ft rsterk), ffllft jossing V LEIN. tien EN. OLEN ot Mud, jrd. evelend, w, P. 80. ENZ., 11 BINNENLAND. OMD. zeg, >otjes ctoliter. Dinsdag 16 October 1894. 33ste Jaargang. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. 4 J SGEN”. 9elft 1894. leelisten. 3PELS. ctoliter FEUILLETON. van rove Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. worden nog bet hinderde mij kman k Zoom ilf 8 uur. pryzen. want nauwe- dat ik niets kwaads in,” daarvan geld niet tot uwe vertrek uit Brussel bewijst echter reeds toestand bevredigend bleef. Standaard.*) Uit het Zweedech.) door C. BUKMAN. ndsche Cou- inden door het IRINKMAN In». 38 50 Cent 3LG1E8CHE per H. L. 1 SIGAREN ericht is, tot en 81GA- a EG. D 25. huis bezorgd. ek Plantsoen. Igische aarne spoedig Het gewone bericht over den gezondheids toestand van dr. Kuyper ontvingen wij heden niet; wat wel hieraan te wyten zal zyn, dat dr. Kuyper deze week Woensdag Brussel beeft kunnen verlaten ten einde te gaan naar Pau in Zuid-Frankryk tot volkonjen herstel van krachten. De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per dne maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. van wylen den overste den luitenant Kalf ADVERTENTIEN worden geplaatst 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. GOD DA, 15 October 1894. Hedenmiddag te ongeveer 121 uur is in de Crabethstraat overreden door de IJ ael stoomtram k. C., 80 jaar oud, die na eenige oogenblikken overleden is. Dr. van Iterson, die toevallig in die buurt aanwezig was, heeft zyn wonden verbonden; waarna hy per brancard is ver voerd naar het gasthuis. De schuld moet aan den overledene geweten worden, daar alle voorzorgsmaatregelen werden toegepast. Van de bedienden Van La wick van Pabst en vernemen wij dat zy, toen zij hunne heeren hadden zien sneuvelen, zich ieder meester maakten van de lange kris van een gevallen Baliër en daarmede gewapend een goed heen komen zochten over de sawah. Een eindje weegs afgelegd hebbende zonder echter te we ten waarheen, troffen zy in het open veld een ongewapend Baliër aan; dezen dreigden zij met hunne krissen overhoop te zullen steken, als hij hun den weg niet wees naar het bivouak te Ampenan; op deze wijze kwamen beide Ja vanen heelhuids thuis zonder door hun onvry- willigen gids, dien zij tusschen zich in hielden, aan andere Baliërs verraden te zyn. Hei dat de Men meldt uit'Groningen De werkstaking moet thans als geëindigd worden beschouwd. Ook door het personeel van den heer Jacobs en Erven van der Kamp is heden de arbeid hervat, tegen het oude loon. De heer Jacobs stelde eenige verhooging in uitzicht. Beide patroons stelden als conditie dat de gezellen moesten bedanken als lid jan den Typografenbond. Enkele gezellen, ónder wie Zuidema, voorzitter van de Groningsche afdeeling van dezen Bond, worden niet meer aangenomen. Werkstaking van typografen. Te Amsterdam gaven de patroons Van Mantgem en Van Waalwijk aan de bekende eischen toe, zonder werkstaking. Zaterdagavond vergaderden weder de typo grafen met het comité in de groote zaal van >Plancius«. De houding werd daarop de meeste punten vastgesteld, terwyl met algemeene stem men, ook die van veel leden en bestuurders van de >Ned. Drukpers» en Voorzorg en Ge noegen*, werd aangenomen, dat het comité bleef aangewezen om de belangen van de Am. Gedurende de maand September is in de Nuts-spaarbank alhier ingelegd f 1IO35,88|, terugbetaald f 6133,16$. Inleg 3 kwartalen 1894 f 105542,46 en terugbet^ald f 77290,84. Gill 1NIIE Etlllll \T Naar wy vernemen, zal de Tweede Kamer tegen Dinsdag 13 November tot hervatting barer werkzaamheden worden bijeengeroepen. (»Vad.«) In de openingsrede is o. a. medegedeeld, dat de internationale conferentie voor privaatrecht, welke twee jaren achtereen in Den Haag eenige weken bijeen is geweest, vermoedelyk zal leiden tot het sluiten van tractaten, waarvoor de goedkeuring der Staten-Generaal zal worden gevraagd. Er bestaat, naar wij vernemen, uitzicht dat in den loop van dit zittingjaar reeds omtrent de regeling van eenige onderwérpen van pro cesrecht zulk een tractaat ter goedkeuring kan worden aangeboden. (>Hbl.*) maar dit alles had zyn oorsprong daarin, dat er tus- schen de wereld in en buiten haar nog geen harmonie bestond. Ellen had een broeder, Fridolf geheeten, die twee jaar ouder dan zijne zuster was. Hy was student en zou predikant worden. Broeder en suster waren bijna zonder speelmakkers opgegroeid en kwamen in humeur en neigingen veel met elkander overeen. Er bestond tusschen hen eene innige vriendschap. Fridolf, van een vast karakter, good, dweepend en ernstig, was voor Ellen het ideaal van volkomen heid geworden, waarnaar zij streefde. Hy was haar geweten, de betere stem in haar binnenste, dacht zy. Nooit had Fridolf zijnen ouders eenig verdriet aan gedaan. Met lust en vlijt was hy zijne stadiën be gonnen, met lust en vlijt zette hy die voort. Hy kon met reden hel geluk zijner moeder, de trots zyos vaders en de vreugde zijner zuster genoemd worden. Maar keeren wy tot Ellen terug. Ongeveer op de helft van den weg naar Wanna ontmoette zij Arnold en Arlborg. Het stofregende en de heeren waren van parapluis voorzien. Ellen fronste de wenkbrauwen. De heeren groetten haar en de griffier haastte zich, haar zijne paraplni aan te bieden, maar Ellen wees dit aanbod af. «Ik dank u,” zeide zij. «Eene paraplui zou my maar tot last zyn, het regent bijna niet, wy meisjes op het land zyn voor zoo’n beetje niet bang.” Met deze woorden maakte zy pene buiging met het hoofd, die bepaaldelijk een afscheidsgroet beteekende en zette haar weg voort. «Die was aan ons geadresseerd,” zeide Kuno lachende. (Pbhft eervolpA) dat de opbrengst wel 1 a 1| millioen minder zal zyn dan die van het patent, de heffing van de naamlooze vennootschappen msdegere- kend, welke eerst in het volgend voorjaar te recht komt. Deze cyfers zyn zeker merkwaardig. Maar wat de algemeene werking der belastingwyzi- ging betreft, kunnen zy waarlyk niet verraa- send genoemd worden. Wat was het doel? Afschaffing der patentwet, die zeer ongelyken druk oplegde, en een bydrage voor den Staat vorderde van ny veren, onverschillig of er al dan niet winst was gemaakt en hoeveel die winst bedroeg. Aan die groote onbillijkheid is een eind gemaakt: er wordt nu een matig en progressief bedrag gevraagd alleen van wer kelijke winst of zuiver inkomen uit arbeid. Tevens zyn zulke inkomsten vrygesteld, als zy beneden f 650 ’s jaars blyven en er geen vermogen naast bestaat. Wat moest daarvan het gevolg zyn? lo. dat tal van vroegere patentplichtigen, wier inkomen (met dat uit vermogen) onder f 650 blyft, uitvielen; en die personen worden in grooten getale op het platteland gevondeni 2o. dat zy, die een patentrecht betaalden, onevenredig hoog naar verhouding vin hun winst, nu billyker worden getroffen, namelijk enkel over die winst, en in *t geheel niet zoo geen winst is gemaakt volgens de .regelen der wet. 3o. dat daarentegén degenen die tot dusver aan patent te weinig betaalden van groote inkomsten uit arbeid of die m 't geheel niet waren aangeslagen, nu naar billijkheid hooger of voor ’t eerst worden getroffen. Dat zyn rechtstreeksche, gewilde gevolgen van de wet, welke een rechtvaardiger belas tingheffing bedoelt. Is het dan te verwonderen, dat de toepas sing zulke groote veranderingen aan den dag brengt? Waarover men zich veeleer moet ver bazen, is dat een belasting, die blykbaar zoo uiterst onbillyk werkte als het patent, bijna een eeuw is blyven bestaan. De opbrengst der nieuwe belasting zal tegen vallen. Wy hooren nu zelfs het cyfer van 1 a 1$ millioen noemen. Men mag hierby niet vergeten, dat volgens het oorspronkelijk ont werp van dan Minister Pierson, zulk een ver lies niet zou zyn geleden. Immers daar was de vrystelling beperkt tot 600 zuiver inkomen zoodat een grooter getal kleine inkomsten nog iets zonden hebben bijgedragen. Bovendien waren de 28 opcenten behouden, als maatregel van voorzorg, zoolang het onzeker was of do opbrengst der bedrijfsbelasting een voldoend aequivalent voor het patent zou opleveren. Naar van wel ingelichte zyde wordt verno men, is de door de Wilhelmina-Vereeniging te Woerden gevraagde vergunning tot het mogen houden eener verloting in het jaar 1895, door de Regeering geweigerd. (»W. v. W.«) «Mama, ik heb den heer Arlborg ontmoet, toen ik van moeder Liza kwam,” zeide Ellen tot hare moeder. «Ik was recht boos op hem lijks had hij mij gegroet, of hij zaide my, van een Hefde-werk kwam.” «Maar Ellen," daar stak nu antwoordde de moeder lachende. «Kwaads was het wel niet, maar tochik had wel kunnen schreien.” «Mijn hemel, Ellen, wat zyt gij toch kinderaohtig! Ik begrijp niet, waarom gij bedróefd behoeft te worden, wanneer oen ander ontdekt, dat gij goed jegens de armen zyt. Dat is eene hoedanigheid, waarvoor gij u volstrekt niet behoeft te schamen.” «Hoe kan mama zoo spreken I” riep Ellen half schreiende, «ik ben zoo heel goed piet en ik vind er ook niets byzondes in, te geven, wanneer gy my naar degenen toezendt, die in nood vérkceren. Mama maakt mij altijd verdrietig mot to beweren, dat ik van die goede hoedanigheden heb, die ik niet bezit.” «Myn lieve Ellen, nu moet ik toch om a lachen. Al wildot gy voor de geheeie wereld verbergen, dat gy geen koffie drinkt, maar in plaaj van papa krygt en dat gy dit j De minister van financiën heeft by de in diening der Staatsbegrooting medegedeeld, dat de opbrengst der bedrijfsbelasting stellig niet het bedrag zal bereiken, dat het patent in de laatste ja en heeft opgebracht. Een Ryksontvanger deelt in de >N. Rott. Ct.« omtrent zyn kantoor eenige cyfers mede. Daar is de opbrengst 41 pCt. lager dan die van het patent; in één gemeente zelfs 58 pCt. De reden daarvan is, dat van de vroeger patentplichtigen thans gemiddeld 65 pCt. zyn vrijgesteld* (maximum 73 pCt.) Dan zijn er nog 16 pCt. by wie de aanslag belangryk lager is geworden (25 tot 97 pCt. verschil). Gebaat zyn dus 91 pCt. der vroegere patent- betalers. Van de overige 9 pCt. zyn er slechts 4 die belangryk meer betalen. Daarby komen dan degenen dio geen patent te betalen had den, maar nu bedrijfsbelasting moeten opbren gen (ambtenaren, enz.), die te zamen aan genoemd kantoor voor 26 pCt. in de nieuwe belasting hebben bij te dragen n één gemeente zelfs 51 pCt). De ontvanger kan nog mededeelen, dat het verlies voor den fiscus grootendeels wordt ge leden op het platteland en op verre na niet wordt vergoed door hoogere opbrengst in ste den met veel handel of vele ambtenaren. In één inspectie is het verlies ongeveer 60 pCt., in een andere 70 pCt. Hy vreest dan ook, moederhart. Na den maaltyd, toen de vrouw van den proost naar hare kamer gegaan was, om haar middagslaapje te doen, sloeg Ellen een shawl om en knoopte den zwarten doek om het hoofd, want het weder was nog nevelachtig en koel. Zij stak eenige beschuiten in den zak, nam een zakje met koffie en een met suiker, die zij Anders in de stad had laten koopen en wandelde den weg op, die lang» het riviertje naar een gehucht liep, dat Wanna geheeten werd. Wanneer Ellen daar zoo alleen voortliep, had zij iets droomerig» in haren blik, hetwelk duidelyk te kennen gaf, dat de fantasie de hoofdrol in hare ziel speeldemaar dewyl zy zulk een buitengewoon goed en teeder hart bezat en zulk een onbepaalden eer bied voor Gods wil gevoelde, was hare ziel «teeds van schoone, reine beelden vervuld. De blyde droom beelden der jeugd, die tot opgewondenheid stemmen, kende zij niet. Een zwaarmoedige ernst beheerschte haarzelfs als kind had zij zich nooit aan luidruch tige vröolykheid kunnen overgeven. Haar genoegen bestond in het lezen van schoone, grootsche daden, godsdienstige beschouwingen of tot het hart sprekende poëzie, om vervolgens onder een helderblauwen zo- merhel te droomei^ maar er waren ook oogenblikken, dat zij in hare onschuld en eenvoud vroolyk was. Zij had daarby een uitent gevoelig hart, dat haar bij het geringste woord van berisping deed lijden. Dan werd zy bedroefd, onderzocht tot in de kleinste bijzonderheden hare fouten en gewelde zich diep ongelukkig. Zooals met alle poëtische gemoederen het geval is, liet ook Ellen zich lichtelijk door den indruk van het oogenblik wegslepen, om kort daarna hare verrukking voor iets anders te laten varen; Onder de bijzonderheden van de Lombok- ramp, die der >J.-B.« ter oore kwamen, be- hooren ook deze, dat een hoornblazer, die ty- dens het gevecht te Tjraka Negara over den muur keek, zag hoe de Baliërs zoodra zy hunne repeteergeweren hadden afgevuurd, telkens weer andere geladen geweren kregen dat kapitein Lindgreén achterbleef omdat hy de gewonden niet aan hun lot wilde overlaten, en den 2den luitenant De Jong met 20 man wegzond om hulp te balen; dat de laatste met 8 man van den noordkant te Ampenan komende, een naast hem jgaanden sergeant dood zag neervallen, getroffen door een kogel van een onzer schild wachten, die meende een vijand voor zich te zien; dat de tweede-luitenant-kwartiermeester Pourchez vier matte kogels kreeg en een, die hem alleen de broek beschadigde. kleeding, maar tot die voor de armen gebruikt, dat gij ’s morgens nimmer eene beschuit in uwe melk doopt, noch gebak eet, maar alles bewaart, om het aan Nora B. en andere armen te geven, dat gy zelve de melk wegbrengt, die gy van de koe krygt, die ik u ten geschenke gegeven heb, dan kunt gij toch niet gelooven, dat ik daarvan onkundig ben, die God menigmaal dank, dat hij mij zulk eene goede dochter gegeven heeft. Zeg my nu, mijn kind, waarom wordt gy boos, wanneer ik van uw goede hart spreek Z/Omdat ik vjnd, dat mijne daden alle waarde missen, wanneer zij het onderwerp vau lof worden. Het goede brengt zyne eigene belooning mede, en het hindert mij, wanneer men daarover spreekt. Het is my dan, alsof ik mijne oogen niet meer tot God durf opslaan want wat doe ik eigentlijk Niets anders dan myn plicht, iets wat ieder mensch be hoort te doen en dat volstrekt geen lof verdient. Wanneer ik van mijne armen terugkeer zonder dat iemand buiten God en mij zelve iets daarvan weet, dan gevoel ik mij tovreden en gelukkig. Maar wan neer mama begint te firatpn, dat ik zoo goed ben, of anderen iets daarvan zeggen, dan is myne vreugde weg en ik gevoel my ongelukkig, ontevreden, be schaamd en vrees alty'd, dat de begeerte naar lof allengs deel zal krygen in hetgeen ik doe en alle waarde aan myne daden ontnemen zal.” De mopder lachte hare dochter vriendelijk toe, klopte haar op het hoofd en kuste baar teeder zonder iets te zeggen, maar de oogen drukten meer dan woorden uit, wat de liefhebbende moeder gevoelde. Ellen sloeg dc armen om het lyf barer moeder en ■loot zich vol vertrouwen aan het zoo teedere, trouwe I sterdamsche typografen te behartigen, terwyl geen andere personen, bestuurders of geen be stuurders, door de typografen in deze worden erkend. Er werd herder besloten, vast te houden aan de gestelde eischen, terwyl het comité op zich nam, in geen geval daarvan af te wijken, tenzij eene vergadering van typografen haar daartoe machtigd^. Ten slótte maakte de vergadering met groote meerderheid uit, dat deze week weder het volle bedrag van het meerder ontvangen loon zou worden gestort, en gaf zij toestemming dat daarvan door het comité ook een bedrag voor de stakende vakgenooten in andere plaatsen mocht worden bestemd. (»Tyd.«) Door de gemeente-veldwachters van Kapelle Krimpen a/d IJsel is gisterenavond op de rivier de IJsel aangehouden een net gekleed heer, die daar een roeiboot trachtte te verkoo- pen. Bij onderzoek bleek dat zij was ontvreemd uit de Wynhaven in den nacht van 11 op 12 dezer ten nadeele van een beurtschipper. De roeiboot is iq beslag genomen, terwyl de dader, zich noemende Frans de Vos, naar het huis van bewaring is overgebracht. Beroepen by de Gereformeerde kerk teVia- nen ds. H. R. Nieborg te Reeuwijk c. a.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1894 | | pagina 1