II
WIJN
BINNENLAND.
De laatste eener Familie.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Ijl
I
Zaterdag 5 Mei 1894.
No. 0343.
FEUILLETON.
ag.
i proef
iht.
VLIET,
I*
33ste Jaargang.
r en Kom
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
i...
ia hart
clodt,
Door den heer De Beaufort is verklaard, dat
hy de benoeming voor Utrecht niet aanneemt.
knt
anders
voor
en
elicienis
ranks.
45 cent
i Cuit.
Lbakkers
St
te
td
BH
St
t:
(Naar het Fraiuch,')
Aaatschappy
O.
gehalte.
de grootste
en,)
rn Stein
•g Tokay
RKT 156.
hlHINIIL I III K UT
De beer Röell heeft voor de benoeming tot
lid der Tweede Kamer voor Haarlem bedankt
en die vour Utrecht aangenomen.
ADVERTENTIËN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
tante ontvangen brief, die blikbaar groote
teleurstelling baarde, scbynt den laatsten stoot
aan het voornemen tot zelfmoord te hebben
gegeven.
In het te Oldenzaal achtergelaten koffertje
werden eenige geheel nieuwe voorwerpen ge
vonden, welke het vermoeden wettigen, dat tot
den noodlottigen stap niet lahg te voren was
besloten.
Men verzekert ons, zegt het Dagblad*, dat
jhr. mr. J. Röell zich werkelyk onledig zou
houden met de samenstelling van het Kabinet.
In de gemeente Langerak heeft zich, by de
herstemming van jl. Dinsdag, het geval voor-
De katholieke kiesvereeniging te ’s-Grpven-
hage heeft mr. Bevers, die in het kiesdistrict
Deutinchem niet verkozen werd, by acclamatie
candidaat gesteld voor de Tweede Kamer in
dat district.
Zaterdag 26 Mei heeft er in Ons Genoegen
een vergadering plaats van de »Vereeniging
van Onderwijzers in het arrondissement Gouda*.
Op de agenda komt o. m. voor
>Het rechtopstaand schrift* in te leiden door
den heer Van der Laan uit ’sGravenhage en
>Een en ander over de spelling Kollewjjn
c. s., in te leiden door den heer D. Sonne.
GOUDA, 4 Mei 1894.
Het onderwjjs te dezer stede leed heden een
gevoelig verlies door het onverwacht overlijden
van den heer M. J. van Dngteren, leeraar in
de Nederlandsche taal en letterkunde aan de
ryks hoogere burgerschool en het gymnasium.
De heer van Dugteren was hier werkzaam
sedert 1884, toen hy uit Middelburg overkwam.
Hij stond by zyn collega’s en zjjn leerlingen
gelykelyk hoog aangeschreven als bekwaam
docent en humaan man. By beide zal zyn
nagedachtenis in eere blyven.
Als candidaat voor de op Dinsdag a. s. te
houden verkiezing voor een lid van den ge
meenteraad te Alfen is van katholieke zyde
geproclameerd de heer Fr. Bulk en van anti
revolutionaire zijde de heer W. Los.
Eenige wandelaars langs het strand te 8che-
veningen hoorden Zondagavond eensklaps een
luid noodgeschreew, dat ter hoogte -van de
Kerkwerf uit zee kwam. Een paar heeren gin
gen op het hulpgeschreeuw af en ontwaarden
op een landtouw, waarmede een der sebniten
aan het anker bevestigd was, een artillerist, die
in hachelyken toestand verkeerde, daar de zee
terwyl de soldaat langs dezen weg een bezoek
aan de schuit had willen brengen, aan het was-
spn geraakt was. De beide heeren, namelyk
Jacob de Niet en M. de Mos Pzn., waagden
zich ten halven lyve in het water en staken
den artillerist een wandelstok toe, waardoor
het dezen gelukte aan land te komen.
Toen bleek het, dat de krijgsman niet nuchter
was en naar het politiebureau moest worden
overgebracht.
H. M. de Koningin-Regontes beeft tot hof
prediker benoemd dr. G. J. van der Flier,
predikant bij de Ned. hervormde gemeente te
’s-Gravenhage.
10)
Eu, o gruwel, *twas maar al te waar, dat men
den armen Rudolf in zijn graf opsloot, want de
plaats, waarin hij (gevlucht was, had geen anderen
uitgang, dan deae deur, die voor alty'd gesloten was,
en met zyn nagels, kon hij ónmogelijk muren van
zee voet dikte doorboren.
Marianne had gehoopt, dat hij, door het geraas
gewaarschuwd, voor het wreede lot, hem bereid,
door den meedogenloozen echtgenoot, de deur zou
openen, om zich als een woedenden leeuw op zijn
beulen te werpen, en des noods over hun lijken te
ontvluchten. Maar hij gaf geen enkel teeken van
leven. Hy was dus besloten om den afschuwelijk-
sten marteldood te sterven.
«Neen,* dacht mevrouw Van Hansweerd, „hij zal
niet sterven. Ik wil niet, dat hy sterft.*
Toen de laatste spyker ingeslagen was, overtuigde
de generaal zich, door zich met zijn geheele zwaarte
tegen het lood te laten vallen, of de plaat sterk ge
noeg waa, om weerstand te bieden, aan de krachten
van den sterksten man. Daarop liet hij het be
hangsel weder op zyn plaats brengen en zond de
werklieden weg.
«Ziedaar!* zeide hij, zich vergenoegd in depen
den wrijvend. «Thans ben ik gerust. Nu behoef
ik niet meer bevreesd te zyn voor telkens terugkee-
Omtrent de personen die in den trein zelf
moord pleegden, wordt nog nader gemeld,
dat beiden te Leeuwarden een en, van hunnen
vader verkregen, winkel in kruidenierswaren
in de St. Jacobsstraat aldaar gedreven hebben,
doch wegens achteruitgang in zaken die plaats
moesten verlaten. De laatste drie weken heb
ben zy gewoond te Amsterdam, van waar zy
zich hebben begeven naar Bentheim, waar zy
eenige dagen verbleven. Een aldaar, posteres-
Van zekere zyde wordt druk propaganda
gemaakt voor een ministerie, te vormen door
den oud-Gouverneur-Generaal Pynacker Hor-
dyk. Zoo langzamerhand zou men waarlijk al
beginnen te gelooven, dat aan dezen staatsman
een opdracht is verstrekt, wat tot nog toe
echter alleen door enkele couranten is geschied^.
Door zulk een oplossing, of liever besten
diging van de crisis, zou weder tot schade
van ’s lands belang, met den eisch der parle
mentaire beginselen niet gerekend worden en
de verantwoordelijkheid niet opgelegd worden,
daar, waar zy behoort. Het woord van hei
Dagbladdat by de tegenwoordige meer
derheid zeker in een goed blaadje staat
dat het geenszins onmogelyk ie, dat de
staatslieden, die door H. M. de Koningin-
Regentes werden geraadpleegd, in dien geest
ook hebben geadviseerd*, en dat »zulk een
oplossing 't meest zou overeenkomen met den
persoonlijken wensch van den heer Röell, van
wien het bekend is, dat hy liever geen por
tefeuille aanvaardt*, kon wei eens de verkla
ring bevatten voor het opwerpen van dat
balletje.
Maar dat gaat maar zoo niet aan. De per
soonlijke wenschen van den heer Röell moeten
zwichten voor de politieke eischen van het
oogenblik, en wie liever geen portefeuille
aanvaardt, moet dan maar geen positie nemen,
die hem in de noodzakelijkheid brengt een
portefeuille te torsen. Is Tak omvergeworpen
door hen, die beweren de meerderheid achter
zich te hebben, die met hun kiesrechtstelsel
gereed zyn, die het opzettelijk voor later
hebben gereserveerd, welnu, het is dan
Hoe gevaarlijk het is, eetwaren uit koperen
voorwerpen te gebruiken, ondervond verleden
week de heer G. D., graanhandelaar te Moor
drecht. Deze had namelijk een vischgerechf
genuttigd, dat in een koperen pan was bereid
en had, volgi x
-
gepaard met
het lichaam,
de gevolgen
Het diploma A voor de zuivere toepassing
van het Correspondentieschrift en vertrouwd
heid met het systeem «Stolze-Wery» kon he
den verstrekt worden aan de heeren 0. P. ten
Houten, Employé, Enschede; G. van der Kolk,
Gem.-Secretaris, Nederhemert; R. Prakken,
onderwijzer, UsquertG. Smelik, baas kalk
brander, Vlaardingen. Diploma B tot het ge
ven van onderwjjs in de Stenographie volgens
het stelsel «Stolze-Wéry» aan mej. C. L.
Terwen, z. b. ’s Gravenbage J. H. Albrecht,
2e luit. 8e reg. inf. te Arnhemen P. J.
Smit, agent, Delfzyl. Over het proefschrift
van een Candidaat voor diploma A moest
afwijzend worden beschikt.
De schoenmaker Samiljan, uit de Nieuwe
Kerkstraat, diens vrouw en een aantal andere
getuigen, zijn heden tot tweemalen toe door
den rechter-commissaris gehoord.
Deze vond het na afloop van het verhoor
geraden Samiljan in voorloopige hechtenis te
houden als verdacht van brandstichting, ten
gevolge waarvan vier kinderen en een oude
vrouw het leven verloren.
De verdachte staat thans te boek als Samil
jan, oud 25 jaar, geboren te Lohnik in Rusland.
i een koperen pan was bereid
latere waarnemingen, daardoor
geëvenredigd opzwellen van
een vreeselyk braken waren
van. Het mocht Dr. Mari,
wiens hulp inmiddels was ingeroeren, gelukken
den patiënt nog te behouden.
jens 1
koperzuur in de maag gebracht. Hevige krampen
-J-1 een --
en
er
rende verkoudheden in het hoofd. Maar ik heb een
weergasohen honger, en ik hoop beste vrouw, datje
mij nu wel zult toestaan, een stukje te eten. Ik
vraag je niet om mede aan tafel te zitten, daar je
je niet wel voelt. Niets is slechter voor den eetlust,
dan een slechten nacht, en ik vrees, dat je byzonder
slecht geslapen hebt. Bovendien, zal je misschien
wel behoefte gevoelen om naar je kleedkamer te gaan,
voor my moet je je niet ophouden hoor. Elise, die
zoo gezond is als een visohje, zal mij wel gezelschap
houden.*
„Ik dank je zeer, maar ik heb geen honger, pre
velde het jonge meisje.
«Wat, jij ook al niet zusjelief? Iedereen is hier
dus ziek! ik alleen uitgezonderd. Ik heb mij
in langen tijd niet zoo lekker gevoeld en ik zou mijn
jongere buren nog wel een lesje kunnen geven. Maar
Liesje, als je niet wilt eten, doe my tenminste dan
toch het genoegen om bij mij te komen zitten, dan
zullen wy eens babbelen. Laat het raam maar open,
kindlief, de storm is geheel uitgewoed en we zuHen
een prachtigen Novemberdag hebben. De versche
lucht doet mij goed. Je bent nog een jong bloempje,
maar ik word een oude knappert."
Voortdurend opgeruimd babbelend verorberde de
generaal een groot stuk hazenpastei en besproeide
dat met een glas wijn.
Elize keek haar zuster aan, die met de oogen een
teeken gaf, dat zij de uitnoodiging moest aannomen.
Marianne wierp zich in den leunstoel, zonder den
blik af te wenden van het behangsel waarachter de
noodlottige deur verborgen was. Het scheen haar
toe of de figuren op dat behang haar allen spottend
aanzagen. Zy riepen haar toe:
Bij het graven van een put in den tuin van
een in aanbouw zynd huis werden te Beesd
enkele zilveren munten gevonden, die dagtee-
kenen uit de 17e en 18e eeuw. Zij hebben de
grootte van een ryksdaalder en dragen Latijn-
sche opschriften. Een ervan vertoont het jaar
tal 1692 of 1694. Naar men meent, zyn het
Zuid-Nederlandsche munten.
„Kom, kom geen gekheid I Zoek eens goed. Je
hebt toch een aantal aardige jongelui ontmoet, die
je niet allen onverschillig kunnen zyn. Denk eens
aan den kleinen Servon, die zoo goed danst en een
millioen in handen beeft. En dan, wat duivel is dat,
onze knappe geheimzinnige buurman dien wij nooit
dan te Parijs zien, de mooie Rudolf van
Trichtvoorde. O, o Lize, je krijgt een kleur. Ont
ken ’t niet. Zou ik den spyker op den kop geslagen
hebben
„Wel neen, zwager, hoe kom je er aan? Praat
toch niet zoo.”
Marianne stond plotseling op. Zij hoorde dat
wreede gesprek en bemerkte wel, dat haar echtge
noot er pleizier in had met haar droefheid den spot
te drijven. Hij moest weten, dat de man, dien hij
levend hegraven had, Rudolf was. En hij dorst den
naam uit te spreken van zijn slachtoffer I En om
zijn vrouw te kwellen, plaagde hij zijn schoonzuster,
met den man, dien zij aanbad.
Marianne liep vlak langs den generaal, zonder hem
een blik toe te werpen en zij plaatste zich voor het
venster. Zy dreigde te stikken en haalde diep adem.
Plotseling zag zij den boschwachter De Ruiger, die
volgens het zooeven uitgesproken vermoeden van
baron Van Hansweerd reeds sedert een jaar ver
liefd was.
Hij kwam achter uit het park langs de breede
laan, in zijn uniform, met den hartsvanger op zijde
en het geweer op schouder. Hij liep met kleine
stapjes en gebogen hoofd. Dit was het uur waarop
hy eiken dag kwam om verslag uit te brengen van
zijn ronde in den ochtend.
(ÏTordt
„Zal je hem, dien je bemint, op de ellendigste
wyze laten omkomen P Wordt je ’teindelyk niet
moe om ten speelbal te dienen van zyn beulP Kom
in verzet, als je moed hebt I”
Elize was aan de tafel blyven staan, terwyl de
generaal langzaam en met den grootsten smaak, zyn
ontbijt nuttigde.
„En zusje,” zeide hij met een vollen mond, „nu
zullen wy spoedig naar Parijs terugkeeren. Dat zal
je wel niet spijten, hè P”
„Ik vind 't hier zeer aangenaam," antwoordde het
jonge meisje, „en ik hoop, dat wij niet voor Kerstmis
weggaan. Mijn zieken en myn armen hebben mij
noodig. Van ochtend moet ik eens gaan zien naar
de moeder van je boschwachter. Niemand kan haar
beter helpen dan ik.”
„De oude vrouw De Ruiter? Ja ja, dat is een
best wyf en haar zoon is een uitmuntende jongen,
hoewel hij in het laatste jaar geheel veranderd is.
‘tls even, alsof hij met iets dweopt of een geheim
verdriet heeft. Nu, is dat niet al te gek voor een
oud-onderofficier van de huzaren P Waarachtig, ik
geloof, dat hij verliefd is.”
De barones hief het hoofd op en wierp een blik
vol haat op haar echtgenoot, die vroolyk vervolgde
«Maar Liesje, het is niet verboden om verliefd te
zynaltyd als men jong is. En nu wij daarover
toch spreken, zusje, moet ik je zeggen, dat jij mij
een raadsel bent. Je hebt mij nog nooit in ver
trouwen genomen en ik kan toch niet gelooven, dat
je des winters op de bals nooit iemand ontmoet
hebt, die je wat teederder dan anderen in de oogen
hebt gekeken.”
«Wel neen, zeker niet," prevelde Elize verlegen.
gedaan, dat een ziek kiezer zich, in dekens ge
wikkeld, naar het gemeentehuis liet vervoeren,
om van zyn kiesrecht gebruik te maken.
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per dne maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Gisteren 3 Mei is te Schiedam opgericht een
Zuid-Hollandsche Kolfbond, waartoe terstond
als lid toetraden: «Schiedam» te Schiedam en
«Maatslag» te Gouda. De overige Vereenigingen
«uilen zich binnenkort denkelyk eveneens aan
sluiten.
Na afloop der vergadering had er een wed
strijd plaats, waarby d® heer J- Kleyheeg uit
Schiedam met 131 punten den eersten prys
behaalde.
De heer D. IJsselstyn van «Maatslag» ver
wierf den tweeden prys met 130 punten ter
wyl aan den heer J. A. Wigant Bross te
Boskoop de derde prys ten deel viel met 127
punten.
Als men nagaat, dat er van de 22 mede
spelers 12 waren, die meer dan 100 punten
behaalden, dan is dit zeker een afdoend bewys
met hoeveel animo er gekolfd werd.
Vooral de strijd tusschen de winners van
den eersten en tweeden prijs, was byzonder
warm, lang stond de uitslag twijfelachtig.
We wenschen den bond alle mogelijke succes,
moge het edele kolfspel in onze provincie
daardoor nog meer bloeien, dan nu reeds het
geval is.
Dat Gouda een flink contingent goede spe
lers bezit, kwam ook nu weer aan het licht.
Verscheiden nieuwgekozen leden van de
Tweede Kamer hebben reeds eene zitplaats in
de vergaderzaal uitgekozen.
De Heer Tak van Poortvliet zal zijne oude
plaats innemen op de middenbank aan de
uiterste linkerzijde tegen het beschot, laatstelijk
bezet door den heer Zijp, die zyn buurman ter
rechterzyde wordt, zijnde deze zetel ontruimd
door den heer Kerdyk, die op de plaats van
den heer Kielslra gaat zitten naast den heer
Heldt.
Voorts is de plaats van den heer Van Hou
ten nog open, daar zyn opvolger voor Gronin
gen, prof. Drucker het oud-lid De Meyier op
zijne bank zal vervangen.
S
Hi