraag, welke hij later in eene interpellatte ver anderde eu waarover de onmiddellijke discussie werd gelast. Hij wenschte namelijk nadere inlichtingen over het gebruik v»n het krediet van 3 millioen. Tevens vraagt de heer Delaunay ophelderingen omtrent de kolonialo politiek in Dahomey. Do minister Cavaignac antwoordt, dat de bevel hebbers dor land- en zeemacht iu last hebben elk ander bij te staan en brengt bewijzen bij, ten oetooge dat dit werkelijk geschiedt. Hij (minister) neemt de verantwoordelijkheid op zich van de weigering tot ontscheping, welke nood lottige gevolgen zou gehad hebben. Men behoort hulde te brengen aan den officier, die in deze het initiatief nam Rumoer links). De heer Pourquéry stelt daarop een motie voor, waarin de regeering wordt uitgenoodigd aan een enkel hoofdofficier het bevel over de land- eu zee macht in Dahomey op te dragen. De minister Cavaignac verzet zich tegen deze motie, welke evenwel met 287 tegen 150 stemmen wordt aangenomen. Na deze stemming verlaten Cavaignac en de an dere ministers de vergaderzaal. In de couloirs wordt verhaald, dat Cavaignac zyn ontslag bij den heer Carnot heelt ingediend. De andere ministers zijn in een van de bureaux der Kamer bijeengekomen, om over hunne houding te beraadslagen. Cavaignac dringt er bij den mi- nister-president op aan, dat het geheele kabinet zich niet verantwoordelijk stelle. Het einde der gedachtenwisseling zou zijn, dat de ministers hebben besloten aan te blijven, met uit zondering van Cavaignac. De correctioneele Rechtbank te Rijeel heeft ai de leden van het syndicaat «Notre Dame de l'Usine" tot 35 fr. boete veroordeeld. Het syndicaat is ont bonden. De vervolging werd, zooals men zich wel licht herinnerd, ingesteld op grond „dan in het syn dicaat waren opgenomen personen die buiten de ny- vorheid stonden: Katholieke geestelijken, en verder omdat het syndicaat zich in de jongste algemeene vergadering met godsdienstige en maatschappelijke vragen had beziggehouden, voornamelijk met propa ganda in Katholieken zin. Ravachol is gisterenochtond te Montbrison geguil lotineerd. Hij werd in een rijtuig vervoerd en slaakte de gewone uitroepen. Hij wilde nog spreker.maar kon alleen «Leve de Anarchie" roepen. De Pall Mall Gazette bevat 3 kaartjes in zwart en wit van het kiesdistrict Londen iu 1885, 1886 en 1892. Wit «lelt voor het gebied der liberalen, zwart dat der tories. «Natuurlijk zwart", zegt het radicale blad onbeleefd. In oen oogwenk ziet men dat een groote witte plek in 't noorden en in 't zuidwesten, in 1886 toen Gladstone op grond van zijn Home Rule plan verslagen werd, byna geheel door 't zwart was ingeslokt, terwijl het in 1892 byna iu dezelfde grootte terug is gekeerd. Het aantal der Ubende vertegenwoordigers van het «bolwerk der tories" dat in 1885 26 en in 1886 11 bedroeg, is thans tot 25 teruggekeerd. Een kleine hoek was in 1886 afgezonderd voor de liberaal-uniouisten in het noordwesten. Dit hoekje, dat «bij gebreke aan iets dat zwarter is dan zwart," met streepjes wordt aangegeven, is thans zeer ingekrompen. In 't algemeen zijn echter de liberaal-unionisten, die zich tegen Home Rule verzetten en daarom met de conservatieven samengaan, niet achteruitgegaan, zooals hun door de partij van welke zy zich af scheurden, was voorspeld. Integendeel hebben zij 7 zetels gewonnen. De zuivere winst der Gladstoni- anen bedroeg 28. Koning Oscar van Zweden schijnt in zyn conflict met het radicale ministerie, dat door de meerderheid van het Noorsche volk gesteund wordt, zyn wil te zullen doordrijven. Door Dalziel wordt gemeld.dat naar alle waarschijnlijkheid een ministerie zal worden gevormd uit de rechterzijde. LIJST van brieven, geadresseerd aan oubekenden gedurende de 2e helft der maand Juui 1892 en

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1892 | | pagina 2