BuitaolaiiM Overzicht.
liEXxisGÊyiXG
ADVERTENTIEN.
ingezo nden.
De Cholera kan meestal voorkomen
worden door bij de EERSTE dunne
Ontlasting GENEESKUNDIGE HULP
in te roepen.
Gebruik toch alles gekookt.
ADVERTENTIE!*
aanleiding van hetgeen onlangs in den gemeenteraad
fan Kampen geschiedde, behandelt U et Weekblad voor
Burg. Adm. de vraag of het betrokken Raadslid,
wegens syn minder vriendelijke uitdrukkingen straf
feloos kan uitgaan, dan wel of hy in de termen der
strafwet valt.
Het weekblad doet uitko men dat volgens art. 47 der
gemeentewet een raadslid uiet gerechtelijk vervolgbaar
is wegens de stem of m e ening, door hem in de Raads
vergadering geuit. De hoogleeraren Buys en Oppen-
heim hebben betoogd, dat dit art. 47 inderdaad een
vrybrief is voor elk woord, in den Raad gesproken,
en het Weekbl. v. d. B. A. is het daarmede geheel
eens. Art. 47 onderscheidt niet en kent straffeloos
heid toe voor elko meening. Nu zal wol, zoo rede
neert het Weekbladelk woord, in de vergadering
gesproken, moeten worden aangemerkt als de uitdruk
king der meening van hem, die het uitspreekt, en
nergens staat in het artikel te lezen, dat hij by het
uitbrengen tier meening zich moet houden aan het-
geeu aan de orde is. Die meeuing kan zyn kwet
send en lastorlijk, ongemotiveerd of met omhaal van
woorden uitgesproken, het is en blgft een meening.
Het blad meent, dat dit wel zijn schaduwzijden
heelt; doch om de onafhankelijkheid der vertegen
woordigers en de onschendbaarheid der vertegen
woordigende lichamen te behouden, is een uitlegging
der wet in dezen geest noodig.
Bovendien heeft de overtreder zich onvermijdelijk
te verantwoorden voor de publieke opinie, wier von
nis in dit geval wel degelijk uitvoerbaar is, en kunnen
de vergaderingen zelve in hare reglementen van orde
oenigermate het middel hebben, wel niet om over
treding te voorkomen, doch herhaling althans te be
letten.
Woensdagavond hield de Nederl. Vereen, tot Afschaf
fing van Sterken Drank te Arasterdam, een openbare
vergadering waarop tevens het vijftigjarig bestaan der
vereeniging werd herdacht.
Voor de opening der vergadering werd door een
gemengd koor een lied gezongen.
Daarna nam de heer J. W. Koch, de voorzitter
der vereeniging, het woord. Op hartelijke wijze
heette hij de aanwezigen welkom. Na eenige waar-
deerende woorden gewijd te hebben aan den heerJ.
Heemskerk Azn. en aan den commissaris der koningin,
jhr. Schorer, beiden tor vergadering tegenwoordig
herinnerde de voorz. aan den arbeid der vereeniging.
Veel tegenspoed werd daarbij ondervonden, maar het
werk is in de vijftig jaren, dat de vereeniging bestaat,
niet vruchteloos geweest.
Vervolgens verleende do voorzitter het woord aan
Mr. C. C. E. d'Engelbronner, secretaris der vereeu'-
ging. In zijn rede gaf spr. een overzicht van de
lotgevallen der vereeniging. Hij schetste haar ontstaan
en herinnerde aan de eerste vergadering in het hotel
„De Gouden Leeuw" te Leiden.
Spr. bracht hulde aan de flinke mannen, die voor
50 jaren het initiatief tot de oprichting der vereenigiDg
namen. In die 50 jaren van haar bestaan nam zij
langzamerhaud in bloei toe en het ledental vermeer
derde aanzienlijk en op tal van plaatsen werden af-
deelingen of correspondentschappen opgericht.
Kort herinnerde spr. aan de beweging tegen het
drankmisbruik in het buitenland en stipte de werk
zaamheid v in onze regeering op het gebied der be
strijding van het drankmisbruik aan.
Aan het slot van zijn rede, die met belangstelling
heel goed begrepen. Hij zou wol wenschen, dat ik
hier kwam inwonen; maar je hebt bet alevel hard
genoeg en, geloof me, ik zou aan zoo'n leven ook
niet kunnen wennen."
„Als je eenmaal komen wilt.... of moet, Louise!
dan zult ge hier welkom zijn zoolang we een
stuk brood kunnen verdienen, zullen we 't met je
deelen."
„En als ik eens met Adrien getrouwd ben,
die beei rijk is, zal ik die woorden niet vergeten,"
antwoordde Louise „maar laat ik nu toch maken
dat ik weg kom, ik wil mijn vrijheid gebruiken om
een luchtjen te scheppen. Ik ga eens naar de Veene-
straat en de Hoogstraat, om do modewinkels te kij
ken. Ach, lieve deugd Willem wil me maar geen
nieuwe japon koopen, die leelijkert."
Louise ging papa e»en vaarwel zoggen en verliet
de kleine woning, waar ze kennelijk niet op haar
aise was.
Buiten gekomen, slo »g zij den weg in naar de
odeartikeleu, die in de Hoog- en Veenestraten op
het middor. des daags te zien zijn, achter de spiegel
ruiten der établissementen, en die als 't mooi
weer i9 ^vermeerderd worden met die anderen,
welke zich op de trottoirs voor de ruiten afwisselend
vertoonen.
Doch zij was nog niet verre gegaan en juist aan
den hoek eener straat gekomen, toen ze eensklaps
stil stond, bij zich zelve zeggende „Was ik nu niet
mal als ik geen omwegjen maakte Als ik dezen
werd gevolgd, deelde spr. mede, dat de heer Adama
van Scheltema, eerelid der Vereeniging, benoemd is
tot ridder in de orde van den Nederl. Leeuw, en
de heer Koch, voorzitter der vereenigiug, tot ridder
der Oranje-Nasiau-orde.
Spr. las een schrijven voor van den minister van
justitie Smidt, waarin deze laatste benoeming werd
vermeld.
De heer Kooh, zeer getroffen door deze onderschei
ding, meende haar minder te moeten toeschrijven aan
zijn persoou, dan wel te moeten beschouwen als een
onderscheiding aan de Vereeniging verleend.
Vervolgens zong weder het gemengde koor, meeren-
deels bestaande uit voorstauders van de afschaffing
van sterken drauk.
Ten slotte bracht de voorzitter dank aan den hoog
bejaarden heer d'Engelbronner, aan het koor en aau
de aanwezigen, waarop de openbare vergadering werd
gesloten.
Een onzer lezers te Padang schrijft ons heden
(17 September)
„Gisteren ochtend omstreeks half 8 bevond ik mg
met een kersversch te Padang geïmporteerd Euro
peaan aan het zeestrand wij zaten, zeewaarts tureud,
op een der door den regen sterk afgekoelde banken,
die wij aan onzen volijverigen adsistent-resident te
danken hebben.
Daar deed een aardschok het strand en, daarmede,
ouze bank schudden. Een tweede schok volgde. De
aarde bromde binnensmonds, dooh dreunend voel
baar en de zee bruldeToen mijn gozel van mij
vernam, dat wij hier met eene aardbeving, een heel
gewoon Padangsch natuurverschijnsel te doen had
den, stond hij resoluut op, keerde terug naar zijn
hotel, pakte zyne koffers, kleedde zichontbeet,
betaalde zgne rekening, nam eene huurkar, reed naar
hot spoorstation, kocht een ticket en.... vertrok naar
de Bovenlanden. Mg liet hij deze schriftelijke bood
schap achter: „Met uwe gewone Padangsche na
tuurverschijnselen wil ik niet meer te doen hebben,
ik trek er uit, op staanden voet, hoor
Maar zooevea ontving ik een telegrato dd. Bookii-
Tinggi heden: „Hier schudt alles en de vulkanen
rooken. Ik trek verder." (Sum. Ct.)
Maatregelen tegen Cholera. In een der afdeelingen
van de Tweede Kamer heeft de heer Goeman Bor-
gesius, bij het onderzoek van de staatsbegrootiug, een
uitvoerige en belangrijke nota overgelegd over dc
wetten en verordeningen betreffeude de cholera. Het
Vaderland deelt die abta in haar geheel mede.
De heer Borgesius is, op grond van de ervaring
der laatste maanden, van oordeel, dat de bestuande
wet aan de Regeeriug geen voldoende bevoegdheid
geeft en aan de lagere besturen te veel vrijheid laat
het noodige te verzuimen. De wet van 1872 is wel
licht ie streng bij ziekte als mazelen en roodvonk,
maar te zwak tegenover cholera. De bevoegdheid
vau den burgemeester om slaapsteden en logementen
tijdelijk te sluiten, behoorde ook te gelden, in geval
er geen verzet bestaat tegen de gegeven voorschriften.
Het vervoer van lijders uaar barakken is ook noodig
bij andere dan de genoemde verblijven, die niet aan
de meest primitieve eischen voldoen. Bovendien is
de burgemeester wel bevoegd, maar niet verplicht,
tot ontsmetting over te gaan. Zoo is het voorgeko
men dat de geneeskundige ambtenaar op eigen ver
kant insla en Adriens kamers passeer, krijg ik hem
misschien nog te zien en te Spreken, 't Is al to lang
geleden om deze mooie gelegenheid onbeproefd voor
bij te laten gaan."
Haar voornemen terstond ten uitvoer brengende,
vervolgde zij haar weg naar of althans langs de wo
ning, waar Mr. Adrien Mark domicilie gekozen had.
Met een stille lioop vervuld, dat hij thuis zou
wezen en misschien nu en dan een blik in zijn spi
onnetje zou slaan, in welk geval hij haar kon zien
naderen, ging zij ten laatste de gracht op waar hij
woonachtig was, en zij was juist van zins heel
zachtjes te gaan loopen, ten einde ze meer kans zou
hebben om door hem ontdekt te worden, zoo hij thans
voor het raam zat te spionneeren, toen het tot haar
groote ergernis en spijt eensklaps begon te stort
regenen. Zij verkeerde in het voor eene Haagsche
dame althans zeer zeldzame geval van geen parasol
of en-tout-cas bij zich te hebben; want de zon had
zich den ganschen dag wel niet laten zien, maar de
lucht stond ook volgens hnro meteorologische
kennis en wetenschap natuurlijk niet naar regeu.
Ze meende dus geen direkte behoefte te hebben
aan haar en-tous-cas, terwijl zij zich ditmaal den
tijd niet gunde, die uit haar garderobe te gaan halen
om voor staatsie alleen te dienen.
Wat zou ze doen in dit hachelijk geval? Ze
begon wol wat harder te loopen; doch dit zou niet
beletten, dat ze toch doornat thuis kwam en haar
japon en hoed bedorven zou zijn. Bij Adrien aan-
antwoordelijkheid de noodige maatregelen heeft doen
uitvoeren.
Voorts is de tyd vau 24 uren, waarbinnen de ver
plichting van aangifte den geneeskuudigen is opgelegd
by pokken en cholera veel te lang. Ook bij cholera
nostras behoorde eeu korte teringn van naugifte te
zijn voorgeschreven, nu hot verschil met cholera asi-
atica zeer moeilijk spoedig is te onderkennen. De
wet kent alleen verbod van kermissen eu jaarmarkten
maar laat andere gelegenheden, bijv. pleiziertreinen,
vry.
Om die redenen en meer andere acht de heer Bor
gesius een herziening der wet van 1872 noodig. En
niet minder dan de wet van 1877, welke tegenover-
brenging der besmetting door middel van zeeschepen
wil waken. Ook daar behoort de bevoegdheid der
autoriteiten te worden uitgebreid. Vooral behooreu
de opvarenden, dit uog gezond zijn gebleven, eeu be
paalden tijd in observatie te worden gehouden. Ook
wijst de heer Borgesius op het verschil iu de wetgoviug
voor zeeschepen er. voor binnenschepen. Komt een
schip uit Antwerpen over Hansweert ons land binnen
dan zyn strengere bepalingen van toepassing dan
indien het over Vlissingen zijn weg neemt. Een
algemeene wet ware zeer gewenscht.
Verwondering heelt het ook te recht gewekt, dat
het kon. besluit van 4 Sept. 1892 eerst vijf dagen
nu de afkondiging in working is gotreden.
Tou slotte wijst de heer B. nog op do weder go-
bleken noodzakelijkheid ®m meer aandacht te schenken
aan de verbetering der arbeiderswoningen, aan de oa-
bewoonbaarverklaring van slechte woningen en te
waken tegen verontreiniging van rivieren en kanalen.
Volgens nadere berichten uit Hongkong, te Londen
ontvangen, is de driemaster schroefstoomboot Bokhara
van de P. O. St. Nav. Üomp. Maandagavond 10
Oct. door den storm overvallen. De Siraat of Zee-
engte tusschen het eiland Formosa en het vaatehnd
van China is van ouds bij.de zeelieden berucht en
meu zegt, dat hier des nachts steeds de kapitein
persoonlijk op het dek pleegt te zgn wegens de
onophoudelijke wendingen, die de schepen moeten
maken om de talrijke zandbanken te vermijden.
Vooral bij stormachtig weder is dit steeds hoogst
gevaarlijk, eu ougelukkig zijn hier stormen op som
mige tg den des jaars, wegens de moesson, zeer veel
vuldig. Men zegt zelfs dat de in de Chineesche Zee
vaak waaiende typhoon juist bij Formosa zijn oor-
sproug neemL l)it alles is bij zeevarenden zóó goed
bekend, dat oiu die tijden van het jaur niemand
zonder dringende noodzakelijkheid de reis van Shan
ghai langs Hongkong, Madras en Calcutta naar
Engeland pleegt te maken. Daarom was het aantal
passagiers aar. boord der Bokhara betrekkelijk geifqlf
ofschoon toch grooter dau aanvankelijk verondersteld
werd. De gezagvoerder, kapiteiu Sams, de tweede
officier, Ingles, de verdere officieren, 102 matrozen
en 20 passagiers zijn omgekomen, o. a. een majoor,
twee kapiteins en twee luitenants van het garnizoen
te Hongkong. Zestien lascars (soldaten) werden gerod,
alsook vijf Ëuropeesche passagiers. De insgelijks
verloren lading bestond uit 40,000 pst. of bijna een
half millioeu gulden in specie, 1300 balen zijde en
800 tou thee. Het gedrag van officieren en beman
ning wordt geroemdmaar al haar moed en kracht
vermochten tegen de woede der elementen niets. Do
eene sloep na de andere werd door den storm aan
schellen ging immers niet; tr waren wel niet veel
raenschen te zien op de buurt, maar.... maar.... wat
zou Adrien wellicht zelf niet vau haar denken
Neen, het. paste niet.
Doch Adrien Mark, die thuis was en werkelijk
in 't spionnetje had zitton turen zooals hij veel
deed, wanneer hij niet in zijn processtukken verdiept
was eu geen lust had om naar de sociëteit te gaao
kwam haar vóór. Ze was precies voor zijn deur
een afzonderlijke ingang tot zijn bovenkwartier
gekomen, eu ze keek met een balf wee moedigen»
half spijtigea blik naar ^ijn spionnetje op, toen de
deur openging en Adrien baar bij haar naam riep.
Ze keek tor zijde; hij stond niet gereed met een
parapluie, hij bood haar zijn geleide ook niet aan,
maar noodigdo haar dringend, smeekeud zelfs uit,
zich toch niet langer aan die fatale regenbui bloot
te stollen, maar „even" bij hem te wachten.^
Louise wipte op zijn stoep eu.... binnen zijn deur.
Zij was met haar warmer blosje schooner dan ooit 1
XII.
Ongeveer drie maanden waren er weder verloopen.
Het Engelscbe boek, in twee lijvige deelen in
't Hollandsch overgozot zijnde, wa9 reeds eenige we
ken geleden in 't licht verschenen, eu daar do uitgever
er op aandrong, word Marie Bruuo als vertaalster
daarvan op den titel genoemd.
(tt-ordt vervolgd
stukken geslagen; do vuren werdeu door de gewel
dige zeeën uitgedoofd, eu het schip liep op een zand
bank en zonk.
Het laatstvorig schip van deze lijn, dat verongelukt
is, was de Tasmaniadie in 1884 bij Corsica verging.
Een „occasional" correspondent der Zioolsche Crt.
meent te weten, dat lang niet alle liberale leden der
Tweede Kamer meegaan met het ontwerp kieswet.
Een deel hunner is met een grooto uitbreiding van
kiesrecht warm ingenomen, een ander doel is fel
danrtogen gekanteen derde fractie zal zondor geest
drift volgen. Zonder steun van de rechterzijde zal
niet licht een meerderheid voor de niouwe kieswet
te verkrijgen zijn. De katholieken gevoelen geenerlei
behooftö aan nieuwe kiezers. Wat de anti-revoluti
onairen betreft, deze worden geslingerd tussehen dr.
Kuyper en de conservatieve elementen in hun midden.
Aanneming der wetsontwerpen wordt door den eerst
genoemde, verwerping door de laatstgenoemden aan
geraden. Een feit is het, dat de leider der anti
revolutionairen buiten de Kamer, zoo dikwijls zgn
advies in strijd is met de bedoelingen der conserva
tieve geestverwanten in de Kamer, het onderspit
pleegt te delven. Vyf of zes stemmen in den geest
van dr. Kuyper zullen eventueel donkelijk onvol
doende zgn om de nieuwe kieswet te redden. Tot
de anti-revolutionairen moot men tegenwoordig
ook dr. Schaepman en zijn vrienden rekenenzij
zullen wel dezelfde gedragslijn ais de meerderheid
der anti-revolutionairen volgen.
„Aan pogingen, om de wetsontwerpen te amen-
deeren, zal het, aldns gaat de briefschrijver voort,
zeker niet ontbreken. Er zijn wijzigingen denkbaar,
die het stelsel niet aantasten. Vermoedelijk zullen
de oud-liberalen echier verder willeu gaan on den
census, mot of zonder het capaciteitenstelsel daarnevens,
onder den eenen of anderen vorm willen herstellen.
Dergelijke pogingen bieden echter weinig kans van
slagen, daar zij ongetwijfeld bij minister Tak en den
linkervleugel der liberalen onverzettolijken tegenstand
en bg de rochterzijde dor Kamer geen sympathie
zullen vinden.
„Vooralsnog schijnt het lot der wetsontwerpen, om
het zacht uit te drukken, derhalve hoogst onzeker.
Onnoodig is het te zoggen, dat in do gezindheid der
politieke fractiën tot het laatste oogenblik toe ver
andering kan komen. De stemming over de vermogen-
belasting heeft daarvan nog onlangs een treffend
voorbeeld opgeleverd.
„Valt de eerste der wetten, zoo volgt vermoedelijk
een ontbinding der Tweede Kamer. Brengt deze
geen aanmerkelijke wijzing in de samenstelling der
Kamer, zoo zal hot ministerie TakVan Tieuhoven
wel dienen te worden vervangen door een kabinet
dat met den steun vau oud-liberalen en katholieken
tracht te regeeren. Hoe dat kabinet zal zijn samen
gesteld, is onmogelijk te gissendo heer Heemskerk
geraakt langzamerhand te zeer op jaren, om nog op
zulk een avontuur uit te gaan. In elk geval zal het
bestuur van oen dergelijk kabinet een tijdvak zijn
van stilstand op wetgevend gebied, met toenemende
socialistische agitatie. Dezelfde gevaren, die men
van het uitgebreid kiesrecht vreest, zijn dus met
veel meer waarschijnlijkheid van verwerping der
wetsontwerpen te wachten.
Wellicht en dit ware de beste uitkomst zullen
de meeste oud-liberalen, ten slotte door dezo over
weging en door het besef der groote verantwoorde
lijkheid, die zij door verwerping zouden aanvaarden
worden bewogen ora te berusten in oen hervorming
die zij toch slechts gedurende eenige jaren kunnen
tegenhouden, maar niet duurzaam kunnen verijdelen."
Het vooruitzicht dat de Duit9che Rijksdag het
leger ontwerp, op enkele ondergeschikte punten ge
wijzigd, zal aannemen, wint voleiMen kan dit reeds
lezen in de invloedrijke bladen van de nationaal libe
rale partij, waarbij aau de liberale linkerzijde onder
den neus gewreven wordt, dat deze vroeger altijd
voor den diensttijd van twee jaren en voor den alare-
meenen woerplicht heeft gestreden cd thans haar pro
gramma in den steek laat omdat de rege^ring de
sterkte van het leger in vredestijd verhoogd weuscht
te zien, niettegenstaande dit toch met den algemee
nen weerplicht wel overeen te brengen is. Ongetwij
feld worden de bedoelde bladen hierbij geïnspireerd
door de leiders der partij von Bennigsen, enz. Den
conservatieven, wier verzet tegen den diensttijd van
twee jaren, evenals vroeger, slechts schijnbaar is, is
het ook thans alleen er om te doen, te verkrijgen
dat bij de belastingwetten voor Pruisen en het rijk
de belangen dor agrariërs in het bijzonder worden
behartigd. Het clericale centrum zal zich ouder de
bestaande omstandigheden wel hoeden voor eene breuk
roet do regeering, en ten slotte zal de linkerzijde
zich er in verhougen, don diensttijd van twee jaren
door de andere partijen te zien invoeren zonder hare
medewerking. Zoo is de ware stand van zaken.
In den Rijksdag zgn do partijen thans als volgt
samengesteld conservatieven 67 vrije conservatieven
of rijkspartij 19; natiouaal-liberaleu 44; Polen 16.
Te zamen dus 146 stemmen, waarvan de regeering
zeker i9. Voor de meerderheid heeft zij er 198 noo
dig, dus behalve de reeds opgesomde, nog 53. Het
centrum nu beschikt over i 06 stemmen deze zul
len zich splitsen, maar er zullen toch altyd genoeg
vóór de wet zijn om deze de meerderheid te doen
verwerven.
Naar aanleiding van de voor te stellen nieuwe
vermeerdering van de Duitsche armee deelt de Freis.
Ztq. eenige getallen mede, ter kensohotsing van de
uitbreiding, welke de Duitsche krijgsmacht in de
laatste twintig jaren oudergiug.
In 1870/71 telde het geheele leger 1.320.787
manschappen. In 1890 werd de sterkte van het
Duitsche leger in geval van mobilisatie door het
depurtement van oorlog op 2,900,000 man geschat,
dus toen reeds was het dubbel zoo talrijk als in
1870/71.
Sedert 1890 vond uog eeu voortdurende uitbreiding
plaats, zoodat men thaus over eeu oorlogsleger van
3,900,000 beschikt, welk getal door een sterkere
recruieulichting, wat mogelijk is zonder verhooging
der legersterkie in vredestijd tot 4,350.000 kan ver
hoogd worden. Zooveel millioenen slagvaardige sol
daten zijn zoudor eenige verhooging der legersterkte
in vredestijd te verkrygen
Bij de volkstelling van 1 Dec. 1890 bedroeg het
getal mannelijke personen in Duitschland 24,230,832.
Van dez-n zijn van hun 20e tol hun 25e jaar
dienstplichtig ongeveer 8,500,000. Do boveugenoomde
oorlogsmacht vau 4,850,000 man zou dus meer dan
de helft vau alle mannelijke personen vereischen.
Volgons do nieuwe militaire voorstellen zou dit cijfer
nog veel hooger zijn eu Dpitschlauds kiggsmacht
tot vijf eu eeu half millioen manschappen stijgen
Do oorlogsterkte zou alsdan drie vijfden van alle
mannelijke personen van huu 20ste tot hun 45e jaar
verlangen, terwijl de overblijvende twee vijfden met
de 17 tot 20jarigen nog de gedurende den oorlog
benoodigde reserve zouden vormen.
Hoe zou het dau echter mogelijk zijn gedurende
den oorlog het land ie bebouwen, handel en nijver
heid in Duitschland, zelfs tot het uiterste beperkt,
te drijven en vrouwen, kinderen en grijsaards iu het
leven te houden, nog buitra aanmerkiug gelaten de
levensmiddelen tot het ondorhoud van het leger
zelf beiioodigd en die het land moet verschaffen.
Op deze vraag vau de Frgjjb Ztg. geve het mili
tarisme het antwoord.
Zoowel de mijndireotie te Carmaux als het syndi
caat der mijnwerkers hebben de arbitrage vau den
minister-president Loubet aangenomen.
„Beter laat dan nooit"; zegt de radicale Justice
van de oplossing der Carmaux-quaostie door de
Fransche Kamer. Dit is do eenige troost, dien bot
blad kan vinden voor den trourigen toestand, die
twee maanden duurde zonder dat de regeering iets
deed om er eeu einde aan te maken. Bij de eerste
poging die do Kamer daartoe aanwendt, gelukt dit
zonder moeite. Ware de regeering vastboradeu op
getreden, dau bad zij in 5 minuten de geheele
quaestie kunneu oplossen. Zij had volgens de Jus
tice de Kamer vó^r moeten ziju, omdat hrt haar plicht
is, voor de onafhankelijkheid vau het algemeen stem
recht te waken.
Zonder het algemeen stemrecht iu de zaak te
mengen, erkennen ook de andere bladen, dat men
eigenlijk had moeten beginnen waar men nu eindigt.
Het was wel opmerkelijk, dat geen enkele afgevaar
digde opstond om te vragen waarom Loubet zijn
voorstel uls scheidsrechter op te treden, niet deed
bg het uitbreken der werkstaking? Dau zoude al
de drukte die twee maanden lang gemaakt werd, al
de ellende die de arbeidersgezinnen iu dien tijd moes
ten verduren, voorkomen ziju. Dat niemand deze
vraag stelde, schijnt eeu bewijs, dat dp afgevaardig
den den tijd nog niet gekomen achten om de regee
ring teu val te brengen.
Het Journal des Débats betreurt, dat de beraad
slagingen niet opgehelderd hebben, of de regeering
voldoende do vrijheid van arbeid gewaarborgd heeft
en laakt hare besluitelooze houding. De Temps ver
wacht weinig van eeno gedwongen, veol daarentegen
van eene vrijwillige aibitrage zooals in Engeland en
h«t meest van een poging tot zedelijke verzoening
van Arbeider en patroon.
Volgens do Rcpublique Jranqaise echter volgt uit
de quaestie db les, dat voortaan alle geschillen tus
schen het kapta»! een opgehoopte arbeid en den
arbeid ern kapKsal in staat van wording door
scheidsgerechten zullen warden opgelost»^ Daarom
moet, zegt ook de Figarode tafMcjHwtli over oen
wet tot regeling der scheidsrechltfrtgke wêlissiug of
tot voorkoming van' de geschilletj| dief wftlütaden en
wprkgfvers zoo duur te staan zoo spoedig
mogelijk beginnen.
De arbitrage, schrijft do heer Francis Maguard, is
een der noodzakelijke lapmiddelen togen de sociale
quaestie, een kwaal die niet met geweld kan worden
genezen.
Gouda, den 21en October 1892.
Den WelEdelGestr. Heer
Hoofdredacteur der Goudsche Courant
E.v.
WelEdel Gestr. Heer,
Beeds meormalen stond onze firma bloot aan
grove aanvallen van de zijde der Uitgevers Uwer
Courant, bljjkbaar voortspruitende uit al te ver «-e-
dreven coucurrentiegeest.
In Uw nummer van heden nemen do Hoeren
Brinkman en Zn. andermaal hun toevlucht tot eene
iraarschuwmg"gericht aan ons adres, en wel naar
aanleiding van een abuis, ten hunnen nadeele, van
J U.13J, voortspruitende uit de omstandigheid dat
eene annonce, welke door de Hreren Brinkman ter
plaatsing was opgegeven in het door ons uitgegeven
wordende Dagblad van Gouda, door onze Admini
stratie abusief was geboekt op naam, niet van de
Hoeren Brinkman Zn maar van den belangheb
bende, bij wien dan ook de géiden ziju ontvangen.
Daar abuizen menschelijk zijn e„ vermoedelijk od
zijn tijd ook wel door .Ie HH. Brinkman zullen wor
den gemaakt, hadden wij mogen verwachten, dat
onf..,— 31J het 'lan desnoods i„ minder vriendscban-
pelijke termen dit abuis, bij het persoonlijk be
zoek van den heer Brinkman Jr. op ons bureau, was
onder de oogen gebracht, in welk geval wij ons ge
haast hadden hetzelve te herstellen. (Alleen werd
bij die gelegenheid door dhr. Brinkman de eopie der
aqnouco opgevraagd),
.Aangezien maar al te spoedig de eer en goede
naam eener firma, door Waarschuwingen* als van
de HH. Brinkman, in verdenking worden gebracht
verwachten wij, Mijnheer de Hoofdredacteur, van'
Uwe bekende eerlijkheid, opname van dit schrijven
waarvoor wij U bij voorbaat dankzeggen.
Hoogachtend,
WelEdelGestr. Heer,
Uw Dw. Dienaren,
EDAUW 8c JOHANNISSEN,
Uitgevers Dagblad van Gouda.
De BURGEMEESTER der gemeente Gouda
maakt bekend, dat de stukken bedoeld by art.
6 eu ter voldoening aan art. 7 der Wet van
28 Augustus 1851 Staatsblad No. 125) be
treffende de verbetering van den water
weitussehen den flollandschen IJssel en de
ringvaart van den Haarlemmermeerpolder, voor
zoover de uit te voeren werken binnen deze ge
meente zullen zijn gelegen ter Secretarie der
gemeente Gouda ter inzage van een ieder zullen
worden nedergelegd van 21 OCTOBER 1892
tot en met 22 NOVEMBER d a v. en dat
belanghebbenden binnen dien termijn hnnne
bezwaren mondeling of schriftelijk moeten op
geven aan bet College vau Burgemeester en
Wethouders
Gouda den 20 October 1892.
De Burgemeester voornoemd,
VAN BERGEN IJZENDOORN.
R E C L A M E.
Bij hel veelvuldig hoesten der kinderen blauwe
hoest, kinkhoest, stikhoest wordt hiermede op
merkzaam gemaakt op tie sedert 22 jaren beproefde
en ook geneeskundig als zoodanig erkende alleen
echte Rijulaudscbe Druivon-Borsthonig van W, H.
Zickenheimer te Mainz, den door de wet erkenden
uitvinder.
(Zie do advertentie in 't nummer van heden.)
in alle Binnen-en Buitenlandsche Cou
ranten, worden dadelijk opgezonden door het
Advertentie-Bureau van A. BRINKMAN en
ZOON, te Gouda.