Directe Spoorwegverbinding met GOUDA. l Zomerdienst 1894/95. Aangevangen 1 Mei Tijd van Greenwich. VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD Buitenlandscb Ovtrzlcht. is gebleken, dat de weduwe haar testament veranderd had en alles had vermaakt aan Anna. De justitie, met deze zaken bekend, heeft het eerste onderzoek dan ook in deze richting gedaan, doch klaarbljjkeljjk zonder gevolg alibi's zjjn bewezen kannen worden. Anna had iu de laatste maanden verkeer met een bakkersknecht uit Amsterdam, doch juist Zaterdag (den dag van den moord) moet zjj dat verbroken hebben, omdat zjj nog te jong was. Het voornemen daartoe heeft zy tenminste oenige dagen te voren te kennen gegeven. De bakkersknecht was toevallig juist te Schagenook deze heeft zyn alibi kunnen bewyzen. Omtrent den moordenaar is nog niets bekend, maar te Alkmaar is iemand onder politie- geleide binnengebracht, tegen wieu men zware verdenking meent te hebben. Lieden uit Scha gen, die hem gezien hebben beweren veel overeenkomst ontdekt te hebben tusschen hem en eeu gewezen knecht van de verslagene. Deze zou eenigen tyd geleden uit de gevan genis waarin hjj wegens diefstal zat, ge komen zyn. De heer James Smitb, lid der Provinciale Staten van Zuid-Holland, is te Kralingen overleden. Omtrent den dood van Anak Agoeng Made wordt aan de Java-Bode nader gemeld, dat de controleur Liefrink den natuurlyken zoon van Selsparanga vorst, omgeven door slechts enkele getrouwen, in den poeri (lusthof) te Tjakranegara aantrof, en getracht heeft hem over te halen zich goedschiks aan ons over te geven. Ken met zyn stand overeenkomende woning te Padang en een behoorljjke toelage werden Anak Agoeng Madé vergeefs aangebo den toen de controleur hem daarop waar schuwde, dat dan met geweld van wapenen tegen hem zou worden opgetreden, antwoordde de vorstentelg fier: >In myn huis gebruikt niemand wapenen dan ik zelft; meteen stiet hy zioh zyn eigen kris in het hftrt en zonk ontzield aan de voeten van den heer Lief- rinok neder. De Java-Bode, zich over bet succes der expeditie verheugende, hoopt dat het gouverne ment geen halve maatregelen zal nemen en de zaak niet met een politiek contract, gesloten h met den vorst van Lombok, zal laten afloo- pen. Het Balineesche bestuur, zoo bepleit het blad op verschillende gronden, moet nu op Lombok ophouden. Het is bjj de bevolking zoo gehaat, dat deze haar vertrouwen in ons gouvernement zou verliezen, indien zy weder onder de dwingelandij der Balineezen kwam. Het handhaven van dat bestuur zou dus een politieke misslag zyn. Wat no komen moet, is een rechtstreekseh Nederlandsch bestuur. En daar ziet het blad ook nog dit voordeel in, dat we dan vanzelf de sterkere band zou den krygen op Bali, en allicht ook in Flores. De opperbevelhebber der Lomboksche expe ditie heeft aan de by de zaak betrokken depar tementen opgave gevraagd van de kosten door hen voor die expeditie gemaakt. Het spreekt wel van zelf, dat niet meer dan de werkelyke kosten mag worden gevorderd, daar den radja van Lombok geene oorlogsschatting is opge legd, maar hom de eisch is gesteld de oorlogs kosten te betalen, en zich by dien eisch beeft neergelegd. Bestanddeelen van het menschelyk lichaam. Menigeen zou zeker verbaasd zyn, alshjj de bestanddeelen kon zien, waaruit hy is samen gesteld. Vooreerst zou hy eeuige voor het lichaam zeer noodztkelyke emmers water zien, dan een stuk kool, groot genoeg om een vuur een tyd lang brandende te houden; verder een stuk ijzer, waarvan het lemmet voor een mes zou gemaakt kunnen worden; phosphorus, ge noeg om een half dozjjn doosjes luciiers te ▼oorzien; voldoende water tof om een kleine ballon te vullen en eindeljjk nog verschillende hoeveelheden soda, potasch» kalk, magnesia, zuurstof, chloor en stikstof. Kölling, de zwem- en duikkunitenaar, die thans op Seinpost te Scheveningen optreedt, had f 300 uitgeloofd aan ieder, die zyn ver richtingen onder water zou nadoen. Twee Scheringen, Gjjs en Jaap De Lange, baddeu zich aangemeld en toen Kölling zyn werkzaamheden ten einde had gebracht, sprong Gys, een oude zeerob, met ringbaard, te water. Men kan zich voorstellen, hoe het publiek zich amuseerde, toen Gys tusschen de sporten en leuning van een stoel moest duiken en on der water ging eten, drinken en rooken. Al kon hy niet met Kölling concnrreeren, Gys hield zich kranig en een daverend handgeklap waarvoor hy met een statige buiging dankte, vergoedde Gys eenigszins het gemis van de begeerde premie. Jaap legde het heelemaai af. Het stoom ach ip »G rimm,* uit Hamburg, dat dezer dagen te New-York is aangekomen, bad daar veel bekyks vanwege de verandering welke in dat stoomschip is aangebracht en waar van vroeger is melding gemaakt. Eens besparing van 100 ton kolen was op deze reis verkregen, doordien de gassen en rook, welke gewoonlyk den schoorsteen uitgaan, naar de vuren terug worden gedreven en verbrand. Het bezoek der Koninginnen aan de ge meente Helder, dat in de eerste helft van Sep tember zal plaats hebben, schjjnt alleen Wil lemsoord, de marinewerf, te gelden. De militaire cammandant heeft een officieel schry- ven van bet bezoek ontvangenechter ia bjj den burgemeester nog niets ingekomen. Dadeljjk na aankomst zullen H.H. M.M, zich naar de Wilheltnina* begeven, waarna op >De Valk* het ontbjjt wordt gebruikt. Met De Valk* zullen de koninklyke gasten op de reede in het Marsdiep een tocht maken. Een geheele vloot zal daar in drie liniën geschaard worden opgesteld. Van den zeedijk gezien, zal dit zonder twyfel een prachtig gezicht opleveren. In den loop van den dag wordt ook een bezoek gebraobt aan het Kon. Instituut voor adelborsten. De burgery is reeds aan 't werk getogen om zich tot een feesteljjke ontvangst van de Koninginnen voor te bereiden. De heer M. P. Polak, de directeur van het Casinogebouw, heeft een duizendtal kinderen om zich vereenigd, tot het vormen van een koor, dat op den dag van het vorstelyk bezoek een kindercantate zal uitvoeren. Gisteravond werd in Musis Sacrum eeue goedbezochte vergadering van ingezetenen ge houden, waarin voorloopige feestplannen wer den besproken. In sommige buurten worden reeds maat regelen genomen om eene wykversiering tot stand te brengen. Arthur Zimmerman, de Amerikaanscbe kam pioen, is 25 jaren geleden te Manasquan (New- Yersey) geboren en de zoon van een hotel houder. In 1887 reed hy voor het eerst in wedstrijd mede. Hy sloeg het record* van één tnyl en verminderde het tot 2 min. 10 sec. In 1892 kwam by naar Engeland, waar hy een tyd lang zeer ongelukkig waB en derhaaldeljjk geslagen werd. Later evenwel won hy te Leeds met gemnk het kampioen schap over één, vjjf en twintig mjjlen. Hy versloeg de voornaamste Engelsche rijders, keerde naar Amerika terug en won daar in den tyd van een jaar meer dan honderd eerste pryzen iets dat nog geen ryder vóór hem had ge daan. Jn 1893 reed bjj in Ierland, Schotland en Frankrjjk, niet in Engeland, waar zyn licence ingetrokken werd omdat hy geen amateur* was, maar reclame maakte voor een rjjwiel- fabrikanfc. Zimmerman keerde in een opwelling van boosheid naar Amerika terng en behaalde in één week bjj de internationale wedstrjjden om het kampioenschap te Chicago 13 overwin ningen. Hy versloeg hierbjj rjjders als Windle, Tyler, Sanger en Johnson. Zimmerman heeft na een aanbod aangenomen om als beroepsrjj- der gedurende een seizoen te Parjjs te rjjden. Hy zal daarvoor 48.000 frs. krygen. Boven dien krygt hy zegt men 24.000 gulden per jaar voor het berjjden van zyn rjjwiel, en wel f 12.000 van den rjjwiel- en f 12.000 van den bandenfabrikant. De wieiryder ver toeft op het oogenblik in Engeland en kreeg daar bjj den Sport and Play Tournament 25Ö pet. voor bet rjjden, terwyl by 63 pst. aan pryzen won. Vqor de Rechtbank te Berljjn stond dezer dagen een uitdrager terecht wegens een grove oneerlijkheid tegenover een arme vrouw. Een weduwe, een arme naaister, wier huis heer hjj was, kon haar haar niet betalen. Toen hy dreigde haar uit hare woning te zetten, besloot zy het laatste wat zy had, hare naai machine, te verkoopen. Op de verkooping brengt zulk een machine, als zy niet geheel compleet is, niet meer op dan een derde van den prjjs welke anders ervoor gegeven wordt, en om na een koopje te hebben nam de uit drager naar bjj meende onopgemerkt bet spoeltje en een schroef weg van de naaima chine, welke daarna verkocht werd voor 5 Mark aan een bieder, die de compagnon van den uitdrager bleek tezjjn. Het was echter opgemerkt wat de lage knoeier godaan had. Hy werd aangeklaagd, en de Rechtbank heeft hem thans veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf. Vulpennen zyn pennen met veel gemak en schier evenveel gebreken. Onder de goedkoope soorten, die vroeger in den handel werden gebracht, bielden de gebreken zeer bepaald de bovenhand boven de voordeelenby de duurdere, die ia den Interen tyd werden vervaardigd, zyn die gebreken alleDgs verbe terd en nagenoeg geheel opgeheven. De zoo genaamde Pelikaan-vulpenhouder, welke de firma Blikman Sartorius te Amsterdam aau- biedt is op dit oogenblik misschien wel de volmaakste in hare soort. Behalve de zoogoed als onversljjtbare gouden pen, met iridium punt. bevat die pen, eene vernuftige vinding voor luchttoevoer, in het belang van gelijkmatige, langzame vloeiing, terwyl eene bormetische afsluiting bet in den zqk dragen van die pen mogeijjk maakt, zonder eenig gevaar voor lekken. Zeldzame ouderdom. In Schotland zyn men- schen, die zeer oud worden. Een reiziger ont moette eens een goede zestiger, die diep zuchtte. Op de vraag, wat hem scheelde, zeide hjj, dat zjjn vader hem een oorvjjg gegeven had. Dat kwam den reiziger bjj na ongeloof! jjk voor, dat een man van zulk een leeftyd nog onder de tucht en het toezicht van zynen vader stond. Toen hy bem echter vraagde, waarom hjj dien oorvjjg kreeg, zeide de zestiger: Omdat ik myn grootvader bijna heb laten vallen, toen ik hem in bet bed hielp. Hierop liet de reiziger zich door den man in huif brengen, om te vernemen of het waAr was wat de man zeide en jawel, het was zoo. De kleinzoon was 62 jaar oud, de vader 96' en de grootvader 130. Als de reiziger dit later vertelde, zeide hy, dat het hem vreemd te moede werd, wan neer men zoo 288 jaar onder drie hoeden tel len kan. Een Haagsch correspondent van Le Temps klaagt over de mindere beoefening van bet Fransch in Nederland. Die taal, zegt hy, wordt nog wel in de aanzienlyke kringen ge sproken en op de scholen geleerd, maar die uit boeken verkregen kennis is vrjj onvoldoende het aantal gezinnen, waar men zich be roemen kan op kennis van de Franiche taal, wordt steeds mioder. Aan verminderen van de sympathie voor Frankryk ligt het niet. Er zyn andere redenen, waarvan de correspondent er twee noemt: het verminderen van het aantal Franscbe kerken en het klein aantal Franschen, die in Neder land gevestigd zyn. Het onderwys in het Fransch aan gymna- siën en hoogere burgerscholen wordt bjjna altjjd gegeven door niet Fransche leeraren men zon liever Fransche hebben, maar die zyn niet te vinden, omdat de kennis van de Nederlandsche taal voor hen vereischt wordt. Aan de hoogescbool te Groningen i» een leerstoel voor het Fransch, bekleed door Prof. Van Hamel, seen Nederlander, die zeer goed Fransch spreekt* maar die liever te Leiden geplaatst moest zyn. De Vereeniging tot behond en ontwikkeling van de kennis der Fransche taal beeft afdee- Jingeu te 's-Gfavenbage en te Rotterdam; maar te Amsterdam, Leiden, Utrecht en in andere voorname steden heeft men daarmee nog niet de proef genomen, of men is niet geslaagd. Men schrjjft nit Londen aan het s N. v. d. D. Alma Todema's rost dreigt verstoord te zullen worden. Hjj heeft schatten besteed om zyn huis te verfraaien, en het is dan ook de trots van zjjne omgeving geworden. Zjjn tuin heeft hjj naar eigen plannen laten aanleggen, met aardige grotten en andere versieringen. Maar binnenkort zal hem zyn uitzicht ontno men worden door een spoorwegljjn, die aan het einde van zjjn tuin za! loopen. Een nieuw station wordt daar opgericht, en dit zal voor namelijk gebruikt worden voor het rangeeren van treinen met visch nit Grimsby, en de geur die daardoor zal verspreid worden, is op zich zelf onaangenaam. Voorts zal de spoorweg maatschappij een aantal arbeiderswoningen in de onmiddelljjke omgeving oprichten. Geen wonder, dat Alma Tsdema klaagt, en met hem zijne buren. Niet om het geld. A. »Je bebt de weduwe S. gehnwd? Eeu goede party, hè? De dode 8. moet haar f 200000 nagelaten hebben.* B. >Acb, mijn waarde, denk toch niet, dat ik haar om de f 200000 genomen hebOp myn woord, >ik had haar ook genomen, al had zij slechts f 100000 medegebracht.* Hoe is dat in zjjn werk gegaan, hoe is de dijk plicht op Gouda komen te rusten welke rechtsbe trekkingen hebben zich tusschen vroeger aangeslage- nen en Gouda ontwikkeld zi hier vrngen die onbeantwoord moesten blijven. Dat zjj eigenaresse geworden zoude zijn van binnendijks gelegen gron den on in den loop der jaren dien eigendom wederom verloren zoude hebben, zooals de Recht ba-ik ten onrechte aannam, is niet waarschjjuljjk want mjj dunkt dat 't Gouda uiet zoo zwaar gevalle^ zoude zjjn om dit te bewijzen zjj hoeft dit zelfs niet be proefd. En toch art. 17 der wet van 9 Oct. 1841 (Stbl. no. 42) in verhand mot art. 142 van het reglement van Schieland noopte tot die bewijsvoering, nu het hoefslagboek Gouda aanwijst als onderhond- plichtige. Gouda staat te boek als djjkpliohtig zonder dat vermeld is waarop die plicht zonde rusten, maar als men do overgelegde hoefslagboekon nagaat, dan is bet duideljjk het daarbjj niet in de bestemming gelegen heeftom de oorzaak dor verplichting tot onderhoud daarin uil te drukken. Het boek van 1756 is in uitvoering van bovengenoemd art 34 van de keur van 1622 gemaakt, en men herinnert het zich dit gelastte alleen Overbooking van naam zoo in plaats van vroegere djjkplichtigen nieuwe gekomen waren. Het hoefbealagboek, met de noodige gelegen heid tot reclame opgemaakt, wjjst alleen uit wie djjk pliohtig is, waarom mon dit is, blijft, al wordt het bjj ingelanden vaak vormold, bijzaak en onvolledig. Teu bewijze, dat bjj overlijden van een aangeslagene meestal eonvondig vermeld wordt „de erfgenamen of orven var. N. N> zonder in bijzonderheden te treden of die erven het irjgelegon land in gemeenschap ge houden hebben dan wel of het aan een hunner is toebodeeld. Wanneer wjj hoefslagen aangeieekenj vinden teu laste van andere dan natuurlijke personen, missen wjj doorgaans de vermelding van eenigen titel van djjkplicht. Ik wjjs als voorbeeld in het boek van 1756 op den aanslag no. 8 voor 't dijkvak binnen Moordrecht eenvoudig staande ten name van Ambacht van Moor- dreohtop no. 1 de hoefslag behoort toe do Stode van Schiedam en is groot op no. 11, 12, 13, 14, 15, 17, staande ten name van ver schillende ambachten op no. 19 en 48 die polders aanwijzen, op do. 50, 52, 55, die niets vermelden dan de stad Delft. Reeds nu voeg ik hierbjj dat onder 't Ambacht Kralingen onder no. 2/25 de stad Rotterdam voorkomt met bjjvoeging, „als aangenomon Gouda 6.30 7.85 8.S5 9.06 9.40 10.46 Moordrecht. 7.83 8.42 H a Nieuwerkerk 7.89 8.49 W v a Gapeilfl n 7.46 8. «6 a a a Rotterdam 7. 7.56 9.06 9.25 10.— 11.05 Rotterdam 5.— 6.03 7.25 J 7.47 Capelle 5.10 6.18 a Nieuwerkerk 6.19 6.21 a a Moordrecht 5.36 6.29 a a Gouda 5.82 6.85 7.45 8.07 10.55 11.01 11.0# 11.14 11.15 GOUDA- 11.08 12.18 11.18 19.88 tOTTEKDA M-G O U D A. 12.58 1.24 3.52 4.50 5.24 5.56 7.10 8.43 9.40 11.08 11.10 1.05 a a 4.57 a 6.08 a a 9.47 a V 1.12 a a 5.04 a 6.10 a a 9.54 a 9 1.19 a a 5.11 a 6.17 a a 10.01 a 0 1.28 1.44 4.10 5.20 6.42 6.16 7.30 9.03 10.10 11.20 11.80 9.51 GOUDA DEN HAAG. Gouda 7.80 8.40 9.09 9.87 10.49 12.11 12.21 1.01 1.27 8.29 2.66 4.45 i 8.18 10.08 10.11 10.17 10.27 10.84 10.41 10.47 11.50 11.08 12.40 Zev.-M. 7.42 8.52 Bl.-Kr. 7.47 Z.-Zegw.7.58 9.01 N.d-L.d.8.02 Voorb. 8.07 9.18 a 11.10 f tee 11.22 1.18 1.18 1.84 1.88 1.88 4.67 5.08 5.20 .27 5.69 7.18 9.87 11.05 11.12 a 8.11 9.49 a 8.16 a a a a 6.2» a ®.58 a a a 4.81 a p a 0 6.84 a 10.10 'sHage 8.12 9,18 9.89 10.07 11.27 18.41 12.51 1.48 1.57 8.55 4.85 5.25 5.55 6.41 7.4S 10.1511.88 11.48 O O t' D A-U TRKCRT. Gouda 6.85 6.10 7.65 8.09 8.21 10.19 lj);65 12.48 8.28 2.51 8.18 4.47 6.88 5.67 7.46 8.88 10.14 10.88 Oud.w. 5.50 0.54 11.0» *.87 5.57 7.5» 10.57 Woerdon 5.50 7.08 8.15 11.17 5.48 8.11 5.04 6.45 6.85 8.07 8.55 10.88 Utrecht 6.18 7.58 8.88 8.41 10.61 11.48 1.80 3.08 8.88 3.50 6.80 0.81 0.50 0.88 0.11 10.68 11.10 0 O U D 4-4 81715048. 8.81. 10.08. 10.85 11.11. 8.51. 4.47. 5.81 7.41 10.14 >.10 10.65 18.10 1.— 8.40 1.41 0.85 0.48 11.18 '8JI 11.10 18.84 1.11 8.86 I0.50 9.17 11.88 1.45 3.80 2.60 8.48 4.20 4.45 5.81 7.07 8.10 9.41 1.55 a a a a 4.65 a 7.17 a 9.60 3.02 a a a a 5.03 a 7.24 0 9.68 3.09 a a a a 5.09 a 7.11 9 9 2.15 1.48 8.10 4.08 4.40 6.16 6.51 7.87 8.80 10.06 DSN H A A 0 GOllDi Hige 5.48 7.80 7.48 9.86 0.4610.1811.3318.16 1.88 8.15 8.45 3.48 4.15 4.48 5.17 7.-8.08 0.30 10.10 Gouda Amsterdam Wi 6.40 Wp. 7.59 OA 1.14 Sneltrein. Voorb. 5.54 a N.d-L.d5.59 a Z.-Zegw6.08 a Bl.-Kr. 6.14 a Zev.-M.fi.19 Amsterdam C.S. Amsterdam Wp 6.60 .W0 10.18 10.80 10.86 10.41 4.48 5.— 5.09 7.06 7.U 7.20 7.26 7 81 9.11 a 10.- 1.44 1.49 1.68 2.04 2.09 Gouda 6.807 5 8.18 9.68 10.1610.59 18.0812.45 3.90 2.46 8.15 4.18 4.48 5.20 5.47 7.42 8.86 10.10 10.81 UTEÏCH T-G O U D A. Utrecht 6.88 7.50 9.— 9.58 11.84 12.09 12.60 2.65 8.10 8.62 4.48 6.86 8.09 8.1010.84, Woerden 6.68 8.11 a 10.16 18.84 a a 4.16 ff a a «-1110.61 Oudewater 7.07 8.19 a 10.24 19.48 a a 4.24 9.19 Gouda 7.20 8.82 9.84 10.37 12.08 12.55 1.82 8.27 8.50 4.87 6.20 7.08 8.41 9.8211.07 AM8TEBDA M-G OUDA. 9.40a ll.lPa 11.97 9.40* 4.1fa 4.10 7.82 0.4» 9.66 11.26 11.49 2.56 4.26 4.86 T.60 10.00 10.44 18.10 18.18 8.10 1.80 5.88 Ml 1L00 8.a 8.16 0.04 hebbende tot haren laste den djjek te maken'. Ik «al hirrop straks nog met een enkel woord terug komen. Ik geloof te mogen aannemen dat in het algemeen bjj ons te lande tot 1810 djjkplicht nagekomen werd door eigen werkzaamheden door de djjkplichtigen verricht of door hen gelastVgk. Mr. W. F. Gevers Deynoot, Bjjdragen tot de kennis der Hoogheemraad schappen 78. Het onderhoud was als regel in natura op to brengen. Voor den Hoogen Zeedjjk wjjzeu de artt. 1 17 der keur van 1622 ook daarop. Wel waren er in onze nationale vergadering in 1795 stemmen opgegaan om het onderhoud van djjkeu en zeewe ringen te maken tot een uationa'o zaak, maar men bleef ten slotte hierbjj dat het onderhoud van dijken, wegen, waterwerken enz. zou verblijven bjj beu bij wie zulks van oudsher had behoord. Bjj de staats regeling van 1798 werd hiervan niet afgeweken. In 1809 had een watersnood een groot gedeelte van on» land deerlijk geteisterd; Acad. Proefschr Jhr. Mr. J. Röell, 78. Dit gaf aanleiding tot groote wijzing in het beheer, van den Waterstaat en werkte krachtig mede om door de wet zelve den staf te breken over een stelsel van onderhoud dat roeds zoo groote calamiteiten bevorderd, zoo niet veroorzaakt ^,-1 Zoo kwam de wet van 31 v. Louwmaand 1810 tot stand. Deze braobt hierin groote verandering. Zij bracht het oppertoezioht over de dijken bjj speciale ring- commissiën door den Koning te beuoemeu. Het on derhoud der djjken door eigen hand- of spandiensten, dat is door de gehoefslaagden zei ven, word bij art. 2 afgeschaft en vervangen door een contributie in geld, en hiortoo wérd een dijk, naarmate ligging en toestand, in klassen verdeeld, Kr werd een maximum bepaald waartoe ieder dijkplichtige kon worden aan geslagen. Mochten deze contributiën niet voldoende zgn om de djjken te herstellen, dan zou een omslag over het geheele district plaat» hebben, waarbij ook de tot nog toe vrjj van ondoihoud zjjnde landen (vroon landen) betrekki n zouden worden. Op 15 Juni 1810, (Lnltenborg bit. 7, 21) werd een reglement uitgevaardigd, hetwelk de verschillende ringen door het geheele Koninkrijk bepaaide en de noodige voorschriften tot uitvoering van de wet bevatte. Terwijl alzoo art. 2 der wet de wijze van onder houd vbu particuliere djjkplichtigen, of zoodanige oorpora en Icoiiegiën als welke tot nog toe daar mede zjjn belast in een contributie in geld verving, voegt art. 18 hieraan toe: De steden of plaatsen, welke tot hier toe a's zoo danig met eeltig onderhoud van djjken en daartoe behoorende werkon zjjn belast geweest, zullen daar mede onder het oppertoezicht der ringcommissiën belast bljjven. Er was dus nu onderhoud dat in contributiën in geld en onderhoud dat in eigon werk gepraestoerd kon worden. Zeer juist qualifioeerde de Rechtbank deze beide onderhoudsplichten als normale en abnor male, waut normaal Werd contributie in gold, abnor maal werd eigen werk. Nu i» de tegenstand dien de wot van 1810 on dervond en hoofdzakeljjk zjjn grond vond in den aanslag van totnogtoe vrije lande»», grooj geweest haar invoering door bet geheele KoDinkrjjk is belet door de inlijving van Holland in bet Fransche Kei zerrijk, ranar (Int zij in Schieland ingevoerd is, kan blijken uit de door Schieland in hot geding gebrachte bescheiden, Vgk. Mr. Gevers Deynoot t. a. p. blz. 77. Ongetwijfeld heeft Schieland maatregelen genomen om de wot in working te doen treden. Dat bewijst zijn brief van 23 Juli 1811 aan Gouda. Hierin wordt gevraagd, om tot een taxatie van de djjktasten te kunnen geraken, welke hoefslagen de stad als zoodanig belasten en door haar zullen wor den onderhouden en welke van hare hóefs'agon val len binnen art. 2, zoodat contributie er van te liotfen valt. Op 12 Aug. 1811 antwoordde de Maire van Gouda, ds hoofalagen waarmode de stad Gouda is belast zijn paal l13 ingesloten en van paal 1424 ingesloton, men ziet dat de genoemde boefslagou de in geschil zjjnde hoefslagen en zelfs oen meer om vat; de maire voegde er bjj dat volgens zijne go- dachten ook in het vervolg van tjjd deze door de stad zullen dienen te worden ondorho'idun als val lende geene hoefslagen in de termen van art, 2 der wet. Staten van taxatie zyn daarop door Schioland opgemaakt. De brief van Schieland en hot gevolgde antwoord van den maire van Gouda zoudeu op zioh zeiven beschouwd van geringer boteokenis geacht kunnen worden en wel als bescheiden die slechts dienden om oen administratie ven maatregel voor te bereidon. Beschouwt mon ze echter in verband met de artt. 3, 4, 5 en 6 van de wet van 1810, dan wordt de boteekenis er van m. i. van groot belang. Zooals wjj roeds mot een woord zeiden, inoost bjj het in het algemeen wegvallen van het persooulijk onderhoud cn het' instellen van contributie in gold een taxatie plaats vinden van drie meest kundige en onpartijdige personen (art. 4), en deze zjjn op aanwijzing van Schieland aun het werk gegaan en op hun schriftelijk bericht worden de hoefslagen in geschil over hot dijkvak Broekhuizen buiten taxatie gehouden met de aaoteekening„wordt onderhouden door de stad Gouda'. Nu moest zoodanige taxatie gedurende 3 weken ter visie worden gelegd zoo ter secretarie van het djjkbcstuur als van alle dorpen onder deszelf» district gelegen, om de gelegenheid te geven bezwa ren daartegen in te brengen bjj de ringcommissie. En nu is het zeker dat Gouda er niet over ge- i dacht heoft om in 1812 in afwgking van de meening van haar maire, uitgedrukt in zjjn bovengenoemd aekrjjvon aan Schieland, eenige bedenking tegen haar aanslag in het midden te brengen. Aangenomen moet dus worden dat Gouda toen het onderhoud van den djjk voor de hoefslagen in geschil erkende op grond van art. 18 dor wol van 1810. Alroo niet ulz ingeland, niet omdat zjj gron den binnendjjks bezat die met onderhoud als met eeu onus reals belast waren, maar als stad die als soodauig tot hiertoe, door welke oorzaak ook, belast was, erkende zij hare verplichting tot eigen onderhoud. Nu is het volkomen juist dal van bestaande djjk- St in 1812 niet geconcludeerd mag worden tot licht in 1892, en zoo zal dus nagegaan moeten en of veranderingen in wetten en reglementen dan wel wjjzigingen in Gouda's rechtsverhouding tot de hoefclagen in geeohil haar djjkfAieht hebben kunnen doen voriorrn gaan. Letten wjj dus 'teerst op wetten en reglementen. De wet van 1810 had niet de bedoeling om djjk plicht op te leggen. Zjj breidde die uit tot de vroon landen en vroeger binnendjjks vrjje eigenaren van huizen en landen, maar overigens bracht zjj slechts verandering in de wijze van voldoening aan djjk- plichten eu aan de djjkplicht zelve suoals ze bestond. Het verdient zeer de aandacht dat hjj pogingen dio ook later aangewend zjjn om regeling in het onderhoud van dijken te brengen bestaande djjk plicht steeds in eer gehouden is, en uiet minder verdient het aandacht dat bjj die pogingen steeds orkend is, dal djjkpHcht niet uitsluiteud met eigen dom van beschermt! land samengaat of alleen als gevolg daarvan zou kunnen voorkomen, liet laatste trouwens wordt door Gouda zelve waar het wjjst op dijkplichten van Rotterdam en Schioland, toegegoven. Zoo vindt men in de schets van Van Hogendorp (in zjjne aanleekeningen staande do gewone vergade ring der Staten-Generaal 18191819) zijn voorstel om het onderhoud ten laste te brengen van drie klassen van belastingschuldigen; hjj noemt dan in de eerste plaatsde tegenwoordigo cootribuabelen, iu de tweedo en derde plaats eigenaren van ge bouwde en ongebouwde eigendennen in den polder of -het district. Toen bjj de wet van 28 April 1835 (Stbl. no. 9) de wet van 31 Jan. 1810 werd ingetrokken omdat er onzekerheid bestond ovor het al of uiet in wer king zijn van deze wet, die nooit geljjkmatig en volledig was ton uitvoer gelegd, worden bjj art. 1 iogetrekken do verordeningen van de wijze waarop cn de fondsen waaruit voortaan de djjken zouden worden onderhouden. Deze wet raakte volstrekt niot aan de djjkplichtdeze laat ze geheel onbesproken en zoo algemeun mogelijk lnidt art. 2: dat de bijzon dere reglementen, I opalingen en inriehtingon welke tengevolge ran do wet van 1810 thans in working zjjn, zullen bljjven bestaan. Do groote ongelijkheid die in 't volbg0ffra van djjkplichten in ons land bestaat, ia door de wet van 18P5 werkelijk niet verminderd. Ik geloof niet dat uit haar anders gelezen kun worden dan dat do omzet van persoonlijken arboid in geldelijke ooutri- hutie en ondorhoud in natura voor de stoden en plaatsen waar die door de wet van 1810 ingotroden waren, zouden bestendigd bljjven. Wanneer toch de wet van 1836 de uitvoering aan de wel van 1810 gegeven had .willen vernietigen, dan had dit uitdrukkelijk in de wet moeten staan uitgedrukt, la 1885 gold zoo goed als nu bij ons het beginselLa loi ue dispose que pour l'aveuir, elle n'a point d'effeot rétroaotif. Du wet vau 9 Oct. 1841 (Stbl. no. 42) „betrek kelijk He reohts-mnobt der booge en andere Heem raadschappen, djjk- en polderbesturen* wijzigt hoe genaamd niet bes'nande dijkplichten. Zij houdt dasreu'egen duideljjk rekening met djjkplicht ver schuldigd uit anduren hoofde dan bezit van grond binnendijks gelegen. Men zie b.v. hoe daarbij in art. 3 het recht tot parate oxoculie geregeld is voor de djjkplichtige iogulandon en art. 4 dan, zegtvoor zoover door sommige dor dijkbesturen de dijk- en poldorlasten niet rechtstreeks van de dijk- en pol- derplichtigen of andere sohuldplichtigen worden in gevorderd, maar de gemeente, ambacht»- of polder besturen, daarvoor worden aangeslagen, zullen die oinslageD en lasten bij wanbetaling worden verhaald volgens de bepalingon te dien opziohte bij de be staande reglementen gemaakt of nader vast te stellen. Meerdere wetten dan die van 1835 en 1841 heb ik niet te bespreken zeker is het dat deze niot ten ooel hadden djjkplicht te creëeren of te wijzigen. Zjj eerbiedigden hieromtrent hotgeen bestond en bemoeiden ziflh alleen mot de wijze waarop (le dijk plicht uitgevoerd zou worden. Zoo konden zjj dan ook geen wjjziging brengen in de dijkplioht van Gouda in 1812 door haar als voor haar bestaande erkend. Heeft het reglement of de algotneeno keur vnn Schieland dan ook daarop invloed knnuen uitoefenen ten voordeole van GoudaP Ik goloof niot dat men dit zal kunnen aannemen, volgens dat reglement is dijkplicht oen last waarmede de dijkplichligo landen zijn bezwaard cn wier eige naars dus als zoodanig aansprakelijk zijn, mon zou alzoo, zegt Gouds, voor haar dijkplichtig land moeten aanwijzen en dit heeft zij niet. Wjj' vinden in art. 148 vlg. dijkplicht geregeld steunende op bezit van dijkplichtig land, maar dat daarnaast geon dijkplicht uit anderen hoofde zou kunnen bestaan is hierdoor niet uitgemaakt. Men vindt in het rogloment geen afschaffing van de abnormale djjkplicht maar m. i. wel degeljjk een erkenning er van. Zoo spreekt art. 101 er van dat dijkgraaf cn Hooghoemradon do uitvoering bevelen van alle gewone of buitengewone werken die zjj noodig achten voor zoovee] de waterschapsbesturen, ingelanden of derdon tot de daarstolling of het on derhoud dier werket) verplicht zijn. Men ziet het dat het reglement daarstelling en onderhoud van werken niet alleen bjj ingelanden aanneemt. Art. 173 houdt verband hiermede waar gozrgd wordt dal Gedeputeerde Staten konnis nemen over alle geschillen van bestuur ontstaau tusschen het Hoogheemraadschap en de waterschappen daarin ge legen, ingelanden of derden die met eenig onderhoud belast zjjn. Zoo hebben dan ook de hoefslagbooken van en na 1756 Gouda als onderhoudsplichtige van de hoefslagen in geschil vermeld. Dat trouwens steden aboormnal djjkpliohtig kun nen zjjn ontkent Gouda niet. Zjj wjjst er zelve op dat de stad in 1810 eigenaresse kon zjjn van dijk plichtig land in bet district (Wordt vervolgd.) VRIJDAG 17 AUGUSTUS 1894. Voorzitter Mr. A. A. van Bergen IJzen- doorn. Tegenwoordig de heeren Noothoven van Goor, Fortuyn Droogleever, Jager, van Veen, van Vreumingen, van der Post, Koning, Prince, Hoogenboom, Hoefhamer, Straver, Desaing, van der Garden en van Hereon. De Voorzitter deelde mede dat de heer Derckaen bericht had ingezonden verhinderd te syn de vergadering bjj te wonen, wegens ongesteldheid. De notulen der vorige vergadering worden voorgelezen en onveranderd goedgekeurd. Ingekomen 1- Een rapport der Raadscommissie tot goedkeuring van de begroofcing der dd. Schut' terjj adviseerende. Ter visie. 2. De begrootingen der Volksgaarkeuken en het Hoffmansgesticht, voor 1895. Deze worden gesteld in handen eeuer Com missie waarin worden benoemd de hh. Straver, van Veen en Dessing. 3. De begrootingen van de gesubsidieerde Instellingen van Weldadigheid voor 1895. Worden gesteld in handen eener Commissie waarin worden benoemd de hh. Van Iterson, Prince en Dercksen. 4. Een voorstel van Curatoren van het Gym nasium, tot het weder aanstellen van een tjjde- 1 ij ken leeraar in de Hebreeuwscbe taal en daarmede weder de heer A. Ketellapper te belasten. i Ter viaie. 5. Eeu adres van den heer W. J. Huber, verzoekende tegen 1 October eervol o'ntalag als onderwyzer aan de 2de kostelooze school. Het gevraagde ontslag wordt eervol verleend. 6. Een voorstel betreffende de reorganisatie van het onderwjjs tot opleiding van bewaar- schoolhouderessen en daaraan nog eeue onder- wyzeres te benoemen. Ter risie. 7. Een voorstel van B. en W. betreffende het opzeggen van de huur van een stuk grond aan het Nieuwe Veeretal. Ter visie. 8. Eeu voordracht voor onderwjjzer aan de 2de kostelooze school (vacature Huber) waarop geplaatst zjjn de heeren: 1. J. SCHEIJGROND, te Nieuwekerk a/d IJsel. 2. A. P. na JONG, te Apeldoorn. 3. P. ELSELt, te Snoek. Ter visie en benoeraiug in eene volgende vergadering. 9. Een adres van den Commissaris van Politie verzoekende den raad gupstig te willen adviseeren op het door dien heer gedane ver zoek aan H. M. de Koningin Regentes tot verhooging rjjner jaarwedde. Ter viaie. Door den Voorzitter werd medegedeeld dat in de volgende zitting van den Raad zal worden overgegaan tot benoeming van drie leden tot onderzoek der reclames in znke de plaaisoljjku belasting. Aan de orde 1. De Rekening en Verantwoording der baten en lasten van het voormahg Armbestuur van Stein, dienst 1893. Wordt goedgekeurd. 2. De Rekening der Gemeente over het dienst jaar 1893. Wordt voorloopig goedgekeurd met alg. st. B. en W. onthielden zich ingevolge de gemeente wet van stemming. 3. De benoeming van eenen Gemeente-Ont vanger. Benoemd wordt de heer N. Cos met 10 stem men, terwyl op den heer J. Snellen 5 stemmen worden uitgebracht. 4. Het opmaken eener voordracht van zes personen voor de benoeming van drie leden in het Collegie van Zetters voor 's Rjjks direc te belastingen. Benoemd worden de heeren A. H. van DILLEN met 15 st. H. JAGER met 14 st. en 1 blanco, J. F. DAALMANS met 15 st. H. OVEREIJNDER met 14 st. en 1 op BOLHUIS HOiTSEMA. G. LANGERAAR met 14 en 1 blanco. A. W. ROES met 15 st. 5. De benoeming van eenen makelaar in roerende en onroerende goederen. De beer van Veen merkte op dat de heer Bolhuis Hoitsema den raad vroeg om beëedigd makelaar te zjjn en dat kon toch niet. De Voorzitter merkte op dat de beëediging aan de arroudisseraenfs-reebtbank geschiedde. Benoemd wordt de heer M. J. Bothnia Hoitsema met 8 stejnmed, terwyl 7 biljetten in blanco waren. Niets meer aan de orde zyn de wordt de vergadering door den voorzitter gesloten. Uit Lyon wordt van gistermorgen gemeld, dat Caserio te 4 nar 55 is terecht gesteld. Op bet oogenblik, waarop uien bem deed neerliggen, riep hij': «Moed kameraden! Leve de anarchie!* Hy spartelde hevig tegen, geen incident viel voor. In weinig landen zjjn de socialisten zoo volhardend in de weer voor algemeen stem recht als in Oostenrjjk. Te Weenen zjjn weer twee raonsterbijeenkomsten gehouden, waarvan eene door ruim 15000 personen werd bijge woond. Dr. Elleuboger, de bekende volksleider, betuigde dat de socialisten van plan waren, wat leven in da politiek te brengen, die thans in den dat is. De regeering slaapt inder daad hoort men nieta meer van het kiaswets- ontwerp maar zjj zon ruw worden wakker geschud. Dr. Ellenboger verwachtte niets van de coalitie der drie groote partyen. Zjj was, zeide hjj, slechts een kunstmatige vereeniging van onsamenhangende elementen. Dr. Kronawetter hield in een andere bjjeen- komst een rede voor algemeen stemrecht. Gestadig breidt het socialisme zich in Oos tenrjjk uit. De anarchisten eohter hebben er weinig aanhang. Eerst sedert twee jaren trach ten zjj er hun leer te verbreiden door de Zu- kunft* een bTod, welks beide redacteuren dezer dagen gevangen werden genomen dlrt de meening der communistische anarchisten vertegenwoordigt. Toen Engelaud onlangs bjj verdrag met den souverein van den Congostaat beschikte over landstrooken in Midden-Afrika, was men in Frankryk zoer ontevreden. Dank zjj het zeer handig diplomatiek optreden van de Fransche regeeriug is echter de zaak na in orde. De Franscheu krjjgen bjj het Dinsdag te Parjja geteekende verdrag hun lang gewensebten in vloed aan de Ubaughi en de Al'Bouiu eu een grensljjn tusschen hun gebied en dat van den Congostaat, welke loopt over do waterscheiding tusschen Congo en Njjl tot den 30»4en meridi aan. Alle posten, die de Congostaat uoordelyk van eerstgenoemde rivieren eo van die grens had gevestigd, zullen door de Belgen ontruimd wordeu. Te geljjk ziet de Congostaat af van zyn recht om invloed te oefenen ten noorden ongeveer van den breedtegraad van Lado. De Congostaat betaalt dus hst gelag. Voor de Engelschen is het niet pleiaieng, dat hun verdrag met de Belgen aldna achter bun rug om wordt verknipt, maar het sou nog erger geweest zyn als Frankryk hen gedwongen had (1st /.elven te doen, iu plaats van, zooals na, dadel jjk niet den Congostaat te onderbandelen. Zjj troosten zich maar met de gedachte, dut perk gesteld wordt aan het noordwaarts drin gen der Belgen in de equatoriale provincie, dat vroeg of laat aanleidiug tot geschil bad moeten geven. Frankryk vaart in alle opzichten het beet bjj de nu nfdoebde regeling; de Fransche bla den zjjn alle zeer tevreden en bedanken Enge land dat het 't sluiten van het verdrag niet bemoeiljjkt heeft. De Japanners maken gewag van een nieuwen «zeeslag*, waarin zjj Zaterdag jl. de Chineesche vloot zouden geslagen* hebben; maar als zjj er zei ven niets naders van weten te vertellen en niet eens de plaats der ontmoeting annge- ven, kunnen zjj ons, bedachtzame» llo*landers zeker niet kwnlyk nemen dut wh 't niet al te be$fc gelooven f Trouwens, al winnen zjj nog zooveel in den aanvang, het einde draagt de last En dan is het algemeen gevt*len der geheele Europoesche pers, dat het taaie gedold en de onuitputteiyke hulpbronnen vau China op den duur over Japau moeten zegepralen. China heeft echter haast, en zou althans gaarne vóór Oct. »afgerekeail« hebben, daar de Kei zerin-Moeder op 5 Oct. 60 jaar worelt cn er dan groot feest is ia het beele Hemelsche Rjjk. Zjj was na het overljjden van haar gemaal, wjjlen keizer Khien Jeng, van 1858 tot 4 Maart 89 ItegeDtasse geweest voor haar zoon Kwang-Sn, die thans regeert. Er is voor het feest inalle 26 provinciën i»en nationale in schrijving geopend, en alle provinciën zullen deelnemen aan de Tentoonstelling, die niet minder dan f 40,000,000 kosti De Keizerin zal de tentoonatelling bezoeken, gevolgd door een menigte van tooneelspelere, zangers en acrobaten, die de bevolking door hnn invallen en vertooningen in een vrooljjke stemming moeten houden. Bjj gelegenheid van het feest zal de Keizerin-weduwe tal van geschenken geven. Voor elke der 26 provinciën heeft zij oen som van 30,000 taëls (ongeveor f 100,000) beschikbaar gesteld. Vorst Ferdinand vau Bulgarjje heeft, bjj gelegenheid vau de herdenking zjjuer troons- bestjjging (14 Aug. 1887) gratie verleend aan 243 voroordeelden, behalve Karawelof, die ge weigerd heeft gratie te vragen. Gisteren is de Amerikaansche Senaat de be raadslaging in tweede lezing begonnen over de fier sfzooderljjke voorstellen betreffende de vrjjstelling van yzerdraad, jjiererts, steenko len en suiker; welke voorstellen door het Hoi* van Afgevaardigden zjjn aangenomen. Er werden verscheiden amendementen ingediend, maar de Senaat verdaagd^ zjjn zitting, tonder tot stemming over te gaan. Deze vier ontwerpen, die het Huis inder haast beeft aangenomen om de gevolgen van de nederlaag eenigszins te verzwakken en op enkele bepalingen van het tarief terug te ko men, worden spottenderwjjs propgun-bills* ge noemd, 8euator Villas verklaarde dat zjj» een klein kussen zullen zyn voor het Huis, om het knielen voor den Senaat gemakkelijk te maken.* Toch ia bat nog de vraag, of deze ontwer pen tallen aangenomen worden. Weigeren de Senatoren toe te geven, dan rast op hen de verantwoordelijkheid, dat zjj de po- ging^er democraten, om althans eenige grond- stoftêw vrjj te stellen, hebben doen mislukken. Een dergeijjke weigering nn zon dien democra ten eeu krachtig wapen verschaffen tegen de Senatoren en de »Sagar Trust,* welke iaat-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1894 | | pagina 2