H
Bi
BINNENLAND.
Mi
fl
De laatste eener Familie.
T,
ff,
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
No. 6406.
r
ir.
FEUILLETON.
len?
L
st.
Donderdag 19 Juli JS94.
33ste Jaargang.
9
s
vaii
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
J
roep om recht
V
rl
sr
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs er dne maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Tot adjunct-commies le klasse ter provin
ciale griffie van Zuid-Holland is benoemd mr.
Zimmerman, vroeger advocaat te 's-Gravenhage.
hy den
De aanblik van
/op 't ge-
schutters
den dienst
atschappy
I
en Kaas
e
IE I
1 met
1.90
(Naar het Fratuch.)
tot de
vinden
Onderwijzer aan
Wij ontvangen van den heer G. van Deth
een schrjjven, waaruit blykt, dat by. den strijd
tegen Neerbosch hier opgeeft om dien te gaan
voortzetten »aan de andere zijde van denOce-
De heer J. G. Drost, wonende op een bo
venhuis in de Diergaardelaan te Rotterdam,
had, toen hij zich dezer dagen met zijn gezin
op reis begat, de welwillendheid om daarvan
de heeren dieven te verwittigen, door een
briefje met het woord afwezig* op de deur
te plakken, en tevens eene aanzienlijke waarde
voor hen achter te laten. Tot dusver onbe
kenden hebben daarvan gebruik gemaakt. Ver
zekerd dat zy niet gestoord zouden worden,
hebben ze het hekwerk van de deur verbroken
en zyn daar vervolgens doorgekropen, waarna
zy op bun gemak de kasten hebben doorzocht
en geplunderd. Gestolen zyn o.a. een juweelen
armband, een gouden horloge, een dasspeld
met juweel, enz. en eene belangryke hoeveel
heid tafelzilver, een en ander ter waarde van
ongeveer f 2000.
ADVERTENTIÉN worden geplaatst
15 regels 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Een patroon te Rotterdam zond een 12-
jarigen kantoorbediende met f 562.50 naar een
handelsfirma.
Het kind kwam daar niet en wordt vermist.
Dat die patroon zyne f562.50 kwyt is, is
eigenlyk een rechvaardige straf voor het uit
zenden van zulk een jongsken met zulk een
som geldwant het kind is bestolen en daar
na verduisterd, of een dief geworden; en
in beide gevallen is *t de schuld van den
patroon.
Op de Vecht nabij Maarsen is een zeilboot,
waarin zich twee heeren en twee dames be
vonden, door de lyn van eene voorbyvarende
schuit gegrepen, met het gevolg dat de boot
kantelde en allen te water geraakten. Door
de tegenwoordigheid van geest van beide hee
ren, werden gelukkig allen gered.
aan, in Amerika, waar een
nooit onbeantwoord blijft.
Over ongeveer drie maanden zal hy terug
komen om van *t Lindenhout »de onechtheid
van al -die mooie getuigenissen uit Amerika
voor de voeten te slingeren.* (>Tel<)
Terwyl de landbouwer B. te Grauw (Zeeland)
met zyn gezin Maandag aan het middagmaal
zat, werd eensklaps een vreeselyk gekraak ge
hoord, gevolgd door een donderend geraas. Het
bleek dat het achterste gedeelte van de schuur
was ingestort en verder het geheole gebouw
uit zyn verband was gerukt. Ook het huif
was zwaar beschadigd; in het dak waren ver
scheidene gaten geslagen. Een paar boeren
wagens werden verscheidene meters ver weg
geslingerd. Het vee, dat zieh in de schuur
bevond, ging verschrikkelijk te keer, doch bleef
ongedeerd. Het geheel levert een treurig beeld
van verwoesting op.
Wat de oorzaak is, ligt nog in het doister;
de gebouwen, behoorende aan het kroondomein
(rentambt Hulst) waren hecht en sterk, het
huis pas nieuw gebouwd.
Beweert men eenerzyds dat men hier met
een windhoos heeft te doen gehad, anderzijds
wordt de ramp aan het inslaan van den blik
sem toegeschreven.
Op eene hofstede kort in de buurt had het
zelfde plaats, doch daar in veel minder sterke
mate.
Te Haarlem wordt een bew^i/l
touw gezet om te verkrygek y
voortaan het loon, dat hun dcór
onthouden wordt, vergoed krygjen.
die by onderzoek bleek met vreemde bestand-
deelen te zyn vermengd, eene geldboete van
f 25 geëisch;t of 10 dagen hechtenis en in de
kosjen. J
Gistere»
te Rotterdam i o t
voor de cavalerie hier te lande. Deze dieren,
naar Twel-
ennen.
die in de
de vestiger
i worden is
igen vrou-
't gemaakt
rking van
ivoudigste
tX:
lichaam en
rordeln en
vreeseyke
eld. Dan
oorsuizen
iekte. Al
mwziek en
de wer
Voor de Rotterd. rechtbank stond gisteren
terecht J. P., 27 jaar, schipper te Gouda, be
klaagd van mishandeling van zyne echtgenoote.
Op den 16 Mei j.l. ontmoette hy zyne vrouw,
van wie hij reeds gedurende elf maanden ge
scheiden leefde, te Gouda. Toen hij verlangde
dat zij met hem zou medegaan en zij daarin
geen zin had, gaf hy haar een duw, waardoor
zy in een heg terecht kwam, tengevolge waar
van zy aan den arm eene ontvelling bekwam.
Eisch 7 dagen gevangenisstraf.
Uitspraak over 8 dagen.
70)
Zij had hem medegedeeld, dat Elize vertrokken
was, en zij Hadden te zamen een plan gemaakt, dat
met behulpvan den armen Arthur uitgevoerd zou
worden, zonder dat deze kon vermoeden, dat hij in
strijd met zyn eigen belangen handelde.
Mevrouw van Hansweerd vreesde dat de Ruiter
zou spreken. Zij wilde hem doen verdwijnen, de
wijze waarop dit moest geschieden, daarnaar vroeg
zij niet. Als hij vluchtte was ’t goed, maar als bij
stierf zou ’t nog beter zijn, want de dooden komen
niet terug.
Rudolf van Trichtvoprde wilde de erfgename van
den generaal huwen eu die erfgename was Elize. Om
zijp doel te bereiken, moest hy trachten te behagen
aan Elize en hij twijfelde er niet aan, te zullen
slagen, indien bij slechts den schijn aannam de Rui
ter te verdedigen. Bovendien zag by er niet tegen
op, om den verloofde van het meisje te belasteren.
De twpe minnenden hadden besloten dat mevrouw
van Hansweerd voorloopig te Parijs zou blijven. De
heer van Trichtvoorde zou aan het werk gaan zon
der haar.
Hy was er reeds, zooals wij gezien hebben en hij
meende zich geluk te kunnen wenschen met den uit
slag van zyn eerste onderhoud met Elize. Thans
kwam ’ter op aan aioh van de Ruiter te ontslaan
plein gaan en langs een steenen brug, waarop een
schildwacht staat. Arthur toonde zijn toegangsbewijs
aan den soldaat, die hem zwygend liet doorgaan.
Terwyl zij op de groots deur toetraden, liep een
man in een donkere uniform langs hem heen. Deze
bleef plotseling staan, Arthur scherp aankijkend.
Plotseling nam hij zijn pet af, vroolyk uitroepend
„Dag luitenant! Herkent ge mij niet?” En toen
Arthur hem aankeek zonder te antwoorden, ging hij
voort
„Ik heb toch onder uw bevelen gediend, aan boord
van „De Magenta”. Ik ben Marius uit Toulon.”
„Wat I ben jij ’t Marius?” riep de zeeman. „Wel,
wel, daar was ik in *t geheel niet op bedacht, jou
hier te ontmoetenJe hebt den dienst dus ver
laten?”
„Ik moest wel luitenant, nadat een kogel mijn
rechterbeen onbruikbaar had gemaakt. Maar ik heb
't nogal getroffen, want men heeft mij bier cipier
gemaakt. Ik had liever iets anders gewild, maar ik
had geen keuze. Nu *t is hier niet/kwaad. Gy zijt
hier uit de provincie, nietwaar luitenant?”
„Ja. Maar ik ben pas, na drie jaren in China
geweest te zijn, teruggekeerd.”
„Waarmede kan ik u van dienst z»jn, luitenant?**
„Mijnheer en ik, willen het kasteel gaarne be
zichtigen. Gy kunt out misschien wel rondleiden.”
„Zeker mijnheer. *tZal een waar feest zyn, met
u mede te gaan. De portier is uit, maar ik
zyn plaats vervullen.”
„Ik heb oen bewys.”
(iOI bSI HE COURANT
Een geacht ingezetene, de heer J. P. L., te
Vlissingen oud-lid van den gemeenteraad, viel
terwyl hy een dier uit het Water der Pottekade
wilde redden, daarin. Door drie mannen werd
hy met behulp van ladders gered en naar
zyne woning gebracht, waar hij echter kort
daarop overleed.
Tegen de huisvrouw van H. Q., te Ede, is
voor het Kantongerecht te Wageningen, we
gens het ten verkoop aanbieden van boter,
De Ruiter heeft een hekel aan mij en zou wantrou
wen gekoesterd hebben als hy mij zag. Het eenige
wat ik lieden wil doen, is de plaats te verkennen,
den bewaker uit te hooren, er achter zien te komen,
waar men onze man gestopt heeft en vragen of ’t
veroorloofd is, hem iets te zenden. Dat vooiloopig
onderzoek kan je gerust aan mij o verlaten.”
„En daarna? Zullen wij daarmee veel gevorderd
zyn P”
„Ik heb het volgende plan. Gij ziet dien toren
nietwaar Welnu, De Ruiter bevindt zich daarin,
dat is zoo goed als zeker. Hij kan er slechts uit,
dis hij de ijzeren staven van zijn venster doorvylt en
dim moet hij zich met een touw naar beneden laten
zakken. De geheele moeilijkheid bepaalt zich dus
vraag of ’t mogelijk zal zyn oen middel te
om hem een vijl en een touw in handen te
spelen. De ouderwetsche vlucht, die is ’t eenvou
digst en verreweg 't best.”
„Hoewel ik niet geloof, dat de gevangenis hier
bijzonder goed bewaakt zal worden, betwijfel ik toch
of men zal toestaan, dat de gevangenen van buiten
af iets ontvangen.”
„Ik geloof ’took niet, om je de waarheid te zeg
gen. Maar wij zullen ’t probeeren. ’t Is misschien
mogelijk de bewakers te bewerken. *t Blijft dus af
gesproken, dat jy een oudheidkundige bent, die de
"oude gebouwen in het land bezoekt en dat je mij
uitgenoodigd hebt, je te vergezellen. Al pratende
zal ik wel probeeren de tong los te maken van den
cipier. Volg mijn voorbewra'fian zal ’t ons beiden
toch wel gelukken, de ?r$odige inlichtingen te
krygen.
GOUDA, 18 Juli 1894.
VERGADERING van den GEMEENTE
RAAD, op Vrydag 20 Juli 1894, des na
middags ten 1 nre.
Aan de orde:
De Rekeningen
stellingen van 1
jaar 1893.
De Rekeningen van de Volksgaarkeuken en
het Hoffmans-Gesticht over 1893.
De Rekening en Verantwoording van den
Kassier der Bank van Leening over het boek
jaar 1893/94.
Prov. Staten van Zuid-Holland keurden het
voorstel goed om buiten verdere behandeling
te laten de voordracht tot wyziging van het
reglement op de jacht en visschery (verbod
om met peur en aalschaar te vieschen en be
paling omtrent de grootte van de mazen der
vischnetten).
Tot buitengewoon lid van Gedep. Staten
werd daarna mr. J. A. Vaillant herbenoemd,
met 59 van de 71 stemmen.
Het voorstel tot uitkeering van f 1200 aan
de weduwe van een in dienst der provincie
omgekomen werkman werd goedgekeurd, even
als het afwijzende praeadvies op een verzoek
om wyziging der verordening op de stoomvaart
in de boezemwateren.
Breedvoerig werd daarna gediscussieerd over
het verzoek van regepten van het geneeskun
dig gesticht voor krankzinnigen alhier, om
subsidie voor den bouw van een buitengesticht
te Loosduinen.
Ten slotte stelde de heer van der Lith voor,
Gedep. Staten uit te noodigeh, een onderzoek
in te stellen naar de behoefte aan plaatsruimte
voor de verpleging van behoeftige krankzinni
gen, daarvan in de herfstvergadering verslag
te doen, en eventueel, bij gebleken behoefte,
voorstellen te doen ter voorziening, en dit
voorstel werd aangenomen zonder hoofdelyke
stemming, ua goedkeuring van de afwijzende
beschikking op het adres dei Haagsche regenten.
Zonder debat werd het gunstig praeadvies
op de subsidie-aanvrage voor den locaal-spoor
weg Gouda—Schoonhoven goedgekeurd.
Op het adres van de gemeente Oudshoorn,
om subsidie voor verbetering van een ge
deelte van den Lagen Ryndyk, werd1 afwijzend
beschikt.
De subsidies voor den polder »de Oost- en
West-Zomerlanden van Heinenoord* (f 1500)
en de vereeniging Volksnut* te Brielle (f 100)
werden toegestaan.
Goedgekeurd werd het tarief voor heffing
van rechten op de Gouwe en voor het gebruik
der pont aan de Gouwesluis onder Alten
evenals het voorstel om voor het onderhoud
der haven te Maassluis over 1895 en 1896
eene tegemoetkoming te verleenen van een
vierde der kosten, en Gedep. Staten uit te
noodigen, met de Regeering in overleg te
treden over het onderhoud dier haven.
Ook de verschillende andere punten der agenda
werden goedgekeurd.
De provinciale begrooting werd vastgesteld
op een bedrag van f 477.690.18j.
Een voorstel om in cassatie te komen van
het arrest van het Gerechtshof te 's Graven-
hage, waarby het vonnis der Rechtbank te
Rotterdam in zake het onderhoud van een
gedeelte van Schieland’s Hoogen Zeedyk is
bevestigd.
De benoeming van eenen
de 2e Kostelooze School.
De benoeming van eenen Brugwachter aan
gj^ophaalbrug op de Gouwe by het Nonnen-
igen van de gesubsidieerde In-
Weldadigheid, over het dienst
en daarbij moest hij een rol spelen, welke Elize zou
noodzaken hem dankbaar te zijn voor hetgeen hij
gedaan had,
Met Arthur liep alles naar wensch. De jonge
zeeman had er in toegestamd te Dinan ie komen
voor hij zyn nicht te Trichtvoorde ging opzoeken.
Hij kon het meisje geen kennis geven van de wijzi
ging in zijn plannen, want zyn rechterarm was nog
niet volkomen geheeld en hij kon geen pen vast
houden om te schrijven.
Rudolf had hem met open armen ontvangen en
ontvouwde dadelijk zijn plannen. Zij gingen zamen
de plaats bestudeeren waar zij zouden moeten bin-
nendringen en Rudolf belastte zich met de leiding.
„Zij hebben geen moeilijkheden gemaakt, om u
toestemming te geven, de gevangenis te bezoeken,
niet waar?” vroeg hij, toon zij de poort, van den
Heiligen Lodewijk naderden, die in de onmiddellijke
nabijheid van het kasteel ligt.
„Volstrekt niet,” antwoordde Arthur. „Men heeft
mij slechts gewaarschuwd, dat ik niet na drie uur
terecht kan. Maar nu is ’t pas twee.”
„O, wij hebben tijd in overvloed. Jongen, ’t is
goed, dat jy ’t bent gaan vragen en ik stilletjes
tehuis bleef. Er zijn een aantal beambten, die mij
van aanzien kennen en zij zouden zich verbaasd heb
ben, dat ik de bijzonderheden der stad wilde bezich
tigen. Ze zullen jou voor een reiziger gehouden
hebben.”
„Ik denk ’took. Maar dat bewijs geeft enkel
toegang tot het gebouw en ik betwijfel of men ons
de gevangenen zal laten zien.”
„Wel, daarop heb ik ook niet gerekend. Als ik
dat geloofd had, sou ik niet medogegaan zyn, want
De tegenwoordige paus Leo XIII was op
middelbaren leeftijd een hartstochtelyk berg
beklimmer. In den muur van het onde roof-
ridderslot van de prinsen van Storno in Pietra-
Stornina is op een steen het opschrift te lezen:
«Aan den tourist Giacchino Pecci,» nu Leo
XIII. Dit slot staat op een rots, ruim 800
voet boven de oppervlakte der zee. De eenige
weg naar deze duizelingwekkende hoogte is
een smal pad, dat nu geheel met doornstruiken
begroeid en niet meer begaanbaar is. Reizigers
worden steeds voor de gevaarlyke beklimming
gewaarschuwd.
In het jaar 1844 was de pauselijke gezant
Pecci in Pietra-Stornina, waar hy den kardi
naal Bussi zou ontmoeten.
de schynbaar geheel onber ikbare bouwvallen
van het slot deed den, lust by hem opkomen
dat roovershol eens van nabij te bezien, wat
hem de dorpsgeestelyke, pater Campobasso als
onmogelijk afraadde. «Er is sedert menschen-
heugenis, zeide pater Campobasso, niemand op
geweest.» «Dan zal ik hei eens probeeren,»
antwoordde de toekomstige paus. Alle pogin
gen om hem van dien gevaarlyken tocht af te
houden mislukten. Hy leende van een ezel
drijver kleederen, daar hij in zijn ambtsgewaad
niet klimmen kon, en een half uur later stond
Giacchino Pecci op den top. T
shtend zijn met de Harwichboot
aangebracht 21 paarden, bestemd
in Ierland aangekocht, zyn heden
loo getransporteerd.