BINNENLAND.
M'ewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken, a
Maandag 5 November 1894.
sen?
FEUILLETON.
d
I
1
OM.
eist.
GAZIJN
I.IN,
nd met
b fl.90
33ste Jaargang.
No. 6499.
IIAG.
1
j
■1
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
der reep.
ation de
iz. enz.
over de wer
M
[man k Zoom.
(For* ntn^)
national
I
(Uit het Zweedsch.)
door C. EIJKMAN.
aangenomen voor den militairen dienst in onze
overzeescbe bezittingen.
abricatle
liter van
Nedwlud.
'ERREÜS,
•Bosch.
Iiat
•s der Zelf
ne uitspat-
EKE
beste Kath-
3
j|
nde
'HE
GOIDMJIEKil HI\T.
jnen 48 pag
2 kolommen
Romans,
'sohe Ver-
rlei,Raad-
enx.t voor
'ENT per 3
kennen
n, die in de
lorde vestiger
geworden is
1 tegen vrou*
eeft gemaakt
jperking van
eenvoudigste
derd aange
el te verdrin-
n lichaam en
1 wordeln en
ior vreeseijke
kweld. Dan
en, oorsuiien
3 ziekte. Al
zenuwziek en
>n Genesing)
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 reg-els 50 Centen; iedere regel met
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
In de Memorie van Antwoord op het wets*
ontwerp,
regeling
Overschie
geering de toevoeging
meenten van Kraliugen
De Ri^ave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per dne maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Do oud.te ingezetene van Berg-Ambaeht,
de wed. Arie Schilt, ia aldaar overleden, in
den ouderdom van bgna 87 jaren.
afb. Prijs
verschrik-
leugd lydt,
eenng, die
id van een
>y hetVer-
imarkt 34,
iet bedrag,
ken boek-
Gisteravond trad voor het departement van
de maatschappij van ’t»Nut van’t Algemeen
te Moordrecht op Mej. Albertihe Heyblom uit
Rotterdam.
Wij leerden haar kennen als eene beschaafde
declamatrice, die in een negental voordrachten
zoowel van ernstigen als luimigen aard haar
gehoor wist te boeien. Zoowel Schimmels
Anne Boleyn als Multatuli’s Koningin Louise
werden uitstekend weergegeven en vooral het
lied der zee van Therèse Swarts toet fijn ge
voel gezegd. Wij danken mej. H. een aan-
genamen avond, de eerste leesbeurt, die dezen
winter gegeven werd.
H. K. H. de groothertogin van Saksen-Wei
mar, geboren prinses Sophia der Nederlanden,
heeft uit eigen beweging aan de huurden op
hare bezitting Valkenburg onder de gemeente
Loosduinen die door den hagelslag van 6 Au
gustus jl werden getroffen, door haren inten
dant het halve bedrag der geleden schade doen
uitbetalen, hetwelk te samen duizenden guldens
beloopt.
LOM BOK.
Gisterenmorgen is nit Batavia ontvangen
bet volgende telegram:
Eeh tweede kruitmagazijn is te Tjakra Ne
gara in de lucht gevlogen.
De belangrykbeid van dit telegram is, naar
onse meening, vooral hierin gelegen, dat daar
uit duidelijk blykt, dat de krggs-operaties
geregeld worden voortgezet.
Na Mataram moet Tjakra Negara onder
banden genomen worden, dat was de con
clusie in alle toongevende kringen en organen
in Indië, toen de eerste vrengde over hel be
kende wapenfeit van den 2öen Sept, een
weinig was bekoeld. Sedert kwamen berichten
dat de natte mousson de werkzaamheden bo-
lette, en deze, gevoegd by de schaarschheid der
telegrammen, die zelfs de regeering om inlich
tingen deed seinen, deden hy velen het bange
vermoeden ontstaan, dat bet bestoken van den
vyand in een periode van rast was verkeerd.
Die vrees wordt door ons telegram afdonnde
gelogenstraft; ook thans nog werden onze
granaten geslingerd in de sterke veste, die
nu wel eerlang het lot van Mataram aal
deelen.
’tSohynt, dat de Baliërs in Tjakra Negara
groote voorraden ammunitie hebben verzameld
en daarvoor geen voldoende, veilige bergplaat
sen bezitten. Immers, ook den 23en September
werd door een granaat der onzen ook een ont
ploffing in een buskruitmagazgn teweeggebracht.
Toen was, volgens de spionnenberichten, de
verwoesting zeer grootthans wordt ons dien
aangaande niets gemeld.
In de maand October j.l. zyn by het Ko
loniaal-Werfdepöt te Harderwyk 754 personen
Te Nieuwerkerk a/d. IJsel, ’s-Gravenweg,
had 14 dagen geleden een manspersoon de
brutaliteit, aan de vrouw van den winkelier
L. Boer te vragen om eene gulden. Daar dit
verzoek natuurlijk door haar werd geweigerd,
heeft hy Woensdagavond by afwezigheid van
haar man dit bezoek hervat, ongeveer 9| uur.
Hy nam het blind van het winkelraam uit de
hengsels en sloeg de ruiten in, zeggende:
shier is de man om den gulden.Doódelyk
verschrikt liep de vrouw naar boven en riep
om hulp, terwyl de inbreker op de vlucht
ging.
Aan het bureau van politie is gedeponeerd
een 25-cent stuk, op vermoeden van valschbeid,
het draagt de beeldtenis van H. M. de Konin
gin en het jaartal 1892, terwijl het een koper
achtige kleur heeft.
Door den goederentrein 745 is Dinsdagavond,
toaschen de stations Wolvega en Oudeschoot
op de lyn Leeuwarden-—Zwolle, een paard
o verreden, waardoor 9 waggons ontspoorden
en gedeeltelijk werden verbrjjzeld. De spoorweg
was hierdoor eenigen tyd versperd.
Jl. Maandag raakte het 2-jarig dochtertje
van H. B. te Polsbroek al spelende in de
eerste achterwetering. Een ouder zusje trachtte
te vergeefs het kind te redden, waarna de
moeder, op het ongeval opmerkzaam gemaakt
kwam toesnellen en de kleine op het droge
bracht, ‘t Duurde eenigen tyd, vóór het kind
dat een geruimen tyd in het water gelegen
had, weer tot bewustzyn was.
Onder de leiding van den heer W. van
Rossum, muziekonderwijzer en klokkenist te
Schoonhoven, is te Berg-Ambacht eene zang-
vereeniging opgericht, welke den naam Cres
cendo zal drageu.
betreffende de grensvereeniging en
van Rotterdam, Kraliugen, Charlois,
en IJselmonde beschouwt de Re
ran de landelyke ge
en Charlois aan Rot
terdam, waarmede de betrokken gemeenten
instemmen, als de beste oplossing.
Zy deelt niet de vrees, dat het toekomstige
Rotterdam op ,,de bijzondere behoeften harer
landelyke bevolking niet behoorlijk zal acht
slaan. Bleven de landelyke gedeelten vanKra-
lingen en Charlois als afzonderlijke gemeenten
voortbestaan, dan zou onvoldoende zorg voor
haar behoeften alleszins te duchten zyn.
Voor de toevoeging van Kraliugen aan
Rotterdam bestaan, volgens de Regeering, af
doende gronden.
Anton Diamant van Schoonhoven komt!
Toen die tijding ter oore kwam van de
leden der afdeeling Gouda van het Algemeen
Nederlandsch Werklieden Verbond, was het
wel te voorzien, dat er geen plaatsje op de
boyenvaal van de Harmonie onbezet zou
blyven. Die verwachting is dan ook be
waarheid: de zaal was Zondag jl. stampvol.
Anton Diamant heeft verleden jaar de Goudsche
werklieden en hunne vrouwen zóó tot zich
getrokken, dat zjj hem by den aanvang van
het winter-seizoen weer gaarne in hun midden
hadden. Hy bezit dan ook de eigenschap om
de voordracht op meesterlijke wyze tot zyn
recht te brengen. Wanneer men toch een
tooneelstuk voor 4 personen in alle karakters
moet weergeven, zóó, dat een werkmanspnbliek
het goed begrypen kan, dan is het voorzeker
een taak, die alleen aan mannen van professie
is toevertrouwd.
Zyn repertoire bestond uitHet kinder
jurkje tooneelspel in één bedryf van Rosier
Faasseu »Groc Americain», van Justus van
Maurik, en »Iets over lachen en over huilen»
van wdenzelfden auteur. Ook de beide laatste
nummers werden uitstekend door hem vertolkt
en gaven menigmaal gelegenheid om eens
bartelyk te lachen. Na afloop bedankte de
voorzitter hem voor zyn belanglooze moeite
en riep hem namens allen een bartelyk tot
weerziens toe. >(S. Ct.)«
mijn hart smacht, de ster, dia mjj verlichten zal.
Ontneem mij de hoop, en gij zult de sombere
geesten opwekken, die in mijn binnenste sluimeren
en mij ontvlieden, wanneer ik in uwe nabijheid ben,
want dan word ik alleen door uwen reinen, onschul-
digen blik beheeracht. Ellen I ik zou jaron van mijn
leven willen geven, om uw hart te gewinnen. Ik
zal geduld hebben, ik zal wachten, wanneer gij mjj
slechts de hoop laat, dat gij my eenmaal beminnen
zult en dat owe liefde geen ander toebehoort. Be-
grypt gy nu, waarom ik zoide: «gij moet my be
minnen Ik gelijk iemand, die op het punt staat,
veroordeeld te worden, maar die door een engel
gered en met God verzoend kan worden. Wilt gij
deze reddende engel zijn?”
«Ja, dat wil ik, wanneer ik kan,” antwoordde
Ellen met eene onbeschryfeiyke uitdrukking in slem
en blik. Kuno had de snaar in hare ziel aangeraakt,
die altyd zoo sterk klonk voor al het goede en
schoone.
«O Ellen, zeg, dat gy my bemint I" riep Kano
met verrukking uit.
«Nog niet, maar ik zal u leeren beminnen dit
zegt mij mijt hart,” fluisterde Ellen.
«En gy wilt myne vrouw worden?” riep Kuno
uit en sprong op.
«Ja,op den dag, dat mjjn hart u toebehoort.”
Ellen stak hem de hand toe, die Kuno met aandoe
ning aan ryae lippen bracht.
«En nu, laat ons scheiden,” zeide Ellen.
«Mag ik n niet volgen?”
«Neen. Ik heb behoefte, alleen te zyn.” Daarop
nam zy, zonder eeniga verwarring, hare mand en
hare flesoh en verwijderde rich.
GOUDA, 3 November 1894.
Hedenmorgen had de begrafenis plaats van
Mej. C. M. van Zutphen, lid der Zangver.
Apollo, die na eene korteongesteldheid was
overleden.
Een drietal kransen was op de kist neder-
gelegd, waarvan een van Dames-leden der
Zangvereeniging Apollo namens deze Ver-
eeniging werd net woord gevoerd door Mej.
E. P. Visser-Schotel, die in gevoelvolle woor
den de overledene herdacht. De heer A. Thim
dankte namens de familie de dames van <Apollo>
voor de laatste eer aan de overledene bewezen.
Kuno wilde piet naar huis terugkeeren. Hy was
te ontroerd. Zijne vrijage met Ellen verschilde zoo
geheel van die in het gewone leven, dat hy, nu hy
daar alleen stond in een droomenden toestand scheen
te verkeeren, wasruit hjj vreesde gewekt te worden.
«Ellen, mjjn lieve kind, waarom schreit gy?”
vroeg de vrouw van den proost aan hare dochter,
toen zjj haar denzelfden voormiddag met gevouwen
handen en oogen vol tranen in de Fridolfs grot vond
zitten.
«Mama, kom eens bij mij zitten, ik heb u zooveel,
o zooveel te zeggen.” Ellen legde haar arm om den
hals harer moeder en leunde tegen haar aan.
«Mjjn hemel, kind, is u eenig leed geschied?”
«O neen, maar luister naar mjj." Ellen doelde nu
hare moeder het gesprek mede, dat zy des morgens
met Kuno gehad had. Zwijgend, met hare zachte
oogen op hare dochter gevestigd, hoorde bare moe
der het verhaal aan. Toen zy geëindigd had, zeide
de vrouw van den proost:
«En gjj hebt beloofd, dat gjj zoudt beproeven,
hem te beminnen?”
«Ja, mama, ik beloofde het, omdat ik gevoel, dat
ik het doen zal.”
«Maar doet gjj het nu niet?”
«Neen, niet met het gevoel, dat ik liefde sou
willen noemen. Maar er is iets, dat mij onophoude-
Jyk tot hem trekt eene stem in mjjn binnenste zegt
mjj, dat mijne grootste vrengde en mijne grootste
smart van hem zullen komen.”
«Gjj vergist u, gij moet meer zyn, of niets. Gjj
moet mij beminnen, Ellen, anders ben ik verloren?’
Kuno streek met de eene hand over het bleeke,
sombere voorhoofd; toen hervatte hy, nadat hij op
een eerbiedigen afstand van Ellen ging zitten:
«Beloof my, met goedheid mij aan te hooren.”
Ellen boog het hoofd toestemmend en he^as haar
nu, alsof zy in dit oogenblik den stillen vrede had
vaarwel gezegd, die haar leven tot heden gekenmerkt
had en alsof zich voor haar eene nieuwe baan vol
smart en droefenis opende. Zij vermoedde toen niet
hoe kort die baan zyn zoude 1
«Toen ik hier kwam het is nu drie maanden
geleden zeide men mij«Ellen Gallner kan
voor uwe rust gevaarlijk worden.” Ik lachte ver-
achteljjk, ik dreef den spot met den lof, dien men
aan u verkwistte, ik gaf er mijn woord op, dat het
my nimmer gebeuren zoude, verliefd op u te worden;
ik ging verder: ik beloofde myne eigenliefde de
voldoening, u op mij te doen verlieven. Ik zocht
uwe deugden tot gebreken te makenuwe onschuld
en oprechtheid hield ik voor behaagzucht en bere
kening. Maar terwijl ik mjj alzoo wapende tegen de
toovermaebt, die gij onwillekeurig op mij uitoefendet,
stond ik u met iederen dag eene ruimere plaats in
myn hart toe. Gij kwaamt mjj voor als myngoede
engel, die mjj met het leven verzoenen en twjjfel en
verachting uit mijne ziel verbannen zou. Het was
my, alsof ik in uwe nabyheid beter werd, alsof gij
mij nader tot God gebracht hadt. Ellen 1 het vuur,
dat op deze wijze in mijn hart ontvlamde, was niet
dat van een woesten, tengelloozen hartstochthet
werd een heilig en voor myn zedeljjk leven oaont-
beerljjk gevoel. Uwo liefde is het licht, waarnaar
Tuineuburg's aanhouding te Monte-Carlo
moet in hoofdzaak te danken zyn aan brieven
van Therèse Wakee, de gewezen buffetjuffrouw
nit het Palais Royals te Amsterdam, die,
hoewel zy met Tuinenburg er van door was
gegaan, haar kind niet kon vergeten en dus
DQ en dan schreef aan de familie, waar het
wordt verpleegd. Zoodra het verblyf vau Tni-
nenburg te Monte-Carlo bekend was, was het
niet moeielyk zyn portret te zenden en hem,
hoewel by een valschen naam had aangeno
men, te arresteeren.
Zoodra Tuinenburg van de wond, die hy
zichzelf by de poging tot zelfmoord heeft toe
gebracht, hersteld zal zijn, en aan de forma
liteiten van uitlevering zal zyn voldaan, zal
hy waarsohynlyk worden gebaald door den
majoor van de ryksveldwacht Van de Wete
ring, uit Medemblik, welke beambte met da
route bekend is, daar hjj reeds eenmaal uit
Monte-Carlo twee jeugdige gevangenen naar
Nederland bracht, die zich met f 1500 jan
een der gemeente-ontvangers uit de vreten
hadden gemaakt.
Omtrent de gevangenneming van Tuinen-
burg wordt ons nog medegedeeld, dat uitleve
ring is aangevraagd. Er is evenwel bericht
ontvangen dat de toestand van den arrestant
levensgevaarlijk is en dat op dit oogenblik in
geen geval aan vervoer gedacht kan worden.
Tuinenburg schoot zich by zyne arrestatie
in den mond, met het gevolg dat de kogel ter
zyde in den hals drong, en wel op eene zoo
lastige plaats, dat de geneesheeren nog niet
tot het uithalen van den kogel durven over
gaan.
S4)
Alles sprak tot het gemoed van het jonge meisje.
Zij vouwde de handen en liet het hoofd er op rusten,
terwijl een warm en kinderlijk rein gebed uit haar
hart opsteeg. Zjj gevoelde eene onbeschrijfelijke be
hoefte, om in het gebed eene verlichting voor hare
onverklaarbare neêrslachtigheid te zoeken. Lang zal
zij zoo. Eindelijk lieten hare handen los en zjj ver
hief het ootmoedig gebogen hoofd, om een blik naar
het onmeteiyke tempelgewelf boven baar te werpen,
toen zij een kreet gaf en bijna verschrikt opstond.
Voor haar stond Kuno, met de armen over de
borst gekruist.
«Gij vindt mjj weder op uwen weg, maar niet om,
even als vroeger, uwe handelingen te bespieden.
Neen, ik ken ze nu. Ik ben hier, omdat ik met
u moet spreken. Ellen, gij hebt een slapeloozen
nacht doorgebracht, gedurende welken mijne woor
den in uwe ooren hebben weêrklonken.*
«Dat is waar,” zeide Ellen met een zachten, zwaar-
moedigen glimlach. «Uwe woorden smartten mjj.
Ik had zoo gaarne uwe vriendin, uwe zuster willen
sjjn.”
«Dat is te weinig voor m<y\”
fEn dat ia tooh alles» wat ik voor u zyn kan.”
De bij het 4e reg. infanterie benoemde ka-
pitein^A. Dozij wordt ingedeeld bij het 5e
bataljon van dat korps te Gouda.
Het Nieuws van den Dag« deelt mede,
dat de gemeente-ontvanger van De Bilt, thans
in voorloopige hechtenis en beschuldigd ral-
sche schuldbekentenissen ten laste van die ge
meente in omloop te hebben gebracht, daarvan
reeds bekentenis heeft afgelegd. De gemeente
secretaris R., mede voor dat feit in voorloopige
hechtenis, moet alle schuld ontkennen.