■G
JDPINQ
lG
uda.
MA.
1893.
Vrijdag 24 Februari.
N° 5079.
1HE en
wnden.
blijven
ZN.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken*
F EUILL E TO aF~
3 FE-
PEND
ederen
uitslui-
n, soli-
BINNENLAND.
N,
Afzotiderlflke Nommers VIJF CENTEN.
De inzending van advertentiên kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
III.
17)
gk en de Wo»
De prijs per drie maanden ie 1.25. franco
per. poet 1.70.
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelpks
toet uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Bovendien worden alle Advërtentiën gratie
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’twelk des Maandags verschijnt.
de INTEE-
NIEUWE
ADVERTENTIEN worden geplaste
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
ïhtigen.
iFORTUIJN
3.-—
EMBENTKBAAD
GOUDSCHE COURANT.
>taris
SEVER,
)3, des mor-
IDB Utrecht-
ideweg, van:
verdere fBe-
aelen
tenweg in de
i kadastralen
nrs. 392 tot
groot 1 Hec-
Mej. S. van der Post, alhier, deed gisteren te
’s-Gravenhage met gunstigen uitslag examen in de
fraaie handwerken.
verbetering van
geleerd, hoe weinig daarvan voor
sociale toestanden te wachten is.
Al dat praten over gewelddadige omwenteling
keurt hij dan ook ten sterkste af. Naar zijn over
tuiging is revolutie zelfs niet te maken wel zijn te
maken straatgevechten en straatrumoer maar, zegt
de heer Gerhard, een sociaal-demokraat moest zich
schamen, daaraan mee te doen.
In denzelfden geest spraken Bebel en Liebknecht
in den Duitschen Rijksdag. Nooit hebben wij ge
zegd, zei eerstgenoemde, dat wij door gewelddadige
middelen de bestaande orde omver willen werpen.
Wij willen practisch zijn en daarom liever ook maar
niet philosofeeren over een „toekomststaat”, die alleen
bestaat in de verbeelding van dwepers en dichters.
Ook in de sociaal-demokratische partij is reeds
scheuring te verwachten, zegt de Haagsche corres
pondent der „Zutph. Ct." De revolutionaire fractie,
die met wettige en onwettige, geoorloofde en geweld
dadige middelen wil strijden, is weliswaar op dit
oogenblik verreweg het sterkstmaar er is to ;h ook
een fractie, die van revolutie en geweld niets wil
weten. Van laatstgenoemden mag zeker wel de heer
Gerhard, hoofd eener school te Amsterdam, als de
leider worden aangemerkt. Ook hij wil een
toestand voorbereiden, waarin alle kapitaal, alle pro
ductiemiddelen in het bezit der gemeenschap zullen
zijn overgegaan, maar langs den weg van ge
leidelijke hervorming. Van revolutie verwacht hij
geen heilz. i. heeft o. a. de Fransche revolutie
Er circuleert hier ter stede eene lijst ten behoeve
dpr slachtoffers van de aardbeving op het eiland
Zante. De uitvoerige berichten der couranten hebben
er reeds genoeg van doen weten, hoe groot de nood
«Ier talrijke slachtoffers is. Wy gelooven dan ook,
dat eene aanbeveling om ook deze lijst niet voorbij
te laten gaan, overbodig is.
u drijft
i Holsma verdedigen, nu dat gevalletje met scheele
I Piet zaliger u nog zoo versch in ’t geheugen ligt, als
I u wat gekalmeerd is, zal u in m’n boosheid over
I dit hondsche briefje deelen of haar tenminste Be
grijpen.
Heusch piet, mevrouw! betuigt ze plagend be
leefd. We beschouwen de wereld die aan onze voe
ten leeft van verschillend standpunt, ziedaar de oorzaak
van ons geschil.
U ziet ip baas Holsma en zijns gelijken een soort
lijfwacht voor den hoogeren stand, die ons van na
ture dienstplichtig is en niet alleen haar werkkracht,
maar ook haar eer en haar leven te onzer beschik
king stelt.
Voor mij zijn ze menschen van gelijke beweging
als wij, die arbeid geven voor loon, maar dan ook
gelijke aanspraak hebben op onze waardeering als
wij op de hunne.
Heb ik u gisteren niet voorspjld, dat Jan Holsma
beleedigd zou zyn èn door uw cadeau èn door het
begeleidend schryven? Ik vermoedde dit, omdat de
toon van uw schrijven ook mij hinderde. Jan Holsma
Op initiatief van verschillende werkliedenvereeni-
gingen te Zutphen, waaronder ook de afdeeling van
Patrimonium is aldaar een vergadering gehouden ter
bespreking van arbeid-toestanden. Architecten en
patroons in de verschillende bouwvakken waren
hierbij uitgenoodigdeen 70-tal hunner had aan
de uitnoodiging gevolg gegeven. Het was een tal
rijk bezochte vergadering.
Over verschillende punten, die betrekking hebben
■op de verhouding tusschen patroon en arbeider werd
van gedachten gewisseld. De vergadering sprak de
wenschelijkheid uit, dat de .aannemer zijn werklieden
i Alleen de scherpte er van blijft beneden mijn ver-
1 wachting. Een burgerman heeft ook z’n trots me-
vrouw, vooral een man als Jan Holsma. *t Verwon
dert me zeer dat bij uw cadeau niet teruggezonden
heeft.
I Foei, freule! u drijft er den spot mee, bijt
i mevrouw Schriele haar nijdig toe. Is me dat nu een
dankbetuiging voor zoo'n cadeau? Né, u mag Jan
Holsma verdedigen, nu dat gevalletje
"Pin. volirrnr 11 nno mn unvanli in f crnlinl
GOUDA, 23 Februari 1893.
Donderdag 2 Maart e. k. heeft de laatste abon-
nements-voorstelling plaats in de Sociëteit „Ons
Genoegen". Het Rotterdamsche Tooneelgezelschap
der bh. Le Gras en Haspels voert dan op Fernande,
tooneelspel in 4 bedr., van Victorien Sardou. Daarin
treden o. a. op de dames: Beersmans, Burlage-
Verwoert, Marie van Eysden, Alida Klein, Coehngh-
Vorderman en de hh. Tartaud, Henri de Vries, Van
Eysden, en Van Kerckhoven.
lijkt me een beschaafd man, die zich zelfs in onze
wereld gemakkelijk beweegt en zulke menschen zyn
niet zoo stomp van gevoel als u schijnt te meenen,
mevrouw I Waarom u met uw beklag over z’n hoog
hartig schrijven tot mij gewend, als u toch wel weet,
aan ’t verkeerde adres te zyn
U schijnt erg boos, freule! Bedenk toch, dat
ik een oude vrouw ben, die door ondervinding wijs
geworden is en *t ambachtsvolk door jarenlangen
omgang van nabij heb leeren kennen. U hebt mis
schien uw ideën uit een mooi boek gehaald
Né mevrouw, u vergist u! Als u ’t weten
wil, de.bron zit hier! En ze legt met een gra
cieuze beweging de hand op de linkerborst, den
fleren blik strak op mevrouw Schriele gericht.
Excuseer, dat ik de visite afbreek, vervolgt ze
na een oogenblik zwijgens. Pa wacht me misschien
reeds en ik heb voor den middag nog een en ander
te doen.
Ik heb gisteren nog verzuimd u te zeggen, me
vrouw I dat de hotelhouder bericht heeft, dat er ge
schikte kamers ten zijnent disponibel zyn. Vandaag
of morgen zal hij zich aan ’t slot vervoegen om or
ders.
Mevrouw Schriele keek ’t jonge meisje verbluft
aan, sprakeloos van verbazing. Maar deze lette er
niet op. Met een bevallige nijging nam ze afscheid,
waarna ze haastig de kamer verliet. Besluiteloos
bleef ?e in den corridor staan, een blik werpend op
de staande klok, die nog meer dan een half uur voor
Dunkt u, freule? Lees dan dit briefje eens. I
Ik heb dat zooeven ontvangen en omdat ’t een dui-I
delijke onderteekening draagt, meen ik de freule voor
ditmaal zwart op wit te kunnen overtuigen, dat ik
reden heb voor mijn boosheid op de Holsma’s: vader
eu zoon allebei.
En daarom heb ik de freule even laten roepen.
’tJonge meisje neemt den brief, die haar wordt
toegereikt, onverschillig aan. Vluchtig doorloopt ze
de regels de ongerustheid verbergende, dat de schrij
ver, die in hooger gunst bij haar staat dan mevrouw
Schriele vermoeden kan, in een opwelling van toorn
de eiscben der wellevendheid al te ver uit het oog
mocht verloren hebben.
Maar die ongerustheid blijkt ongegrond. Glim
lachend geeft ze mevrouw Schriele den brief terug
tonder acht te slaan op den uitvorschenden blik,
waarmee de oude dame haar een afkeurend oordeel
■wil ontwringen.
En zoo’n antwoord noemt u grof, mevrouw?
W ze glimlachend. Ik noem 't waardig en fier.
tegen ongelukken verzekere, zooals dat reeds bij
gemeentewerken geschiedt. Omtrent de quaestie
der loonen kwam mep niet tot eenstemmigheid.
De heer J. Muijderman besprak daarna het, nut
van Kame'rs van arbeid, vooral in quaestiën, als
hier ditmaal behandeld werden, een denkbeeld waar
mede de geheele vergadering zoozeer was ingeno
men, dat eene Commissie werd benoemd, bestaande
uit vier leden uit de patroons en vier uit de Ar-
beidsvereenigingen, om te onderzoeken of zulk eene
instellling te Zutphen ook levensvatbaarheid zou
kunnen krijgen. Tot leden dier commissie werden
benoemd de heeren J. P. Muijdermau, J. G. Garve-
link, G. Uiterwyk, Ezerman (timmerman), J. Das,
M. Fröger, H. Wormgoor en H. J. Wy/nan, aan
welke commissie het recht werd toegakend deze
met een persoon aan te vullen, n.l. een architect.
Tevens is aan deze commissie opgedragen te on
derzoeken of loousverhooging en een maximum-
werktijd van 11 uur gewenscht zal zyn. Dan zal
later nogmaals eene vergadering gehouden worden,
waarin over deze zakeu rapport zal worden uitge
bracht.
Dinsdag voor 100 jaar werd het korps rijdende
artillerie opgoricht. Stichter van het korps was
prins Willem V, die den 9den Januari 1793 aan
den Raad van State voorstelde, tot de oprichting van
twee brigades rijdende artillerie o»er te gaan. De
Staten-Generad keurden dit voorstel den 2 laten Fe
bruari van dat jaar goed.
In de eeuw die voorbijging, had het corps her
haalde malen gelegenheid zich te onderscheiden, en
verwierf het in onderscheidene gevechten den roem
van veldoversten. Zelfs Napoleon I liet er zich met
lof over uit. By Waterloo en in de onlusten van
1830 nam het ook aan de krijgsverrichtingen een
zeer werkzaam aandeel, en onderscheidde het zich
zeer.
De tegenwoordige uniform ontving het corps in
1843 van den held van Quatre-Braswelke uniform
ongeveer gelykt op het oostnum, waarin de Prins
van Oranje in den nacht van 16 Juni 1815 de bal
zaal der hertogin van Richmond te Brussel had
verlaten, om nog bytijds do Franschen aan den Vier
sprong tegen te houden.
De rijdende artillerie telde sinds haar oprichting