M
:r Heet,
huis bezorgd,
en MACHINE-
ohe
ootjes,
»f voor Vul-
BINNENLAND.
)KL
No.0246.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
FEUILLETON.
e Cie,
%rkt H 1OI.
ARI 1894,
a
ferkooping.
a J. P. MAHL-
Bergambacht i.
i op W0EN8
ANÜABI 1894
tam nas HEE,
i WOENSDAG
ids ten na nre,
et dorp aldaar,
a, de Tolgenda
ht
HS,
dorp, met twee
pmin”.
Een kijkje in 't Rijks-Museum.
1
korporaals
De vesting Glatz herbergt thans de veroor-
e Groenendaal
9 Zaal.
geaogt
raio»
0-, GBA8. en
ljjk, nabj Berg-
n tieren.
tuMchen de We-
ueden, groot 43
nr. 216, met
loonhorenachen
0.25,
010.
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F CENTEN.
Uit
de Ve
steeds
ren wjj nit once
ENSINK,
Marokko ver-
ANTAARN.
fatten.
ir. Volksbond,
•OO, Voorzitter.
is.
||OI IN IIi: COURANT
an den Groenen
ADIG:
leb. Pitch Pine
n Pine Balken
ilen, Plaatliont,
n, enz. ens.
W, m»
en breeder om-
te bekomen bjj
13 en 234, groote
GRASLAND,
t 31 Aren, 90
ADVERTENTIËN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
GOUDA, 8 Januari 1894.
Zondag 21 Januari hoopt de Zangvereeniging
Apollo* eene uitvoering te geven met, ah
naar gewoonte, bal na.
Onder de voor te dragen stukken mogen iu
dé eerste plaats worden genoemd: Princessin
Ilse en Scbön Ellen, twee stukken, die onge
twijfeld in den smaak zullen vallen.
De Fransche oud-Minister Baïhaut, die nog
steeds gevangen zit wegens de Panama-knoeie-
ryen, heeft zyn dochter, een meisje van 19
jarei, verloren. De gevangene had dringend
verlof gevraagd zyn stervend kind te mogen
bezoeken, maar dat werd hem geweigerd.
het busje «Hulp in Nood», ft welk by
■gaderingen van den R.K. Volksbond
onder de leden rondgaat, zyn in de
afgeloopen week voorloopig 3 personen be
deeld, zy kregen aardappelen, brood en steen
kolen. Voorzeker een goed voorbeeld en het
is niet te ontkennen, dat door enkele kleine
gaven, veel leed kan verholpen worden, te
meer daar men weet, dat die leden ook tot de
arbeiders behooren. Wij gelooven hh. Dona-
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
De Schah van Perzië die, gelyk wij reeds
berichtten, iu den aanstaanden zomer weder
eens naar Europa zal komen, onderneemt die
reis om zyn lievelingszoon die, tot zyn
spyt, niet zyn opvolger kan zyn aan de
Europeesche hoven te presenteeren.
teurs van den R. K. Volksbond gerust het
bedoelde busje »Hulp in Nood« ta. kunnen
aanbevelen. Het Bestuur vau den Volksbond
doet persoonlijk onderzoek naar hen, die be-
deeling noodig hebben.
Zaterdagnamiddag heeft op den Bergschm
Plas een jonkman by het schaatsenrijden, door
te vallen, een en pols gebroken.
Het schoolblad De Wekker,nieuwe bydra-
gen voor het onderwijs,herdenkt met zyn
eerste Januari-nommer zyn 50-jarig bestaan.
In een hoofdartikel brengt de tegenwoordige
hoofdredacteur, de heer G. B. Lalleman, hulde
aan zyn voorganger, den heer Mioulet, herin
nert aan de geschiedenis van het blad, dat al
dien tyd met overtuiging de belangen van ht t
openbaar onderwys heeft voorgestaan, dankt
den rechtskundigen adviseur mr. E. L. van
Emden voor zyne belangryke adviezen en de
heeren M. J. Ijzerman en IJ. IJkema voor-
hnnne medewerking aan de redactie. Eerst
genoemde was reeds langer, de heer IJkema
sedert twee jaar aan De Wekker* verbonden.
Ook den heer A. J. Labberton te Alblasserdam
en den uitgever, den heer A. Belinfante wordt
een woord van hulde gebracht. In het nieuw
ingetreden tijdperk hoopt De Wekker* de be
ginselen te handhaven, tot dusver steeds voor
gestaan.
dochteren Eva’s, als ze zijn steeds haren bedaar
den wederhelften een paar schrede» vooruit.
Sommigen worden alleen door hun vrijen wil
voorlgedreven, anderen door oen gedienstigen geest
in de gedaante van een der slimme zonen Israëls,
die heden, als gids en tydelyk professor in de
aesthetica, een ruim daggeld verdienen.
Laten wy zoo’n boerenfamilie eenige oogenblikken
op haar tocht door Neerlands kunsttempel volgen.
De buikige, blozende patriarch van ft gezin gaat
gebukt onder ft gewicht van den groenen reiszak
met roode kwastjes, gevuld met een stapel krentenmik
en koek, waar wy het zeker eene halve week mee
konden stellen.
Wel had de beambte in de vestibule aangeboden,
dien zak te bewaren, doch op de aanmerking van
moeder de vrouw, „dat men die stadsluu noit kan
vertrouwen, en hie alles wel èns kon opgevrèten
hebben, als wie weeromkwiemen,” had vader barsoh
geantwoord, //dat hie zelfs daoveur mans genogt
was.” Men bemerkt thans evenwel, dat die laat, in
de zwoele atmosfeer hierbinnen, niet bepaald een
lust voor hem is.
Zijn waardige spruit Gerardus Johannes, in de
wandeling Gartjan genoemd, weet echter, dat vader
een taaie is, en slentert mot de groote handen iu
de zakken op zijn doode gemak achteraan. Gartjan
is niet erg in zijn humeur; hij begrypt niet, wat
moeder in ft hoofd haalde met naar dit spul te gaan.
Veel liever wilde hy mot Hille naar de kermis op
’t naburig dorp.
Mag ik 't genoegen hebben, u de dames voor te
stellen? Dit is Hille, de aanstaande echtgenoote
van den jongen boer. Waarlijk, hoe hoog ik onse
Zaterdagavond werd in het Koffiehuis Har
monie*, eene jaarlijksche Algemeene Vergade
ring gehouden van de Coöperatieve Brood
bakkerij »Ons Voordeel*, tot het uitbrengeu
van het jaarverslag over het tweede boekjaar.
Uit dit verslag bleek dat de ontvangsten had
den bedragen 35030.60 en dat het bedrag
ter verdeeling onder de leden was f 5049.97*
of 15%, ft welk met applaus werd begroet.
De aftredende bestuursleden J. L. Leyer-
weert, D. L. Soer en A. Smit werden herko
zen, in de plaats van het bestuurslid W. Roe
pers, die niet meer in aanmerking wenschte
te komen, werd gekozen H. de Groot.
Tot leden van de Commissie werden herko
zen F. Jansen en O. A. van der Want.
Een koddig ongeval óverkwam laatstleden
Zondag prof. Ceci te Genua. Daar het weer
byzonder schoon was, maakte hy eene wan
deling naar Casstellaccio. Terwyl hy daar
genoot van het prachtig uitzicht, ^at men van
dien berg heeft, was zyne woning in de stad
gesloten. Nu moet men weten, dat prof. Ceci
er een aap op nahoudt, een snaaksch en listig
dier, gelyk trouwens al zyne rasgenooten. Dam
de eenzaamheid onzen kwant verveelde, liep
hy eerst het geheele huis door en kwam ein-
delijk in de slaapkamer, waar hij een doosje
met waslucifers vondbij stak er een aan zoo-
als hy het zoo dikwyls kinderen had zien doen
by wyze van vuurwerk. Een dezer lucifers kwam
te land op het bed van den hooggeleerde, dat
dadelyk vlam vatte en het geheele vertrek met
een dikken rook vervulde, die zich door het
raam een uittocht baande. De buren, hierdoor
opmerkzaam geworden, waarschuwden door
middel van de telephoon de brandweer, die
spoedig ter plaatse was. De deur was echter
En het volk zong een lied van
van achttien jaren.
•pen van links naar
rechts, on het luide lachen dor pleizierreizigers ver.
stoort de plechtige stilte in het gebouw,
„Meister had toch geliek, ft waor nuver mooi.”
En voldaan wandelen ze de nevenzaal in, waar men
zich op eene rustbank zet, om den inwendigen monsch
te verzorgen. Gartjan, die langzamerhand wat op
dreef komt, zit naast zijn meisje op de canapé te
wippen tot genoegen van Hille, tot groote er
gernis van eeno nevens bom ziftende Engelsche dame,
die tegen wil en dank telkens een kleinen lucht
sprong maakt, als zijn zwaar lichaam op de voeren
neerplompt, en die de Hollanders bepaald „shocking”
vindt.
De bybolsohe voorstellingen onzer oude meesters
begrijpen de vrienden zeer goed.
Het verwondere u niet! Onze dorpspredikanten
vatten hunne taak als godsdienstonderwijzers ernstig
op, en de meeste buitenkinderen gaan van hun achtste
tot bun achttiende jaar getrouw ter catechisatie.
De vrouwen werpen in ft voorbywandelen een
steelschen blik naar den steenwerpenden Titan. Duidt
het baar niet ten kwade; als we straks langs de
nimf Echo komen, maken hare geleiders zich aan
dezelfde sonde schuldig.
Reeds is men weer bijna aan de oerezaal gekomen,
als moeder plotseling bemerkt, dat haar Gartjan
niet meer bij hen is.
„Waor is ’tkiend?” vraagt ze, onrustig omziende
Vader meent, dat hij wel komen zal,' doch zijne
corpulente wederhelft ir er de vrouw niet naar, om
zich door hem met een kluitje in ’t riet te laten
sturen, allerminst, wanneer ft de leiding van hun
erfgenaam geldt. {SM Mft,)
stebdsche jufferschap met hare slanko tailles en gees
tige tongetjes ook stel, dit landmeisje met hare mooie
helderblauwe kijkers en frissche, roode wangen kau
eene vergelyking met haar wil doorstaan. Welke
weelderige vormen, wat een blanke huid I Zy zal
de waardige opvolgster van Gartjans moeder worden,
die, hoewel de vijftig reeds lang gepasseerd, nog in
de volle kracht des levens is en iu het werk voor
geene twintigjarige onderdoet.
Hare opgeschoten dochters wenken reeds naar
Rembrandts „Nachtwacht,” de schilderij, die zij
volgens het zeggen van „meester” in de eerste plaats
moesten zien.
Do familie staat er voor on zegt niets.
Onze buitenlui zyn nog niet zoo beschaafd als de
Amsterdammers, die meerendeels louter hun best
doen, dit kunstwerk te bewonderen, wijl de kunst
kenners het verheerlijken.
Onze vrienden zyn teleurgesteld, en de reden weten
ze niet.
„Den gele daor is noe zeker den nachtwaokei I”
zegt Hille, op kapt. Banning Cock wijzende, „maor
hie het niet èns ’n raotel I” En vader meent, dat
er zeker een standje in de buurt is, wijl er zoovele
soldaten zyn. Hij Houdt de Beurs top den achter
grond voor „de nor” „waor de lèvenmaokers straks
iu motten.” Eu moeder heeft te doen met het
„kleine dernje,” dat tusschen al dat gesnor is ver
dwaald. Het mooi hebben ze echter nog niet ge
vonden.
Maar als een vriendelyke oude heer hen op Ban.
nibg Cocks uitgestoken vinger attent maakt, die, waar
ze ook staan, steeds op hen scbynt te wyzen, he^.
ben m plotseling een reden tot bewondering. „V*,
Het Gemeentebestuur van Parys heeft het
gevraagde terrein voor het gedenkteeken van
Gounod «Pare Monceau» toegestaan.
geslotenmen moest dus na het verbrijzelen
eener ruit in de slaapkamer dringen. Dit ge
lukte den spuitgast Mantello. De aap ontving
hem echter met een regen van projectielen,
bestaande uit toilet- en andere artikelen, die
hy op eene kast vond zelfs werd onze moe
dige spuitgast aan het hoofd getroffen door
een aardig klein klokje.
Spoedig slaagde de brandweer er in den
brand te blusschen, zoodat prof. Ceci betrek-
kelyk weinig schade leed het verlies, hem door
den brand berokkend, bleek veel geringer te
zyn dan dat van de voorwerpen, die zyn aap
als projectielen gebruikt had tot afwering van
een gewaanden vyand.
deelde Fransche officieren Degony en Delguey.
Toen zy er in den avond van 20 December
waren aangekomen, werden zy onder militaire
bedekking naar de hoofdvesting gebracht, waar,
op bevel van den kommandant, hunne kamers
behoorlijk waren ingericht. Dezen geven alleen
uitzicht op het binnenplein der vesting en zyn
eenvoudig, maar net gemeubileerd. Het eenigo
tijdverdrijf dat hun, wordt toegestaan, is lezen.
Ingevolge de bevelen van den kommandant,
moeten zy ruim en goed eten hebben, opdat
zy niet over gebrek kunnen klagen: des och
tends en tusschentijds kofje en brood, des
avonds koud vleesch en thee, des middags
soep en gebraad, met veelal jwee gerechten,
compote enz. De prys der voeding is vast-
gesteld op f 0.90 daags, waarvan zy zelven
de helft moeten betalen. Zij mogen dagelijks
twee uren in den voor- en namiddag op het
binnenplein loopen. lederen dag komt de kom
mandant bij hen, om te vernemen of zy mot
I den kost tevreden zyn, iets hebben te vragen,
enz. Elke maand zal de soldaat, die hen be
dient, worden afgelost. Sedert hunne aan-
komst is de toelating van vreemde personen
tot de vesting aanmerkelyk beperkt, terwyl
san de wacht drie man zyn toegevoegd, die
uitsluitend tot taak hebben, de veroordeelden
te surveilleeren en hun zoodanig alle verkeer
te beletten, dat zy geheel van de buitenwe-
i, reld zjjn afgesloten.
>De Oorlogskreet* kondigt tegen het laatst
dezer maand een bezoek aan van generaal
Booth aan ons land.
De heer W. van Zuylen, die te Omjawater
Maandagavond a. s, in ft hotel »Konings<
eenige voordrachten zou houden, is verhinderd
dien avond op te treden. De voordrachten
zullen nu eenige dagen later plaats hebben.
Vreemdelingen waren er gisteren niet zooveel
in onze gemeente, als we wel verwacht hadden.
Het ys schynt naar Rotterdam nog al wat te
wenschen over te laten.
Achter »0ns Genoegen* en op de Singels
werd druk gereden. Het meest was de ijsbaan
der Goudsche Ijsclub bezocht, het terrein daar
is dan ook uitstekend en voor huisgezinnen
met kinderen is er o. i. geen betere gelegen
heid dan de kinderen zich daar te laten ver
maken. De geringe contributie wordt door de
mindere vrees voor ongelukken ruim vergoed.
Volgens achterstaande advertentie is door
de >Usclub Gouda* op Vrydag een wedstry.l
uitgeschreven voor amateurs over 500 en 5000
M. en op Zaterdag voor beroepsrijders op de
korte baan.
Heden wedstryd in Haastrecht en het Beier-
sebe.
Woensdag o, a. te Oódewater en te Gonderak.
Den 3n Februari vertrekt van Rotteri^hu
per stoomschip Soerabaye, van de Rott. Lloyd
naar Oost-Indië de voor het O.-I. leger be
stemde 2e luit, der inf. B. C. M. Smelt, als
medegeleider van een detachement aanvullings-
troepen.
ft Spyt me, dat ik ft zeggen moet, geachte lezer,
maar ik ben een heel alledaagsch monsch. Er vloeit
geen druppel artistenbloed door mijne aderen, en,
als ik vier of vijf keer dezelfde schilderij bekeken
heb, is deze voor mij als een uitgelezen boek, ’k Mag
eHdofc wel eens een vluohtigen blik op werpen en
haar groeten als eene oude bekende, doch zy
boeit niet meer; ft interessante is er af.
Evenwel heeft een bezoek aan ft Ryks~Museum
te Amsterdam nog altyd eene bijzondere aantrekke
lijkheid voor my, doch laat ik ft maar ronduit
bekennen dan heb ik dikwijls meer oog voor de
kykers dan voor de kunstwerken.
’k Weet wel, dat dit niet voor myn schoonheids
gevoel pleit, maar ft is, helaas niet anders.
Zoo dwaalde ik op een regenachtigen Augustus
morgen alleen door Cuypers schoone stichting rond,
mengde my nu eens onder de bezoekers en vlyde
my dan weer op een der mollige divans neer, om
mijne indrukken te verzamelen.
ft Was er druk dien ochtend I Behalve de tradi-
tioneele vreemdelingen in hun licht reis-costuum,
die met den Baedeker in de hand haastig van de
eene zaal naar de andere draafden, had een pleizier-
trein uil het Geldersche een zwerm boeren en boe
rinnen aangebracht.
In troepjes van zes tot tien drentelen zy door de
ruïne zalen rondde vrouwen nieuwsgierige
In de cantine der Kazerne had Zaterdag
avond tusschen 5 en 7 uur een biljart-concours
plaats.
Pryswinner voor het potspel was korporaal
Struivenberg. De vereeniging van korporaals
had deze zaak op touw gezet.
De Nederlandsche Spectator van 6 Jan.
bevat als hoofdartikel een visie getiteld: Fiji-
de-Siècle, waarin op allergeestigste wyze de
draak wordt gestoken met den tegenwoordigen
toestand onzer maatschappij.
Een plaat met gelyk opschrift tracht het
idee van den sebryver nog te verduidelijken.
De vrye liefde, Eigen Hulp, geloof, regeering
belasting, oud-Delftscb, Wilhelmina-water, de
Kunstkring en Pulchri, spelling-K&llewyn,
crèches en universiteiten, de nieuwste Gids,
Atjeh-oorlog, Kurhaus, armenzorg, wandeltocht
van werkloozen, passeereu in bonten rij de
revue en moeten daarby nog al een veertje
laten.
Het einde is echter beter.
En myn oog zag een troon, gedragen
op de schouders van het volk. Op die troon
zat een jonge vorstin. Haar haren waren als
gesponnen goud en uit haar oog straalde
welwillendheid. Haar hand hield een scepter
van goud en een zwaard lag in de schede aan
hare voeten.
die Kopingin
rechtig, da’s aoiigl” en ze loo]