i I’S I ENZ. ing utsriën, sclx. BINNENLAND. Vrijdag 27 Januari. N° 5055. 1893 itraat. rentiers. FEUILLETON. DE MARKIEZIN. I dag. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken* •rlogiën, PÜ VIJF CENTEN. advertentlén kan geschieden tot Mn uur des namiddags van den dag der uitgave. De inzending van ter en Kaas Dezer dagen zal een lijst rondgaan voor een hier (Uit het Fransch.) een 9346 nkman Ir. Zoon. Maatschappy 19363 19408 19420 19444 19624 Bovendien worden alle Adverientiën gratie opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’twelk des Maandags verschijnt. ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. ledailles ik. >ij kin- arrhée, aar in jorzien van de GOUDSCHE COURANT. DEN en ZIL. 15861 19002 l 15953 19118 I 15994 19319 I 16058 16165 16302 5 16656 1 16876 I 17099 19653 i 17153 19695 17234 19720 i 17243 19755 I 17409 19812 17454 19842 I 17502 19848 17691 20319 I 17859 20221 I 17904 20259 18121 20366 i 18179 20422 i 18274 20426 18345 20485 I 18363 20614 f 1 18374 20640 L 18426 20676 18435 20760 I t 18592 20830 18631 20856 18723 20908 18741 20918 j i 18889 gebied, op een door eene eleotrische lamp verlicht scherm werden geprojecteerd. Gisteren heeft1 (le „Ijsclub tot ondersteuning van minvermogenden* een derde bedoeling gehouden en zijn 200 personen bedeeld. Ied,er kreeg */i H.L. steenkolen, 3 pond brood, 1 pond spek en een parijija aardappelen. Gisteravond hield het Soboenmakers-Zieken en Begrafenisfonds „Help u Zelven" alhier op de Bo venzaal van het Café „Vrede-Best" zijn 17de jaar- iijksche vergadering tot het doen van rekening en verantwoording. De ontvangsten hadden bedragen 256.20, terwijl was uitgegeven f 77.10. Volgens art. 10 van het reglement raag de waarborgkas niet meer dan f 500 bedragen, zoodat hetgeen daarboven in kas is onder de leden moet worden verdeeld, welk bedrag, zynde f 42.90 verdeeld is geworden. 2) Als gij ’e morgeus die brug zult overgaan om God te bidden, herinner u dan soms het huisgezin van den werkman; de arme bannelingen.” Hel gelaat van den ongelukkige was met tranen bedekt. Eonige voorbijgangers bleven staan. „Wat is dat?" vroeg men elkander. „Het is Martel, de beitelkunstenaar,” zeide een man. „O, de arme man,” zeide een ander. „Het is der kolonisten, die naar Algiers vertrekken!” En met open armen kwam hij naar Martel toe. De ongelukkige werkman werd omringd, omhelsd door al die brave lieden, waarvan velen hem niet kendenmaar het was een kolonist, een arme broeder, die in een vreemd land het brood ging zoeken, dat hy op zyn geboortegrond niet meer kon vinden. Mannen, vrouwen, kinderen, allen weenden als hij, en drukten hem de hand of kusten hem. Martel was geheel buiten zich zei ven, en hij wilde afscheid nemen van de dame, die hij op de brug had afgewacht. De paarden voor de Sohoonhovensche wagen ge spannen zyn in de Spoorstraat, terwijl de koetsier zich even had verwijderd, or van door gegaan. Op de Kleiweg zyn zij voor de stal van de firma Blom gegrepen. GOUDA, 26 Januari 1893. Van de aangeboden gelegenheid om gratis brood met melk te gebruiken werd heden morgen door 444 kinderen gebruik r .'kt. Aan 254 volwasse nen werd brood met kolhe gegeven. De ysbond „Krimponerwaard" mag zich verheugen in zeer veel medewerking van colleges, autoriteiten en particuliere personen. Reeds hebben zich eenige polderbesturen bereid verklaard om iu overleg met het bestuur do waterbemaling bij invallende vorst of dooi te bepalen, en bet is te hopen, dat algemeen die bereidwilligheid zal worden betoond, ten eindo vóór den aanstaanden winter vaste bepalingen te maken. Wanneer de nog niet aangesloten ysvereenigingen konden besluiten tot den bond toe te treden, dan zou er een geheel verkregen kunnen worden, dat even zeldzaam als hoogst nuttig zou zijn voor het algemeen. (Scboonh. Ct) Gisteren middag is op den Fluweelen Singel een 5-jarig jongentje te water geraakten door een voorbijganger op het drooge gebracht. boren was, door mijne achteloosheid tot een ellendig beslaan veroordeeld te hebben. Hoewel haar ver wijt gegrond is, heeft het mij toch zeer gegriefd. Ik voor mij, ik heb zoovele bedenkingen niet gemaakt ik had een verloren kind gevonden, ik meende dat het genoeg was, dit bij den maire van mijn arron dissement op te geven. Ik voegde er bij, dat ik het zou houden tot men het kwam opeischen, en daar ik aan dagbladen noch policie had gedacht, is er nie mand korden opdagen, en ik heb tot myne vrouw gezegd .- In plaats van drie, zullen wy nu vier kin deren hebben. Het vierde deelde zóódanig in onze liefde, dat wij er spoedig uiet meer aan dachten, dat zij niet van ons bloed is. In bare kindschbeid be minde zij ons innig, maar toen zij groot genoog is geworden, om het verschil van stand te begrijpen, hoeft het adellijke bloed gesproken. Ik zou niet durven zoggen, dat zij met minachting op ons heeft neergezien, maar zij heeft zich in ons midc’en onge lukkig gevoeld zij betreurde haar verloren stand zeer diep, en leefde alleen in de hoop, eens hare familie weder te vinden. Om die hoop niet op te geven, heeft zij Parijs niet willen verlaten. Na twintig jaren zorg voor haar te hebben gedragen, heb ik bij mijn vertrek de smart, haai, zonder middelen of steun hier te moeten achterlaten.” „Welnu,” zeidè de dame, die rijk was en eone me nigte eigendommen in de buurt had„ik wil u ten minste die smart verlichten. Gij hebt haar het naaion laten leeren, niet waar?” De uitgave dezer Courant geschiedt dagelyks met uitsondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden ia 1.25. franco per post f 1.70. Afzonderlijke Nommers Het hoofdbestuur der Vereeniging tot bevordering van de Noderlandsche Visscherij heeft, naar aanlei ding van de plannen, die aanhangig zyn lot droog making van oen gedeelte der Zuiderzee, eu de in verband daarmede door de regeering benoemde com missie voor het onderzoek dier plannen, gemeend gegevens te moeten verzamelen om het belang aan te toonen, dat de Zuidorzee-visschorij heeft bij de bestendiging van den tegenwoordigen toestand. Met dat dool is het voornemens om, nadat het zich om- V. A. JULIUS, Professor in de Natuurkunde aan de Universiteit te Utrecht. In het Utrechttche Prov. Sted. Dagblad yan N 20 Januari leest men voorts het volgende Waar niemand minder dan hoogleeraar in de physica aan onze universiteit de aandacht gevestigd had op de experimenteele voordrachten, die de heer G. Diihne hier zou honden, was het te verwachten, dat een vrij talrijk publiek gisteravond do eerste van die voordrachten zou bywonen, in weerwil van de afleiding waartoe het ijsvermaak gister overdag eu ook des avonds ruimschoots gelegenheid verschafte. Die proefnemingen waren the great attraction van den avond. Men getroostte zich daarvoor gaarne het grootste gedeelte van den avond in den donker te zitten, want wat men op die wyze aau licht te kort kwam, werd vergoed door hot zien van de ver- rassende kleurenschakeeringen, <lie inzonderheid bij i do verklaring van de chromatische polarisatie en van 1 hare toepassingen op wetenschappelijk en practise!) ter stede te houden voordracht van den heer G. Diihne, over wien wij reeds vroeger spraken. Tot aanbeveling laten wy tbans nog volgen hetgeen uit Utrecht daaromtrent tot ons kwam Universiteit.^De voordrachten door den heer G. Dahne den 19 en 20 Januari 1893 te Utrecht ge houden, heb ik mot groot gonoegen bijgewoond. l)c heer Dahne beschikt oser uitstekende instru menten en verricht de talrijk® proeven met buiten gewone zekerheid. Onder deze zyn er verscheidene, die door hare inrichting ook de mannen van het vak zullen treffen. De mondelinge toelichting der proeven is natuur lijkerwijze beknopt, maar de beperktheid van kien beschikbaren tijd in aanmerking nemende, zal men moeten erkennen, dat zy zoo volledig is als men maar kan verwachten. „Een oogenblikje,” zeide zy. „Wij moeten een weinig verder gaan.... Gij hebt mij gezegd, dat al uwe kinderen u niet zullen volgen. Kan ik ook aau hen, die hier blijven, van dienst zyn.” „Alleen Léon tine weigert mij te volgen,” zeide Martel, „en ik kan er haar niet toe dwingen. Mijn hart was reeds gewend vier kinderen te lollen, waar door ik vergal dat zy niet het mijne was; maar ik heb geene rechten op haarwant zij is mijne dochter niet.” „Dusiemand van uwe betrekkingen, eene wees die gij hebt opgevoed.” „Het is een kind dal ik, bij gelegenheid van een volksfeest, onder eene meuigte menschen gevonden en zonder onderscheid, evuu als mij»* kinderen op gevoed heb. De arme kleine was toen uiot ouder dan twee jaar, en heeft zeker by de ruiling verloren want zij was toen zeer rijk gekleed. Eene onacht zame dienstbode had haar misschien jjverloren. Hare kleine kleederen, die wy zorgvuldig hebben bewaard, zijn van prachtige stoffen hot linnengoed en de kan ten waarmede dit is omzet, alles toonde aan, dat zy tot eene rijke familie behoorde. Maar zij stond op straat, en het was. beter, dat zij door een eorlyk werkman werd medegenomen, dat verlaten te blyven ik heb er ten minste zoo over gedacht. Zij zou in slechtere handen hebben kunnen salleu, zy heeft mij echter toch verweten, dat ik niet genoeg stappen had gedaan, om er achter te komen, aan wien zij toebe hoorde, en haar, die zonder twijfel in rijkdom ge- Bij de verkiezing van een lid Tweede Kamer in het hoofdkiesdistrict Leeuwarden zyn van de 3286 kiezers opgekomen 2195. Van onwaarde 27 bil jetten. Volstrekte meerderheid 1085. Daarvan ver kregen de beeren J. Troelstra (liberaal) 896; C. V. Gerritsen (radicaal) 689; G. L. van der Zwaag (sociaal-democraat) 231 P. van Vliet Jr. (anti revolutionair) 832. Herstemming dus tusschen de heeren Troelstra en Gerritsen.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1893 | | pagina 1