Directe Spoorwegverbinding met GOUDA. ZomerdienstR1894/95. Aangevangen 1 Mel - TUd van Greenwich.
Feest van Olympia.
Bulteolaadsch Overzicht.
De voorzitter dier commissie brengt jaar
lijks op de algemoene vergadering verslag uit
van den stand van het fonds.
De gelden bet fonds toekomende, sollen
worden ingeschreven op het Grootboek der
Nederlandsche Werkelijke Schold.
In het laatst van Maart werd de beer
D, G. O., kapitein-kwartiermeester bjj het
3e reg. huzaren te Leiden, gevangen geno
men en ter beschikking van den auditeur
militair gesteld. Men sprak van valschheid
en ontrouw in de administratie. Geruimen
tijd hoorde men niets van deze zaak, tot
eensklaps eenige dagen geleden te Leiden een
lastgeving van genoemden ambtenaar werd
ontvangen, om een nader onderzoek in te
stellen omtrent een aantal nieuwe punten
van aanklacht wegens valsche boekingen en
vroegere kasopnemingeu door de hoofdad
ministratie. Dientengevolge zyn de commissaris
sen en de secretaris van dien raad van admi
nistratie opnieuw onder eede gehoord.
Een verzoek van mevroaw O., om haren
echtgenoot, als aan zwakheid van geestver
mogens ljjdende, uit het voorloopig arrest te
ontslaan, is van de hand gewezen.
Toen de zpou van C. In 't Veld te Dubbel
dam met een zjjner vrienden een der laatste
nachten zich van Dordrecht huiswaarts begaf,
vonden zjj aan den Platten weg een net gekleed
heer slapende. Na hem wakker geschud te heb-
beu verhaalde de mau, dat by van vermoeidheid
daar was neergevallen. Zjj namen hem mee naar
huis, waar hun nog het volgende verteld werd.
De vreemdeling was een Duitsch onderwyzer,
die zyn vacantie in Nederland wilde doorbren
gen. In Amsterdam was by echter in de handen
van kwartjesvinders gevallen, die hem eerst 30
galden lieten winnen, maar aan wie hij later
80 galden, zyn geheele bezitting, verloor. Hjj
was nu op weg naar hnis en was nog in 't
bezit van 30 cent en een krentenbroodje. C.
In 't Veld bood hem dien nacht logies en gaf
hem den volgenden morgen tegen onderpand
van zyn gondea horloge en dito manchetknoo-
pen reisgeld, waarna de vreemdeling dankbaar
vertrok, belovende spoedig zyn panden in te
lossen.
Tjjdindeeling. Een dag is een dag en een
aar is een uur, en wjj weten precies wanneer
een dag aanbreekt en hoeveel tjjd door een
unr wordt vertegenwoordigd. Zoo is het in-
tns8chen niet altjjd geweestde geschiedenis
der beschaviug leert ons, dat de indeeling van
den dag in den loop der tyden belangryke
wijzigingen heeft ondergaan. In de oudheid
had bjjna elk volk zyn eigen wyze van tyd
indeeling. Bjj het eene volk begon de dag
met zonsopgang, by de meesten met zonson
dergang. De tyd verloopende tusschen twee
Zelfde momenten werd bjj het eene volk ver
deeld in twee periodes van twaalf nnr, by an
deren wgs het één tjjdperk van 24 uur. De
Hindoe'^/reroorloofden zich zelfs de weelde er
een dgfrvftn dertig nar op na te houden. De
oodex Romeinen hadden twee periodes van
twaalf unr en de uren waren afwisselend van
lengte, al naar het jaargetijden, terwyl het
bovendien nog verschil maakte, of het dag of
nacht was. Des daags werden zjj langer als
de zon langer aan den hemel stond en alleen
by de nachtevening waren zjj even lang.
Galenus spreekt b v. bjj zyn verhandeling
over koortsen van nachteveningsoren, wat doet
onderstellen, dat bjj de Romeinen de uren van
stabiele lengte niet in zwang waren. De Is
raëlieten en de onde Atheners en Cbineezen
lieten den dag aanvangen met zonsondergang,
de Babyloniërs, de Syriërs en de Perzen had
den daarvoor het oogenblik van zonsopgang
gekozen.
De onde Arabieren en Ptolomaeus gaven,
evenals onze hedendaagsche sterrekundigen,
de voorkeur aan bet middaguur, terwyl de
Egyptenaren, de Franken, de Spanjaarden en
Hipparchus, evenals wy, het middernachtelijk
uur er voor uitgekozen hadden.
Trouwens, men gaf in die dagen niet zoo
veel om den tyd en het »boe laat is hete,
zal toen minder vaak een vraag geweest
zjjn dan thans. De groote heeren hielden
er slaven op na, die met zandloopera en
wateruurwerken wisten om te gaan en de
ervaring leerde hun, hoeveel keer men een
zandlooper om moest koeren om naar gelang
ran het joargetjjde te vermoeden, of er een
nnr verloopen was. Te Rome was een be
ambte der consols met de taak belast op het
terras van het Senaatsgebouw zich te begeven
en (net een luid geroep aan den volke te
verkonden het* oogenblik, waarop de zon boven
de kimme verrees en dat waarop zjj den me
ridiaan voorbijging.
Vooral in Italië hebben de uran herhaalde
lijk wyzingen ondergaan. Zooals wy reeds
mededeelden, waren de aren er in den ouden tyd
niet steeds even langdoch iedere dag was
weer onderverdeeld in tjjdperken van drie nar
prima, tertia, sexta en nona. De Katholieke
kerk heeft die benamingen nog behonden om
aan te duiden op welke aren van den dag
bepaalde gebeden gelezen moeten worden.
Later is de verdeeling van den dag in twee
periodes weer afgeschaft en in geheel Italië
werd de tyd berekend van 0 tot 24 uren.
Vóór den eersten Punischen oorlog was deze
indeeling van den dag bjj de Romeinen echter
zeker niet bekend.
Bjj de telling met 24 uren liet men den
dag precies een kalf nur na zonsondergang
aanvangen en dus wisselde, al naar het jaar-
getjjde, de aanvang van het etmaal. De St. Mar-
ens-kerk te Venetië is nog een zeer fraaie
wyzerplaat rjjk, welke in 24 uren verdeeld is.
Tot den aan»ang van deze eenw heeft men
zich aan deze indeeling van den dag gehou
den. Toen begreep men dat men practisch
zou doen, indien men den dag, evenals in
Frankryk en Oostenrjjk, in twee gedeelten
splitste, elk van twaalf uren. Aldus geschiedde,
eerst in het noorden des land, later in het
zaiden. Te Rome is men op dit pont nog
lang conservatief geweest, en in Toscane en
Apulië vindt men nu nog sporen van de oude
dagverdeelinghet volk, de ouden van dagen
en de geestelijkheid bedienen zich nog van
uitdrukkingen als «22 ore», «24 ore», «2 ore
di notte» om de laatste uren van den dag
aan te duiden.
De oude wyze van dagverdeeling bestaat
nog in de Roomsche kerk.
De kerkklokken luidden nog viermaal per
dag, kort na zonsondergang, op het middag
uur, een half uur na zonsondergang en een
uur later. Dit klokgelui wordt geregeld door
den kerkelyken kalender en de tyd wisselt
een weinig af al naar het jaargetyde.
Italië is in den laatsten tyd teruggekeerd
tot het 24-nurstelsel, maar nn begint de dag
niet bjj zonsondergang, doch te middernacht.
Tot ongeveer 1300, toen de eerste uur
werken in gebruik kwamen, was het nnr
tameljjk elastisch en men kan zeggen, dat de
nnrwerken eerst stabiliteit aan het nnr ge
geven hebben. Men heeft wel uurwerken ver
vaardigd, waarvan het our wisselde al naar
den stand der zon, maar het was rationeeler
de nnrwerken stil hun gang te laten gaan en
de uren alle even groot te maken. Zelfs al
regelde men ze naar het oogenblik waarop
de zon door de meridiaan ging, dan was het
toch nog noodig de wijzers nu en dan te
verzetten, want de zon heeft naar gelang
van het jaargetyde meer of minder dan 24
unr noodig om tot de meridiaan terug te
keeren slechts vier maal in het jaar doet
zjj er precies 24 nur over en het ver
schil kan van half Februari tot Allerheiligen
een goed kwartier bedragen. Tot het eind
der vorige eeuw hield men echter vol de uur
werken te regelen naar den ongelyken loop
der zon en toen b.v. de beroemde Lepaute in
1780 een uurwerk vervaardigde voor de stad
Parjjs, was dit ingericht om steeds geljjk met
de zon te gaan. Genève gaf eindeljjk het
goede voorbeeld met aanvang van 1 Januari
1780 werden de uurwerken geregeld naar een
fictieve zon,die iederen dag op betzelfde
oogenblik door den meridiaan ging, zoodat de
hand des menschen niet noodig was om na en
dan de wjjzera een eindje te verzetten, maar
deze steeds den gemiddelden tyd aanwezen.
Andere steden volgden het voorbeeld, Londen
in 1792, Berljjn in 1810, Parjjs echter eerst
in 1816. En nog ging men daar er niet toe
over zonder het Bureau des Longitudes ge
raadpleegd te hebben daar men vreesde dat
deze tjjdswyziging een omwenteling zon ver
oorzaken
Te Oosterwolde zyn twee jongelingen,
die bezig waren met zwemmen, verdronken.
De volgende oproeping is verzonden
Aan on ze medeleerlingen bjj de verschillende
inrichtingen van onderwys.
Het is b-kend en door deskundigen beves
tigd, dat aan ons tegenwoordig leger groote
gebreken klevendat onze zelfstandigheid, ons
aanzieD als staat daaronder ljjdt en niet het
>minst ons prestige in het buitenland. Maar
even bekend is het voor ieder, die er over
nadenkt en het gevoelen van bevoegden hoort,
dat die zwakheid van ons volk, die gebreken
van ons leger voor een groot deel bannen
oorsprong hebben iD de plaatsvervanging. De
rjjke kan in ons land met een handvol gelei de
verplichting afkoopen, bet vaderland te dienen.
Maar wie dat doet, onttrekt zich niet alleen
aan eenen plichthy verliest iets, dat voor
ieder een verlangd voorrecht .moest zijn, het
dragen van de wapenen voor het vaderland.
De plaatsvervanging is eene instelling, waar
tegen elk jong Hollandsch hart opkomt. En
bovendien hoevele groote nadeeleu ondervindt
het leger er door.
De rempla9ant heeft niet dezelfde opvoeding
genoten als wjj, en bezit bijgevolg niet onze
verstandelijke ontwikkeling, zoodat, waar hy
onze plaats inneemt, hy, ook zelfs met den
besten wil, niet bjj machte is, tegelijkertijd
onze persoonlijkheid en daarmede onze kundig
heden te vervangen. Het leger moest zyn eene
afspiegeling in het klein van het ganacbe volk,
waarin men alle elementen terugvond, rjjken
en armen, beschaafden en on beschaafden want
tegenover het vaderland zyn zjj één. Maar dat
is het in Nederland niet. De ontwikkelden
zoekt men vaak te vergeefs in de rjjen der
soldaten. En hoe noodig zyn dezen jnisfc. Zjj
zjjn de eenigen, die in een korten diensttyd
tot korporaal, sergeant of militie-luitenant be
vorderd kannen worden. Aangezien zij nu
ontbreken, ljjdt ons leger in de lagere rangen
aan een onrustbarend gebrek aan bevelhebbers,
d. i. aan kader. Er is zelfs niet één militie-
luitenant.
De ervaring leert, dat in oorlogstijd de ver
liezen aan aanvoerders in verhouding tot die
der manschappen zeer groot zynwat zal dan
een leger, beroofd van de helft zjjner bevel
hebbers uitrichtend -
Weerbaarheidsvereenigingen kannen hier niet
baten. Want hoewel de verstandeljjke krach
ten daar wel aanwezig zjjn, ontbreekt hier toch
de ervaring, en de vele beschaafden in enkele
troepen vereenigd, hebben niet denzelfden in
vloed, dien zjj verspreid als aanvoerders over
verschillende afdeelingen zouden kunnen uit
oefenen. En ten laatste, wie zou er over den
ken, zulke vrijwilligerskorpsen in het vuur te
zenden. Indien zjj voor een groot gedeelte te
gronde gingen, zou Nederland gedarende lan
gen tjjd lijden onder dit groot verlies van
verstandelijke krachten.
Er moet dus voorzien worden in het gebrek
aan aanvoerders; en dit doet voor een belang-
rjjk deel het reservekader. Hierin zullen wy
gelegenheid hebben onze krachten te wjjden
aan het vaderland. Voortaan zal ieder, die de
plaatsvervanging verfoeit, zelf zynen dienst
plicht kunnen vervallen, en niemand, die vroe
ger door zjjne studiën verhinderd was, zelf te
dienen, zal zich thans op wettige gronden
kunnen onttrekken. Eene hand is uitgesto
ken; het is nn slechts de zaak, hoog genoeg
te staan, die met geestdrift aau te vatten.
Het reservekader, stelt ieder, die aan een
zeker examen voldoet, in staat, zjjnen dienst*
plicht te vervullen acht maanden, over zes
jaar verdeeld, is zeker niet te veel. De be
palingen zjjn van dien aard, dat met ieders
belangen is rekening gehouden.
Niemand behoeft aan de plichten van zyn
burgerlijk leven te kort te doen; wat meer zegt,
bjj zal eenen heiligen plicht, de verdediging
van het vaderland, volbrengen. Hy zegt stu
deerkamer of kantoor voor eenen tyd vaarwel;
de pen wordt verwisseld met het geweer;
nienwe, frissche indrukken worden opgedaan
de inspanning van den geest maakt plaats voor
die van het lichaam, die eerst niet genoeg tot
haar recht kwam.
Het zal voor ons niet kwaad zyn te verkee-
ren onder menschen van allerlei slagde klove
tusschen rjjken en armen zal misschien een
weinig minder wjjd worden, wanneer zjj elkan
der van nabjj leeren kennen in kazerne of
veldtent. Het zal voor ons Diet kwaad zjjn
te staan onder de krijgstuchthet zal ons niet
hinderen eens een harder leven te leidenneen,
wanneer wjj weer grjjpen naar boek en pen
zal het ons eene voldoening zjjn, dien plicht
volbracht te hebben; ons lichaam zal versterkt
onze geestkracht gestaald zyn en wy brengen
met eene menigte aangename herinneringen,
een voorraad levenservaringen, eene meerdere
mate van zelfstandigheid nit onzen dienst
tijd mee.
Welnu, eene roepstem is uitgegaan; wie wil
gehoor geven Gewichtig is het oogenblik
want nn zal blyken, hoeveel pit er nog is in
ons, jongeren. Iu het buitenland is het niet
onopgemerkt gebleven, dat Nederland zwak is
daar zal het ook niet onopgemerkt voorbijgaan,
wanneer, nn de nitnoodiging gedaan is, het
jonge Nederland als één man opstaat.
Laten wy het ons tot eene eer rekenen, de
eerstelingen van deze nieuwe instelling te
zyn. Nu geen laffe uitvluchten meer, maar
ons hart, onze vaderlandsliefde aan het woord.
Indien later van het reservekader kracht zal
uitgaan, indien er misschien de persoonljjke
dienstplicht nit zal voortkomen, mogen wij dan
met trots kannen zeggen, dat wij daar in de
voorste gelederen gestaan hebben. x^^Ci fY-K/lM
Vooruit dan voor het Vaderland en voor a-
onze Koningin.'
Volgen 15 handteekeningen van Utrechtsche
jongelui.
De buitengewoon gunstige wyuoogst van
het vorig jaar maakt eeu deel van het pro
duct in Znid-Frankryk bijna onverkoopbaar.
Ter plaatse zelf kannen de wynboeren hun
voorraad zelfs voor 8 franc per hectoliter
(4 cents de literflescb) niet van de hand zetten.
Zjj moeten echter ruimte maken voor den oogst
van dit jaar die ook overvloedig belooft te
worden. Allerlei kunstmiddelen worden daar
toe gebezigd.
Zoo heeft een er het volgende op gevonden.
Hy laat knipen van 8 hectoliter inhoad op
een goederenwagen plaatsen en met wjjn vol
pompen. Die wagen gaat dan met een goede
rentrein mede tot een station benoorden de
Loire. Daar wordt zjj afgehaakt, op een zjjljjn
geschoven en dan laat de boer in bet dorp
of stadje uitroepen dat hjj wjjn voor 15 k
20 centimes per liter, al naar de hoeveelheid,
die men neemt, te koop heeft aan hel station.
De bewoners komen dan met emmers, vaten,
knipen, kannen euz, toeloopen, om van het
koopje gebruik te maken, dan in 30 jaren
niet is voorgekomen. Weldra is de voorraad
verkocht en dan gaat de wagen terug om, een
dag of wat daarna, met versche vulling elders
heen te worden gebracht. Tot groote ergernis
echter van de wjjnkoopers en herbergiers op
de plaatsen van verkoop l
Voor het kantongerecht te Schiedam is de
geruchtmakende zaak behandeld van den heer
G. Dirkzwager Mz,f directeur van de «Ber-
gingsmaatachappjj,» wegens het zonder ver
gunning in de werkplaats dier maatschappij
voorhanden hebben van tonnen met ontploffings
middelen.
Het 0. M. constateerde, dat beki. zich bad
Gouda
Moordrecht.
Nieuwerkerk
Capelle
Botterdam
Botterdam
Capelle
Nieuwerkerk
Moordrecht
Gouda
Gouda 7.30 8.40 9.08
Zev.-M. 7.4» 8.81
BI.-Kr. 7.47 a
Z.-Zeg«r.7.53 9.01
N.d-L.d.8.0»
Voorb. 1.07 9.13
'•Hage 8.1» 9.18 9.39 10.
Gouda
Oudew.
Woerden
Utreoht
6.30
7.25
8.85
9.06
9.40
10.46
0
7.82
8.42
0
0
a
0
7.89
8.49
0
a
a
0
7.46
8.56
0
0
a
7.—
7.55
9.05
9.85
10.—
11.05
5.—
6.09
7.25
7.47
5.10
6.18
a
a
5.19
6.81
a
a
6.96
6.99
a
a
5.88
6.85
7.45
8.07
10.85
11.0»
11.09
11.18
11.85
18.88 1S.88
ROTTERDA M-0 O U D A.
12.58
1.84
8.52
4.50
5.24
5.56
7.10
8.48
9.40
11.02
11.10
1.06
a
a
4.67
a
6.03
a
a
9.47
a
a
1.12
a
a
5.04
a
6.10
a
a
9.64
a
a
1.19
a
a
5.11
a
6.17
a
a
10.01
a
f
1.28
1.44
4.1Ö
5.20
5.42
6.96
7.80
9.08
10.10
11.80
11.30
9.51
8.18 10.08 10.11
10.17
10.27
10.84
10.41
10.47
11.60 18.80
18.08
QOUDA DEN HAAG.
9.87 11.05 11.13
11.01 0 1.13
1-18
11.10 1.84
n 0 v 1.88
11.98 0 0 1.88
4.67 6.11
9.49
0
0
f
0
0
0
5.08 6.89
9.58
0
0 0 6.81 0
0
0
0
1.07 11.87 18.41 18.51 1.48 1.67 8.65.4.86 5.85 5.55 6.41 7.48 10.1511.88 11.48
6.85 6.10 7.56 8.09 8.81 10.19°10.56A OS J9.61 8.18 4.47 6.88 5.57 7.45 8.88 10.1410.38
a an a KA - 11.09 2.37 5.87 0 7.59 0 10.87 0
6 59 7 08 8 18 a 11*17 8.45 8.11 0 6.04 5.46 0,81 8.07 8.55 10.36 0
618 738 838 8.41 10.61 11.45 1.80 8.08 8.88 3.50 6.29 6.81 6.66 8.88 9.11 10.58 11.10
GOUD A—A IlëTKBDAM.
8.81e 10.06* 10.65 18.11* 8.61* 4.47« 6.28 7.45 10.14
9.10 10.55 18.19 1.— 8.40 5.45 6.85 9.49 11.18
936' 11.10 18.84 1.18 8.55 6- «.60 9.67 11.88
6.86
10.10
1.45
2.80
2.60
8.48
4.20
4.46
6.81
7.07
8.10
9.41
1.55
0
a
a
4.55
a
7.17
a
9.50
2.02
a
a
a
a
5.02
a
7.84
a
9.56
2.09
a
a
a
a
5.09
a
7.81
a
8.15
9.48
3.10
4.08
4.40
5.15
5.51
7.87
8.80
10.06
DEN
H A A 6
G O U 0 A.
sHaee 6.48 7.20 7.48 9.28 9.46 10.18 11.8812.15 1.88 2.16 9.46 8.48 4.15 4.48 5.17 7.—8.06 9.86 10.10
mm 1.4 A AO 1A(
Voorb. 5.64
N.d-L.d5.69
Z.-Zegw6.08 0
Bl.-Kr. 6.14
Zev.-M.6.19
Gouda 6.307 5
10.30
10.86
10.41
1.44
1.49
1.68
8.04
8.09
5.—
5.09
7.06
7.11
7.80
7.86
7 81
9.61
0
10.—
Gouda 6.40
Amsterdam Wp. 7.69
Amsterdam 0.8. 8.14
a Sneltrein.
K 10.41 0 0 8.U9 0000 O-"» 0 I f iu.—
8.13 9.58 10.1610.5» 18.0818.46 8.20 2.46 3.16 4.18 4.48 6.20 5.47 7.42 8.86 10.10 10.36
UTRECHT— GOUDA.
Utrecht 6.88 7.50 9.- 9.58 11.84 12.08 18.50 2.66 8.10 8.68 4.43 6.86 6.09 8.6010.84
Woerden 6.58 8.11 H 10.16 18.84 000 4.16 000 9.1110.51
Oudewater 7.07 8.19 10.24 18.42 000 4.24 000 9.19 0
Gouda 7.20 8.82 9.84 10.87 12.06 12.55 1.28 8.87 8.60 4.37 5.20 7.08 8.41 9.88 11.07
AM8TERDA M—G O U D A.
9.40* 11.10* 11.87 8.40* 4.10* 4.10 7.88 9.46
9.66 11.96 11.49 8.55 4.96 4.85 7.50 10.00
10.44 19.10 18.65 8.60 1.90 6.58 9.88 11.00
Amsterdam C.S.
Amsterdam Wp
Gouda
5.50
730
8.16
9.04
schuldig gemaakt aan overtreding van het kon.
besluit van 15 Oct. 1885, en wees met na
druk op de ontzettende gevolgen, welke eeue
ontploffing van znlk een voorraad voor Maas
sluis had kunnen hebben. Het achtte daarom
een geldboete geen voldoende straf en eischte
een maand hechtenis.
De beklaagde verzocht, hem niet voor zyn
]evsn ongelukkig te maken door hem in de
gevangenis te zetten.
Tegen jhr. A. A. Martini Bays, die in
dienst der maatschappij de gevaarlijke stof
had laten vervoeren en opslaan, zonder ver
gunning van de bevoegde autoriteit, werd
eveneens hechtenis geëischt, en wel voor
drie overtredingen samen ook 30 dagen.
Door den heer A. H. Lonkhujjzen te Wa-
geningen is een adres aan de Tweede Kamer
gericht, waarin hy de feiten van de briefop-
eisching en wat daaraan voorafging breed
voerig uiteenzet.
Hy deelt daarin 0. a. mede:
dat hy aan de kantonrechter had voorge
steld, onmiddelljjk eene bestuursvergadering te
beleggen, om over de afgifte te beslissen, maar
de heer van Dedem onmiddellijke afgifte bleef
eischen en alleen nog 't nemen van afschrift
wilde toestaan, dreigende met huiszoeking;
dat de heer v. L. ton slotte verklaarde voor
de overmacht te bakken en aan den kanton
rechter te zullen ter hand stellen de brieven,
welke zich in het archief der kiesvereeniging
bevonden en geschreven waren door den heer
G. W. van Dedem, daar verzoeker niet kon
uitzoeken den brief, welke het eigendom van
ds. Pierson zou zyn
dat hy dit deed, na afschrift te hebben geno
men, ten huize van ds. van Schelven, wiens
woning middelerwyl door rjjksveldwacht en
maréchaussee was bewaakt.
De heer v. L. concludeert
»dat uit het medegedeelde volgt, dat de
kantonrechter G. W. van Dedem de rjjksveld
wacht en de maréebanssée heeft gebruikt om
brieven, geschreven door den heer G. Wvan
Dedem, machtig te worden uit een verzame
ling van stokken, waartoe zy, blijkens het
voorgevallene op de vergadering der kies
vereeniging «Nederland en Oranje» op 6 Juni
jl. gehouden, behoorden naar de meeniug van
denzelfden heer ds. H. Pierson, in wiens naam
zjj door gezegde kantonrechter zyn opgeëischt
geworden
En hy eindigt zyn adres aldus
>dat de medegedeelde handelingen van den
kantonrechter te Wageningen ook elke gedachte
aan eeu strafrechtelijke instructie uitsluiten, en
de eenige toeleg van genoemden ambtenaar was,
zich van een door hem geschreven brief mees
ter te maken.
»dat de verzoeker nog vernomen heeft, dat
de bedoelde kantonrechter beweert, dat op 9
Jnni de heer ds. Pierson per brief aan den ver
zoeker zelf zou hebben gevraagd afgifte van
den bewusten brief, maar dat verzoeker zoo
danig schry ven van ds. Pierson nooit outvangen
heeft;
>dat wanneer feiten als bovenstaande in
Nederland straffeloos kunnen plaats hebben,
de rechten en vryheden der burgery ten zeerste
worden bedreigd;
weshalve verzoeker zich tot uwe vergadering
wendt met het dringend verzoek, uwe mede
werking te verleenen om hem redres te be
zorgen van het onrecht hem aangedaan en om
in den vervolge herhaling te voorkomen van
feiten, zooals ten deze hebben plaats gehad.
(De heer van Lonkhujjzen en de brigadier
der rjjksveldwacht Henneveld zyn gedagvaard
om Zaterdag voor den rechter-commissaris te
Arnhem te verschijnen.)
Men zal zich herinneren dat onlangs ver
schillende bladen een klacht bevatten van
f mevr. Ie Grand-Gondschaal, commies der te
legrafie te Breda, waarin zy zich beklaagde,
dat haar door den (vorigen) minister van
Waterstaat een wegens huweljjksomstandigheden
aangevraagde verlenging van verlof werd ge
weigerd en haar kenbaar werd gemaakt dat zy
vóór 1 Mei een aanvraag om ontslag moest
indienen, bjj gebreke waarvan zy ongevraagd
nit den dienst zou worden verwjjderd omdat
de administratie »geen gehuwde vrouwen in
dienst wenschte te houden.*
Er werd indertjjd op gewezen, dat »de admi
nistratie zich hierdoor aan willekeur schnldig
maakte en in strjjd handelde met het Kon.
besluit van 31 Maart 1891 no. 23, bepalende
O. a. dat tot commies der telegrafie ook vrou
wen en meisjes* benoembaar zyn.
Aangezien hier geen onderscheid wordt ge
maakt tusschen getrouwde en ongetrouwde
vrouwen, had de administratie, niet het recht
vronwelyke ambtenaren te ontslaan omdat zjj
gehnwd zyn, noch om gehuwde vrouwen al
leen in inférieure betrekkingen van brieven-
rrder en klerk in dienst te honden, zooals
minister aan mevronw Le Grand nader
had te kennen gegeven.
Minister Lely stond later verlenging van
verlof toe doch slechts tot 31 Jnli a. s.
Naar men thans verneemt, heeft de tegen
woordige Minister van Waterstaat de welwil-
lendheid gehad op de meest vrjjgevige wijze
een eind te maken aan den toestand van on
zekerheid waarin mevr. Le Grand ongevraagd
verlenging van verlof te verleenen tot en met
30 April 1895 na welk tydstip zjj dan weder
om in activiteit zal terugtreden.
Voor deze inderdaad liberale beslissing heeft
de minister aanspraak op de erkenteljjkheid
van allen, die prjjs stellen op de handhaving
van bet goed recht der vrouw in onze samen
leving.
De pokkenepidemie schjjnt te 's-Gravenzande
te zjjn geweken, althans in de laatste tien
dagen deden zich geen nieuwe gevallen voor.
Drie pokljjders fejjn nog onder behandeling,
waarvan twee die hunne woning kunnen
verlaten.
Aan uitvoerige stateD, de uitkomsten aan
gevende van 't onderzoek naar de kennis van
bet lezen en schrjjven der ingeljjfden bjj de
militie in 1892, is ontleend, dat Zuid-Holland
boven de andere provinciën uitsteekt met
nauweijjks 2 pCt. analphabeten, waarop Noord-
Holland volgt met ruim 4 en Utrecht met
byna 5 pCt. Drente komt achteraan met 81/»
pCt.. Wat de arrondissementen aangaat,
spannen Zutfen^ en Zwolle de kroon, omdat
al de daar ingelyfden konden lezen en schry
ven. Het ongunstigst sfban Oostburg, Borger
en Sittard, waar meer dan 15 pCt. analpha
beten waren, te Sittard zelfs byna 20 pCt.
Naar aanleiding van het onlangs nit Zeven-
wonden in de «Leeuw. Courant» medegedeelde
bericht van eene door verzuim van beteeke-
ning, buiten voorkennis der vrouw en tegen
haren wil, plaats gehad hebbende echtscheiding
meldt men uit Gelderland het volgende, eenigs-
zins soortgeljjk geval, dat voor eenigen tjjd
aldaar voorkwam.
Zekere echtgenoot was wegens mishandeling
zyner vrouw tot twee jaar gevangenisstraf
veroordeeld. Tjjdens het ondergaan dier straf
werd door zjjne wederhelft eene verordening
tot echtscheiding ingesteld, en haar vervolgens
toegewezen, waarvan de exploten in de gevan
genis niet ter kennis van den man kwamen.
Toen deze na zyn ontslag zjjne wederhelft
wilde bezoeken, vond hij haar tot zjjne be
vreemding opnieuw gehuwd. Nu ontstond er,
begrypelykerwjjze, een hevig krakeel tusschen
de beide mannen, waarbjj het «oude liefde
roest niet» de vrouw voor haren eersten echt
genoot party deed trekken tengevolge waarvan
de tweede afdroop en door ophanging in een
naburig bosch een eiude aan zyn leven wilde
maken, hetgeen een voorbijganger nog door
tjjdige afsnyding wist te verydelen.
De regeering heeft het voornemen te Gor-
redyk eene brigade marechaussee te restigen.
Dit is niet naar den zin der aldaar wondende
socialistische gemeenteraadsleden dr. Vitus
Brninsma, J. de Boer en G. Zwart.
Deze hebben daarom bjj den gemeenteraad
een voorstel ingediend, om zich tot de regee
ring te wenden, met verzoek geen bereden
politie te Gorredyk te vestigen (U.D.)
Onder begnnstiging van zeer schoon weder
hield de Gond^che Cricket en Football club
Olympia* gisteren (Zondag) hare hnishonde-
lijke wedstrijden. Aangemoedigd door eene
schitterende menigte donateurs met hunne dame9
toonden Olympia's leden, niettegenstaande de
weinige oefening, waarvan zjj dit jaar konden
profiteeren, welke uitstekende krachten zjj nog
bezaten. Alle nnmmers van het programma
werden op Olympia waardige wyze afgespeeld
slechts de partij voetbal moest wegens de te
groote warmte een kwartier verkort worden.
Nadat de President na afloop der wedstry-
den met eenige kernachtige woorden de aan
wezige dames en heeren voor hunne zeer ge
waardeerde tegenwoordigheid bedankt, den zoo
milden gevers voor hunne zeer fraaie geschen
ken den dank van het bestnur had betnigd en
geëindigd was met den wensch al'en 's avonds
weder te kannen ontmoeten, ging hjj tot de
uitreiking der pryzen over.
Van de Seniores behaalden pryzen:
in Cricket.
1. W. van Dam (met eene score van 50
runs), gravnre, aangeboden door den Be
schermheer.
2. 1. de Voojjs, photographie, aangeboden
door den heer Jochmann.
3. J. Greop, rookstel, aangeboden door
den heer S. Boon.
4. G. Straver, sigarenbeker, aangeboden
door den heer A. Schinkel.
5. D. Maarschalk, inktstel, aangeboden door
den heer W. IJssel de Schepper.
G. de Moojj, sportgordel, aangeboden
door de feestcommissie van 'tbal.
7. G. Schenk, photographie-stander, aan
gekocht door de Vereen iging.
8. K. Sparnaajj, manchetknoopen, aapge
boden door den heer G. C. de Voojjs.
9. M. E. Hioolen, vloeirol, aangeboden door
den heer N. N.
6. in den wedloop op de lange baan (600 M.)
1. D. Maarschalk, bierpot, aangeboden door
den heer W. J. Roozeboom.
2. J. de Voojjs, Buste-A polio, aangekocht
door de Vereeniging.
3. N. van Schouwenburg, tabakszak, aan
gekocht door de Vereeniging.
c. in den wedloop op de korte baan (100 M.)
1- W. van Dam, Inktkoker aangekocht
door de Vereeniging.
2. D. Maarschalk, Aschbak aangekocht
door de Vereeniging.
d. In't ver gooien met den cricketbal
1. H. Dorlas, Portefuille aangeboden door
het Bestnur.
Van de Juniores behaalden prjjzen:
a. in cricket
1., P. de Voojjs, Wekker aangeboden door
den Bescheimheer.
2. D. Sam8om, Boekdeel aangeboden door
de Gebr. Van Alkemade.
3. P. Schriek, Boekdeel aangeboden door
de Qebr. Van Alkemade.
4. A. Breebaart, Inktkoker aangekocht door
de Vereeniging.
5. A. Goedewaagen, Thermometer aange
boden door bet Bestuur.
6. J. Samsoin, Sigarettenkoker aangekocht
door de Vereeniging.
b. In den wedloop op de korte baan (100 M.)
1. V. van der Palm, Schrjjfnecessaire aan
gekocht door de Vereeniging.
2. A. Breebaart, Manchetknoopen aange
boden door den heer G. C. de Voojjs.
c. In bet ver gooien met den cricketbal
1. V. van der Palm, schrjjfétoi, aange
kocht door de Vereeniging.
Hierop ging de talryke schare niteen, om
tich des avonds na het concert in de zaal
Kunstminwederom te reuneeren.
Onder leiding der feestcommissie, bestaande
nit de heerenC. G. de Vooijs, G. Schenk,
C. Straver, M. E. Hioolen en D. Maarschalk
werd een zeer net, besloten en hoogst gezellig
bal gehouden, dat door den president der
feestcomm. den heer C. G. N. de Voojjs met
een flinke speech werd geopend. Zjjne wensch
dat er n.l. prettige feestvreugde zou heerschen,
is iu alle opzichten vervuld geworden en bjj
alle aanwezigen zal dezen avond niets minder
dan eene onuitwischbare, aangename herinne
ring achter laten.
Hulde aan allen, die dezen dag tot oen
waren feestdag voor Olympia* hebben ge
maakt.
qssg
De begrafenis van Carnot is zonder eenig
merkwaardig incident afgeloopen. Ondanks de
ontzag] jjke menigte werd de orde niet gestoord
en er heersebte een stemming, welke volkomen
by de plechtigheid paste. Het vertrek van het
Elysée geschiedde te halfelf en het voorbjj-
trekken van het Panthéon was om halfzeven
afgeloopen. Alle aanwezigen verkeerden onder
den invloed van bet oogenblik. Veel en zeer
gunstig werd gesproken over de houding van
president Casimir-Perier, die zonder geleide in
den namiddag eene wandeling maakte, waarbjj
hem op de Place de l'Opéra door het publiek
eene ovatie werd gebracht, en niet minder
over het beslnit van koizer Wilhelm om aan
de twee Franscho officieren, die wegens spion-
neeren waren veroordeeld, gratie te verleenen.
Graaf Von Milnster, de Duitsehe gezant,
bad aan Dnpuy en Hanotaux mededeeling ge
daan van het besluit van keizer Wilhelm.
Dupuy gaf hiervan onmiddelljjk kennis aan
Casimir-Perier, die den keizer zyn dank liet
betuigen voor de grootsche gedachte, welke
het hart der beide natiën weldadig zal aandoen.
Het bencht van deze handeling van keizer
Wilhelm verspreidde zich spoedig onder ben
stoet en maakte een diepen indruk.
De Fransche Kamer en Senaat hebben het
aaugevraagde crediet van 100.000 fr. voor de
nationale begrafenis van Carnot met algemeene
stemmen goedgekeurd. Noch een andere plicht
rest het Parlement zegt de «Figaro,» nl. aan
de weduwe van Carnot een pensioen toe te
kennen. Het is waar, geen enkele schadeloos
stelling kan ontroostbare smart lenigen, doch
er ia hier ook geen sprake van geld, maar van
een hnlde, welke Frankryk verplicht is te
brengen aan de nagedachtenis van den ver
moorden President. Het practische Amerika
beeft bjj inschryving twee-en-een-half millioen
bjjeengebracht voor de weduwe van Garfield
in Frankryk, waaruit onde traditie het initia
tief in dergelyke zaken aan den Staat wordt
overgelaten, mag mevr. Carnot niet beperkt
worden tot het bescheiden pensioen, waarop
zy als wed 0 we van een ambtenaar recht heeft.
Dupuy heeft zich laten overhalen om te
bljjven.
Dat de moord van Carnot voor 't minst
afgesproken anarchistisch werk was, wordt
meer en meer dnidelyk, maar 't is de vraag,
of men 't zal kunnen bewyzen. Zelfs zou
verband bestaan tnsschen den aanslag op
Crispi en den moord vttn Carnot. Lega moet
voor den aanslag te Rome te Marseille geweest
zyn, en daar zon Cesario geweest zyn. Lega
beweert, dat hjj Cesario niet kent, maar dat
beteekent niets. De Parjjsche politie ontving
de verklaring, dat iemand op den morgen van
het vertrek van Carnot drie mannen gezien
heeft, die in een drnk gesprek gewikkeld waren.
Een hunner zeide, toen Carnot wegstoomde:
«Ziezoo, hjj is vertrokkenterugkomen zal hjj
niet.» Aan de «Temps» wordt bericht, dat de
anarchist Laborie bekend heeft, dat Santo
Cesario hem Zaterdag, tjjdens zyn verblyi te
Montpéllier, het doel van zijn tocht naar Lyon
verteld heeft. Te Cette heeft een jong man
zich opgehangen, toen hjj van de politie een
nitnoodiging kreeg om te verklaren, hoe hy
Zondagavond bericht kon hebben van den
aanslag tegen Carnot.
Het trekt de aandacht, dat de Duitsehe kei
zer zoo in het oogvallend belangstellend is
jegens het geteisterde Frankryk, en blykbaar
alles doet, om met de Fracaoben op wat beter
voet te komen. Daartoe behooren ook een
aantal beleefdheden, die den Franschen am
bassadeur, den heer Herbette, bewezen zyn.
Deze is namelijk naar Kiel gegaan om keizer
Wilhelm den dank der Fransche regeering te
brengen voor de condoleance-betnigingen, naar
aanleiding van het vermoorden van President
Carnot gezonden. De ambassadeur werd in het
hotel »Germaoia< door den opperhofmaarschalk
Eulenborg begroet en 's avonds tegen 8 nnr
door den keizer aan boord van het jacht
»Hobenzollern« in byzondere audiëntie ont
vangen-
Doch doarby bleef het niet. De keizer hield
Herbette aan boord, en maakte met hem een
tocht, die drie nnr duurde; en toen de Fransch-
man eindeljjk zyn hoogen gastheer verliet,
werd hjj uitgenoodigd de werkzaamheden aan
het Noord-Oostzeekanaal te komen bezichtigen,
een invitatie, die nog niet aan vreemdelingen
werd gedaan.
Daarmee wordt, hoopt men, de gebelgdheid
van Frankryk over Duitschlands houding bij
het jongste Congotractaat, meer dan getemperd,
en een schrede gezet op den weg eoner betere
verstandhouding tusschen de twee Rjjken.
De keizer beeft aan den gezant te Parjjs,
graaf Münster, opgedragen hem te vertegen
woordigen bij de begrafenis van Carnot, en
hem tevenB gelast, uit zynen naam, er een
krans op te leggen.
In de Italiaansche Kamer van Afgevaardigden
beeft Crispi verschillende voorstellen gedaan
tot vervolging van hen, die tot misdaad op-
histen en den moord verheerlyken. Hy ver
zocht de behandeling der voorstellen dringend
te verklaren en de Kamer stond dit toe, in
weerwil van den tegenstand der uiterste lin
kerzijde.
Crispi deelde mede dat Bandi, thans jour
nalist, die den slag van Marsela medestreod,
dezen morgen door een anarchist met dolk
steken doorboord is, omdat hy een artikel tegen
de anarchisten geschreven had.
Tengevolge van zyn wonden is het slacht
offer bezweken.
Denzelfden dag dat aangekondigd werd dat
de heer Gladstone het 9taatstoneel zon ver
laten, heeft zijn opvolger als leider van het
Lagerhuis eene rede gehouden, waarnit blijkt
dat ook hy weldra de politiek zal vaarwel
zeggen. Sir William Harcourt zeide, dat
indien hy eerlang zyn post als minister van
financiën en als leider van bet Huis der
Gemeenten zal nederleggen, hjj niet naar het
Hoogerhuis zal overgaan, maar voor het
pairschap zal bedanken.
Het verbaasde indertyd velen, dat Gladstone's
mantel niet viel op sir William Harconrt, die
den strjjd jaren had meêgemaakt. maar op
lord Rosebery, een outsider. De heer Harconrt
toonde zich niet geraakt dat hjj werd voor
bijgegaan. Doch hij nam van toen af met
kracht zjjn plan tot hervorming der belastin
gen ter hand en stelde zich ten taak dit tot
stand te brengen, om daarna zyn staatkundige
loopbaan eervol te kunnen besluiten.
Te Ottawa is de intercolonial conferentie
geopend, waarop behalve de Britsche regee
ring, vertegenwoordigd zyn de regeeringen
van de koloniën Nieuw Zuid-Walea, Zuid-
Australië, Victoria, Nieuw-Zeeland, Queens
land, De Kaap en Canada. Natal, dat meer
Transvaalsch- dan Kaapscbgezind is, deed
zich niet vertegenwoordigen. Overigens ziet
men dat de meerderheid der Britsche koloniën
afgevaardigden beeft gezonden.
Op den onderkoningstroon gezeten, opende
de gonverneur-generaal van Canada, lord Aber
deen, deze plechtige byeenkomst. Het doel is
volgens de verklaring in een adres dat aan
de koningin gezonden werd, te beraadslagen
over de beste middelen tot verbetering der
handelsgemeenschap tnsschen de verschillende
deelen aan het Britsche rjjk. Onder deze
leus poogt men een wereldbond te vormen
nit alle landen waar Engelsch gesproken
wordt. Het zou een algemeen tolverbond
zyn met differentieele rechten voor olielanden
die daarbuiten staan.
Reeds in 1887 werd onder het ministerie-
Salisbury door loord Knutsford een dorgelyke
conferentie te Londen gehouden. De toeleg om
dezen rensaebtigen protectionistischen staten
bond op te richten, is hetzelfde wat de Imperial
Federation Leagne te Londen heeft pogen te
bereiken.