Directe Spoorwegverbinding met GOUDA. ZomerdienstR1894/95. Aangevangen 1 Mel - TUd van Greenwich. Feest van Olympia. Bulteolaadsch Overzicht. De voorzitter dier commissie brengt jaar lijks op de algemoene vergadering verslag uit van den stand van het fonds. De gelden bet fonds toekomende, sollen worden ingeschreven op het Grootboek der Nederlandsche Werkelijke Schold. In het laatst van Maart werd de beer D, G. O., kapitein-kwartiermeester bjj het 3e reg. huzaren te Leiden, gevangen geno men en ter beschikking van den auditeur militair gesteld. Men sprak van valschheid en ontrouw in de administratie. Geruimen tijd hoorde men niets van deze zaak, tot eensklaps eenige dagen geleden te Leiden een lastgeving van genoemden ambtenaar werd ontvangen, om een nader onderzoek in te stellen omtrent een aantal nieuwe punten van aanklacht wegens valsche boekingen en vroegere kasopnemingeu door de hoofdad ministratie. Dientengevolge zyn de commissaris sen en de secretaris van dien raad van admi nistratie opnieuw onder eede gehoord. Een verzoek van mevroaw O., om haren echtgenoot, als aan zwakheid van geestver mogens ljjdende, uit het voorloopig arrest te ontslaan, is van de hand gewezen. Toen de zpou van C. In 't Veld te Dubbel dam met een zjjner vrienden een der laatste nachten zich van Dordrecht huiswaarts begaf, vonden zjj aan den Platten weg een net gekleed heer slapende. Na hem wakker geschud te heb- beu verhaalde de mau, dat by van vermoeidheid daar was neergevallen. Zjj namen hem mee naar huis, waar hun nog het volgende verteld werd. De vreemdeling was een Duitsch onderwyzer, die zyn vacantie in Nederland wilde doorbren gen. In Amsterdam was by echter in de handen van kwartjesvinders gevallen, die hem eerst 30 galden lieten winnen, maar aan wie hij later 80 galden, zyn geheele bezitting, verloor. Hjj was nu op weg naar hnis en was nog in 't bezit van 30 cent en een krentenbroodje. C. In 't Veld bood hem dien nacht logies en gaf hem den volgenden morgen tegen onderpand van zyn gondea horloge en dito manchetknoo- pen reisgeld, waarna de vreemdeling dankbaar vertrok, belovende spoedig zyn panden in te lossen. Tjjdindeeling. Een dag is een dag en een aar is een uur, en wjj weten precies wanneer een dag aanbreekt en hoeveel tjjd door een unr wordt vertegenwoordigd. Zoo is het in- tns8chen niet altjjd geweestde geschiedenis der beschaviug leert ons, dat de indeeling van den dag in den loop der tyden belangryke wijzigingen heeft ondergaan. In de oudheid had bjjna elk volk zyn eigen wyze van tyd indeeling. Bjj het eene volk begon de dag met zonsopgang, by de meesten met zonson dergang. De tyd verloopende tusschen twee Zelfde momenten werd bjj het eene volk ver deeld in twee periodes van twaalf nnr, by an deren wgs het één tjjdperk van 24 uur. De Hindoe'^/reroorloofden zich zelfs de weelde er een dgfrvftn dertig nar op na te houden. De oodex Romeinen hadden twee periodes van twaalf unr en de uren waren afwisselend van lengte, al naar het jaargetijden, terwyl het bovendien nog verschil maakte, of het dag of nacht was. Des daags werden zjj langer als de zon langer aan den hemel stond en alleen by de nachtevening waren zjj even lang. Galenus spreekt b v. bjj zyn verhandeling over koortsen van nachteveningsoren, wat doet onderstellen, dat bjj de Romeinen de uren van stabiele lengte niet in zwang waren. De Is raëlieten en de onde Atheners en Cbineezen lieten den dag aanvangen met zonsondergang, de Babyloniërs, de Syriërs en de Perzen had den daarvoor het oogenblik van zonsopgang gekozen. De onde Arabieren en Ptolomaeus gaven, evenals onze hedendaagsche sterrekundigen, de voorkeur aan bet middaguur, terwyl de Egyptenaren, de Franken, de Spanjaarden en Hipparchus, evenals wy, het middernachtelijk uur er voor uitgekozen hadden. Trouwens, men gaf in die dagen niet zoo veel om den tyd en het »boe laat is hete, zal toen minder vaak een vraag geweest zjjn dan thans. De groote heeren hielden er slaven op na, die met zandloopera en wateruurwerken wisten om te gaan en de ervaring leerde hun, hoeveel keer men een zandlooper om moest koeren om naar gelang ran het joargetjjde te vermoeden, of er een nnr verloopen was. Te Rome was een be ambte der consols met de taak belast op het terras van het Senaatsgebouw zich te begeven en (net een luid geroep aan den volke te verkonden het* oogenblik, waarop de zon boven de kimme verrees en dat waarop zjj den me ridiaan voorbijging. Vooral in Italië hebben de uran herhaalde lijk wyzingen ondergaan. Zooals wy reeds mededeelden, waren de aren er in den ouden tyd niet steeds even langdoch iedere dag was weer onderverdeeld in tjjdperken van drie nar prima, tertia, sexta en nona. De Katholieke kerk heeft die benamingen nog behonden om aan te duiden op welke aren van den dag bepaalde gebeden gelezen moeten worden. Later is de verdeeling van den dag in twee periodes weer afgeschaft en in geheel Italië werd de tyd berekend van 0 tot 24 uren. Vóór den eersten Punischen oorlog was deze indeeling van den dag bjj de Romeinen echter zeker niet bekend. Bjj de telling met 24 uren liet men den dag precies een kalf nur na zonsondergang aanvangen en dus wisselde, al naar het jaar- getjjde, de aanvang van het etmaal. De St. Mar- ens-kerk te Venetië is nog een zeer fraaie wyzerplaat rjjk, welke in 24 uren verdeeld is. Tot den aan»ang van deze eenw heeft men zich aan deze indeeling van den dag gehou den. Toen begreep men dat men practisch zou doen, indien men den dag, evenals in Frankryk en Oostenrjjk, in twee gedeelten splitste, elk van twaalf uren. Aldus geschiedde, eerst in het noorden des land, later in het zaiden. Te Rome is men op dit pont nog lang conservatief geweest, en in Toscane en Apulië vindt men nu nog sporen van de oude dagverdeelinghet volk, de ouden van dagen en de geestelijkheid bedienen zich nog van uitdrukkingen als «22 ore», «24 ore», «2 ore di notte» om de laatste uren van den dag aan te duiden. De oude wyze van dagverdeeling bestaat nog in de Roomsche kerk. De kerkklokken luidden nog viermaal per dag, kort na zonsondergang, op het middag uur, een half uur na zonsondergang en een uur later. Dit klokgelui wordt geregeld door den kerkelyken kalender en de tyd wisselt een weinig af al naar het jaargetyde. Italië is in den laatsten tyd teruggekeerd tot het 24-nurstelsel, maar nn begint de dag niet bjj zonsondergang, doch te middernacht. Tot ongeveer 1300, toen de eerste uur werken in gebruik kwamen, was het nnr tameljjk elastisch en men kan zeggen, dat de nnrwerken eerst stabiliteit aan het nnr ge geven hebben. Men heeft wel uurwerken ver vaardigd, waarvan het our wisselde al naar den stand der zon, maar het was rationeeler de nnrwerken stil hun gang te laten gaan en de uren alle even groot te maken. Zelfs al regelde men ze naar het oogenblik waarop de zon door de meridiaan ging, dan was het toch nog noodig de wijzers nu en dan te verzetten, want de zon heeft naar gelang van het jaargetyde meer of minder dan 24 unr noodig om tot de meridiaan terug te keeren slechts vier maal in het jaar doet zjj er precies 24 nur over en het ver schil kan van half Februari tot Allerheiligen een goed kwartier bedragen. Tot het eind der vorige eeuw hield men echter vol de uur werken te regelen naar den ongelyken loop der zon en toen b.v. de beroemde Lepaute in 1780 een uurwerk vervaardigde voor de stad Parjjs, was dit ingericht om steeds geljjk met de zon te gaan. Genève gaf eindeljjk het goede voorbeeld met aanvang van 1 Januari 1780 werden de uurwerken geregeld naar een fictieve zon,die iederen dag op betzelfde oogenblik door den meridiaan ging, zoodat de hand des menschen niet noodig was om na en dan de wjjzera een eindje te verzetten, maar deze steeds den gemiddelden tyd aanwezen. Andere steden volgden het voorbeeld, Londen in 1792, Berljjn in 1810, Parjjs echter eerst in 1816. En nog ging men daar er niet toe over zonder het Bureau des Longitudes ge raadpleegd te hebben daar men vreesde dat deze tjjdswyziging een omwenteling zon ver oorzaken Te Oosterwolde zyn twee jongelingen, die bezig waren met zwemmen, verdronken. De volgende oproeping is verzonden Aan on ze medeleerlingen bjj de verschillende inrichtingen van onderwys. Het is b-kend en door deskundigen beves tigd, dat aan ons tegenwoordig leger groote gebreken klevendat onze zelfstandigheid, ons aanzieD als staat daaronder ljjdt en niet het >minst ons prestige in het buitenland. Maar even bekend is het voor ieder, die er over nadenkt en het gevoelen van bevoegden hoort, dat die zwakheid van ons volk, die gebreken van ons leger voor een groot deel bannen oorsprong hebben iD de plaatsvervanging. De rjjke kan in ons land met een handvol gelei de verplichting afkoopen, bet vaderland te dienen. Maar wie dat doet, onttrekt zich niet alleen aan eenen plichthy verliest iets, dat voor ieder een verlangd voorrecht .moest zijn, het dragen van de wapenen voor het vaderland. De plaatsvervanging is eene instelling, waar tegen elk jong Hollandsch hart opkomt. En bovendien hoevele groote nadeeleu ondervindt het leger er door. De rempla9ant heeft niet dezelfde opvoeding genoten als wjj, en bezit bijgevolg niet onze verstandelijke ontwikkeling, zoodat, waar hy onze plaats inneemt, hy, ook zelfs met den besten wil, niet bjj machte is, tegelijkertijd onze persoonlijkheid en daarmede onze kundig heden te vervangen. Het leger moest zyn eene afspiegeling in het klein van het ganacbe volk, waarin men alle elementen terugvond, rjjken en armen, beschaafden en on beschaafden want tegenover het vaderland zyn zjj één. Maar dat is het in Nederland niet. De ontwikkelden zoekt men vaak te vergeefs in de rjjen der soldaten. En hoe noodig zyn dezen jnisfc. Zjj zjjn de eenigen, die in een korten diensttyd tot korporaal, sergeant of militie-luitenant be vorderd kannen worden. Aangezien zij nu ontbreken, ljjdt ons leger in de lagere rangen aan een onrustbarend gebrek aan bevelhebbers, d. i. aan kader. Er is zelfs niet één militie- luitenant. De ervaring leert, dat in oorlogstijd de ver liezen aan aanvoerders in verhouding tot die der manschappen zeer groot zynwat zal dan een leger, beroofd van de helft zjjner bevel hebbers uitrichtend - Weerbaarheidsvereenigingen kannen hier niet baten. Want hoewel de verstandeljjke krach ten daar wel aanwezig zjjn, ontbreekt hier toch de ervaring, en de vele beschaafden in enkele troepen vereenigd, hebben niet denzelfden in vloed, dien zjj verspreid als aanvoerders over verschillende afdeelingen zouden kunnen uit oefenen. En ten laatste, wie zou er over den ken, zulke vrijwilligerskorpsen in het vuur te zenden. Indien zjj voor een groot gedeelte te gronde gingen, zou Nederland gedarende lan gen tjjd lijden onder dit groot verlies van verstandelijke krachten. Er moet dus voorzien worden in het gebrek aan aanvoerders; en dit doet voor een belang- rjjk deel het reservekader. Hierin zullen wy gelegenheid hebben onze krachten te wjjden aan het vaderland. Voortaan zal ieder, die de plaatsvervanging verfoeit, zelf zynen dienst plicht kunnen vervallen, en niemand, die vroe ger door zjjne studiën verhinderd was, zelf te dienen, zal zich thans op wettige gronden kunnen onttrekken. Eene hand is uitgesto ken; het is nn slechts de zaak, hoog genoeg te staan, die met geestdrift aau te vatten. Het reservekader, stelt ieder, die aan een zeker examen voldoet, in staat, zjjnen dienst* plicht te vervullen acht maanden, over zes jaar verdeeld, is zeker niet te veel. De be palingen zjjn van dien aard, dat met ieders belangen is rekening gehouden. Niemand behoeft aan de plichten van zyn burgerlijk leven te kort te doen; wat meer zegt, bjj zal eenen heiligen plicht, de verdediging van het vaderland, volbrengen. Hy zegt stu deerkamer of kantoor voor eenen tyd vaarwel; de pen wordt verwisseld met het geweer; nienwe, frissche indrukken worden opgedaan de inspanning van den geest maakt plaats voor die van het lichaam, die eerst niet genoeg tot haar recht kwam. Het zal voor ons niet kwaad zyn te verkee- ren onder menschen van allerlei slagde klove tusschen rjjken en armen zal misschien een weinig minder wjjd worden, wanneer zjj elkan der van nabjj leeren kennen in kazerne of veldtent. Het zal voor ons Diet kwaad zjjn te staan onder de krijgstuchthet zal ons niet hinderen eens een harder leven te leidenneen, wanneer wjj weer grjjpen naar boek en pen zal het ons eene voldoening zjjn, dien plicht volbracht te hebben; ons lichaam zal versterkt onze geestkracht gestaald zyn en wy brengen met eene menigte aangename herinneringen, een voorraad levenservaringen, eene meerdere mate van zelfstandigheid nit onzen dienst tijd mee. Welnu, eene roepstem is uitgegaan; wie wil gehoor geven Gewichtig is het oogenblik want nn zal blyken, hoeveel pit er nog is in ons, jongeren. Iu het buitenland is het niet onopgemerkt gebleven, dat Nederland zwak is daar zal het ook niet onopgemerkt voorbijgaan, wanneer, nn de nitnoodiging gedaan is, het jonge Nederland als één man opstaat. Laten wy het ons tot eene eer rekenen, de eerstelingen van deze nieuwe instelling te zyn. Nu geen laffe uitvluchten meer, maar ons hart, onze vaderlandsliefde aan het woord. Indien later van het reservekader kracht zal uitgaan, indien er misschien de persoonljjke dienstplicht nit zal voortkomen, mogen wij dan met trots kannen zeggen, dat wij daar in de voorste gelederen gestaan hebben. x^^Ci fY-K/lM Vooruit dan voor het Vaderland en voor a- onze Koningin.' Volgen 15 handteekeningen van Utrechtsche jongelui. De buitengewoon gunstige wyuoogst van het vorig jaar maakt eeu deel van het pro duct in Znid-Frankryk bijna onverkoopbaar. Ter plaatse zelf kannen de wynboeren hun voorraad zelfs voor 8 franc per hectoliter (4 cents de literflescb) niet van de hand zetten. Zjj moeten echter ruimte maken voor den oogst van dit jaar die ook overvloedig belooft te worden. Allerlei kunstmiddelen worden daar toe gebezigd. Zoo heeft een er het volgende op gevonden. Hy laat knipen van 8 hectoliter inhoad op een goederenwagen plaatsen en met wjjn vol pompen. Die wagen gaat dan met een goede rentrein mede tot een station benoorden de Loire. Daar wordt zjj afgehaakt, op een zjjljjn geschoven en dan laat de boer in bet dorp of stadje uitroepen dat hjj wjjn voor 15 k 20 centimes per liter, al naar de hoeveelheid, die men neemt, te koop heeft aan hel station. De bewoners komen dan met emmers, vaten, knipen, kannen euz, toeloopen, om van het koopje gebruik te maken, dan in 30 jaren niet is voorgekomen. Weldra is de voorraad verkocht en dan gaat de wagen terug om, een dag of wat daarna, met versche vulling elders heen te worden gebracht. Tot groote ergernis echter van de wjjnkoopers en herbergiers op de plaatsen van verkoop l Voor het kantongerecht te Schiedam is de geruchtmakende zaak behandeld van den heer G. Dirkzwager Mz,f directeur van de «Ber- gingsmaatachappjj,» wegens het zonder ver gunning in de werkplaats dier maatschappij voorhanden hebben van tonnen met ontploffings middelen. Het 0. M. constateerde, dat beki. zich bad Gouda Moordrecht. Nieuwerkerk Capelle Botterdam Botterdam Capelle Nieuwerkerk Moordrecht Gouda Gouda 7.30 8.40 9.08 Zev.-M. 7.4» 8.81 BI.-Kr. 7.47 a Z.-Zeg«r.7.53 9.01 N.d-L.d.8.0» Voorb. 1.07 9.13 '•Hage 8.1» 9.18 9.39 10. Gouda Oudew. Woerden Utreoht 6.30 7.25 8.85 9.06 9.40 10.46 0 7.82 8.42 0 0 a 0 7.89 8.49 0 a a 0 7.46 8.56 0 0 a 7.— 7.55 9.05 9.85 10.— 11.05 5.— 6.09 7.25 7.47 5.10 6.18 a a 5.19 6.81 a a 6.96 6.99 a a 5.88 6.85 7.45 8.07 10.85 11.0» 11.09 11.18 11.85 18.88 1S.88 ROTTERDA M-0 O U D A. 12.58 1.84 8.52 4.50 5.24 5.56 7.10 8.48 9.40 11.02 11.10 1.06 a a 4.67 a 6.03 a a 9.47 a a 1.12 a a 5.04 a 6.10 a a 9.64 a a 1.19 a a 5.11 a 6.17 a a 10.01 a f 1.28 1.44 4.1Ö 5.20 5.42 6.96 7.80 9.08 10.10 11.80 11.30 9.51 8.18 10.08 10.11 10.17 10.27 10.84 10.41 10.47 11.60 18.80 18.08 QOUDA DEN HAAG. 9.87 11.05 11.13 11.01 0 1.13 1-18 11.10 1.84 n 0 v 1.88 11.98 0 0 1.88 4.67 6.11 9.49 0 0 f 0 0 0 5.08 6.89 9.58 0 0 0 6.81 0 0 0 0 1.07 11.87 18.41 18.51 1.48 1.67 8.65.4.86 5.85 5.55 6.41 7.48 10.1511.88 11.48 6.85 6.10 7.56 8.09 8.81 10.19°10.56A OS J9.61 8.18 4.47 6.88 5.57 7.45 8.88 10.1410.38 a an a KA - 11.09 2.37 5.87 0 7.59 0 10.87 0 6 59 7 08 8 18 a 11*17 8.45 8.11 0 6.04 5.46 0,81 8.07 8.55 10.36 0 618 738 838 8.41 10.61 11.45 1.80 8.08 8.88 3.50 6.29 6.81 6.66 8.88 9.11 10.58 11.10 GOUD A—A IlëTKBDAM. 8.81e 10.06* 10.65 18.11* 8.61* 4.47« 6.28 7.45 10.14 9.10 10.55 18.19 1.— 8.40 5.45 6.85 9.49 11.18 936' 11.10 18.84 1.18 8.55 6- «.60 9.67 11.88 6.86 10.10 1.45 2.80 2.60 8.48 4.20 4.46 6.81 7.07 8.10 9.41 1.55 0 a a 4.55 a 7.17 a 9.50 2.02 a a a a 5.02 a 7.84 a 9.56 2.09 a a a a 5.09 a 7.81 a 8.15 9.48 3.10 4.08 4.40 5.15 5.51 7.87 8.80 10.06 DEN H A A 6 G O U 0 A. sHaee 6.48 7.20 7.48 9.28 9.46 10.18 11.8812.15 1.88 2.16 9.46 8.48 4.15 4.48 5.17 7.—8.06 9.86 10.10 mm 1.4 A AO 1A( Voorb. 5.64 N.d-L.d5.69 Z.-Zegw6.08 0 Bl.-Kr. 6.14 Zev.-M.6.19 Gouda 6.307 5 10.30 10.86 10.41 1.44 1.49 1.68 8.04 8.09 5.— 5.09 7.06 7.11 7.80 7.86 7 81 9.61 0 10.— Gouda 6.40 Amsterdam Wp. 7.69 Amsterdam 0.8. 8.14 a Sneltrein. K 10.41 0 0 8.U9 0000 O-"» 0 I f iu.— 8.13 9.58 10.1610.5» 18.0818.46 8.20 2.46 3.16 4.18 4.48 6.20 5.47 7.42 8.86 10.10 10.36 UTRECHT— GOUDA. Utrecht 6.88 7.50 9.- 9.58 11.84 12.08 18.50 2.66 8.10 8.68 4.43 6.86 6.09 8.6010.84 Woerden 6.58 8.11 H 10.16 18.84 000 4.16 000 9.1110.51 Oudewater 7.07 8.19 10.24 18.42 000 4.24 000 9.19 0 Gouda 7.20 8.82 9.84 10.87 12.06 12.55 1.28 8.87 8.60 4.37 5.20 7.08 8.41 9.88 11.07 AM8TERDA M—G O U D A. 9.40* 11.10* 11.87 8.40* 4.10* 4.10 7.88 9.46 9.66 11.96 11.49 8.55 4.96 4.85 7.50 10.00 10.44 19.10 18.65 8.60 1.90 6.58 9.88 11.00 Amsterdam C.S. Amsterdam Wp Gouda 5.50 730 8.16 9.04 schuldig gemaakt aan overtreding van het kon. besluit van 15 Oct. 1885, en wees met na druk op de ontzettende gevolgen, welke eeue ontploffing van znlk een voorraad voor Maas sluis had kunnen hebben. Het achtte daarom een geldboete geen voldoende straf en eischte een maand hechtenis. De beklaagde verzocht, hem niet voor zyn ]evsn ongelukkig te maken door hem in de gevangenis te zetten. Tegen jhr. A. A. Martini Bays, die in dienst der maatschappij de gevaarlijke stof had laten vervoeren en opslaan, zonder ver gunning van de bevoegde autoriteit, werd eveneens hechtenis geëischt, en wel voor drie overtredingen samen ook 30 dagen. Door den heer A. H. Lonkhujjzen te Wa- geningen is een adres aan de Tweede Kamer gericht, waarin hy de feiten van de briefop- eisching en wat daaraan voorafging breed voerig uiteenzet. Hy deelt daarin 0. a. mede: dat hy aan de kantonrechter had voorge steld, onmiddelljjk eene bestuursvergadering te beleggen, om over de afgifte te beslissen, maar de heer van Dedem onmiddellijke afgifte bleef eischen en alleen nog 't nemen van afschrift wilde toestaan, dreigende met huiszoeking; dat de heer v. L. ton slotte verklaarde voor de overmacht te bakken en aan den kanton rechter te zullen ter hand stellen de brieven, welke zich in het archief der kiesvereeniging bevonden en geschreven waren door den heer G. W. van Dedem, daar verzoeker niet kon uitzoeken den brief, welke het eigendom van ds. Pierson zou zyn dat hy dit deed, na afschrift te hebben geno men, ten huize van ds. van Schelven, wiens woning middelerwyl door rjjksveldwacht en maréchaussee was bewaakt. De heer v. L. concludeert »dat uit het medegedeelde volgt, dat de kantonrechter G. W. van Dedem de rjjksveld wacht en de maréebanssée heeft gebruikt om brieven, geschreven door den heer G. Wvan Dedem, machtig te worden uit een verzame ling van stokken, waartoe zy, blijkens het voorgevallene op de vergadering der kies vereeniging «Nederland en Oranje» op 6 Juni jl. gehouden, behoorden naar de meeniug van denzelfden heer ds. H. Pierson, in wiens naam zjj door gezegde kantonrechter zyn opgeëischt geworden En hy eindigt zyn adres aldus >dat de medegedeelde handelingen van den kantonrechter te Wageningen ook elke gedachte aan eeu strafrechtelijke instructie uitsluiten, en de eenige toeleg van genoemden ambtenaar was, zich van een door hem geschreven brief mees ter te maken. »dat de verzoeker nog vernomen heeft, dat de bedoelde kantonrechter beweert, dat op 9 Jnni de heer ds. Pierson per brief aan den ver zoeker zelf zou hebben gevraagd afgifte van den bewusten brief, maar dat verzoeker zoo danig schry ven van ds. Pierson nooit outvangen heeft; >dat wanneer feiten als bovenstaande in Nederland straffeloos kunnen plaats hebben, de rechten en vryheden der burgery ten zeerste worden bedreigd; weshalve verzoeker zich tot uwe vergadering wendt met het dringend verzoek, uwe mede werking te verleenen om hem redres te be zorgen van het onrecht hem aangedaan en om in den vervolge herhaling te voorkomen van feiten, zooals ten deze hebben plaats gehad. (De heer van Lonkhujjzen en de brigadier der rjjksveldwacht Henneveld zyn gedagvaard om Zaterdag voor den rechter-commissaris te Arnhem te verschijnen.) Men zal zich herinneren dat onlangs ver schillende bladen een klacht bevatten van f mevr. Ie Grand-Gondschaal, commies der te legrafie te Breda, waarin zy zich beklaagde, dat haar door den (vorigen) minister van Waterstaat een wegens huweljjksomstandigheden aangevraagde verlenging van verlof werd ge weigerd en haar kenbaar werd gemaakt dat zy vóór 1 Mei een aanvraag om ontslag moest indienen, bjj gebreke waarvan zy ongevraagd nit den dienst zou worden verwjjderd omdat de administratie »geen gehuwde vrouwen in dienst wenschte te houden.* Er werd indertjjd op gewezen, dat »de admi nistratie zich hierdoor aan willekeur schnldig maakte en in strjjd handelde met het Kon. besluit van 31 Maart 1891 no. 23, bepalende O. a. dat tot commies der telegrafie ook vrou wen en meisjes* benoembaar zyn. Aangezien hier geen onderscheid wordt ge maakt tusschen getrouwde en ongetrouwde vrouwen, had de administratie, niet het recht vronwelyke ambtenaren te ontslaan omdat zjj gehnwd zyn, noch om gehuwde vrouwen al leen in inférieure betrekkingen van brieven- rrder en klerk in dienst te honden, zooals minister aan mevronw Le Grand nader had te kennen gegeven. Minister Lely stond later verlenging van verlof toe doch slechts tot 31 Jnli a. s. Naar men thans verneemt, heeft de tegen woordige Minister van Waterstaat de welwil- lendheid gehad op de meest vrjjgevige wijze een eind te maken aan den toestand van on zekerheid waarin mevr. Le Grand ongevraagd verlenging van verlof te verleenen tot en met 30 April 1895 na welk tydstip zjj dan weder om in activiteit zal terugtreden. Voor deze inderdaad liberale beslissing heeft de minister aanspraak op de erkenteljjkheid van allen, die prjjs stellen op de handhaving van bet goed recht der vrouw in onze samen leving. De pokkenepidemie schjjnt te 's-Gravenzande te zjjn geweken, althans in de laatste tien dagen deden zich geen nieuwe gevallen voor. Drie pokljjders fejjn nog onder behandeling, waarvan twee die hunne woning kunnen verlaten. Aan uitvoerige stateD, de uitkomsten aan gevende van 't onderzoek naar de kennis van bet lezen en schrjjven der ingeljjfden bjj de militie in 1892, is ontleend, dat Zuid-Holland boven de andere provinciën uitsteekt met nauweijjks 2 pCt. analphabeten, waarop Noord- Holland volgt met ruim 4 en Utrecht met byna 5 pCt. Drente komt achteraan met 81/» pCt.. Wat de arrondissementen aangaat, spannen Zutfen^ en Zwolle de kroon, omdat al de daar ingelyfden konden lezen en schry ven. Het ongunstigst sfban Oostburg, Borger en Sittard, waar meer dan 15 pCt. analpha beten waren, te Sittard zelfs byna 20 pCt. Naar aanleiding van het onlangs nit Zeven- wonden in de «Leeuw. Courant» medegedeelde bericht van eene door verzuim van beteeke- ning, buiten voorkennis der vrouw en tegen haren wil, plaats gehad hebbende echtscheiding meldt men uit Gelderland het volgende, eenigs- zins soortgeljjk geval, dat voor eenigen tjjd aldaar voorkwam. Zekere echtgenoot was wegens mishandeling zyner vrouw tot twee jaar gevangenisstraf veroordeeld. Tjjdens het ondergaan dier straf werd door zjjne wederhelft eene verordening tot echtscheiding ingesteld, en haar vervolgens toegewezen, waarvan de exploten in de gevan genis niet ter kennis van den man kwamen. Toen deze na zyn ontslag zjjne wederhelft wilde bezoeken, vond hij haar tot zjjne be vreemding opnieuw gehuwd. Nu ontstond er, begrypelykerwjjze, een hevig krakeel tusschen de beide mannen, waarbjj het «oude liefde roest niet» de vrouw voor haren eersten echt genoot party deed trekken tengevolge waarvan de tweede afdroop en door ophanging in een naburig bosch een eiude aan zyn leven wilde maken, hetgeen een voorbijganger nog door tjjdige afsnyding wist te verydelen. De regeering heeft het voornemen te Gor- redyk eene brigade marechaussee te restigen. Dit is niet naar den zin der aldaar wondende socialistische gemeenteraadsleden dr. Vitus Brninsma, J. de Boer en G. Zwart. Deze hebben daarom bjj den gemeenteraad een voorstel ingediend, om zich tot de regee ring te wenden, met verzoek geen bereden politie te Gorredyk te vestigen (U.D.) Onder begnnstiging van zeer schoon weder hield de Gond^che Cricket en Football club Olympia* gisteren (Zondag) hare hnishonde- lijke wedstrijden. Aangemoedigd door eene schitterende menigte donateurs met hunne dame9 toonden Olympia's leden, niettegenstaande de weinige oefening, waarvan zjj dit jaar konden profiteeren, welke uitstekende krachten zjj nog bezaten. Alle nnmmers van het programma werden op Olympia waardige wyze afgespeeld slechts de partij voetbal moest wegens de te groote warmte een kwartier verkort worden. Nadat de President na afloop der wedstry- den met eenige kernachtige woorden de aan wezige dames en heeren voor hunne zeer ge waardeerde tegenwoordigheid bedankt, den zoo milden gevers voor hunne zeer fraaie geschen ken den dank van het bestnur had betnigd en geëindigd was met den wensch al'en 's avonds weder te kannen ontmoeten, ging hjj tot de uitreiking der pryzen over. Van de Seniores behaalden pryzen: in Cricket. 1. W. van Dam (met eene score van 50 runs), gravnre, aangeboden door den Be schermheer. 2. 1. de Voojjs, photographie, aangeboden door den heer Jochmann. 3. J. Greop, rookstel, aangeboden door den heer S. Boon. 4. G. Straver, sigarenbeker, aangeboden door den heer A. Schinkel. 5. D. Maarschalk, inktstel, aangeboden door den heer W. IJssel de Schepper. G. de Moojj, sportgordel, aangeboden door de feestcommissie van 'tbal. 7. G. Schenk, photographie-stander, aan gekocht door de Vereen iging. 8. K. Sparnaajj, manchetknoopen, aapge boden door den heer G. C. de Voojjs. 9. M. E. Hioolen, vloeirol, aangeboden door den heer N. N. 6. in den wedloop op de lange baan (600 M.) 1. D. Maarschalk, bierpot, aangeboden door den heer W. J. Roozeboom. 2. J. de Voojjs, Buste-A polio, aangekocht door de Vereeniging. 3. N. van Schouwenburg, tabakszak, aan gekocht door de Vereeniging. c. in den wedloop op de korte baan (100 M.) 1- W. van Dam, Inktkoker aangekocht door de Vereeniging. 2. D. Maarschalk, Aschbak aangekocht door de Vereeniging. d. In't ver gooien met den cricketbal 1. H. Dorlas, Portefuille aangeboden door het Bestnur. Van de Juniores behaalden prjjzen: a. in cricket 1., P. de Voojjs, Wekker aangeboden door den Bescheimheer. 2. D. Sam8om, Boekdeel aangeboden door de Gebr. Van Alkemade. 3. P. Schriek, Boekdeel aangeboden door de Qebr. Van Alkemade. 4. A. Breebaart, Inktkoker aangekocht door de Vereeniging. 5. A. Goedewaagen, Thermometer aange boden door bet Bestuur. 6. J. Samsoin, Sigarettenkoker aangekocht door de Vereeniging. b. In den wedloop op de korte baan (100 M.) 1. V. van der Palm, Schrjjfnecessaire aan gekocht door de Vereeniging. 2. A. Breebaart, Manchetknoopen aange boden door den heer G. C. de Voojjs. c. In bet ver gooien met den cricketbal 1. V. van der Palm, schrjjfétoi, aange kocht door de Vereeniging. Hierop ging de talryke schare niteen, om tich des avonds na het concert in de zaal Kunstminwederom te reuneeren. Onder leiding der feestcommissie, bestaande nit de heerenC. G. de Vooijs, G. Schenk, C. Straver, M. E. Hioolen en D. Maarschalk werd een zeer net, besloten en hoogst gezellig bal gehouden, dat door den president der feestcomm. den heer C. G. N. de Voojjs met een flinke speech werd geopend. Zjjne wensch dat er n.l. prettige feestvreugde zou heerschen, is iu alle opzichten vervuld geworden en bjj alle aanwezigen zal dezen avond niets minder dan eene onuitwischbare, aangename herinne ring achter laten. Hulde aan allen, die dezen dag tot oen waren feestdag voor Olympia* hebben ge maakt. qssg De begrafenis van Carnot is zonder eenig merkwaardig incident afgeloopen. Ondanks de ontzag] jjke menigte werd de orde niet gestoord en er heersebte een stemming, welke volkomen by de plechtigheid paste. Het vertrek van het Elysée geschiedde te halfelf en het voorbjj- trekken van het Panthéon was om halfzeven afgeloopen. Alle aanwezigen verkeerden onder den invloed van bet oogenblik. Veel en zeer gunstig werd gesproken over de houding van president Casimir-Perier, die zonder geleide in den namiddag eene wandeling maakte, waarbjj hem op de Place de l'Opéra door het publiek eene ovatie werd gebracht, en niet minder over het beslnit van koizer Wilhelm om aan de twee Franscho officieren, die wegens spion- neeren waren veroordeeld, gratie te verleenen. Graaf Von Milnster, de Duitsehe gezant, bad aan Dnpuy en Hanotaux mededeeling ge daan van het besluit van keizer Wilhelm. Dupuy gaf hiervan onmiddelljjk kennis aan Casimir-Perier, die den keizer zyn dank liet betuigen voor de grootsche gedachte, welke het hart der beide natiën weldadig zal aandoen. Het bencht van deze handeling van keizer Wilhelm verspreidde zich spoedig onder ben stoet en maakte een diepen indruk. De Fransche Kamer en Senaat hebben het aaugevraagde crediet van 100.000 fr. voor de nationale begrafenis van Carnot met algemeene stemmen goedgekeurd. Noch een andere plicht rest het Parlement zegt de «Figaro,» nl. aan de weduwe van Carnot een pensioen toe te kennen. Het is waar, geen enkele schadeloos stelling kan ontroostbare smart lenigen, doch er ia hier ook geen sprake van geld, maar van een hnlde, welke Frankryk verplicht is te brengen aan de nagedachtenis van den ver moorden President. Het practische Amerika beeft bjj inschryving twee-en-een-half millioen bjjeengebracht voor de weduwe van Garfield in Frankryk, waaruit onde traditie het initia tief in dergelyke zaken aan den Staat wordt overgelaten, mag mevr. Carnot niet beperkt worden tot het bescheiden pensioen, waarop zy als wed 0 we van een ambtenaar recht heeft. Dupuy heeft zich laten overhalen om te bljjven. Dat de moord van Carnot voor 't minst afgesproken anarchistisch werk was, wordt meer en meer dnidelyk, maar 't is de vraag, of men 't zal kunnen bewyzen. Zelfs zou verband bestaan tnsschen den aanslag op Crispi en den moord vttn Carnot. Lega moet voor den aanslag te Rome te Marseille geweest zyn, en daar zon Cesario geweest zyn. Lega beweert, dat hjj Cesario niet kent, maar dat beteekent niets. De Parjjsche politie ontving de verklaring, dat iemand op den morgen van het vertrek van Carnot drie mannen gezien heeft, die in een drnk gesprek gewikkeld waren. Een hunner zeide, toen Carnot wegstoomde: «Ziezoo, hjj is vertrokkenterugkomen zal hjj niet.» Aan de «Temps» wordt bericht, dat de anarchist Laborie bekend heeft, dat Santo Cesario hem Zaterdag, tjjdens zyn verblyi te Montpéllier, het doel van zijn tocht naar Lyon verteld heeft. Te Cette heeft een jong man zich opgehangen, toen hjj van de politie een nitnoodiging kreeg om te verklaren, hoe hy Zondagavond bericht kon hebben van den aanslag tegen Carnot. Het trekt de aandacht, dat de Duitsehe kei zer zoo in het oogvallend belangstellend is jegens het geteisterde Frankryk, en blykbaar alles doet, om met de Fracaoben op wat beter voet te komen. Daartoe behooren ook een aantal beleefdheden, die den Franschen am bassadeur, den heer Herbette, bewezen zyn. Deze is namelijk naar Kiel gegaan om keizer Wilhelm den dank der Fransche regeering te brengen voor de condoleance-betnigingen, naar aanleiding van het vermoorden van President Carnot gezonden. De ambassadeur werd in het hotel »Germaoia< door den opperhofmaarschalk Eulenborg begroet en 's avonds tegen 8 nnr door den keizer aan boord van het jacht »Hobenzollern« in byzondere audiëntie ont vangen- Doch doarby bleef het niet. De keizer hield Herbette aan boord, en maakte met hem een tocht, die drie nnr duurde; en toen de Fransch- man eindeljjk zyn hoogen gastheer verliet, werd hjj uitgenoodigd de werkzaamheden aan het Noord-Oostzeekanaal te komen bezichtigen, een invitatie, die nog niet aan vreemdelingen werd gedaan. Daarmee wordt, hoopt men, de gebelgdheid van Frankryk over Duitschlands houding bij het jongste Congotractaat, meer dan getemperd, en een schrede gezet op den weg eoner betere verstandhouding tusschen de twee Rjjken. De keizer beeft aan den gezant te Parjjs, graaf Münster, opgedragen hem te vertegen woordigen bij de begrafenis van Carnot, en hem tevenB gelast, uit zynen naam, er een krans op te leggen. In de Italiaansche Kamer van Afgevaardigden beeft Crispi verschillende voorstellen gedaan tot vervolging van hen, die tot misdaad op- histen en den moord verheerlyken. Hy ver zocht de behandeling der voorstellen dringend te verklaren en de Kamer stond dit toe, in weerwil van den tegenstand der uiterste lin kerzijde. Crispi deelde mede dat Bandi, thans jour nalist, die den slag van Marsela medestreod, dezen morgen door een anarchist met dolk steken doorboord is, omdat hy een artikel tegen de anarchisten geschreven had. Tengevolge van zyn wonden is het slacht offer bezweken. Denzelfden dag dat aangekondigd werd dat de heer Gladstone het 9taatstoneel zon ver laten, heeft zijn opvolger als leider van het Lagerhuis eene rede gehouden, waarnit blijkt dat ook hy weldra de politiek zal vaarwel zeggen. Sir William Harcourt zeide, dat indien hy eerlang zyn post als minister van financiën en als leider van bet Huis der Gemeenten zal nederleggen, hjj niet naar het Hoogerhuis zal overgaan, maar voor het pairschap zal bedanken. Het verbaasde indertyd velen, dat Gladstone's mantel niet viel op sir William Harconrt, die den strjjd jaren had meêgemaakt. maar op lord Rosebery, een outsider. De heer Harconrt toonde zich niet geraakt dat hjj werd voor bijgegaan. Doch hij nam van toen af met kracht zjjn plan tot hervorming der belastin gen ter hand en stelde zich ten taak dit tot stand te brengen, om daarna zyn staatkundige loopbaan eervol te kunnen besluiten. Te Ottawa is de intercolonial conferentie geopend, waarop behalve de Britsche regee ring, vertegenwoordigd zyn de regeeringen van de koloniën Nieuw Zuid-Walea, Zuid- Australië, Victoria, Nieuw-Zeeland, Queens land, De Kaap en Canada. Natal, dat meer Transvaalsch- dan Kaapscbgezind is, deed zich niet vertegenwoordigen. Overigens ziet men dat de meerderheid der Britsche koloniën afgevaardigden beeft gezonden. Op den onderkoningstroon gezeten, opende de gonverneur-generaal van Canada, lord Aber deen, deze plechtige byeenkomst. Het doel is volgens de verklaring in een adres dat aan de koningin gezonden werd, te beraadslagen over de beste middelen tot verbetering der handelsgemeenschap tnsschen de verschillende deelen aan het Britsche rjjk. Onder deze leus poogt men een wereldbond te vormen nit alle landen waar Engelsch gesproken wordt. Het zou een algemeen tolverbond zyn met differentieele rechten voor olielanden die daarbuiten staan. Reeds in 1887 werd onder het ministerie- Salisbury door loord Knutsford een dorgelyke conferentie te Londen gehouden. De toeleg om dezen rensaebtigen protectionistischen staten bond op te richten, is hetzelfde wat de Imperial Federation Leagne te Londen heeft pogen te bereiken.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1894 | | pagina 2