lg towns, de I I •KL.f sr ST CO I 1 I I Co. da. astbode De laatste eener Familie. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. BINNENLAND. Pil No. 6452. 33ste Jaargang. Dinsdag 11 September 1894. aar. FEUILLETON. •st laye s BILLEN, I V1 vau Inzending van Ad verten tien tot 1 uur des midd. elling heeft getoond op waardige wijze koloniën van ten minste nog kunt einde A ).3O. geopend ’t Was Als IBEK als 'de - Meid, rzien. Bureau dezer GODDA, 10 September 1894. Gedurende de maand Augustus is in de Nutsspaarbank iugelegd f 7313.95, terugbetaald f 4086.84*. (Naar het Franech.) 1.01 IMIIE EOURANT het ge- gene- kapt. IK, De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs er drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke N «miners VIJF CENTEN. zijn sm»»k. reik beter in- owel magazyn Vanwege het departement wordt het volgende gemeld Ten vervolge op het bericht van 7 dezer moet nog worden medegedeeld dat de op 30 ADVERTENTIE Ny worden geplaatst 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. 2B, sorteering IE als tabak be- (124 «En de verwonding welke hij ontving, terwijl hij weder naar boven klom, is ook niet raadselachtig, (lij hebt op hem geschoten. Dat is een van de laaghartigste moordaanslagen, waarvan ik ooit ge hoord heb.” eJe liegt!” Arthur verbleekte, maar hield zich nog in. M Ja, je liegtEn je zoekt allerlei voorwendsels om een tweegevecht te vermijden, omdat je een laf aard bent,” riep de heer Van Trichtvoorde, zoo luid, dal zijn twee tafelburen het hoorden en in de deur van de rookkamer verschenen. De officier van marin*., de vriend van Arthur, had - ’took gehoord en naderde met vluggen tred. De toestand was reeds niet meer dezelfde. In tegenwoordigheid van een zijner kameraden een lafaard genoemd te worden, kon Arthur Erzee niet dulden. Hij moest vechten, of een opheldering geven, waarom hij zich niet met een tweegevecht kon inlaten. Dit laatste was bijna onmogelijk. Mocht hij aan vreemden de schandelijke geschiedenis ver tellen, welke aanleiding gegeven had tot dezen twist. En Rudolf van Trichtvoorde zou niot nagelaten heb ben met de meest onedele beleedigingen te ant woorden. De ellendeling zou zelfs in staat geweest zyn, den naam van freule Bartan ia den twist te 1893 was het kops te Sumanap dat te Pamakassan op 1 man na Het 6e Oranjefeest, dat te Montfoort j. 1. Maandag werd gevierd, is in alle opzichten uitstekend geslaagd. Des voormiddags om 9 uur trok de Feestcommissie, voorafgegaan door de muziek en gevolgd door de werkende leden der rederijkerskamer met hun vaandel, bet be stuur der Ijsclub en 17 deelnemers aan den wedstrjjd in het ringrjjden, in statigen optocht door de stad en de IJselpoort uit naar den Doeldyk, waar de wedstrijd zou plaats hebben. De prijs f25, werd behaald door mej. J. M. Vreeswijk en haar broeder te Montfoort met het lot tegen mej. A. W. van den Heuvel en Donderdag j.I. werd de koopman C. Bruines, wonende te Barwoutswaarder, verdacht van kippen ontvreemd te hebben op de markt te Gouda, aangehouden door den Majoor der Rijksveldwacht met behulp van den gemeente veldwachter ApeldooTn en den agent Wisse, wien het gelukte de kippen en kooi in beslag te nemen. Volgens C““. 1ste luitenant der infanterie J. T. ter Bruggen Hugenholtz zoodanig, dat men hem als gered kan beschouwen. De 2de luitenant der artillerie J. E. Timmer moet eveneens volgens een telegraphisch be richt aan de familie, een been missen. Bjj de harddraverijen te Helder is de eerste prijs, f200, gewonnen door hot paard Nobel ven den heer J. G. Matze te Mijdrecht. De heer Matze was zelf berijder. De correspondent der »N. R. Ct.« te Bata via seint: De barisans te Bangkaïan zijn gemobili seerd en ter beschikking van den opperbevel hebber der Lombok-expeditie gesteld. De barisans zyn inlandsche infanterie-korpsen Op het eiland Madoera, bestemd om in de behoefte aan gewapende macht te voorzien en in buitengewone omstandigheden voor militaire doeleinden te worden gemobiliseerd. In 1891 Werden deze korpsen gereorganiseerd overeen komstig een bij gouvernementsbesluit dd. 4 April 1891 vastgesteld reglement. De strek king dezer reorganisatie was hoofdzakelyk om de waarde der barisans als strijdmacht te ver- hoogen en door verbetering der voorwaarden van dienstneming, met gelijktijdige inkrimping der formatie, de voltallighouding beter te verzekeren. Het laatste Koloniaal Verslag (dat van 1893) geeft voor de sterkte van het korps barisans te Bangkaïan aan 18 officieren en 672 minderen, hetgeen tegenover de formatie een incompleet aanwees van 9 man. Buitendien zyn er nog twee korpsen bari sans, een te Paraakassan en een te Sumanap, die, als zy voltallig zyn, elk 10 officieren en 342 minderen hebben. Volgens het koloniaal verslag van geheel en compleet. een bij de familie ontvangen tele gram, is de toestand van den zwaar gekwetsten In de laatste helft dezer maand, vermoede lijk den 20en, zal voor het kantongerecht te s-Gravenhage worden behandeld de zaak van een tiental personen, verdacht van verzet en van het deelnemen aan een verboden optocht ter gelegenheid van de begrafenis van den socialist Van Veelen op de algemeene begraaf plaats aldaar. In zake den onlangs gepleegden moord te Buésum heeft de officier van justitie te Am sterdam opnieuw een oproeping gedaan, met dringend verzoek om inlichtingen aan allen mengen. «Mijnheeren,” zeide Arthur, zich tot de drie ge tuigen van dit tooneel wendende, «men heeft mij in uw tegenwoordigheid op de grofste wijze beleedigd, en ik eisch dat deze persoon mij met de wapenen voldoening zal geven.” «Dat is alles wat ik verlang,” riep van Tricht- voorde, de toegeworpen bal dadelijk opvangende. n Eli ik wensch do zaak zoo spoedig mogelijk te doen afloopen.” z/De heer Allanic, mijn vriend, zal nog heden met uw getuigen spreken, als gij ze teu minste nog kunt vinden.” «Waarom niet onmiddellyk zzOnmiddellijk, ook goed I Zie hier de heer Allanic luitenant ter zee eerste klasse. Waar zijn uw ge tuigen?” Rudolf keek naar zyn beide tafelburen, beter zich tot hen te richten dan tot anderen, zij zoo beleefd waren, hem als getuigen ter zijde te willen staan, sou hij hen zijn naam moeten noemen, maar hij kon de hoop koesteren, dat zij zich niet zouden terugtrekken, zelfs ai wisten zij, wie hij was. De officier van de artillerie gaf hem echter niet den tijd zijn verzoek te doen. «Ge moet mij verontschuldigen, mynheer,” zeide hij met een levendigheid, welke duidelijk bewees, dat hij er geen oogenblik aan dacht een dienst te bewijzen aan een heer, dien hij niet kende. „De generaal wacht mij en heden moet ik met hem de kustbatteryen beioeken. Ik zal zoo vrij zyn mij te verwy deren. Blijkbaar wilde hij zich niet inlaten niet een vuil zaakje, waarvan hij de oorzaak niet kende en de ge volgen niet kon voorzien. De Engelschmap had niet dezelfde redenen om zich terug te trekken. De heer John Harris was een zonderling, die zeer gesteld was op onverwachte avonturen. Getuige te zijn vau een tweegevecht tusschen twee Franschen was een buitenkansje voor een man van dit soort. Zoodn de kapitein der «r- tillerie zich verwijderde, trad hij op Rudolf van Tricht voorde toe, met de woorden «Als ge wilt mijnheer, zal ik uw getuige zijn.” uDaarvoor ben ik u hoogst erkentelijk,” antwoordde Rudolf. «Ik neem ’taan, op voorwaarde, dat mijn heer Erzee er niet op aandringt, dat ik nog een tweede getuige zal zoeken.” «Ik heb er zelf slechts één,” zeide Arthur. «En op voorwaarde dat die heeren niet verlangen te weten, wat de reden is van ons geschil.” «Wat mij betreft, onderwerp ik mij gaarne aan die bepaling,” antwoordde de Engelschman. «Ik zie, dat gij een moedig man zyt. Dat is mij voldoende.” «Wat mij betreft,” zeide de zeeman, «doe ik alles wat mijn vriend Erzee vet langt.” «In dat geval,” ging Rudolf voort, «kunnen wij dadelyk alle vocrbereidende schikkingen treffen. Ik heb reeds gezegd'.mijnheer, dat ik aan u de keuze liet van de wapens.” «Mijn keuze is gedaan. Gij weet zeer goed, dat ik kort geleden gekwetst werd en mijn hand nog niet in staat is den degen te voeren.” «Dat is zoo. Wij zullen dus het pistool kiezen. En aan do zaak moet zoo spoedig mogelijk een einde komen. Waarom zouden wy er niet dadelijk toe overgaan «Gij vergeet dat het reeds laat is en om vier uur Gisterenavond had de tweede voorstelling in het circus Robinson plaats. Bij de openings voorstelling op Zaterdag waren, niettegenstaan de het onophoudelijk regende, een 200 tal personen aanwezig. Zondag daarentegen was byna alles vol, op de eerste rang waren nog enkele plaatsen onbezet. De verschillende num mers van het programma werden uitstekend uitgevoerd, in de eerste plaats dient vermelding Miss. Ernestine, die zoowel de pasforce-rit als de Hooge School uitmuntend uitvoerde; ook Miss Adeline was eenig in hare excercitien. Het aporteer-paard Atlas werd zonder weerga door den Directeur voorgesteld, evenals Alba tros, die door genoemde heer in vrijheid is gedresseerd. De clowns, waaronder August de Domme waren zeer best, ook het wondermensch. de heer Cebalius, mag vooral niet uitgesloten worden. Luide bravo’s werden bij elk nummer ge hoord, wel een bewijs dat men zich uitstekend amuseerde, wij |hopen dat de heer Robinson zoolang hij hier blijft steeds zich mag ver- heugen in een vol circus, ongetwijfeld zal hij dan ook zorgen dat ieder zeer voldaan huiswaarts keert. haar breeder te Willeskop, die nu de le pre mie, f 10, bekwamen. De 2e premie, f 5, werd gewonnen door mej. W. Schoonderwoerd met haar broeder in de Achtersloot, gem. IJsèlstein. Des namiddags werd op den Beneden-Kerk- weg eene harddraverij gehouden met paarden onder den man, die nimmer een prijs hadden gewonnen. Aan dezen wedstrijd namen 8 flinke dravers deel. De prys, f 100, werd ge wonnen door »Jet ex Vitri« bruine merrie van den heer A. van der Jagt te Poortugaal, be- ryder B. W. Schippers en de premie, f25 door Victoria* vosmerrie van den heer W. Ver boom te Haastrecht, berijder A. Hoogendijk. De baan die 300 M. lang was, werd by den laatsten rit in een halve minuut afgelegd. Na afloop der harddraverij ging men weer in optocht door de met vlaggen en groen ge tooide stad, waarna eindelyk werd stand ge houden hij het logement De Zwaan,waar de heer L. A. van den Berg, voorzitter der harddravery-commissie, onder een hartelyke toespraak de pryzen aan de overwinnaars uitreikte. Des avonds werd het feest gesloten met een schitterend vuurwerk op den IJsel. Dit vuurwerk, dat voor hoogst billy ken prijs geleverd was door den heer John. Loeff te Alphen a/d. Ryn, voldeed buitengewoon goed en verdient alle aanbeveling. Tot laat in den nacht bewogen zich honder- de menschen door de straten, op het kermis plein en in de koffiehuizen, waar de meest gerenomeerde gezelschappen het publiek wisten te amuseeren, zonder dat de orde een oogen blik werd gestoord. We besluiten met een woord van warmen dank aan de regelings-commissie, die andermaal heeft getoond op waardige wijze te kunnen feestvieren. (N. W.) De Barisan (inlandsche troepen) van Bang- lalan (op Madoera) zyn gemobiliseerd, ter be schikking van den opperbevelhebber op Lombok. Een regeeringstelegram geeft opheldering van den terogkeer van kapt. Lindgreen en de zijnen. Kapt. Lindgreen, die zich ten oosten van Tjakra Negara bevond, afgesneden van de hoofdmacht toen de verraderlyke aanval plaats had, had zich verplicht gezien te capituleeren wegens het groote aantal gewonden en gebrek aan levensmiddelen. Hij bedong echter vryen aftocht met overgaaf van wapenen aan den vyand die door den troonopvolger Anak Agoeng K’toet werd aangevoerd. In strijd met die voorwaarden werden de onzen echter gehangen genomen, watnatnurlyk gemakkelyker ging nadat de wapenen waren overgegeven. Vermoedelyk bestond de toeleg hen als gijzelaars te houden en te trachten voor hun uitlevering goede vredesvoorwaarden te verkrygen. Vandaar het aanbod hen vry te laten, mits vrede werd gesloten en onze troepen Lombok verlieten. Toen dit aanbod niet werd aangenomen en het doel der gevan genneming das mislukt was, heeft de vijand blijkbaar ingezien, dat hij zyn toestand slechts verergeren kon door de gevangenen, in stryd met capitulatie, verder bij zich te houden. Kapitein Lingreen met de zynen werd toen naar Kalé ten zuiden van Mataram gebracht en bereikte vau daar Arapenan, met achter lating van een sergeant en 15 gewonde- in landsche soldaten. Om deze te beveiligen is toen vermoedelyk door den opperbevelhebber overgegaan tot het bezetten van Kalé, waar van in een vorig telegram sprake was. Toch heeft de vorst van Lombok van de gelegenheid willen gebruik maken om den opperbevelhebber gunstig te stemmen. Hij gaf kapt. Lindgreen een brief mede waarin de vrylating werd voor gesteld als >een bewys van vriendschap.» Die brief bleef «onbeantwoord, meldt het telegram verder. Inderdaad, kon men nog geloof slaan aan betuigingen van vriendschap, na pleegde dubbele verraad eerst tegenover raai Vetter en later ten opzichte van Lindgreen Door den terugkeer der gevangenen zyn de onzen in hunne bewegingen vryer geworden en de aanval wordt dan ook krachtig voort gezet. Vermoedelyk zal weldra het bericht worden ontvangen dat Mataram door de onzen is bezet. gaat de zon onder. Bovendien verlang ik, dat een geneesheer bij het tweegevecht tegenwoordig zal zyn. Twee getuigen zyn voldoende, maar men verlangt een geneesheer bij een ernstig gemeend duel. Ik acht ’t wenschelijk, dat wij kogels zullen wissel et), tot een van ons beiden valt. Om een arts te vin den, heb ik eenigen tijd noodig. Morgen ochtend zullen wij vechten. «Morgen ochtend I Goed het zij zoo. Waar zul len wy elkander ontmoeten?” «Waar gij verkiest.” «Ik stel voor het eilandje de groote Bey," zei Arthurs vriend. «De groote Bey?” herhaalde van Trichtvoorde. «Waarom de groote Bey? In de omgeving tan Sint Malo zijn er tal van plaatsen, die meer geschikt zyn voor een tweegevecht.” «Maar niet zoo naby,” antwoordde de officier, «m ik kan mij* niet ver verwijderen van myn schip, want ik denk morgen see te kiezen, als het weer zulks toe laat. Ik moet eeu kruistocht maken, omdat waar schijnlijk eenige visschersvaartuigen avery hebben opgeloopen by don jongslen storm en hulp behoeven. Zoodra de zee tot kalmte komt moet ik uitstoofhen.” «De groote Bey?” vroeg de heer John Harris, «dat is die rots waarop de dichter Chateaubriand begraven ligt, niet waar? o, dat is prachtig, daar ben ik nog niet geweest.” «Dan is dat een uitmuntende gelegenheid daartoe,” zeide de heer Allanic glimlachend. «En bovendien kunnen wij geen betere plaats vinden. Niemand zal ons er storen; vooral als de zee hoog is, hetgeen morgen togen twaalf uur het geval zal zijn.” (fFordt vervolgd.') die op den avond der misdaad (Zondag 19 Augustus jl.) ongeveer balfnegen uur of daarna hei dochtertje met de dienstbode hetzij alleen, vergezeld, voorafgegaan of gevolgd door één of meer militairen te Bussum mochten hebben opgemerkt, zich bewegende langs de Vlietlaan in de richting van het spoorwegsta tion naar het dorp, of wel op het terrein van den zoogenaamden Spiegele. Voorts wordt evenzeer dringend om mede- deeling verzocht, voor bet geval iemand op dien avond tegen den voorgesebreven tyd of wellicht vroeger één of meer militairen moefyt hebben waargenomen, zich ophoudende in de Veerlaan te Bussam, ter hoogte van het ijzeren hek, dienende tot afscheiding van dien weg en het terrein van den heer Minnigh. S

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1894 | | pagina 1