te
dt
I
1892.
N° 4956.
BINNENLAND.
riNG
1TO0N
ARKLEÜR.
in ’t gebruik
85 en 150
ir alleen bjj
LTS.
Donderdag 6 October*
en
FEUILLETON.
Zijn. Doclxtex.
leweg*
abels, etc.
gebruik van
in aanwedg.
1RVERU
terdam.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
De inzending van advertentiên kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
LZ.
sscherij
*xn
Dnburoi
■OM»
•torsbMrg,
■Mn,
fanen,
^£&S.EE£jtBl
t
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Al
i.
t
f
o
Ier blgven en
beid bewerkt,
i afgeleverd
De prijs per drie maanden ia f 1.25, franco
per post 1.70.
sken
A No. 73.
lente.
penseel.
42, HaarUm
UITEB.
ALM.).
i Koning
Bovendien worden alle Advertentiên gratie
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
twelk des Maandags verschjjnt.
lol of aange-
voortdurend
iet beroemde
MU«k
i verven van
lukkenook
ijjnen, Tafel-
nen geperst.
Tulles, Kan-
ortadem-
i Apotheker
lua boven
aerseke
70 Conta)
tlket, het
dar dooaja
De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
J I
ADVERTEN TIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
GOUDA, 5 October 1892.
In de zitting der Rotterdamsche Arr. Rechtbank
van gisteren werden veroordeeld
J. U.» hvr. van J. S., oud 23 jaar, zonder beroep,
en J. S., oud 29 jaar, stoolenmatter, wonende te
Gouda, bekl. van mishandeling, de le bekl. tot 5,
en de 2e bekl. lot 3 boete.
nig en lusteloos zich verder en verder uitstrekkende
tot aan den horizont. Geen liggend rund, geen
groepjen schapen, geen dartel veulen, toekende eenig
leven op het verbleekte doek des velds.
En daar ginds daar heel ver in de diepte
de horizont: het ondoordringbare, het onbekende!
ambtenaar aan ’t ministerie aldaar een vasten zetel
voor hun ambtsbezigheden bezet hielden, terwijl do
minee Klos niet zonder papa’s vroegeren en toen
vrij gewichtigen invloed er wekelijks derf preek
stoel beklom, mochten mijnheer en mevrouw Bruno
roemen in het zeer bijzonder geluk nu de kinderen
groot waren, nog steeds in schier aartsvaderlijse na
bijheid met allen te leven, zonder hen zich dagelijks
te zien scharen om den disch, door Papa’s moeielij-
ken arbeid alleen verworven en betaald of-nog
te betalen wèl een prettig gezicht zoo de tafel
mildelijk is voorzien voor den gast, die genoodigd
moest worden, maar dat niet zelden voor de hoofden
des gezins iets nevelachtigs heeft, ’t geen hun belet
de toekomst helder in te zien.
Juffer Marie, een lieve blondine, eer klein dan
groot van gestalte, en met dien bijzonderen blik in
de blauwe oogen. die stil en diep een min-
zaan., ernstig gemoed verraadt, juffer Marie staarde
door de ruiten der kleine boven-achterkamer, tot
haar eigen verblijf ingericht, in de verte.
Op den voorgrond lag de kleine bloemhof aan
haar voet, maar de schrale wind ’t was in het na
jaar dreef de verdorde bladeren' voor zich uit, en
een .enkele late roos, zich hier en daar nog vertoo-
nende, begon haar kortstondige frischheid reeds te
verliezen.
Over de lage schutting aan het einde van de ster
vende gaarde henen blikkende, had haar oog een
geruimen tijd gerust op het afgegraasde veld, eento-
goudsche courant.
In ons raadsverslag van gisteren moesten wij aan
gaande een paar punten korter zijn dan wij wenschten.
Daarom komen wij -hier terug op het voorstel om
de toelage aan het Muziekcorps der Schutterij met
200 te verhoogen en op dat van den heer Hoef-
hamer om het adres van het Nut in zake subsidie
van den cursus voor volwassenen aaa-
te nemen.
over het eerstgenoemde voor
den toestand onzer gemeente-finantiën wellicht betere
vooruitzichten openen.
De heer Straver zegt dat de Commissie, in wier
handen de Schutterij-begrooting was gesteld, zich
kon vereenigen met het voorstel op grond dat de
muzikanten der Schutterij eigenlijk geheel kosteloos
werken. De heer van Iterson brengt in herinnering
dat de Schutterij-muziek onlangs bij het vieren van
haar jubilé eene geldelijke toelage is verleend. Ove
rigens beoefenen de leden van dat Corps de muziek
uit liefhebberij. Wil men dat zij daarvoor betaald
worden, dan dient zulks goed te geschieden en moet
een bedrag van 200 geheel onvoldoende worden
geacht.
De heer Koning zegt eerst voornemens geweest te
zijn niet het woord te voeren over dit voorstel.
Twee jaar geleden, toen een dergelijk voorstel ge
schiedde, heeft spr. den toestand uiteengezet. Na
hetgeen de heer van Iterson in het midden bracht
wil spr. echter het volgende zeggen. Er is geen sprake
van om de muzikanten der Schutterij, oen corps
van 30 man, te aalarieoren. maar alleen is de be
doeling om hen, die gedurende*geruimen tijd vrijwillig,
zonder iets daarvoor van de gemeente te krijgen,
werkzaam waren een kleine tegemoetkoming te ver
strekken. De H.H. officieren der Schutterij brengen
een bedrag van 200 voor hen bijeen, doch van
de gemeente ontvangen zij niets
Spr. deelt mede dat het voornemen is het Muziek
corps in den volgenden zomer Volksconcerten te doen
geven in de nieuwe muziektent, waarvoor een be-
brag op de Begrooting is voorgesteld, als althans de
Raad dien post goedkeurt en nu mag werkelijk be
doeld Corps daarvoor wel oen kleine tegemoetko
ming genieten.
De Voorzitter merkt op dat er in den bloeitijd onzer
finantiën nooit over gedacht is om het bedrag van
300 met 200 te verhoogen. Daarmee nu aan
te komen, acht spr. zeer vreemd. In geen geval
ten behoeve
stonde in behandeling
Omtrent de dicussie
stel het volgende
De Voorzitter verklaarde zich aanstonds tegen het
voorstel van den Schuttersraad. Spr. zal niet ont
kennen dat misschien het Muziekcorps onzer Schut
terij wel oenige aanspraak heeft op eene verhooging
van toelage, maar oqder de tegenwoordige omstan
digheden is spr. huiverig daaraan zijn stem te geven.
De heeren weten allen, zegt spr., dat voor Gouda
op financieel gebied een donkere toekomst aanstaande
is, en om nu juist thans, met die toekomst voor
oogen, bedoelde toelage te verhoogen, daartegen
heeft spr. ernstig bezwaar. Op de door B. en W.
ingediende gemeente-begrooting voor,1893 is, juist
met het oog op de bestaande omstandigheden, geen
enkele verhooging van tractement voorgesteld voor
overigens laag bezoldigde ambtenaren en alvorens
te besluiten overeenkomstig hot voorstel van den
Schuttersraad zou spr. willen afwachten of zich voor
1)
Mijnbeer Bruno, vroeger hoofdambtenaar in activi
teit in de residentie, had de koninklijke stad met
terwoon verlaten, toen hij in de kracht zijns levens
op wachtgeld werd gesteld, en zich, nu reeds gerui
men tijd geleden, met zijn vrouw en twee dochters
gevestigd op eenigen afstand van do vroegere plaats
zijner inwoning, in een fatsoenlijk maar klein huis
onder het gebied ^ler gemeente Rijswijk.
Mijnheer Bruno en zijn echtgenoote waren tijdens
bun huwelijk van lieverlede in ’t bezit gekomen van
drie zonen en drie dochters, van welk zestal op het
tijdstip waarop onze geschiedenis een aanvang neemt,
nog slechts de eenvoudige Marie en de levenslustige
Louise ten hunnen laste gerekend moesten worden,
aangezien de oudste, dochter Fanny met een dominee
m ’t huwelijk was getreden, terwijl de drie zonen,
ten gevolge van goede relatiën en aangeleerde kun
digheden, een positie in de maatschappij hadden ver-
korven. Willem was notaris, Henri commies aan
een ministerie en Theodoor eerste luitenant bij het
leger hier te lande. De laatste lag tegenwoordig in
den Haag in garnizoen,, en daar de notaris en de
Marie had het lichte zwevende voetjen barer ranke
zwartoogige zuster niet vernomen, noch het ruischen
van hartr japon, toen Louise te trap op en den gang
over ging, die naar het kamerke van Marie geleidde,
zoodat deze zich onverwachts en eenigszins schril
vond gestoord door Louise’s luidruchtigen toon
„Al weer op je kamer. Ik dacht wel dat ik
je hier vinden zou, maar wat me erg verwondert is,
dat ik je niet aan ’t studeeren vind en je boeken
zelfs niet open leggen.”
/,lk heb ze dicht gedaan en weg gezet,
het gaat niet zonder onderwijzer, Louise
,/Malle meid, waarom ben je niet met me mee
naar den Haag gegaan Dat had je meer genoe
gen gegeven, dan je hoofd te breken met die chi-
neesche boeken, of cahiers vol hanepooten te krabben.
Ieder zijn smaak, maar sedert ik van school ben,
heb ik mijn Engelsch en Duitsch afgezworen.
Doe net als ik, en geniet hef beetjen pleizier, dat
ons tegenwoordig nog overschiet. Nu ten minste
heb ik dol veel pret gehad. Je weet, ik zou naar
Klos gaanmaar niet ver van zijn huis aan
’t begin van ’t Westeind was *t ontmoette ik Theo,
zou een toelage voor dergelijke Volksconcerten op de
Schutterij-begrooting t’huis behooren, maar veeleer
op de Gemeente-begrooting. De tegenwoordige Ma-
joor-Kommandant moge al voornemens zijn dergelijke
Volksconcerten te organiseeren, een volgend Majoor
is daar wellicht niet voor of in de vergadering van
den Schuttersraad zou hij kunnen worden overstemd
on dan zou het bedrag op de begrooting voor andere
doeleinden kunnen wo.rden besteed.
De heer Koning wijst er op dat in vele gemeenten
dezer provincie subsidiën worden verstrekt uit de
gemeentekas ten einde mene geldelijke vergoeding te
kunnen geven aan de muzikanten, in Dordrecht f 1600.
Delft 2300 enz. enz.
De heer Jager zag met genoegen dat op de Ge-
meente.begrooting voor 1893 gelden staan uitgetrokken
voor oen nieuwe Muziektent. Spr. dachteen nieuwe
Muziektent, een hoogere toelage aan de leden van
hot Muziekcorps, dat behoort bij elkaar en spr. kon
zich daarmee best vereenigen. Het is waar’t geldt
een uitgave van 200, doch als er sprake van is
om Volks-conoerten te doen geven door de Schut-
terij-Muziok, dan is die kleine geldelijke opoffering
niet veel 1 Concerten, van welk corps dan ook, zul
len in ieder ander geval veel meer dan 200 kos
ten en spr, wil over die uitgave gaarne heenstappen
ook ten gerieve der ingezetenen, die gaarne een
muziek-uitvoering bijwoneu. Bij gelegenheid van het
50-jarig feest van de Schutterij-muziek, toen het
concert op de Haven gegeven word, kon men zich
overtuigen hoevolen daarvan profiteerden
De heer van Vreumingen zegt met belangstelling
de discussie te hebben gehoord. Spr. is ’t volkomen
eens met den Voorzitter, dat de verhooging van
toelage niet gerechtvaardigd zou zijn. Spr. bewon
dert het Muziekcorps voor hetgeen het doet en den
ijver, die het ontwikkelt, maar in de tegenwoordige
omstandigheden kan spr. zijn stem niet geven aan
het voorstel.
f p