II
ri
I I
ll
■-I
BINNENLAND.
i
1
i i
I fl
De laatste eener Familie.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
öo.
h
No. 6451.
Maandag 10 September 1894.
33ste Jaargang.
I la
ERVERU
ft]
FEUILLETON.
I
bat
GAZIJX'
st lage
i (1
n Bois.
tING.
MER,
rdam.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
•ij
1.
3.
a.
Handel
4.
waren
a.
5.
.eken zyn de
E. Silas.
4
NX MAN k ZOON
Om de rookkamer te bereiken behoefde men de
i 1
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs er dne maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Hommers VIJF CENTEN.
w afleverbaar
:n eene week.
voorstel
gratifiatie
)lich t is voor de eer te vech-
oogenblik gearresteerd kan
rs der Zelf-
me uitapat-
EKE
r beste Kath-
(Naar het Franach.)
60IDSCHE COURANT
>rden naar de
irfd.
id of geverfd,
Bzondheid en
Te Nieuwerkerk a/d IJsel heeft zich bij een
man uit Kortenoord een geval van Aziatische
cholera voorgedaan met doodelijken afloop.
Naar men mededeelt, is tegen den landbou
wer J. M. te Zevenhuizen een aanklacht inge
diend, omdat hij op zeer onverstandige wijze
zich heeft verzet tegen de maatregelen, geno
men ter beteugeling van het mond- en klauw
zeer.
de Heer
lz.
m verven van
i, alsook alle
ynen 48 pag
2 kolommen
Romans,
ische Ver-
*'rlei,Raad-
r. enz., voor
~JENT per 3
it.
i Nederland.
terreus,
s-Bosch.
128)
«En ik
lerie. Het
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
.t- lU
e Liter.
FIN BOIS
nonyme, door
>m hare goede
nstig bekend,
n verzegelde
i van 5 Liter
/an het attest
AMELR00S
rrijgbaar bü’
ANKUM
Oosthaven
Dinsdag zal het laatste Orgelconcert in dezen
zomer plaats hebben in de St. Janskerk het
welk gegeven wordt door den organist den heer
J. H. B. Spaanderman, die dezen zomer reeds
vele malen eene uitvoering gaf, die door een
afb. Prys
i verschrik-
3eugd lydt,
leering, die
id van een
by hetVer-
umarkt 34,
het bedrag,
Iken boek-
De nieuwe cursus aan het stedelyk gymna
sium is deze week aangevangen met 55 leer
lingen, over de verschillende klassen verdeeld
als volgt: I 14 (waarvan 5 meisjes), II 14,
III 9, IV 10, V 4, VI 4, totaal 55.
m Koning
«Ik weet dat een van ons beiden te veel op
deze wereld is en ik verlang u dat met de wapenen
in de hand te bewijzen.”
„Ik zou wel een» willen weten, waarom P Ik heb
u gespaard, toen ik u kon vernietigen. Gij hebt
mij op de onwaardigste wijze belasterd bij freule
Bartan. Wie van ona beiden is nu de beleedigde
«O, daarnaar vraag ik niet eens. Met het volste
genoegen, laat ik u de keuze van de wapens, maar
ik wil met u vechten.”
«Ik heb het recht om u die voldoening te wei
geren.”
«Waarom P”
«Omdat men niet verpl
ten met een man, die elk
worden.”
«Ge rijt zeker voornemens mij te verraden. En
gij zijt *t ongetwijfeld, die dien kleinen knaap om
gekocht hebt, mij te beschuldigen, den echtgenoot
van uw toekomstige schoonzuster vermoord te hebben.”
z/Uw beleedigingen laten my volkomen koud. Ik
wil echter dat gij zult weten, dat ik bet bewijs kan
leveren van een uwer misdaden. Gij hebt beproefd
dien ongelukkigen De Ruiter te vermoorden, die in
de recbtsaitting slechts een woord had behoeven te
spreken, om u te verderven. Tracht maar niet het
te ontkennen. Het touw dat gy hem in de gevan
genis gezonden hebt, is thans in mijn bezit, ik heb
het gevonden. Gij hooptet, dat hij aan het einde
gekomen, het touw los zou laten en dan had hij
zich den hersenpan op de rotsen verbrijzeld.
(JPordt vervolgd.)
Tengevolge van den uitslag van het onlangs
hier te lande gehouden vergelijkend examen
van adspiranten voor eene plaatsing op den
hoofdcursus te Kampen, zal met ingang van
1 October ter opleiding voor den rang van
2e-luit, tot die inrichting worden toegelaten
de sergeant van het 4e regiment infanterie
alhier, J. Kooiman.
Bij den landbouwer G. Beijen Gz. te Haas
trecht id een koe aan miltvuur gestorven en op
last van den districts-reearts verbrand en be
graven. Bij den landbouwer W. Verboom is
een koe aan mond- en klauwzeer gestorven.
groot aantal muziekliefhebbers en belangstel
lenden werden biigewoond, en waarin steeds
het prachtige spelftdoor den heer Spaanderman
gegeven veler bewondering afdwong, wy hopen
een volgend jaarr wederom dergelyke uitvoe
ringen te kunnen genieten.
Het programma luidt aldus
Praludium pnd Fuge über,
>Ein’ teste Burg ist unser
Gott<Carl Stein.
2. a. AmlanteS. de Lange f
b. K/rk-Aria (Solo voor vox-
humanaAl. Stradella.
Sonate over» Het Gebed des
Heeren<F. Mendelssohn
Bartholdy.
onaange-
in van hun
uitmun-
in de rook-
open binnenplaats slechts over te steken, maar op
deze binnenplaats stond Rudolf plotseling van aan
gezicht tot aangezicht tegenover Arthur Erzee, die
zich in gezelschap bevond van een vriend, blijkens
de uniform een officier der marine.
Arthur was er volstrekt niet op bedacht, zyn
vroegeren vriend hier te zullen ontmoeten.
Na Elize Bartan tot Dinan vergezeld te hebben,
had Arthur den raad gevolgd van dokter Bertrand,
die hem overbaalde om niet met zijn verloofde naar
moeder De Ruiter te gaan. Het edele meisje wilde
de oude vrouw dadelyk spreken, om haar te vertellen
hoe haar zoon het maakte.
Arthur was eenige dagen gaan doorbrengen te
Sint Malo, waar hij een vriend bezocht. Hij had
dezen uitgenoodigd bij hem te komen dineeren in
het hotel ./Franklin", waar zij thans aankwamen.
Rudolf bleef plotseling staan, teen hij den ver
loofde van Elize zag. Het bloed vloog hem/ naar
het hoofd, en do haat, dien hy zijn gelukkigen me
deminnaar toedroeg, deed hem alle voorzichtigheid
uit het oog verliezen.
„Ik kom dadelijk by u myneheeren,” zeide hij
tot zijn beide tafelburen, die naar de rookkamer
gingen.
Zich vervolgens tot Arthur wendend, die hem
antwoordde zonder te blikken of te blozen, zeide hy:
«Ik wensch u te spreken, u alleen.”
De vriend van Arthur begreep den wenk en ver
wijderde zich eenige schreden, waar hij bleef staan
kyken voor een aanplakbiljet.
„W/it wilt ge van mij P” vroeg Arthur op koelen
toon. „Ik heb u niets te zeggen en ge moest weten,
dat er niets meer gemeen kan zyn tussohen en mjj.”
was als volgt
van f 200 werd behaald door
Door het aanstaand vertrek van Ds. 8. Van
Daalen te Reeuwyk, afd. Sluipwjjk naar Ben
schop komt de vijtde plaats in den ring Gouda
vacant, n.l. Sluipwijk, Reeuwyk, Waddingsveen,
Waarder en Gouda. Wordt het beroep door
Ds. Hattink te Nieuwerkerk a/d IJse( >aar
Eibergen aangenomen, dan zal het getal fac
turen in den ring ook nog met Niewwj&ark
vermeerderd worden.
In de plaats van Ds. 8. Van Daalen tal het
consulentschap te Reeuwyk worden waarge
nomen door Ds. Wartena te Gouda, terwyl
als consulent te Sluipwjjk zal optreden Ds. L.
Ten Bosch te Gouda.
In de gemeenteraadszitting te Èaastrecht
van j.l. Donderdagavond is het verzoek van
den onderwjjzer H. W. Naber om verhooging
van salaris van de hand gewezen.
van de rechtzitting gelezen hadden, dat hij de man
was, die door den kleinen Karei aangewezen was, als
de moordenaar. Het stuitte hem tegen de borst
om te liegen. Zonderlinge tegenstrijdigheid. Zonder
de minste gewetenswroeging had hij geschoten op
generaal Van Hansweerd, en hij aarzelde om een
valschen naam te noemen.
Hij redde zich uit de moeielijkheid, door op
fluisterenden toon te zeggen, dat hij een reden had
om onbekend te blijven tot hel einde van den maal-
tijd, maar dat hij daarna de eer hoopte te hebben
zich aan hüti voor te stellen.
Deze zonderlinge verklaring gaf iets koels aan het
onderhoud, dat echter toch niet geheel ophield.
Rudolf spande zich in, aan zijn huurlieden te toonen.
dat zij te doen hadden met een van hun gelijken.
Hij sprak hen, als een man die er geheel in thuis
is, van de hoog adellijke gezelschappen te Parijs en
Londen en slaagde er in, den minder aangenamen
indruk welke hij gemaakt had, door zich niet on-
middellyk te noemen, geheel uit te wissen. Zij ge
loofden dat hij voor die handelwijze een eervollen
beweeggrond moest hebben, alleen bleef hen een ge
voel van nieuwsgierigheid bij, naar de oorzaak van
hot raadselachtige zwijgen.
Zij bleien zoo kort mogelijk aap tafe
naam getroffen door der onbeschaafder) itc
dischgenooten. De heer John Harrisjjp<
tende sigaren aan en men kwam overweg
kamer een kop koffie te gaan gebruiken.
XXXVIII.
GOD DA, 8 September 1894.
VERGADERING van den GEMEENTERAAD
op Dinsdag den 11 September 1894, des
namiddags ten één ure.
Aan de orde
De Begrootingen /van de Volksgaarkeu
ken en bet Hoffmans-Gesticht voor het dienst
jaar 1895.
Het voorstel betreffende de buur van
een stuk grond, in gebruik bij de Erven O
G. van der Garden.
Het voorstel betreffende hét verleenen
eener gratifiatie aan den eervol ontslagen
Boekhouder der Stedelijke Gasfabriek A. Nortier.
De benoeming van vier Leden in de
Commissie voor de Strafverordeningen.
Donderdagmiddag om 4 uren werden de
bewoners van Stolwijk opgeschrikt door het
luiden der brandklok; de woning van den ar
beider N. K., aan den Gouw-weg, stond in
lichte laaie. De brand nam zoo spoedig in
omvang toe, dat in een goed half uur alles,
woning en schuur, tegen den grond lag. Geen
wonder dan ook, dat er weinig te redden viel;
met groote moeite heeft men een varken en
een weinig huisraad in veiligheid kunnen bren
gen. Huis en inboedel zyn, hoewel niet hoog
verzekerd, doch de hennep, dit jaar geplukt en
pas in huis gebracht, is mede verlorep en was
niet geassureerd. Men denkt, dat de brand
ontstaan ia door dat een der kinderen, die eenigen
tyd te voren met een brandend lampje in de
bergplaats van de hennep was geweest, om
daar naar een paar stelten te zoeken.
Voor de harddravery te Dordrecht
14 paardéh ingeschreven, te weten
Victoria*, vosmerrie van W. Verboom, te
Haastrecht; Wilhelmina III«, donkerbruine
merrie van J. Zwart Cz., te Zaandam; Vic
toria*, zwarte merrie van C. Ondyk, te Wad
dingsveen»Cateau«, lichtbruine merrie van
A. Bos, te Zevenhuizen Wilhelmina* ex
>Anna«, zwarte merrie van T. Spiensma, te
Brantgem Nobel*, zwarte blesmerrie van
J. G. Matze, te Mydrecht; »Rabenhaupt«,
bruine ruin van W. A. Ockhorst, te Rotter
damMirkabruine merrie van Jan Steen,
te ’s-GravenhagePremier*, lichtbruine ruin
van J. P. Mooyman, te Stompwijk; Stella»,
zwarte merrie van Anth. van Hoift, te Stan
daardbuiten Koningin II zwarte merrie
van Jan de Visscher, te Dordrecht; Princes
Olga«, schimmelmerrie v^n E. B. Bindervoet,
te Zuidhorn»Jet« ex »Fretsi«, van A. v. d.
Jacht, te PoortugaalTabor III*, zwarte
ruin van Th. Oortman Gerlings, te Hoorn.
Alle ingeschreven paarden waren opgekomen.
Over het geheel genomen werd er vrij hard
gereden.
De uitslag
De prys
Princes Olga«, de le premie ad f 75 door
>Cateau«, de 2e premie ad f25 door»Nobel*.
Het volgend adres wordt aan H. M. de
Koningin verzonden
Aan Hare Majesteit de Koningin-Regente»-
Weduwe der Nederlanden.
Majesteit
De angstige tyden, die, zoowel de vermo
gende als onvermogende Nederlander» door
alle provinciën heen, beleven, worden met den
dag schrikwekkender
Duizendtallen, neen tienduizende huisvaders
lyden kommer en gebrek door werkloosheid
Comité’s by honderdtallen van allerlei rich
tingen, zoowel op godsdienstig, als politiek
gebied, vergaderen, houden meetings, beramen
optochten, die schrik en ontsteltenis in de ge
moederen van alle Uwer Majesteit» onderdanen
teweeg brengen, en belemmerend ayn voor
Handel en Nyverheid.
Geheel Nederland, zoowel in de Hoofd- en
Handelsteden, als in dorpen en gehuchten,
verkeert in een abnormalen, onhoudbaar ge
spannen toestand
Justitie en Politie zyn dikwerf weerloos,
zoo niet machteloos, in zulk een benarden,
treurigen toestand der duizendtallen werkloozen!
Op grond van een en ander komen onder-
geteekenden met de vurige bede tot üwe
Majesteit, dat het Uwe Majestet moge beha
gen, doeltreffende maatregelen onder het tegen
woordig Ministerie met den meest bekwamen
spoed te beramen, om dezen onhoudbaren,
allertreurigsten toestand, te doen beëindigen,
althans zulke afdoende maatregelen te doen
aanwenden, dat nog in de eerstvolgende maan
den van dit jaar een wet worde vastgesteld
door de Hooge Regeering om tot de droogma
king der Zuiderzee over te gaan, reeds ter
sprake gebracht in den Open Brief van den
3den ondergeteokende, aan den heer Henri
Tindal, dato 22-27 Februari 1893.
Majesteit! Ondergetekenden zyn in dezen
veelbewogen tyd in angstvolle spanning, en
met weemoed vervuld wegens het ondragelyk,
pynlyk lot van zoovele werklooze natuurge-
nooten met hunne gezinnen Zy wagen het
daarom Uwe Majesteit in overweging te geven,
om duizende huisvaders werk te verschaffen,
en dat het Uwe Majesteit moge behagen, het
daarheen te leiden, dat onder Uwer Majesteits
Eere-Presidium in de eerste dagen van deze
maand, aan eene Vereenigde Zitting der beide
Staten-Generaal, een afgerond finantieel plan
van Uwer Majesteits Ministerie van Finaotiën
a forfait worde voorgelegd, ter critisehe beoor-
deeling door de beide takken onzer Vertegen
woordiging, om de droogmaking der Zuiderzee
in de allernaaste toekomst tot een begin van
uitvoering te brengen, waardoor aan duizen-
tallen brood wordt verstrekt
Choral, Andante Soste
nuto, Allegro Molto. b.
Fuga. c. Andante.
Ases’Tod, uit de Peer
Gynt-Suite Edv. Grieg.
b. Allegro, (Solo voor Ca
rillon) G. F. Handel.
Offertoire, Sur le Noël
NuitAlex Guilmant.
sombre, ton ombre vaut
les plus beaux jours.
a. Allegro (Introduction).
b. Noël, le Variation, 2e
Var. 3e var. c. Intermezzo
d. Fugato.
6. March in B flat
De nieuwe cursus aan de Rijks Hoogere
Burgerschool heeft Woensdag een aanvang ge
nomen met 99 leerlingen (waarvan 27 meisjes).
Klasse I bevat 21 leerlingen voor voll. on-
derwys (waarvan 2 meisjes) en 8 voor onvoll.
ond. (waarvan 6 meisjes) totaal 29 (8 meisjes)
Klasse II 18 voll. ond. 1 onv. ond. en 4
meisjes yoor onvoll. ond., totaal 23 (4 meisjes).
Klasse III 16 voll. ond. en 7 meisjes voor
onvoll. ond., totaal 23 (7 meisjes).
Klasse IV 11 völl. ond. 1 oöVöH. ónd.
2 meisjes voor voll. ond. en 5 voor onvoll.
ond., totaal 19 (7 meisjes).
Klasse V 3 voll. ond., 1 onvoll. ond. en 1
meisje onv. ond., totaal 5 (1 meisje).
stoomen van
ook,” verklaarde de kapitein van de artil-
t is bijna onbeschoft om op dien toon te
spreken over deweduwe van een hoofdofficier, die
het land op eervolle wijze in de mooielijkste omstan
digheden gediend heeft. Ik heb den heer Van
Hansweerd vroeger gekend en had het genoegen te
Parijs met zijn vrouw kennis tc maken. Nooit heb
ik kwaad van haar hooren spreken.”
Dit alles werd luid genoeg gezegd om door ieder
een gehoord te worden, maar toch bleek uit den
toon genoegzaam, dat de officier zich verder niet
wilde inlaten met een twistgesprek. Meer was er
echtet niet noodig om de babbelaars te noodzaken
een toontje lager te zingen.
Rudolf behoefde zich thans niet langer te ont
trekken aan een onderhoud met zijn beide buren,
daar nu bleek, dat zij het volkomen met hem eens
waren.
De Engelsohman bogon met zichzelven voor te
stellen. Hij heette baron John Harris. De kapi
tein van de artillerie wilde niet onder doen in be
leefdheid en noemde rijn naam Jacques Sacey.
Door zich te noemen, brachten die heeren, Ru
dolf, zonder het te willen in een groote moeielijk-
heid. Hy kon niet doen als zy zonder de opmerk
zaamheid te trekken van allen, die in de verdagen
8