)M.
T.
SS
:ng.
Jis,
inning
I
en
Lrukte
Vrijdag 23 September.
1892.
en
en Zn.
N° 4945.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken*
De nieuwe kieswet.
De insending van advertentiön kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
FEUILLETON.
r
I
Alton
door
GE
1,
ranco, onder
in de Boek-
t,
1
Afzonderlijke Nommere VIJF CENTEN.
ing bjj den
t
teekenen
tiwjjzing 40
op haar
(Uit het Franech.)
XIII.
ik wel
l
het uitvallen
hoofdharen
'De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
I
e
e>
der», Leiden.
Voorburg,
el.
ndervinden,
judt, en de
lonkere tint
enige kleur-
IE te Berg.
<8 DAG den
ling en op
892 bij At-
uur, in na.
Verkoopen:
Üre. 334 en
zeer gunstig
ZOON, te
onheugelijke
joefend, be
en BOUW-
die een
schets
GOUDSCHE COURANT.
Deze wet houdt voor kenteeken
van lezen en
ADVERTENT1EN worden geplaaUt
van 1—5 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Bovendien worden alle Advertentiën gratie
opgenomen in het'ADVERTENTIEBLAD
’twelk des Maandags verschijnt.
edelmoedig
«Zooals de Montgomery’s!”
«Juist,” antwoordde Montgomery. «Maar nu zullen
wij later nog wel eens over Harrison praten of niet,
zooals gij verkiest, maar i'c moet Norton bepaald
gaan zoekenWaar is hij heengegaan, zegt gij
vroeg hy aan Sylvia.
I «Naar die visschers,” antwoordde Eva, «gij weet
wel....”
«De Ruauds?” vroeg Liliane, «die
te vinden.”
«En dan naar het telegraafkantoor,” voegde Eva
er by. t
Montgomery antwoordde'
«Ik ga er heen.”
«En ik ga met u mede,” zeide Lilians. «Een
wandeling aan het strand' met u, Lionel, komt zoo
weinig voor
De dikke man werd zoo rood als een ry'pe aardbezie
en zuchtte verheugd
«Ach, Liliane, «al» ik niet zoo ongerust wps, wat
zou ik gelukkig zijn
«Ongerust!” vroeg zij. «Vertel mij dat eons. O!
een man moest alles aan zijn vroyw vertellen,” voegde
Liliane er zacht by,
En daar hy haar met een wenk opmerkzaam maakte
op Sylvia en Eva, herhaalde zij
«Alles.... myn goede Lionel!”
Zij nam zijn arm en hij zeide overgelukkig
«Wat zyt gij lief! O! wat beu ik blijde, dat die
Reeds dadelijk bij de opening der kamers
heeft de Regeeriug het aangekondigde ontwerp
van een nieuwe kieswet ing^diend, of liever
drie ontwerpen, die de tegenwoordige wet zul
len moeten vervangen. De heer Tak heeft
gemeend drie afzonderlijke regelingen te moe
ten ontwerpen 1° «oor het kiesrecht, 2° voor
de wijze van stemming, 3° voor de benoeming
en aftreding der kamerleden, Het spreekt
vanzelf, dat de tjjd om deze voorstellen tebe-
oordeelen nog niet gekomen iaeen schets
van de beginselen, waa op het kiesrecht zal
berusten, kan echter nuttig zijn voor onze
lezers.
Het grondwetsartikel waarop de kiesbevoegd
heid steunt en waaraan uitvoering moet ge
geven VWfden luidt aldus De leden der
Tweede Kamer worden rechtstreeks gekozen
door de
partjj achtte men het wenscheljjk, dat ook de
gezeten werkman mondig werd verklaard. Al
gemeen stemrecht werd niet gevorderd, maar
toch wenScbte men zoo ver te gaan als de
grondwettige bepalingen maar eenigjzius toe
laten. Dit nu is bljjkbaar het streven der
Regeeriug geweest. Zjj betoogt, dat het uiterst
moeilijk is een wetteljjke bepaling te maken
omtrent de geschiktheid tot kiezers, welkeniet
leidt tot grove onrechtvaardigheden. Eene vol
doende geestesontwikkeling, zelfstandigheid
van karakter en belangsteling in de openbare
zaak zijn wel de voornaamste eigenschappen
van een geschikt kiezer. Doch in welke mate,
moeten zjj in een kiezer wonen gevorderd?
Bij wien en wanneer vindt men ze in die mate
aanwezig Hoe moet daarvan bljjken Op
deze vragen kan geen in de practijk houdbaar
antwoord gegeven worden, zoodat er niets
anders overblijft dan de gevorderde geschiktheid
aan te nemen bjj allen, van wie de onge
schiktheid niet door vaststaande, welomschre
ven feiten kan worden aangewezen.
>Eene stellige omschrijving van maatschap
peljjken welstand* is evenmin te geven. In
den gedachtengang des Grondwetgevers moest
hij de geldeljjke onafhankelijkheid uitdrukken,
welke de kiezers in staat stelt om naar eigen
inzicht zjjne stem uit te brengen, zonder vrees
voor stoffel k nadeel. En tevens moest hij
tot waarborg strekken, dat de kiezer belang
heeft bij het behoud der maatschappelijke ordrf:
Wordt echter dit belang eerst gekend en ge
voeld door het bezit eener bepaalde mate van
stoffelijke welvaart? Wie zou dit meenen?
Persoonlijk karakter en inborst zullen ook hier
beslissen en wjjl daaromtrent geen algemeene
omschrijving mogeljjk is, kan hef bezit van
den maatschappeljjken welstand* van art. 80
der Grondwet slechts aan die ingezetenen met
grond worden betwist, wier materieele afhan
kelijkheid door een vaststaand kenteeken wordt
bewezen.*
De Regeeriug komt daarom tot de volgende
regeling, vervat in artt. 3 en 4 van het eerste
ontwerp
Art. 3.
van geschiktheid, de kennis
schrijven.
Zij acht de kennis van lezen en schrijven
bewezen door eene eigenhandig geschreven aan
vraag, om op de lijst der kiezers ve worden
geplaatst.
De vorm dezer aanvraag en de wijze van
inlevering worden geregeld bij algemeenen maat
regel van bestuur.
Art. 4. Deze wet houdt voor kenteeken
van maatschappeljjken welstand het voorzien
in eigen onderhoud en in dat van het huisgezin.
Zij onderstelt dat in eigen onderhoud en dat
van het huisgezin wordt, voorzien door hen»,
die gedurende het laatstverloopen burgerlijk
jaar geen onderstand heeft genoten van eene
instelling van weldadigheid, of van een gemeen
tebestuur.
Onderstand aan de vrouw of inwonende kin
deren verstrekt, wordt geacht door den echt
genoot of vader te zjjn genoten.
mannelijke ingezetenen, tevens Neder
landers, die de door de kieewet te bepalen ken-
van geechikt en maatechappelijken wel-
etand bezitten en den door die wet te bepalen
leeftijd, welke niet beneden 23 jaren mag zijn,
hebben bereikt.*
Zooals onze lezers weten kunnen, ie voor-
loopig bjj de additioneele bepalingen het kies
recht in dier voege geregeld, dat het betalen
van den vollen aanslag in de personeele be
lasting of een aanslag van 10 in de grond
belasting iemand, tot kiezer maakt.
De bedoeling is thans deze grenzen ruimer
te trekken volgens het program der liberale
Zij liep heen en weer en vulde de kamer met
haar druktekoel antwoordde Montgomery
„Nu, het is nog al natuurlijk, dat Arabella’s por
tret beter behandeld werd! Miss Dickson betaald^
haar portret niet.”
Liliane zag haar man spottend aan en
beurt de schouders ophalend, zeide zjj:
„Gelooft gij dat?”
„Eu dus, uw portret?” hield haar man aan.
„De drommel mag dat portret halen! En Harri
son erbij I Hut is ongelooflijk, zoo afsohuwolijk en
zoo oud als die Harrison geworden is!”
„Ja! Ja!” antwoordde Montgomery ironisch. „De
opwinding der kunst!”
Hij genoot zijn triomf. Eu mevrouw Montgomery
vervolgde onbarmhartig
„Hjj? Opgewonden? Och kom! De opwinding
van Harrison I Een prententeekenaar voor dames I
Evenveel bezieling als Kif schildert, als een kleeder-
- maker, die een jas vf een vost knipt!.... Ei als
grijpt u dat? Hjj wilde mjjn portret niet' inden gij zijn schets van mij zaagt!.... Zulke oogjes....
Een afschuwelijke neusIk wil hot leelijke ding
niet weer zienNooitnooitnooitZal ik u
Arabella eens wat zoggen van uw Harrison?”
«Mijn Harrison?” riep de Amorikaan verbaasd.
«Ja, hij heeft oen portret van* mij gemaakt als
1 Ziedaar!”
Dank u.” antwoordde Montgomery,
le er hij:
«Ja, hij wildo zich wrekenIedereen is niet
53)
«Een vent, die mij een stijven hals bezorgd en
mij stom gemaakt zou hebben, als ik daar ajjs een
Jledepop voor hem had moeten zitten.. Geen enkel
woord.!.... «Mevrouw Montgomery.... een beetje meer
op zijde.... plaese Goed....” «Denk aan uwe hou
ding, als het u belieft, movrouw Montgomery.... Dank
ui”,... Dat zou zoo vijf on dertig dagen voortgegaan
zijn Neen, maar I verbeeld u NeenEn
dan de schets.... O, zoo leelijk En dan be-
r’r ----
Salon plaatsen.... Hij had al twee portretten voor
don Salon.... Een Najade.... naar miss Arabellaen
w een portret van Arabella als amazonei
te paard aan het strand ArabellaAltijd Ara
bella Veel te vepl van Arabella En het is des 4
te onbeschaamder, daar het prachtig is, dat portret echtgenoot!
van Arabella! Veel mooier dan het mijne zon go- «Dank u.’
worden zyn, dat leelijk, heel leelijk, afschuwelijk Hij voegdi
leclyk werdI «Ja, hij
Myn Harrison?” riep de Amorikaan verbaasd.