Buitenlandse!) Overzicht.
meente-bouwmeester, verzoekende bouwkuudig toe
zicht te mogen houden op den wederopbouw van
eeD huis in de Kuiperstraat van den heer A. van
Veen.
De gevraagde vergunning werd verleend.
Daarop werden benoemd tot
Leeraar in het Hebreeuwsch aan het Gymnasium
(voor den tijd van 1 jaar) de heer A. Ketellapper, met
algemeene stemmen.
Gemeentebode de heer F. Weil jr., met algemeene
stemmen.
Coucierge van het Raadhuis de heer G. Landwehr,
met 11 stemmen en 1 op de heer Latooij.
Ten slotte werd een voordracht opgemaakt van 6
personen voor de benoeming van 8 leden in het Col
legia van zetters voor 's Rgks Directe Belastingen.
Daarop werden geplaatst de heeren C. v. Veen, P.
Goedewaagen, B. H. van de Werve (aftredende leden)
H. W. G. Koning, H. Jager en A. W. Roes.
Tot leden der jury van de alhier te houden ten
toonstelling van gastoestellen tot verlichting, drijf
kracht en verwarming zijn uitgenoodigd
De Heeren J. A. Francois, Voorzitter der Ver—
eeniging van gasfabriekauten in Nederland, Direc
teur van de gasf*b*iek en Hoogdruk-waterleiding
te Dordrecht; de liter C. T. Salomons, Secretaris
der Vereenigiüg, Onder Directeur van de Gasfabrie
ken der gemeente Rotterdam te Feyenoorden de heer
J. J. Prins, Directeur v/d sted. gasfabriek te Gouda.
Morgen ten 12 uur zal ter gelegenheid van den
veijaardag van H.M. de Koningin op de Markt door
het Garnizoen en de dd. Schutterij eene parade wor
den gehouden.
Blgkens achterstaande advertentie zal morgen avond
in de Sociëteit „Ons Genoegen» het Zondag jl. uit
gestelde Concert van het Muziekkorps der dd. Schut
terij plaats hebben.
Heden nacht is de brandersknecht L. op de Raam
in het water gesprongen, doch kroop er onmidde-
lijk weder uit.
Voor het tweede toelatings-exaraen van het gym
nasium hebben zich 10 candidaten aangemeld 2 voor
de 6e, 1 voor de 5e, 1 voor de 4e, 2 voor de 3e,
2 voor de 2e, 2 voor de Ie klasse.
De heer J. B. J. Loeff, opzichter van den rijks
waterstaat te Vreeswgk, is bij ministerieel besluit to
gen 1 November naar Gouda verplaatst.
De Nationale Kolfwedslrijd zal dit jaar als bij
uitzondering gehouden worden te Scbeveningen. Met
het oog op dat concours hield de Kolfclub //Gouda"
gisteren avond eene vergadering. De wedstrijd zal
den 12e en 13e Sept. a. s. zeer belangrijk zijn. Niet
alleen, dat er zeer fraaie prijzen zullen verkolfd wor
den, o. a. oen zilvereD theeservies voor vier personen
als hoofdprijs, maar Hare Majesteit de Koningin
heeft hare belangstelling getoond door een gouden
medaille beschikbaar te stellen. Vijf eerste prijswin-
ners, waaronder de heer N. S. Polak van Gouda,
zullen kampen om dat eermetaal. Minstens 119 pun
ten zullen daarroor geslagen moeten worden.
Staande de vergadering meldden zich 16 kolvers
voor den personeelen wedstrijd aan, en uit die heeren
terug tot de zaak en tot de noodzakelijkheid van een
spoedig besluit.
//Nil?" vroeg Montgomery.
„Nu?...."
Norton keek op zijn horloge.
„De boot naar Southampton is vertrokken Maar
morgen Gaat gij mede naar het telegraafkan
toor, Montgomery
„Naar het telegraafkantoor?" vroeg George.
„Ja!.... Om te antwoorden, dat men mij te New-
York kan verwachten met de eerste boot."
„Vertrekt gij?"
„Ik moet wel. Ik wil zelf zien, hoe de zaken
staan."
„Gaat gij alleen?" vroeg Montgomery.
„Ik weet het niet!" antwoordde Richard. „Dat
zal van mijn vrouw afhangen."
VIII.
Norton had Sylvia niets gezegd. Van Soils af
scheid nemend, verzocht hij hem, de markiezin niets
te laton vermoeden, en toen George met zijne moeder
de Normandische villa verliet nam hij den zonder
lingen indruk mede, dat Richard zonder iets te raden,
toch begreep, dat er bij Sylvia's ziekte een zedelijk
lijden kwam, en dat de Yankee zou trachten om
alles te weten te komen. Doch eerst moest Norton
voorzien in het onverwachte.
Richard verzocht Montgomery, om den volgenden
werden als korpskolvers aangewezeu de heeren J.
H. Spierings, C. P. Backers en L. van der Laar.
Voor de Algem. Vergadering werden als afgevaar
digden benoemd de heeren M. van Dantzig en J. H.
Spielings. Ouder anderen zal hier uitgemaakt wor
den, of een trekbal, die den voorpaal snijdt, geldig
zal zijn of niet. Verder moeten twee leden voor het
Hoofdbestuur gekozen worden. Zooals bekend is,
heeft de wakkere voorzitter var. den Bond, do beer
H. Jager zijn ontslag genomen. Hg, die al de jaren,
dat de Bond bestaat, de ziel der vereeniging is ge
weest, heeft zich om verschillende redenen genoopt
gezien, af te treden. Aau wien nu het praesidium
zal opgedragen worden, ligt nog in het duistere,
maar dit staat vast, dat de keuze voor do vervan
ging moeilijk zal zijn. De heer Jager was de rechte
man op de rechte plaats.
Op de Uraniavan Hamburg, te IJmuulen in
quarantaine liggende, is gisteren ochtend de stoker
overleden, vermoedelijk aan cholera.
Het schip wordt voorloopig niet uit de quarau-
taine ontslagen.
Uit IJmuiden wordt aaugaande dit geval nog het
volgende gemeld aan de N. R. Ct.
Dit stoomschip werd gisteren morgen te 5 uur
in de Voorhaven vastgemeerd, om het bezoek van
den quarantaine dokter af te wachten. Toen juist
de dokter ten 10.30 ure aan boord was, stierf een
der bemanning, waarschijnlijk aan cholera, waarvan
alle verschijnselen aanwezig waren. Onmiddelijk is
de inspecteur van den geneeskundigen dienst ontbo
den. Zoodra deze gearriveerd is, zal besloten worden
hoe te handelen.
Voor een voldoend onder bewaking en buiten com
municatie stellen van het stoomschip, dat slechts
weinige meters van deD publieken weg gemeerd ligt,
is tot op het moment niet gezorgd. IJmuiden bezit
evenmin een dokter als een apotheek. Waarom niet
een oorlogsschip hier gestationeerd, waaraan de be
waking is opgedragen en waar aan boord een dokter
aanwezig is, om onmiddelijk hulp te bieden
Ken later bericht luidt aldus
De iiispecteur van den geueeskundigen dienst
is aan boord van de üriana geweest, en heeft het
sterfgeval geconstateerd van cholera aeiaticu. Het
lijk wordt hier begraven aan duin.
Overige equipage wordt in barakken gehuisvest.
Het schip zal zooveel mogelijk gedesinfecteerd
worden.
Ëen vreeselijk spoorweg-ongelukwaarvan alle
gevolgen nog niet te overzien zijn, doch waarom
trent in den aanvang de overdrevenste geruchten
rondliepen, heeft gisteren te Brussel ontstelteuis ver
spreid. De sneltrein van Antwerpen, te Brussel moe
tende aankomen te 8 u. 20 m. moest op de hoogte
der Avenue de la Reine, eenige honderden meters
van het Noorderstation, stoppen. De sneltrein uit
Ostende kwam zes minuten later aan. De machinist
van dezen laatste heeft de seinen niet gezien en is
er niet in geslaagd zijnen trein geheel tot stilstand
te brengen, zoodat deze met een vreeselijken schok
op den Antwerpscben trein geloopen is. Kr zijn twee
reizigers op de plaats gedood en een twintigtal ge
kwetst, waaronder zes levensgevaarlijk. Ken van de
omgekomenen is de heer Rothmaler, handelsreiziger,
komende van Vilvoorde, op wiecs lijk eene som van
fr. 1800 gevonden is. De andere doode is de heer
Denin, chef-de-bureau van de spuarkas. Onder de
zwaar gevonden bevinden zich eene dame en een
jong meisje. De gewonden zgn naar het hospitaal
Sint Jan gebracht. In de nabijheid der plaats van
het ongeluk stroomde spoedig eene ontzaglijke menigte
samen.
Do Koning is een uur na deu trein, die op den
Autwerpscheu geloopen was, uit Ostende vertrokken.
Aangaande dit ongeluk wordt aau de N. R. Ct.
ivog het volgende gemeld
De trein uit Antwerpen stond te tluiteu tusschen
de twee bruggen en de Rogierstraat, wachtende om
in het Nnorderstation te worden toegelaten. Die uit
Ostende volgde onmiddellijk, met te snelle vaart.
Aan de twee bruggen gekomen, zag de machinist uit
Ostende den andereu trein; hij remde met den
Wrestinghouse-rem wat hg kon, doch kon niet be
lettan dat de trein op de rails voortgleed en tegen
den achtersten waggon van den anderen trein
een 3e klasse aankwam. Deze waggon moet
buitengewoon stevig geweest zijn, want hij is l^eel
gebleven, beeft alleen de buffers van de locomotief
in het achterschot gekregeu en voor het overige den
schok overgebracht op de volgende rijtuigen.
De schok was zoo geweldig, dat men in de buurt
dacht dat er een huis instortte.
De vier voorste waggons 3e klasse van den inge-
loopen trein hebben betrekkelgk weinig geleden. De
vijfde is van achteren ingedrukt door de zesde, de
twee achterste compartimenten (2e klasse) van dien
waggon zgn geheel vernield.
Van de compartimenten van den zevenden waggon
is niets meer over; alleen hot raam en de wielen
staau er uog van. Het bovengedeelte van den achtsten
waggon is gedeeltelijk daarop verplaatst. De twee
rijtuigen ziju niet „in elkaar geschoven», zooals men
dat noemt, maar het voorste is geheel verpletterd.
Het straks reeds genoemde negende rijtuig 3e klasse
dat heel gebleven is, is het achterste.
De machinist en stoker van den Ostende-treiu zijn
ongedeerd gebleven. Zij beweren dat de signalen op
veilig Btondeu. De hoofdoonducteur vuu dien trein
heeft eene ernstige hoofdwonde de reizigers zijn
weinig of niet bezeerd. Het personeel van don inge-
loopen trein heeft Diet geleden.
Het aantal gewonden is niet nauwkeurig bekend,
dewijl zij naar verschillende plaatsen ter verpleging
zijn gebracht. Nederlanders worden daaronder niet
opgegeven.
De weg was na ruim een uur arbeids weder nage
noeg vrij, maar een aantal treinen zijn gedurende
den voormiddag niet kunnen vertrekken, wegens
opstopping in het station.
Ken Kngelsch vakblad maakt melding van een
overeenkomst tusschea de „Metropolitan District
Railway Cy.," te Londen, met de „Railway Klectric
Reading Lamp Cy.," tot levering van 10,000 lees-
lampen voor do spoorwegrijtuigen van eerstgenoemde
maatschappij. Deze lampen zijn niet voor de alge
meene verlichting van deze rijtuigen bestemdde
gewoue passagiers, die niet een extra koperstuk voor
een betere verlichting offeren willen, zullen zich als
voorheen met het spaarzame licht van de gewone
moeten vergenoegen. Slechts aan passagiers, die
ieder half uur een penny willen uitgeven, om bg
het lezeu van een courant de oogen niet te bederveu,
zal de electriscbe extra-verlichting verschaft kunnen
worden, en dat op deze wijze: De lamp is aan een
morgen terug te komen. Hij zou het grootste ge
deelte van den nacht besteden om de berekeningen
te maken, die de ramp vereischte. De Amerikaan
was gereed tot deu strijd en miste nog niets van
zijn energie, van zijn strijdkracht, van dien licha-
melijken eu zedelijken moed, dien zij pluck noemen.
Norton was zeer vroeg op en had zijn geheele plan
klaar Hij ging naar Havre, daar hij alvorens
Frankrijk te verlaten, zijn bevelen aan de Bank wilde
geven, en aau boord der Normandië, die Zaterdag
zou vertrekken, een hut voor horn en Sylvia be
spreken, want misschien zou hij zijn vrouw verzoeken
moe te gaan.
Het hinderde hem om Sylvia in Frankrijk te moe
ten laten en het denkbeeld dat zijne mijnen te St.
John overstroomd waren, scheen hem minder onaan
genaam, dan de onrust, die steeds grooter werd, hoe
meer hij over den toestand zijner vrouw nadacht.
Hij streed nog niet tegen de jaloerschheid, maar
tegen de denkbeelden, die hem bedroefden, eu die
hem het ongeluk, dat de telegraaf hem had aange
kondigd, bijna als een bagatel deden beschouwen.
Kn hij, de man van de daad en het welslagen, die
zichzelf opgewerkt had, haalde de schouders op,
de schouders die hij sterk genoeg wist, oin alles te
kunnen dragen eu zei de tot zich zelf:
„Geldverlies is niet doodel ijk Zedelijke pijn wel!"
De noodzukalijkheid om zijn zaken aan de bank
te regelen, om plaatsen op de boot te nemen, verdreef
zijn sombre gedachten eenigszine. Te Havre deed de
beweging aan de haven en bij de dokken hem den
keu aan zijn vaderland en aan den zwaren arbeid in
zijn jeugd.
Tusschen al die matrozen had Norton een gevoel
alsof hij te New-York of in eea andere Amerikaan-
sche haven wa4, waar millioenen zaken verhandeld
werden. De ossehuiden, die afgeladen en als dun
gezaagde planken op den grond geworpen, de blok
ken Noorweegsch hout met den lekkeren dennengeur,
wiskunstig opgestapeld eu door hun gele kleur op
stukken boter gelijkend de raassa's cara pêche-hout,
waarvan de stammen schenen te bloeden de dokken,
waar de werklieden op de ijzeren schepen klopten,
waar de booten stoom maakten om te vertrekken,
waar de schepeu aankwamen, beschadigd door verre
reizen en begroeid met lange witte schelpen, onbe
kend in Frankrijk, hier eu daar in zuidelgke zeeën
opgedaan en door hun bladvorm op witte bloemen
gelijkend de havenwerken, die zich, zoover het oog
reikte, naar Tancarville uitstrekten de omgewoelde
grond, de nieuwe, witte kaden, onder den helderen
hemel, de verovering van den mensch op de zee, de
werkzaamheid, die hem, den Amerikaan, den wereld-
bestormer, zeer gowoon en zelfs vrij traag voorkwam,
dat alles herinnerde hem aan een drukker, en bewe-
gelijker wereld.... Geuren' van teer, van hout, van
gelooid leder, van kolen, van ijzer, van coke. van pekel
en van de zee.... Norton was meer in zijn element,
als een soldaat in kruitdamp en salpeter....
{Wordt vervolgd.)
125 inM. breed en 75 rnM. hoog huisje bevestigd.
Werpt men een penny in de spleet aan het boven
einde van het kustjo en drukt men op een knop,
dan verkrijgt men een electrisoh licht, dat ongeveer
een half uur brandt, en daarop van zelf uitgaat,
maar na het inworpen van een tweeden penny weder
ontbrandt. Het licht, dat een krucht van ongeveer
3 normaal kaarsen hoeft, wordt door een reflector
geconcentreerd, die binnen zekere grenzen gedraaid
kan worden, zoodat bot licht volgens de zitplaats
van den reiziger gericht kan worden. Het toestel
is zóó ingericht, dat ingeval van weigering der stroom-
leveriug de reiziger zijn geldstuk terug ontvangt.
Wij lezen in de Java-Bode
De heer Willem Potharst, eerste rol van het Grand-
Theatre te Atnalerdam, schrijft ons dat hij bereid is
voor 45,000 'sjuars uittekomeu met een tooneelge-
zelschap vau 15 artisten van den eersten eu tweeden
rang, die voor twee jaren moeien worden geëngageerd
en vrije passu^d moeten hebben le klasse heen en
terug. Kr zou dan hier eene vereeniging moeten
worden opgericht met oen bedrijfskapitaal van
50,000 voor 2 jaren en 50,000 in portefeuille,
terwijl te Arasterdam een ter goeder naam en faam
bekend staande bankier en een dito notaris zouden
moeten worden aaugewezen. Wanneer uiterlijk half
Januari 1893 het geld te zijner beschikking wordt
gesteld, kun de heer Potharst half Mei met een troep
op reis gaan hij stelt zich dan voor elke week 2 of
3 avonden te Bata"ia en 2 of 3 «vonden elders te
Mocht iemand de zaak ter hand willen nemeu, dan
zullen wij gaarne onze tusschenkomst verleunen, maar
intusschon zullen wij den heer Potharst maar schrij
ven, dat zijn plan niet voor uitvoeriug vatbaar is.
Uit Den Haag schrijf men aau de Aruh. Ct.
De tweede helft van Augustus is een kwade tijd
geweest voor de voorstanders van het oud en eer
waardig kermisvermaak; want indien er iets afdoende
de ovrrhaaste afschaffing van alle kermissen in gansoh
Nederland motiveerde, dau zou het wel de ruwo,
moordzieke RoUerdumscüe kermis van 1892 zgn, waar
de revolvers de taal spraken, die vroeger door fluitjes
en rateltjes werd gevoerd, en de stank van het kruit
de geuren van poffertjes en wafels verving. Kn dat
de Rotterdam9che kermis, welker joligheid en opge
wonden vroolijkheid van ouds beroemd waren, die
zich kenmerkte door eeu gemeenschappelijk feestgejoel
van alle standen, waarbg 'i met 't traditioneele „hos
sen» soms wel eens wat Wild toeging, maar waar
toch nooit dingen voorkwamen van zooveel ruwheid
en volstrekte onbeschaafdheid als ditmaal
Ik laat hier het verraderlijk moordbedrijf tegen
den braven politieagent buiten spel. Zulke dingen
zijn de natuurlijke gevolgen van de ziekelijke zwak
heid oener Regeering, die een moordenaar als Geel
gratie verleent, terwijl ze volkomen consequent
de gratie weigert voor een man die, juist tot
handhaving van het gezag in het besef zijner zware
verantwoordelijkheid, een krassen maatregel had ge
nomen. Indien in de hooge Regeeringskringen een
zoi weinig mannelijke opvatting van gezag zich open
baart, is het te verwonderen dat de geestverwanten
en discipelen van Boerkool, Doraela, Geel en anderen
de handhavers vau het gezag als min of meer vogel-
vrijverklaarden beschouwen. Men kan met den regel
van drieën uitrekenen met welke zachte, genadige
hand de man zal gestraft worden, die een gewoon
politieagent, wanneer hij, die een commissaris van
politie zonder succes tracht dood te schieten, er af
komt als Domeia's collega-tuchthuisboef, 'ik ge
bruik s mans eigeu woorden die hem meer vereeren
dan beleedigen.
Bij het druk gerovolver, dat er op de Rotterdams he
kermis plaats vond behalve dezen moord uit
sociaal-democratisch geloof vraag ik echter: dra
gen dan tegenwo >rdig al de Nederlanders, zelfs wanneer
ze te kermis gaan, evenals de Amerikanen in het
averechts beschaafde verre Westen, hun revolver op
zak. Ik meende mij te herinneren, dat er eene, nog
niet zoo oude wot bestaat, die dat dragen van wape
nen verbiedt? Past men die dan eenvoudig maar
niet toe dan alleen bij wijze van plagerij, door den
(leeluomers van een optocht van Limburgsche schut
ters hunne geweren te ontnemen, de jongelui van
eene ïstorische maskerade 7,50 voor eene „speciale
rgunning af te zetten wegens do wapens, waar
mei a ze daarbij in volkomen vredelievenden zin
mgaan, of wel door den een of anderen onschuldigeu
es e er het geweer te ontnemen, dal hij van het
open >aar verkoophuis naar den kooper in vendutie
vervoert #r
Men schrijft uit Middelburg van Zaterdag:
0 vele militairen deden ziek heden en gisteren
geva len van hevige kramp iu den buik voor, gepaard
o ïarrhee. Het «as 9oms zoo erg, dat de man-
se appen ineenzakten en moesten worden weggedragen
naar het hospitaal. Het gebeelo aantal lijders bedroeg
heden 130 a 140, zoodat het hospitaal propvol was,
en ook reeds velen werden vervoerd naar de hulp
kazerne, waar enkele zalen voor ziekenzaal ingericht
werden.
Het drinken van koud water is door de officieren
van gezondheid aan de manschappen ten strengste
verboden, zoodat nu thee uit het cantinefouds wordt
verstrekt. Heden middag is hier aangekomen de
dirigeerende officier van gezondheid le kl. uit Dor
drecht, tot het instellen van oen onderzoek. Morgen
of Maandag wordt de geueraal-majoor, chef van
den geneeskundigen dienst verwacht.
De Middelburgsche Courant meldt hieromtrent
Ofschoon sedert 11. Zaterdag nog eenige gevallen
voorkwamen, is de ziektetoestand onder de militairen
iu het garnizoen Middelburg veel verbeterd; het
grootste gedeelte is weder hersteld.
De plotselinge daling iu de temperatuur na de
geheerscht hebbende warmte is als de meest ver
moedelijke oorzaak van die ongesteldheid aan te
nemen. Dat deze moet worden gezocht in het nut-
tigeu van minder geschikt voedsel is niet waarschgn-
lijk; aan de, bereiding der spijzen iu de kazerne
wordt de meeste zorg besteed; en het is toch niet
te vermoeden, dat alle ongesteiden buiten de kazerne
iot9 zouden genuttigd hebben, waardoor de onge
steldheid ontstond.
Nog minder is de ziekte toe te. schrijven aan
gebruik van water, afkomstig van eene kortelings
na langdurige droogte gevallen regenbui, daar de
drie verschillende kazernen van water worden voor
zien uit drie verschillende bronnenhl. duinwater
in de Noordstraat, water uit de stadspomp in de
i Munt aan do Waag en welwater uit de stadsmanege
i in de hulpkazerne op het Molenwater, terwijl in al
j doze gebouwen ziektengevallen voorkwamen.
Omtrent het gevecht bij Lamboeroe (Atjeh) op
den 28eu Juli jl. meldt de Deli-Ct. de volgende
I bijzonderbeden
I Door het aanhoudend vureu op onze versterkingen
I en trams, dat op een korten afstand van de ceintuur-
baan geschiedde, werd door den gouverneur besloten
den vijand een goed lesje te geven.
Daartoe zijn in den ochtend omstreeks 4 uur drie
sectiën bergartillerie naar Larnbaroe uitgerukt, terwijl
orn 6 uur de gouverneur, de chef van den staf, de
)e luitenant-adjudant van den gouverneur, de le
luitenant Knoblock (opnemer) met 4 arbeiders, een
gemengde compagnie vau het 12e bataljon infanterie,
onder den kapitein jhr. Graafland, per extra-trein
ook derwaarts zijn gestoomd." Nfi eene hevige kanon-
nade uit Larnbaroe en Lamreng, en door de berg
artillerie, werd het voorterrein tusschen beide ge
noemde posten door de infanterie doorzocht. Drie
versterkingen in de nabijheid van de ceintuurbaan
werden genomen en geslecht, waarna de troepen
naar Kaloet optrokken. Niettegenstaande het hevige
artillerievuur hield de vijaud in zijne sterke verstor-
king stand. Drie aanvallen werden er op gedaan,
doch zonder gevolg. Wij trokken daarna terug met
een verlies van zes gesueuvelden en acht gewonden.
Tegenover Lamsaijoeng wefd het paard van den
Len luitenam-adjudant De Wijs door twee kogels
doodelijk getroffen de ruiter viel or.gedeerd van het
neerstortende paard.
Aanvoer van infanterio-en-artillerie-ammunitie had
omstreeks 10 uren v. ra. met een extra-trein van
Kota Radja plaats, terwijl omstreeks 12 uren ('s mid
dags) nog twee halve compagnieën van het 12e bat.
naar het gevechtsterrein wordon gezonden.
Toen deze versterking aldaar aankwam, was het
gevecht echter reeds afgebroken eu waren de troepen
op den terugmarsch. Omstreeks 4 uren n.m. kwamen
de uitgerukte coinpagniëo te Kota Radja terug1.
Den volgenden morgen werden de lijken der ge
sneuvelden, zijnde 4 Europeanen, 1 Amboinees en
l inlauder, plechtig ter aarde besteld.
Hoeveel de verliezen zgn van den vijand weet
men nog niet. Volgens ooggetuigen moeten zij
enorm zijn.
Men zegt dat een 800 tal Atjehers tegenover onze
troepen hebben gestaan.
I)o buitenlandsche berichteu loopen hoofdzakelijk
over de cholera, terwijl buiten Europa de Parais-
quaostie nog eenige aandacht wekt.
De scheepsbouwmeester die Vrijdag op de uit
Hamburg gekomen Geona te Middlesbourougli aan
kwam en zich met andere leden der bemanning naar
Dundee begaf, is daar overleden, naar gezegd wordt
aai cholera. Te Dundee heerscht dientengevolge
groote ontsteltenis.
De volgende officioele mededeelingeu zijn afkom
stig van het Duitsche departement voor gezondheid.
Hamburg op 27 Aug. 128 zieken, 55 dooden 28
Aug.: 445 zieken, 162 dooden. Al torna op 27 Aug.:
22 zieken, 11 dooden; op 28 Aug.: van middag
tot middernacht 17 zieken, 9 dooden.
In 11 gemeenten nabij Hamburg werden 18 per
sonen aangetast en stierven er 9. In eeu dorp bij
Maagdenburg werd 1 persoon ziek. Te Berlijn is
op 28- Aug. eene vrouw gestorven eu ook te Strie-
gert in Mecklenburg is een persoon overleden.
Bij al deze gevallen schijnt de cholera uit Ham
burg te zijn overgebracht.
Te Antwerpen kwamen gisteren twee gevallen voor
en zijn twee personen overledon in het ziekenhuis.
Den 278ten zijn te Havre van middernacht tot mid
dernacht 71 gevallen van cholera voorgekomen, waar
van 25 een doodelijken afloop hadden.
In Engeland kwamen een paar gevallen voor bij
uit Hamburg komende schepelingen. Overal neemt
'men strenge voorzorgsmaatregelen.
Met het oog op de hitte eu den gezondheids
toestand is er in xerschillende landen sprake van de
groote manoeuvres niet te doen plaats hebben. Maar
t is of de groote Mogendheden, do oen voor de
ander, schromen het voorbeeld te geven. In Duitsch-
land is wel beperking der gewone oefeningen voor
geschreven, maar do Keizer schijnt er niet aan te
denken het groote krr.gsspel niet te laten doorgaan.
De Norddeutsche had dezer dagen een blijkbaar ge
ïnspireerd artikel om op te komen tegen de hebbe
lijkheid om zoo bijzonder te he^btou aan leven en
gezondheid. Dau kreeg men geen gehard volk
Kn nu volgens alle berichten van het vasteland de
buitengewone bitte ten einde is, vindt men waar
schijnlijk nog minder aanleiding de manoeuvres niet
te doen plaats hebben. In Frankrijk eo Oostenrijk-
Hongarije spreekt men wel van het niet laten door
gaan, maur tot een bepaald besluit schijut men ook
iu die landen nog niet te kunnen komen.
Het is vrij zeker, dat er tusschen de kabinetten
van St. James en Petersburg nota's gewisseld wordeu
over de botsing tusschen de Russen en Afghanen bij
Somaia8.
Engeland verkeert in een moeilijk geval. De emir
is een despoot, die de gerechtigheid voor bet grootste
gedeelte aan den bijl van den scherprechter overlaat
en zich aan Engelands raadgevingen bij de behande
ling van zijn eigen onderdanen al zeer weinig laat
gelegen liggen. Bij de botsing met de Russen be
vonden zich de Afghanen op een gebied dat hun niet
behoort, hoewel de Russen daar ook geen aanspraken
konden doen gelden Als de Usbeken bij do Russen
bescherming zoeken, dan zal dit wel te wijten zijn
aan de miuder goode behandeling die zij van den
emir ondergaan. Volgens de laatste telegrammen
heeft dan ook de Fragelscho regeering aan den emir
doen weten, dat het tijd werd den opstand der Ha-
zarra'8 tot een einde te brengen. Engeland is dus
van oordeel, dat do emir eerst behoort te zorgen
voor den vrede in zijn eigen land.
De Engelsche regeering beklaagt zich ook over
ongeregeldheden door een Afghaanschen agent aan
de grenzen verwekt en dringt er op aan, dat deze
agent ontslagen worde. De verklariug van den emir
dat zijne buitenlandsche aangelegenheden in handen
der Engelschen berustten, heeft al zeer weinig waarde
als hij zelf eigenmachtig optreedt en alleeu als het
hem tegenloopt de bescherming vao Engeland in
roept. Het blijft echter een verdacht teeken, dat
de Russische expeditie van kolonel Janoff van 400
man tot 3000 is aangegroeid.
De Chineesche gezant te Berlijn is nu naar Peters
burg vertrokken, ten einde over Pamir te onder
handelen. De Chineesche regeering is volstrekt niet
op haar gemak, vooral sedert zij van deu gouverneur
van Turkestan ongunstige berichten ontving.
Een ander telegram meldt, dat de Hazarra's den
emir een nederlaag hebben toegebracht. Wordt dit
bericht bevestigd, dan blijkt, dat de emir nog weinig
kans beeft deu raad der Engelschen op te volgen.
Het is zeven jaar geleden, dat er tusschen Rusland
en Engeland een oorlog dreigde uit te breken over
Afghanistan. Ook toen was, evenals thans, in Enge
land het ministerie Gladstone aau het roer. In de
lente van 1885 waren de Russen de Afghanische
grenzen overgetrokken. Engeland kon niet rustig
toezien, dat het laatste bolwerk tusschen de Russische
en Engelsche bezittingen iu handen der Russen viel.
Wel had Gladstone oen afkeer van een oorlog met
Rusland, maar de openbare meening in Engeland
uitte zich zoo sterk, dat het ministerie genoodzaakt
werd zich te verklareu.
Engeland was op een oorlog niet voorbereid. De
Indische troepen waren met de hulptroepen van den
onbetrouwbaren Afghaanschen bondgenoot niet tegen
de Russen opgewassen.
Hoewel het parlement een krediet toestond, bleek
Rusland voor goode woorden vatbaar, want na lang
durige onderhandelingen werden door Russische en
Engelsche commissarissen de grenzen van Afghanistan
vastgesteld.