Directe Spoorwegverbinding met GOUDA. Zomerdienst 1894/95. Aangevangen 1 Mel T(|d van Greenwich.
Buiteolandsch Overzicht.
346"* Staats-loterij
Naar aanleiding ran de onlange gehouden
vaccinaties in de gemeente Smilde ontstonden
hoog loopende oneenigheden tnsschen den plaat
selijk en geneesheer en sommige ingezetenen.
Steeds waren deze gewoon, dat er op den arm
der kleinen een vjjftal pokken werden aange
bracht, althans niet meer, terwgl de tegenwoor
dige arts Van der Wjjle zich volstrekt niet tot
dit maximum bepaalde, maar hiermede naar om
standigheden handelde.
Enkele ingezetenen hebben toen aan den
Minister van Binneniandsche Zaken een adres
opgezonden met verzoek aan den willekenr van
den geneesheer paal en perk te stellen, 't Is
echter zonder resultaat geweestop hun versoek
is afwyzend beschikt. De geneeskundige voor
schriften laten in deze volkomene vrjjheid aan
hnnnen dienaar.
In een afgelegen voorstadbnurt van Weenen
heeft de haat van een groot deel van bet
voetjgaand publiek tegen wielrijders zich op
heftige wjjze geuit. Twee ambachtslieden
stonden in hinderlaag by een brug en sloegen
daar, door een groote volksmenigte aangemoe
digd, in den loop vaneen half uur zestien wiel
rijders van hunne tweewielers, welke beschadigd
werden ook.
De wielryders allen jongelieden tnsschen
15 en 18 jaar gingen, met hnn tweewieler
op den rng, onder uitjouwend geschreeuw van
de menigte, naar het naaste politiebureau.
De goeden moeten het ook hier hoogstwaar
schijnlijk voor eenige kwaden ontgelden.
Voor bet Gerechtshof te Praag stond donor
dagen zekere Nowotny terecht, dip tien jaren
geleden zjjn huis in brand stak, als wel wat
radicaal middel om van zyn schoonmoeder af
te komen, die by hem inwoonde en die hem
en zyn vronw het leven verbitterde. Zijn huis
brandde af, hjj leed groote schade maar
zyn schoonmoeder kwam ongedeerd uit het
brandende huis.
De oorzaak van den brand bleef onbekend.
Niemand vermoedde iets vau zyn daad. Kort
daarna ging hy naar het buitenland. Eeüigen
tyd geleden kwam Nowotny, wiens vronw in
middels gestorven is, door heimwee gedreven
terug, en hy stelde zich in handen van het
gerecht.
Thans ia bij veroordeeld tot zes jaren ge
vangenisstraf.
De redacteur en de uitgever van de «Zu-
kuntts, het orgaan der radicale socialisten te
Weenen, zyn Maandag in heohteoia genomen
wegens opruiende artikelen in dat blad.
Da «Zukunft* bestaat nog pas twee jaren en
heeft al ruim een dozjjn redacteurs gehad, die
nu gevangen zitten of naar elders gevlucht zyn.
Een broeder van Caserio, den moordenaar
van Carnot. heeft te Rome, waar hij bediende
waa, uit wanhoop over zyn broeder'a snoode
daad, zelfmoord gepleegd.
Te Brussel wordt deze week een wedstrjjd
gehouden, die den straten een vroolyk aanzien
geeft, namelyk een wedstrjjd in bloemenversie
ring van balkons.
Een jury, waarvan verscheidene kunstenaars
en ook de Burgemeester leden zyn, zal de
verschillende wyken bezichtigen en de prjjs-
winners aanwjjzen uit de 223 mededingers.
In den grafkelder van het kasteel Bovingny
is het stoffelijk overschot van Prins Karadja,
den Tnrkschen gezant te VGravenhage, bij
gezet.
De Belgische gezant, de Heer I)' Anethan,
had als hulde een krans gezonden. Uit natui
van den Tnrkschen consul te Rotterdam een
krnis van witte rozen op het graf nedergelegd,
aan hét lint, met Turksche kleur, was een
waardeerend opschrift gehecht.
Een origineel huwelijksaanzoek. Een der
actrices van Surrey-theater* te Londen, miss
Nethersole, heeft, natnnrlyk uit Amerika, den
volgenden brief ontvangen en voor de curio
siteit in den foyer van den schouwburg opge
hangen Mejuffrouw. Ik heb uw portret in
een courant gezien. Schoon, zeer schoon. Wan
neer gjj in werkelijkheid er zoo uitziet, dan
wil ik n trouwen. Zulk een meisje, zulk een
voorhoofd, znlke oogen, znlk haar al was
het ook een prnik kan niemand weerstaan.
Daarom bemin ik o. Gy wordt smisse genoemd
Dus is het mogelyk, dat gy ongetrouwd zjjt.
By tooneelspeelsters kan men daarvan nooit
zeker ?jjn. Zyt gy echter toch getroawd,dan
stuur ik u geld om te scheiden. Ik ben een
rjjk landeigenaar te West-Virginia en stel elke
som ter nwer beschikking. Neemt gy rnjjn
voorstel aan op voorwaarde dat het portret
natuurgetrouw is dan betaal ik u voor nw
moeite een schadeloosstelling van 50.000 dol
lars.
De correspondent van de Central News*,
te Lamu, aan de Oostkust van Afrika, schrijft
i. d. 9 Juli j.l.
«Behalve twee Engelschen, de heeren God
frey en Bosanquet, hebben de pioniers der
Vryland-expeditie de onderneming totaal op
gegeven en keeren naar huis terug. Er hebben
geruchten geloopeb, dat bet mislukken van
dit plan kon geweten worden aan hinderpalen,
door plaatselijke beambten in den weg gelegd,
doch thans kan uit ambteljjke schrifturen
worden bewezen, dat integendeel de ambtena
ren van het Oost-Afrikaansch bewind en van
het Vitu-protectoraat zich hadden bejjverd om
de volledigste hulp te verleenen. Oneenigheid
der pioniers onderling en met Europeesche
kolonisten, brachten al zeer spoedig de bewe
ging in discrediet. Zelfs kreeg de aanvoerder
Dr. Wilhelm, eene uitdaging. Een expeditie,
uitgerust om langs de rivier Tana het binnen
land in te trekken, geraakte zeer spoedig uit
elkander. Na de terugroeping van den leider
en de benoeming van den heer Godfrey tot
zyn opvolger, werd de voorraad, waarover de
expeditie nog beschikken kon, opgenomen; men
wist, dat men nog voorraad voor 21 dagen
moest hebben, doch 1hen vond nog slechts ge
noeg voor 6 dagen. Dit noodzaakte om te
Lamu nieuwen voorraad aan te koopen, die
nog even tijdig genoeg in het kamp aankwam
om hongersnood te voorkomen. Kort daarna
beschuldigde men de heeren Godfrey en Bosan
quet, dat zjj de Vryland-fondsen ten bate van
de Britsche Regeering aanwendden, en ten
slotte werd het kamp te Ngatona voor goed
opgebroken.
Te Weerdingou (Dr.) reden twee zoons van
den landbouwer G. Trip uit, om een voer rogge
van den each te halen. Onverwachts liepen
de paarden in een kuil, die in den akker is,
waardoor deze dieren schrikten en heftig aan
zetten. Tengevolge van den schok, dien de
wagens (twee aaneen gekoppeld) kregen, stort
ten de beide broeders er af, met het ongeluk
kig gevolg, dat de jongste onder de wielen
geraakte en ernstige inwendige verwondingen
bekwam, waaraan hy kort daarna is overle
den.
Te Marseille is een Chineesch tooneelgezel-
scbap aangekomen, zich noemende tooneelspelers
van den keizer van China, onder directie van
den heer Tay-Chom-Beng en met een Franschen
impressario. Zij zullen van Marseille naar
Parjjs en Londen gaan.
De prachtige costnines en accessoires schyoen
de voornaamste aantrekkingskracht te moeten
uitoefenen. Tot den troep behooren ook een
tijger en drie panters.
Een grappige bijzonderheid telkens wan
neer een actenr teruggeroepen wordt, krjjgt hy
van zyn directeur een douceur ter waarde van
twee francs.
Volgens de Figarokan men de nationa
liteit van een kóffiebuis- of restauratiebezoeker
▼aak opmaken uit zyn wjjze van doen wanneer
er een stukje knrk in zyn wynglas valt. De
Engelschman roept den kellner en vraagt een
lepeltje om het stukje kurk op te visschen
de Rus vraagt een ander glas en een
nieuwe flesch er byde Franscbman wipt het
•tukje kurk zeer losjes met den top van zyn
pink uit 't glas en drinkt rustig voortde
Dnitscher slokt wjjn en knrk samen op, zonder
zich er moeielyk om te meken. En de
Hollander? Hy laat het glas met de knrk
eenrondig staan en drinkt verder uit een
schoon glas. Dat is wel 't eenvoudigste en
het zindelykste tevens.
De Hongaren zjjn woedend op graaf Nicholas
Esterhazy, omdat deze aan een renpaard van
zjjn stal den naam van Kossuth* beeft ge
geven. Hy heeft 't plan dit paard by de a. s.
wedrennen te Pesth te doen loopen. «Maar
wjj zwerenzegt een der bladen, dat dit niet
zal gebeuren. Het is waar, dat men een soort
van beafsteak naar de Esterhazy's heeft ge
noemd en een tjjdperk in Ilongarjje's geschie
denis naar Kossutb, maar een renpaard zal
zyn naam niet dragen
Eene dievenbende. De Brusselsche politie
heeft een goede vangst gedaan. Sedert ge-
ruimen tyd werden in verschillende Belgische
proviciën, vooral in de nabjjheid der Fransche
en Nederlandsche grenzen, inbraken gepleegd
in villa's, ten plattelande, zonder dat men de
dieven, die by voorkeur des nachts werkten
kon opsporen.
Eindeiyk is dit nu gelukt. Het bleek, dat
deze inbraken gepleegd werden door eene ge
heel georganiseerde bende, welke haar hoofd
zetel had te Brossel in de Rne de la Samari-
taine. Nadat het spoor was gevonden, brachten
een paar politie-officieren, vergezeld door 50
agenten, onverwacht een bezoek aan dezewjjk
en namen daar 47 personen in hechtenis. Alle
bevonden zich in een huis in de Rue de la
Samaritaine, waar de leiders hun bijeenkomsten
hielden.
Toen de agenten het hnis binnendrongen,
poogden de dieven zich te verzetten, maar
de agenten wisten hen met hun revolvers in
bedwang te houden. Eeoigen legden terstond
eene volledige bekentenis af. Daaruit bleek,
dat eene vrouw, Gertrude Uylenbroek ge-
heeten, de geheele dievenonderneming leidde.
Zjj was het, die de plannen outwierp en aan
elk der leden zyn rol aanwees.
Deze vrouw behoorde tot de gevatte per
sonen. "Vermoedelyk zal het wel blijken, dat
niet allen, die io het huis werden gevangen
genomen, schuldig zyn. In elk geval heeft de
politie nu toch de voornaamste schuldigen in
handen.
Een vorig vereerder. Eens kwam een man
met een ruw uiterlyk en met een nieuw, doch
goedkoop pak aan by een gezienen predikant.
«Neem my niet kwalyk, eerwaarde, dat ik u
lastig val; maar ik kan mjj slechts eenige dagen
in deze stad opbonden en het is rajj eene be
hoefte u eens te bezoeken. Ik heb u dikwjjls
hooren preeken.* «Werkeljjk?* antwoordde
de geestelijke, wien het bezoek begon te inte
resseeren. «Uwe preeken bevielen mjj beter
dan alle andere, die ik ooit hoorde, ofschoon
ik niet tot uwe kerk behoor, Werfaeljjk?*
«Ja, er zijn tegenwoordig zoo weinig domine's
op wier goede trouw men rekenen kan, dat wy,
wanneer we er zoo een ontmoeten, hem onzen
dank moeten betuigen.* »Uwe woorden ver
heugen mjj zeer! Wilt ge het ruiddagmaa^met
my gebruiken? De tafel is juist aangezet.*
De bezoeker nam met opvallende vreugde de
uitnoodiging aan, maar met nog opvalleuder
gretigheid at hjj mede. «Alzoo hebt ge mjj
dikwjjls hooren preeken vraagde de geesteljjke.
O, ja!« antwoordde de bezoeker, woedend de
spjjzen verslindende. Maar ik herinner my
niet, n ooit in mjjne kerk gezien te hebben.
Misschien in mjjne vroegere dorpsgemeente?*
O, neen, niet in een dorp,verzekerde de gast,
die nu volgepropt scheen. «Maar hier in de
stad zeker toch niet!* «Ja en neen. Ge
herinnert u wel, dat u voor eenige jaren leeraar
in het tachthois was. Ik zat daar voor een
inbraak lang gevangen en benjuist heden ont
slagen geworden. En nu, wel bedank* toor
de vriendelijke ontvangst. Ik wil n groeten!*
Reeds is melding gemaakt van bet Ongeval,
dat dezer dagen den bosch wachter in den
Haagschen Hertenkamp is overkomen, die
plotseling door een hert werd aangvallen. Het
hert, dat naar den zoölogisehen tuin zpn over-
gebraoht worden, is sedert gestorven.
Over de wijze, waarop het ongeval in zyn
werk ging, leest men in een brief iit Den
Haag aan de «Zutph. Gt.» de volgende bijzon
derheden
De Heer Geldmaker, heeft Zondagmiddag in
groot levensgevaar verkeerd. Terwjjl hy bezig
was eenige herten te voederen en daarjój) een
vrouwelijk hert liefkoosde, werd hij plotseling
door het mannetje een volwassen edelhert
aangevallen, en door het in woede ontsto
ken dier met volle kracht tegen een boom ge
bonsd. De Heer Geldmaker, op eens hqt vree-
seljjk gevaar, het welk hem dreigde, voorziende,
had zich bliksemsnel met uitgespreide armen
over en tusschen het gewei van het forsche
dier laten vallen en zich in deze positie om
de voorpooten van het hert vastgeklemd, waar
door het krachtige dier den kop niet geheel
kon opheffen en dit hem, voor het oogeublijt
althans, niet doorrtooten kon. Het razende
dier sleepte hem door de weide en trachtte zyn
slachtoffer telkens tegen de groud, de jjzeren
afrastering en een steenen bank te pletter te
stooten. De Heer Geldmaker bleef zich echter
krampachtig vastklemmen en verloor geen
oogenblik zjjne tegenwoordigheid van geest;
hy riep zelfs nog het hek te sluiten, opdat bet
dier niet naar buiten zon kunnen koitten, in
welk geval de ongelukken niet te overzien
zouden geweest zjjn. Zjjne vronw en enkele
bezoekers, die van dit vreeseljjk tooneel getui
gen waren en niets tegen de woede van het
dier vermochten, riepen intosschen angstig om
hulp, welke gelukkig spoedig kwam opdagen.
Eenige wandelaars schoten toe, en een grena
dier zon het bert met zyn sabel afgemaakt
hebben, als de heer Geldmaker, die bet zeld
zaam schoone dier, dat aan zyn zorgen is
toevertrouwd, wilde gespaard hebben, zich
daartegen niet verzet en geboden had dit
voornemen niet te volvoeren. Intusscheu waa
het gelukt het razende dier met sterke tonwen
aan een boomstam vast te knevelen echter
niet zoo stevig of het bad zich bjjna nog
weer losgerukt en kon de heer Geldmaker
nit zjjne hacheljjke positie verloat Worden.
Zjjne krachten waren echter ook geheel uit
geput en hjj verzekerde, dat hjj niet lang
meer den strijd tegen het sterke dier had kun
nen volhouden.
De heer Geldmaker was deerljjk gehavend,
doch voor zoover wy konden vernemen niet
ernstig gewond. Hjj verzekerde later npg, dat
zjjne wijze van handelen de eenige kanji biedt
om bjj een aanval van een hert er het) leven
af te brengen.
Het «Weekblad van het Hecht" geeft in zjjn
nummer van 15 dezer de conclusie van den Procu
reur-Generaal en het arrest van het Gerechtshof to
's Gravauhage in zake Schielaad tegen Goudh.
Om hot belang der zaak nemon we beide pver.
Adv.-Generaal Mr. Telders sprak toen het volgende i
Edel Groot Achtbare Heereu President en Radon
Blijkens een extract uit het verhandelde in eene
vereeuigde vergadering van het Hoogheemraadschap
Schieland van 29 Mei 1889, is op voorstel van
dijkgraaf en hoogheemraden besloten 8ohieland's
Hoogeu Zeedijk te doen versterken. Annleiding tot
dit besluit gaf een hooge vloed van 9 Febr. te voren,
eu de daarmede in verband staande verzakking van
den dyk na by den watertoren te Gouda, terwjjl
voorzien werd dat de verbetering van den waterweg
van Rotterdam naar zee tot nog hoogere vloeden
aanleiding zou geven. Er werd bepaald dat van af
GOUDA ROTTERDAM.
Gaada .L
6.30
7.26
8.35
9.06
9.40
10.46
10.65
11.08 12.18
12.58
1.24
3.52 4.50
6.24
5.56
7.10
8.43
9.40
11.02
11.10
Moord racht.
7.32
8.42
H
0
0
11.02
0
1.05
0
v 4.57
0
6.08
0
0
9.47
9
Nioaworkork
V
7.89
8.49
s
0
0
11.09
0 0
1.12
0
5.04
0
6.10
0
0
9.64
0
9 i
Gapollo
f
7.46
8.56
0
f
0
11.18
0
1.19
0
v Ml
0
6.17
0
0
10.01
0
V
Rotterdam
7.—
7.55
9.05
9.25
10.—
11.05
11.25
11.88 11,38
1.28
1.44
4.10 5.80'
5.42
6.10
7.80
9.08
10.10
11 JO
11.80
ROTTERDA M-G O U D A.
Rotterdam
5.—
6.02
7.25
7.47
9.45
9.51 10.17
11.50
12.80
1.45 2.30
2.50
3.48
4.20
4.45
6.81
7.07
8.10
Oapallo i
S.10
6.18
0
0
0
0
0 10.27
0
0
1.85 0
0
0
0
4.56
f
7.17
a
Nieuworkerk
1.19
6.21
0
0
0
0
0 10.84
0
0
8.02
0
0
0
5.02
0
7.14
Moordracht
1.16
6.29
0
0
0
t
10.41
0
0
2.09
0
0
0
5.09
0
7.81
9
Gouda
1.31
6.31
7.45
8.07
8.18 10.08
10.11 10.47
12.08
12.40
2.15 1.48
3.10
4.08
4.40
5.15
5.51
7.87
8.80
Gouda 7.80 8 40 9.09
Zev.-M. 7.41 8.51
Bl.-Kr. 7.47
Z.-Zegw.7.5S 9.01
N.d-L.d.8.01
Voorb. 8.07 ».1S
'sHage 8.IS 9.18 9.89
Gouda MB «.10 7.55
Oudaw. 5.50 6.54
Woerden 5.59 7.08 8.19
Utrecht 6.18 7.98 8.98 8.41
Gouda 6.40
Amsterdam Wp. 7.19
Amsterdam Oi. 8.14
9 Baal brein.
60UDA DEN HAAG.
9.87 10.49 11.11 19.91 1.01 1.97 8.99 1.55 4.45 6,97 5.69 7.18 9.87 11.06 11.18
a 11.01 a 1-18 a a 4.87 e «.11 a M9 a a
a a a a 1.18 a la a a a 6.16 a a a a
a 11.10 a a a a a 5.08 6.99 9.58 a
a a a a 1*88 a a a a a 6.81 a a a a
a H.tt a a 1-88 a a M0 a 8.86 10.10 f
10.07 11.97 19.41 19.11 1.48 1.57 8.55 4.96 5.96 6.56 6.41 7.49 10.15 11.88 11.48
tOl'D A-U T EEC H T.
8.09 8.91 10.19 10.55 19.48 9.98 9.51 8.18 4.47 6.98 5.57 7.45 8.88 10.14 10.88
11 09 9.87 a a a 8.87 a 7.59 a 10.97 a
11.17 a 9.45 8.11 a 5.04 6.45 6.8K 8.07 8.55 10.35
10.11 11.45 1.90 8.08 8.89 8.50 5.99 6.91 6.66 8.98 9.11 10.68 11.10
GOUD A—A MSTKRDAM.
8.91a 10.06a 10.55 19.11a 9.61a 4.47a 6.98 7.46 10.14
9.10 10.55 11.19 1.— 8.40 5.45 6.85 9.41 11.18
9JI 11.10 19.84 1.18 Ml 6.59 9.57 11JI
9.41
9.50
9.56
10.09
DEN HAAG GOUDA.
'sHnge 5.48 7.90 7.48 9.98 9.46 10.19 11.8819.15 1.88 9.16 2.45 3.48 4.16 4.49 5.17 7.- 8.05 9.89 10.10
Voorb. 6.54
N.d-L.d5.59
Z.-Zegw6.08
Bl.-Kr. 6.14
Zev.-M.fi.19
Gouda 6.807 5
10.80
10.86
10.41
1.44
1.49
1.58
2.04
2.09
5.09
7.06
7.11
7.20
7.26
7 81
9.51
a
10.-—
8.13 9.88 10.16 10.58 12.08 12.45 2.20 2.45 3.15 4.18 4.43 5.20 5.47 7.48 8.35 10.10 10.86
U T R E C H T—iG O U D A.
1 Utrecht 6.38 7.50 9.- 9.58 11.84 12.02 12.50 2.55 8.10 8.52 4.48 6.86 8.09 8.60 10.34]
Woerden 6.58 8.11 10.16 19.34 ff a a 4.16 a a a 9.1110.51
Gudewater 7.07 8.1» a 10.84 12.49 a a a 4.24 a a a 9.19 I
Gouda 7.20 8.32 9.84 10.87 12.06 18.66 1.22 8.27 8.50 4.87 5.20 7.08 8.41 9.82 11.07
AM8TERDA M-G O U D A.
Amsterdam C^. 8.—a 9.40a 11.10a 11.97 2.40a 4.10a 4.10 7.88 9.45
Amaterdaai Wp 5.50 8.16 9.5» 11.95 11.48 2.55 4.96 4.85 7.10 10.00
Goada 7.90 9.04 10.44 18.11 IMS 8.50 1.80 Ml 9.88 11.90
Gouda gelmdetijk naar beneden gaande de binnen-
sluia van den djjk onder een helling gebracht aouden
worden van 9 op 1 en de buitentaluds van 2'/s °P
1, ca dat* de lage plaatsen in de kruin verhoogd
zouden worden. Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland gaven hunne goedkeuring aan het besluit.
Het algemeen belang bracht mede dat de versterking
van den dijk nog vóór den winter aangebracht zou
worden. Gouda was volgens de zienswijze vau
Schieland gemakshalve zal ik in 't vervolg slechte
van 8ohieland on Gouda spreken verplicht den
dijk te onderhouden en dijkvak 98, de hoefslagen
gelegen onder Broekhuizen van nummers 218 en
18—18 ec werd gesommeerd om deze gedeelten
van den djjk ondor de bjj exploit genoemde aftae-
tiugen te brengen, in verzuim gesteld voor het geval
zjj niet op oen bepaalden dag het werk zou hebben
aangevangen, met aanzegging dat in dat geval Schie
land zelf tot de noodige werken zou overgaan op
hare, Gouda's kosten.
Deer Gouda onderhoudsplicht ontkende en dus
niet aan het werk ging, zag Schieland zich genood
zaakt op grond van art. 67 (art. 67 luidtop grond
deaer keure noodig geoordeeldo herstelliugen of
andere werkzaamheden worden, na gedane aanmaning,
door de zorg van den dijkgraaf van Schieland, voor
rekening van de daartoe verplichten verricht) der
algemeene keur voor het Hooghoemraadschap van
Schieland dit te doen. Zoo werd het noodige werk
tot versterking en verhooging van den dijk door
Schieland uitgevoerd.
Na vruchtelooze sommatie om de kosten tot een
lied rag van 7541.25 aan hot werk besteed
over welk kostenbedrag op ziohzelf tusschen partijen
geen verschil bestaat volgde een dagvaarding van
Gouda tot beta'iug van die som met de ronten ad
5 pet. vau af den dag der sominutie.
Volgens die dagvaarding zoude Gouda nuar de
oude herkomsten, de wet en do boefbeslagboeken
van hot Hoogheemraadschap verplicht zijn den Hoo-
gon Zeedjjk in bovengenoemd dijkvak voor de ver
melde hoefslagen te onderhouden.
Later te bespreken production en hoefslagboekeu
werdon door Schieland in het geding gebracht om
de juistheid van de door hem beweerde dijkplicht
van Gouda te steven. Gouda bleef haar dijkplicht
ontkonnenin de boefbeslagboeken van 1756 en
1810 waarvan aanvankelijk de authenticiteit betwist
werd, maar waarvan men iu hooger beroep geen
melding gemaakt hoeft - staat Gouda wol voor de
bewuste gedeelten van den dijk aangeslagen maar,
zegt Gouda, uit niets bijjkt uit wolken hoofde dit
is geschied wat hiervan zijn moge, bestrijdt Gouda
dijkplicht, omdat nu recht van Hoemraadsohappeu
en dijkplicht geregeerd worden door de wet van
1841 en het vigeerejud Reglement van Schieland en
uit deze beidou vólgt dat thans dijkplicht een last
is waarmede dijkplichtige perceelen zyn bozwaard
wier eigenaren daarvoor aansprakelijk zijn.
Hot hoefbeslagboek moet het dykpliohtigo land
aanwyzen en dat doen de boekeu voor Gouda niet.
Zij bezit geen laad binnendijks en kon dus niet
dijkplichtig zyn.
Gouda ontkent ook dat zij door buitengerechtelyko
orkenuingon tot dijkplicht gehouden zoude zijn, ter
wijl zy er op wijst reeds in 1876 tegen zoodanige
verplichting geprotesteerd to hebben, daar zij toen
bij eed' ultgbschreven verbeteriug van den dijk het
werk slechts1 heeft uitgovoerd op kosten van ongelijk.
Do vordering van Sohieland is verder nog boetreden
op grond dat zoo er ook al onderhoudsplicht by
Gouda mocht wezen, het opgedragen werk dat het
verzwaren van den dijk medebracht, daar niet onder
viel en zij merkte nog op dat in elk geval de kosten
daarvan slechts tot zoodanig maximum te haren laste
zoude komen, als in overeenstemming mot do artt.
145, 147, 87 van Schielauds roglemont zou moeten
blijkeu.
Schieland heeft voor de uitvooring van het werk
uitgravingon geduan of gelast in landeu aan Gouda
toebehoorende.
Gouda vraagt hiervoor roconventionool 2886.29.
Wat deze vordering betreft kan ik volstaan met
te zeggen dat Schieland niot betwist dat indien zijn
eisch in óonventie afgowezen wordt, Gouda recht
hoeft op restitutie voor al den uitgegraven grond
en indien zijn eisch toegewezen wordt, dat dan botaald
moet wordeu de grond gebruikt voor nndere vakkon
dan waarvoor Gouda dijkplichtig is, zoodat in het
luatete geval door Schielaud aan Gouda te betalen
blijft 1194.62,
Partijen zijn hit hierover eens zoodat de recon-
vontioneele vorderiug vorder onbesproken kan big—
ven. Bij vonnis van 11 Apvil 1892 heeft de Recht
bank te Rotterdam den conventioneelen eisch en de
reconventioneele vordering tot ovengenoemd bedrag
toogewezen.
Hij deze uitspraak heeft de Rechtbank zich twee
vragen gesteld die zij beiden toestemmend beant
woordde
I. Is Gouda verplicht tot onderhoud van den
Hoogen Zeedijk in djidvak 98, de hoefslagen 213
en 18—88 P
IL Sluit die (onderhoudsplicht in zich verplich
ting tot verzwaring van den djjk?
Voor wat de eersto vraag betreft kwam de Recht
bank tot het besluit dat Gouda, al moge zij geen
eigendom binnendijks bezitten, toch dijkplichtig is,
met andere noorden zy aam aan dat ook heden de
onderhoudsplicht vau Schieland'* Hoogen Zeedijk op
andere oorzaak test kan dan op oezit of eigendom
van dijkplichtig land.
Doze stelling nu beheerscht eigenlijk het geheele
proces en volledigheidshalve knoop ik aan haar vast
de vraag of by het bestaan van zoodanige verplich
ting de oorzaak daarvan uit de hoefbeslagboeken
moet blijken.
Ik bon, toegelicht door de voortreffelijke schrifte
lijke en mondelinge voordracht van de verschil
lende gezichtspunten van partyen, tot de overtuiging
gekomen dat het recht is aan de zijde van Schieland.
De bier volgendo overwegingen hebben my daartoe
geleid.
In bet werk van Dr. Westenhof, Twee hoofdstukken
uit de geschiedenis van ons dykwozen, (Groningen
1864, bit. 22) leest men, dat men nog in de achtste
eeuw begonnen is de landen in Schieland te bedijken.
Eerst in 1281 wierp men echter een nieuwen en
zwaardaren dyk op, die nog bekend is onder den
naam van «de Hooge Zeedjjk' «fait au tem vetus
illo agger moles aestiva, et non sufficere videbatur
adveraus fteminusa inundationes, puaro novus extrui
coepit aa. 1981 (at palet ex privilegio Florentii V,
van Mieris groot Chartenboek 1 370, hoc tempore
dato) tendens ab urbc Gouda per urbem Roterodanum
usque ad Schiedanum cui exaggerationi non solum
peciyna» sed etiam laborea coutuleruut inoolae officio-
rum Zevenhuizen Bleiswyk, officii Rotoe, Schidae
domini Aleivini a Rodenrijs1' etc.
Ik deel dit mede als een historische bjjsonderheid,
die aan der zake kuudigen reker wel bekend, mij
onbekend was, niet om or bepualde gevolgen voor
deze zaak aan te ontleenen.
Al mag het medegedeelde ook doen vermoeden
«dat bij den aanlog vau dezen dyk door den Graaf
aangowezen werd wie lot bet maken en onderhou
den daarvan zouden bydragen al moge er uit big—
keu dat ook deze dijk oorspronkelijk onder do dorpen
en steden verdeeld is die dan een aandeel kregen
in een of meer dyksparken en moesten zorgen dat
dezo volgens de keuren daarop gelegd, worden in
stand gehouden, terwijl de ouderverdeeling tusschen
de grondbezitters door of ten overstaan vau Schout
en Schepenen geschiedde (Vgk. Verhand, in de Kon.
Academie v. W. afd Letterk. Mr G. do Vries. Het
dyks- en molenbestuur in Noordhollands Noorder
kwartier, bl. 7 volgende) van direct belang is dit
voor dezo zank niotvoor het bowys toch van
Gouda's dykplicht gaat Schieland niet verder dan
1756. In het hoofslagboek van dit jaar komt Gouda
het eorst voor voor de hoefslagen uu in geschil,
maar toch is het zeker niet van belang ontbloot or
aan horinnerd te worden dat onderhoudsplicht van
dykon oorsprnnkolijk niet uitsluitend op uigoudom
van het beschermde land berustte.
De geschiedenis van den Hoogeu Zeodyk laat ik
vordor onbosproken, om do aandacht te vestigen op
art. 84 van de keuren en ordonnantiën van 't Heem
raadschap van Schieland on de ten gevolge van dien:
in 1696 uitgegovon. Hierbij was bepaald dat «allo
hoefslagen komende te vuralieneeren biunou zes weken
daor uaor over te laten bouckeu". llioraau was niet
altijd gestreng de hand gehouden zoodat in de ver
gadering van Hoogheemraden vau 26 Juni 1756
een resolutie genomen weid waarbij «alle ingelanden
dio eenig eygen of hoefslag op den Hoogen Zeedijk
zijn hebbende worden opgeroepen om tusschen 31
Aug. en 12 Oct. e.k. te komeu ter secretarie vau
Sohieland op aaugegevan uren om to zieu of dorsolvor
oijgen of hoefslagen op haar naam zyn staande en
800 niet doselvo ton eersto te la»en overboocken op
de boete bij de bovengemelde keuro gestatueerd«.
Ik meou te mogen opraerkon dat in deze resolutie
er rekening mede gebcuden werd dat dijkplicht cn
wegens gelegen eigendom binnendijks ca uit andoren
hoofde verschuldigd kon zyntot deze opvatting
geeft thans aanleiding dat er gesproken wordt van
ingelanden die eenig eigen of hoefbeslag op don
Hoogen Zeedijk zyn hebbende. In elk geval wat
hiervan ook zyn moge, allo dykplichtigon werden
opgeroopen om de boekhouding van den dijkplicht
met juistheid to kunnen in ords brongen.
Dat Gouda aan die oproeping gehoor gogoven,
althans genoegen genomen heeft met den aanslag
van haar dykplicht voor de hoefslagen 2—18 on
18 24 kan niot betwijfeld worden. Als men do
hoefbeslagboeken voorafgaande aan dat van 1756
opslaat, dan vindt mm dat in het boek van 1668
Gouda slechts éénmaal onder hoefslag 23 voorkomt
in het boek van 1698 vindt men wel voor hoefsla
gen 4, 7,9. 'T Heijliggeeat van der Gouda maar de
stad niet aangeteokond evenmin is dit het goval
in de boekon van 1577 en 1596.
Dat tusschen 1663 on 1756 de hoofslagen in ge
schil, veralieuecrt zijn 't zij bij koop erfonisse of
andersints zoo dat ze voor rokeuing van Gouda ge-
koraon zijn, staat vast; de dijkplichtigen van 1663
zijn vordweuon on in hunne plaats is gekomen Gouda.
(Wordt vervolgd.)
Er is veel kans op, zoo schreef de»Indép.<
dat de qurostie van den acht-uursdag voor de
Kngelsche mijnwerkers onder den grond, voor
eerst nog wel niet het gebied der theorie zal
verlaten. Die kans nu is byna zekerheid ge
worden door de aanneming van het amende
ment-Thomas, bepalende dat de wet alleen zal
gelden in die graafschappen, waar de meerder
heid der werklieden er voor ia.
Met 112 tegen 107 st. werd dit goedgekeurd,
geheel tegen den zin vap den voorsteller der
acht-uurs-wet, den afgevaardigde Roby. De
discussie werd gisteren verdaagd, toen de
stemming was afgeloopeu maar 'heden begint
men opnieuw, óm dan te moeten hooren dat
Roby zyn voorstel iutrekt. Zoo komt er van
den 8 uurs-werkdag voor de mijnarbeiders
onder den grond vooreerst niets, want de tyd
ontbreekt om een ander soortgelyk voorstel
opnieuw in te dienen. Maandag als er niets
in den weg komt wordt de zitting van het
Lagerhuis gesloten.
De «speech* van Lord Spencer voor de leden
van het Hoogerhuis, met betrekking tot de
wet voor de Iersche pachters, is zonder uit
werking gebleven. De heeren bleven in de
rol, die zy by de bome-rulo-wet* aannamen.
Waar het Iersche quaesties betreft, zyn ze
onvermurwbaar; en zoo hebben zede «Evicted
Tenants Bill* afgestemd. Het stond 249 tegen
30 stemmen.
De conservatieven juichenmaar of ze er
reden toe hebben Het votum der Lords is
geen échec voor de regeering; het zal integen
deel de Ieren nauwer aan haar verbinden eu
zoo haar positie versterken. En daarby, door
deze nieuwe botsing met het Lagerhuis heb
ben de Lords de positie van hun Huis weer
gedacht verzwakt, en is de tyd van zjjn val
verhaast.
In het kanton Zurich heeft Zondag 11. een
volkstemming plaats gehad over drie voor
stellen, waarvan twee nogal belangryk heeten
mogen.
Het eerste beoogde een wyziging in de grond
wet, in dien zin, dat in 't vervolg, bjj de
vaststelling van het aantal zetels iu den kau-
tonsraad, slechts met de iu Zwitserland gebore
nen gerekend wordt, en niet met do ganscbe
bevolking met inbegrip der vreemdeliugen, zoo
als tot dasver gebruikeljjk was. Bjj de volks
telling in 1888 is gebleken, dat o. a. de etad
Zürich op eeeu bevolking van 94,200 zielen
20,000 vreeemdelingen bevatte, en nu onder
de 122,000 zielen 30,000 vreemdelingen.
De «Boerenboud,* van wien dit voorstel uit
ging, heeft bjj de stemming zjjn zin gekregen,
32,720 stemmen waren voor, 25,895 tegen.
Het politieke beeld'van het anders zoo demo
cratische kanton zal uu wel eeuige verande
ring ondergaan. Geljjk de Bond zoo gaarna
wenschte, krjjgt thans het platteland zeker
overwicht op de stedeu. en daarmee wordt ook
de zaak der baitenlandsche socialisten, die in
Zurich gevestigd zijn, niet waiuig geschaad.
Het andere voorstel van den Boerenbond
kan minder sympathie wekken, en werd ge
lukkig verworpen.' Het bedoelde de afschaffing
van eenige wetsartikelen, waardoor de pensioe
nen van bedienaren van den godsdienst en
onderwjjzers zouden worden ingetrokken. Tot
1869 waren de volksonderwijzers levenslang
aangesteld een onderwjjzer moest dus tot zjjn
dood dienst doen, of, werd hjj ongeschikt voor
den dienst, een plaatsvervanger aanstellen.
In dat jaar werd de bepaling over den levens
langen dienst evenwel ingetrokken, nn vastge
steld, dat elk onderwjjzer zich om do zes jaar
aan een herkiezing moest onderwerpen.
Hoewel het nu bjjua nooit gebourt, bestaat
toch de mogoljjkheid, dat een onderwyzer,zelfs
nadat hjj vele jaren zjjn betrekking heeft
waargenomen, bjj «het volk* door oen veron
derstelde of werkelyke fout in ongeuade valt
en eenvoudig niet herkozen wordt. Hy zou dan
broodeloos zijn, als de Staat heui niét een be
scheiden pensioen uitkeerde. Dat ook den
oudeu onderwjjzer, die vrjjwillig na volejaren
dienst zjjn betrekking neerlegt, een pensioen
wordt toegekend, is natuurlijk, ten minste, in
veler oog. Maar de leiders van den Boerenbond
denken er anders over, eu vandaar hun voorstel
om die pensioenen af te schaffen, voor de onder
wjjzers allereerst, en tegeljjk voor de predi
kanten. We zeiden reeds, dat de Bond hier-
raeé gelukkig een nederlaag leed want het
gaat toch" niet aan, onderwjjzers of predikanten
tot dupeu te maken vau do valsche positie
waarin ze geplaatst zjjn tegenover den Staat.
Maak die positie wat ze wezen moet, onaf-
hankeljjk van den Staat, en dergeljjke voor
steilen van den Boerenbond zjjn onnoodig,
terwjjl dat ook het Damocles-zwaard boven de
hoofden van predikanten en onderwjjzers wordt
weggenomen.
Een derde stemming had eindeljjk plaats
over de wet tot bescherming van don vrouwen
arbeid. De Boerenbond was er tegen maar er
viel niet aan to twjjfelen, of deze wet, die
zonder eenige oppositie door den knntonnaleu
raad was aangenomen, zou er wel doorkomen.
En dat gebeurde dan ook.
Met de onthullingen van don heer Vitrac
over de «faits et gestes* van het ministerio-
Drfpny tydens de verkiezingscampagne bljjven
do Fransche bladen zich eveneens bezighouden
vooral ook met de kwestie in hoeverre zjj ge
loot* verdienen.
Een katholiek blad hoeft verklaard een do
cument te bezitten, geljjk aan dat door den
«Figaro* gepubliceerd, uiet dit onderscheid ech
ter, dat het eersto deel identisch is met het
verhaal van Vitrac, doch dat het tweede een
geheel andere lezing geeft van de rol, door
Drumont gespeeld.
Het katholieke blad kwam in bet bezit van
dit document door tusschenkomst van een
«vriendin* van den heer Vitrac. Bjj haar had
deze bet laten liggen; zjj maak to eenige moei
lijkheden om het hem terug te geven, doch
ten slotte kreeg hjj het stuk, dank zjj de
bemoeiingen van een wederzjjdsch vieud, terug
maar naar het scheen niet dan alvorens er
kopie van was genomen.
Wat is dos hier het ware stuk? Of zijn
somwjjlen beide vervalscht? In het laatste
geval laat zich echter niet de houding verklaren
vm den heor Drumont, die verzekerde dat de
lezing van den «Figaro* voor zoover hem
betrof, de ware was.
Een medewerker van den Temps* is de
«vriendin* van den heer Vitrac gnan inter
viewen eu vernam van haar, dat zjj geen af
schrift van het bewnste document had geno
men, doch dat het alleszins raogeljjk was dat
iemand anders, hetzjj de wederzjjdsche vriend
een »abbé,« of een dame, een andere vriendin
van Vitrac kopie had genomen
Er bijjkt uit deze duistere geschiedenis al
weer, dat de politiek in Frankrjjk nog altjjd
laDgs zonderlinge wegen tot ontwikkeling ge
bracht wordt en het «cherchez la femme» in
elke staatkundige gebeurtenis nog van toepas
sing bljjft.
Het «Journal des Débats* bespreekt het be
zoek van keizer Wilhelm aan Engeland.
Zooals men weet, pleegt de keizer in de
laatste jaren zjjne grootmoeder, koningin
Victoria, te bezoeken tjjdens de groote zeil
wedstrijden by Cowes, aan welke bjj met
zjjnA jacht Meteor jjverig deelneemt. Het
FraAsche blad merkt op, dat de keizer zich
bjj die gelegenheden van zjjne innemendste
zjjde doet kennen en xich bljjkbaar moeite
geeft om in Engeland populair te worden, het
geen hem zeer goed gelukt. Het «Journal
de» Débats* wil hierin geen poging zien om
de triplo alliantie te veranderen in een vier
voudig verbondzulk een verbond aou met
do tradition der Eugelsche staatslieden, tot
welke richting of partjj zjj ook mogen be
hooren, volkomen in strjjd zjjn. Maar wel
verdient to worden opgemerkt, dat sedert da
altpediug van vorst Bismarck, de betrekkingen
tusschen de beide regeerende vorstenhuizen
voel hartelijker zyn geworden, en op de be
trekkingen tusschen de regeeringen der beide
lartden is de verbetering dezer verhouding niet
zonder invloed gebleven. Vooral de Engelsche
redering toont zich in koloniale vraagstukken
tegenover Duitschland tot couoessiën bereid,
eu het feit, dat Duitschland krachtig heeft
geprotesteerd tegen de onlahgs ontworpen
Cqngo-overeenkomst, heeft daaraan niets ver
anderd. In Engeland herinnert mén zich
klaurbijjkeljjk dat wanueer Duitschland en
Frankrjjk in Afrika gemeene zaak maken, too-
als dit gedurende hst laatste mihisteris van
Jules Ferry het geval was, de Britsche be-
langou daaronder hebben te ljjden.
Op die wjjzo laat zich gemakkeljjk da
bnjtengewone ingenomenheid verklaren, met
wejlke keizer Wilhelms jaarljjksche beaoeken
in Engeland wordeu begroet. Er schjjnt zelfs
spfake *an te zjjn, dat koningin Victoria,
iiiëttegonstnando haar hoogen leeftjjd, dit jaar
het bezoek vau haar kleinzoon persoonlyk zal
beantwoorden. «Indien dit bericht wordt be
vestigd* zoo beslnit het «Journal dea Dé-
bate* zjjn artikel, dat aigonljjk niets is dan
eene waarschuwing voor de Kransohe regeering
«zou dit een bewjjn te meer zyn van de
buitengewone zorg, die de Engolsche regeering
aan deu dag legt, om de wenschen vnn Wjl-
hehn II te vervullen eu om diens sympathieën
voor Oront-Brittanië levendig te houden.*
MAH&THEHICHTEN
Gouda, 16 Augustus 1894.
Granen met weinig «eraudering. Alleen Tarwe
10 a 20 ct. boogér. Wat van bet nieuwe gewas
aan de markt komt is byna alios week en daardoor
moeilijk te verkoopen.
Tarwe: Koeuwsohe 6.60 a 7.—Mindere
dito 6.2» a 6.50. Afwjjkends5.50 k 5.76.
l'oldor 5.75 a f 0 30 Roode soiner f 5 /-,
dito wintor -.f Rogge Zeeuwsche
6.10 a 5.60. N. Polder 8.75 a 4.95. Bui-
tenlqudsche per 70 k. 3.50 a 4.— Gerst: N.
Winter, 3.25 ii 4.26. Zomer, a
Gbevallior 5.50 ii 6.25. Havor: por beet. 8.
11 4.20 per 100 kilo 7.85 a 7.75. Ilea-
nOpzaad: lularulseb, 10.25 it 10.50. Buitenlandscbé
6.25 ii 6,50. Kauariuzaad 9.a 10.50,
Koolzaad 6.a 7-ErwtenMesting
6.10 it 6.50 niet kokende A f
Böonen: Bruinoboonen u Witte-
boonen a Duivenbooneii 6.50 A
7.Pnardeuboonen -.li Koolzaad
nileuw -.a Muis per 100 Kilo Bonte
Amorikaonsobe f 6.75 ii 7.—Cinqusntlne 6.
k 6.26.
Vkemarkt. Melkvee, weinig aanvoer. Handel eu
piijzon vlug. Vetto varkens, red. aanvoer,
haudel Hauw, 17 u 19 ot. por kalf KG. Biggen
voor Engeland, red. aanvoer, bande! rodel. 17 a
18 ct. por half KG. Magoro Biggen, goede aan
voer, haixlol flauw f 0.70 u 1.20 por week.
Vette schapengoede aanvoerhandel flauw
f 14 it 22. Lamineren, van geene beteekenis
- it Nuchtere kalveron, eenige aanvoer,
liandol vlugJ 6.— ii/14.Graskalveren zonder
aanvoer, handel flauw a f
Aangevoerd 160 parljjen kaus. Handel matig.
Ifl. qua), 23.a 85.—. 2o. qua). 18.
k 21.Zwaardere 26 u Noord-Uoi-
landsche 18.— ii 24.—
Boter, red. aanvoer, handel vlug.
Goeboter 1.30 a 1.40.
Weiboter 1.05 ii 1.20 p. Kilo.
8e Klasse. Trekking van Donderdag 16 Augustus 1S94-
No. 16881 1000.
Prijzen van 45.
352 1705 6386 8903 10666 12987 16720 18867
543 1808 5586 9263 I08n8 13010 15744 18846
569 1849 6756 9617 10969 18940 16886 18850
612 58 6001 9826 11267 14084 1628» 19167
691 2033 6384 9632 11401 14640 16559 19400
711 2269 6770 9712 11404 14608 16595 194(4
845 2567 7366 9799 11588 14863 16900 19658
930 3029 7498 10111 11762 14862 16982 19708
1008 3726 8218 10264 12067 14921 17104 20069
1088 4004 8296 10286 12209 15)90 17142 20196
1264 4444 839110461 12314 15610 17487 20944
1319 5083 8800 10497 12464 16621 18031 20994
1489 5111 8837
Burgerlijke Stand.
GEBOREN 13 Aug. Ida Adrian», oodera
B. Prang on A. N. Brouwers. 14 Maria
Johanna, ouders J. Wiezur en C. 0. do Knegfc,
Petronelln Cornelia, ouders J. Schenk en
G. J. Bokhoven. - Felix Willem Alexander,
ouders W. F. A. Brtiinsinn en M. L. Devi».
- Hendrik Adrianus, ouders W. Blok en W.
Loeflang. - 15 AdriurtUH Matthew», ouders M.
van As en C. von der Post.
OVERLEDEN: 13 Aug. 8. deJong, 46j.
14 A. Hoogteiling, 3 w.
GEHUWD: 15 Aug, W. van Hoorn «n