I
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Donderdag 8 November 1894.
No. 6503.
33ste Jaargang.
sen?
FEUILLETON.
lés
ie hand,
lark
BINNENLAND.
E L Z Z U.
1
ial waren,
Inzending* van Advertentiën tot 1 uur des midd.
regiment
en Genesing)
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs er drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
lykheid by geen
Voor de rechtbank te Rotterdam had zich
gisteren te verantwoorden:
P. de G., 17 jaar, zonder beroep te Heken-
het a.s
irk
ndaaronder
DO,000 Mark
De op gisteren te Haastrecht door Notaris
gebonden verkoop eener gruttery
2 HA. land is alles in hoogste bod
De tot 2e luit, kwartiermeester benoemde
sergeant D. J. Jager is ingedeeld by het 8e
en komt in garnizoen te Arnhem.
kennen
len, die in de
leerde vestiger
I geworden ia
el tegen vrou-
heeft gemaakt
jeperking van
B eenvoudigste
nderd aange-
eel te verdrin-
in lichaam en
pi wordeln en
loot vreeseijke
ekweld. Dan
gen, oorsuizen
ie ziekte. Al
i zenuwziek en
[MON,
AMBURG.
et vertrouwen
daar wij bij
ar deelneming
Bt vervolg be-
reëele bedie-
geëerde Be
rn a M 20000
m a M 10000
5000
3000
2000
1000
400
155
maM
jn a M
in a M
9n a M
)naM
an a M
maM800,200
98,69,42,20
jval biedt de
die door de
«dgekeurd en
t nieuwe plan
m slechts wei-
n 110,000 lo
of 3.50
m 1.75
t H n —.90
n bankpapier
lellyk met de
d, en ieder
jt wapen van
lOten zelf in
fiOÜDSCHE UIIIIA \T
Vrydag 9 November zal dr. Groenewegen
van Rotterdam eene spreekbeurt vervullen in
de afd. Gouda van den Nederlandschen Pro
testantenbond in de zaal »Nut en Vermaak*.
rereischte offi-
g der prijzen
ok de betref-
gratis bijge-
gunstigers on-
Bcieele lijsten,
ichiedt steeds
Staat en kan
ar verkiezing
>tere plaatsen
den.
;eluk begun-
nljjke prijzen
flcieele bewij-
egen en onze^
ark 250,000,
enz.
op den hecht-
ming van alle
el neming be-
>eke derhalve,
uitvoeron, de
in elk eval
Sü e. k.
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel mee
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Donderdag 15 November zal in de zaal
Kunstminder Sociëteit >Ons Genoegen* de
2e voorstelling plaats hebben van de Veree-
nigde Botterdamsche Tooneelisten, onder direc
tie van de bh. Le Gras en Haspels.
Opgevoerd wordt: Madame Sans-Gêne*,
Tooneelspel in 3 bedryven en een voorspel
van Victorien Sardou en Emile Moreau, het
welk met buitengewoon succes is opgevoerd te
Parys, Berlyn, Brussel en Amsterdam.
Daarin treden op de dames van Eysden
Vink, Rika Haspels, Marie Haspels, van Kre
velen, van Velzen, van KerckhovenJonkers,
Alida Klein, Coelingh— Vorderman en Miserius,
benevens de hh. W. van Zuylen, D. Haspels,
F. Bouwmeester, Tartaud, va i Kerckhoven,
Brondgeest, Rosier Faassen, J. Haspels, van
Eysden, Victor Faassen, Jager, Wolf, Kremer,
W. van Zuylen Jr., Melsert en Coelingh.
over de wer
as plan van
rekking dezer
ie Geldverlo-
GOUDA, 7 November 1894.
Onderstaand strooibiljet werd hedenmorgen
bij de R. K. Kiezers te huis bezorgd
Katholieke Kiesvereeniging te Gonda. (Lokaal
Westhaven B 159) Buitengewone Vergadering
op Woensdag 7 Nov. 1894 te 8 uur ’s avonds.
Als spreker zal optreden de WelEdele Heer
H. M. Dercksen, Lid van den Gemeenteraad.
Tot deze Vergadering hebben vryen toegang
de Leden der R. K. Leesvereeniging en alle
te goeder naam en faam bekend staande
Katholieke Kiezers.
Men gelieve de Presentie!yst te teekenen.
By de herstemming op Vrydag 9 Nov. a. s.
bevelen wij opnieuw onzen candidaat, den heer
A. Vingerling, met den meesten aandrang aan.
Het is onze plicht, nu de heer van der Sanden
met de hulp der anti-rev. gekozen is, dat wy
van onzen kant mets onbeproefd laten, om
den heer A. Vingerling de overwinning te
verschaffen. Men zal, zonder twyfel, op het
laatste oogenbhk weef aan komen zetten met
allerlei verdachtmakingen en verzinselsmet
zaken, die met deze verkiezing niets hebben
uit te staan, alleen om de Kiezers van de
wys te brengen.
Wy rekenen er op, dat onze Kiezers, nie
mand uitgezonderd, zullen stemmen op den heer
A. Vierling.
De arrondissements-rechtbank te Rotterdam
veroordeelde gisteren o. a.
J. J. de W. 43 jaar veerman te Streefkerk
wegens het na zonsondergang als beheerder
van het Bergstoepsche Veer over de Lek varen
zonder de vereischte lantaarns tot f 5 boete
subs. 3 dagen, zynde het vonnis van den kan
tonrechter te Schoonhoven, waarvan ia geap
pelleerd bevestigd.
D. v. R. 19 jaar, zilversmid te Schoonhoven
wegens wederspannigheid tot 1 maand gevan
genisstraf.
A. F. W. 26 jaar zilversmid te Schoonho
ven, wegens wederspannigheid tot 6 weken
gevangenisstraf.
Vervolgens stond terecht:
Tb. G. P. 48 jaar zonder beroep te Utrecht
ter zake dat hij op 3 October te Bergambacht
aan de woning vin zekeren Oskam bedelend
om een aalmoes zou hebben gevraagd. De
beklaagde beweerde de bedoeling te hebben
gehad wat drinken te vragen. Doch vrouw
Oskam was hem vóór en voor hij om drinken
had kunnen vragen had zij hem al één cent
gegeven. Bedelen deed hy volstrekt niet, als
men den beklaagde mag gelooven. Hy had zelfs
21 stuivers in zyn zak van verkocht postpapier
en ontvangt f 223. pensioen als oud Indisch
soldaat. De veldwachter Langerak had den be
klaagde evenwel in bedelende houding aange
troffen, d. w. z. hy hield zyn band op en zei
gooien morgen vrouw*, bet parool van alle
bedelaars.
Het O. M. bij monde van Mr. H. J. K. Dijck-
meester, requireerde 12 dagen hechtenis.
Provinciale Staten van Zuid-Holland. Ver
gadering van Dinsdag 6 November 1894.
Na de samenstelling van de afdeelingen,
werd mededeeling gedaan van de ingekomen
stukken, welke deels voor kennisgeving zyn
aangenomen, deels in handen van Ged. Staten
zyn gesteld, deels commissoriaal zyn gemaakt
als in handen van de heeren Klei, Loeff,
Roodzant, Van de Mandelle en De la Basse-,
cour Caan (voor Ged. Staten), de voorstellen
betrekkelyk de subsidieverhooging voor den
polder Duivenwaard en de adviezen op de ver
zoeken om subsidie van de polderbesturen van
Dirksland en Diederik en Oud-Melissantde
heeren Evers, v. d. Lith, J. J. P. Havelaar,
Overwater, ’s Jacob, van den Scheardenburg
en Blussé (voor Ged. Staten) de missive van
Ged. Staten betrekkelyk een verzoek der
Rotterdam ach e tramweg-maataebappy om sub-
die slechts door u kan geheeld worden. Er is in
myn verloopen leven eeue gebeurtenis, die mijn bin
nenste met bitterheid en verachting vervult."
Kuno vertrok. Ellen was treurig en peinsde over
zijne woorden na.
Des avonds was Jozef in de pastorie en een half
uur daarna kwam de kronofogd. Hij kwam van U—
bruk, had bij zijn vertrek van daar Kuno ontmoet,
juist toen deze avnkwam en met groot ongeduld
verwacht werd door eene dame, eene zekere mevrouw
Engelman uit Stokholm.
Ellen werd buitengewoon bleek, toen de kronofogd
dit verhaalde. Zij boog zich over baar handwerk,
om hare ontroering te verbergen maar de bevende
handen wilden haren wil niet gehoorzamen.
„Wat is dat voor eene mevrouw Engelman
vroeg de proost.
„Eene weduwe geloot ik. Zy is eene vriendin
van de baronesse Dop Uen familie van graaf
Granskjöld, die hier landmeter geworden is. Men
beweert, dat in jeugdiger jaren hare familie en
vrienden haar niet wildon kennen. Overigens kent
mijnbeer Arnold haar,** voegde de kronofogd er by.
„Ik wenechte, dat gij met uw gebabbel, ik weet
niet waar, rat,’’ dacht de griffier, die sag, hoe Ellen
onophoudelijk raa kleur veranderde, hoe mevrouw
Gallner onafgewend hare blikken op hem gevestigd
hield en Fridolf zijne oogen uit de courant opsloeg.
„Ik ken mevrouw Engelman zeer goed,** zeide hy,
„en ben dikwyls in haar gezelschap geweest. Zij
heeft mij zelfs opgedragen, Arlborg te verzoeken,
haar te Ute bezoeken, om met haar over eene
rechtaaaak te spreken, die hy voor haar voert.’*
(FordtwwM
«Uwe moeder.”
Deze twee woorden schenen eene .ervaarlijkeuit
werking op Kuno te hebbenwant hij werd doods
bleek, vatte Jozef’s arm en riep op een bijna onheil-
spellenden toon uit:
„Haar I"
„Ja, haar met den gt*aaf, haar broeder, benevens
diens zoon en dochter, die zich daar ophouden. Da
jonge graaf is hier tot landmeter benoemd en voor
nemens het goed van den ingenieur Wte koopen.
Uwe moeder is van plan, hier te komen, ingeval gy
niet aan hare uitnoodiging, om haar op Ute be
zoeken, gehoorzaamt.”
„Zij wil my dus dwingen, haar te ontmoeten P”
„Ja. Zy is eene vreeselijke vrouw, Kuno.”
„En ik, ik ongelukkige, ben haar zoon I” Kuno
wierp zich op de Sofa en hield de handen voor he*
aangezicht. Jozef hernam
„Zij is woedend, omdat gij alle betrekking met
haar broeder afgebroken en zonder omwegen ver
klaard hebt, dat gij uwe nicht Amalia niet wilt huwen.
Zij zeide, dat, zoolang zij leefde, bet u nimmer ge
lukken zoude, eene andere tot vrouw te bekomen.
Zij meent, dat zij u tot dit huwelijk dwingen kan.”
Kuno sprong op met vonkelende oogen en eene
trotsche, harde uitdrukking in zynen blik, terwijl hij
met ijzingwekkende verachting zeide
„Deze meineedige, deze verachtelijke moeder waagt
het, mij te dreigen Weet zy dan niet, hoe misda
dig zy is P Weet zij niet, dat ik om haar te spa
ren, en om den last barer schande niet te verzwaren,
zes jaren lang hare nabijheid ontvlucht, eene ontmoe
ting met haar vermeden heb, die verpletterend voor
haar worden aoude, terwijl de nagedachtenis aan myn
f
Uil het Zweedsch.)
door C. EU KM AN.
17) 1
„Ja, daar woont myn geluk. Het komt mij tus-
schenbeide voor, als moest ik er aar. twyfelen, haar
hart te winnen, dewjjl ik wellicht niet verdien, door
dit engelachtige meisje bemind te worden.”
„Wel, dat verdient gij wel, anders zou ik mijne
toestemming niet gegeven hebben,” zeide Jozef schert
sende. Vervolgens voegde hij er ernstig by „Maar
er is geen geluk, dat wij onvermengd mogen genieten.
Ik kom als een ongeluks-profeet, die zonder liet te
willen, een droppel alsem in uw beker stort.”
„Gij Waag het niet, een woord in het nadeel
van het kleinood mijns harten te spreken. Het ver
trouwen op haar is mijn grootste rijkdom een
rijkdom, die al mijne vorige armoede vergoedt.”
„Van haar? De Booze in eigen persoon zou het
niet wagen tot haar nadeel te spreken. Neen, van
dien kant komt myn alsem niet. Weet gy, waar ik
van daag geweest ben?”
„Neen.**
„Op U-bruk. En daar ontmoette ik...-” Hy
hield in, als ontbrak het hem aan moed, om een
woord uit te spreken, hetwelk hij bij voorbaat Wist,
dat zijn vriend kwetsen aoude.
„WiaP”
Mahlstede
met p. m.
gebracht op f 6750.
Bij de daarop gevolgde afslag is de verkoop
op f 1200 opgehouden.
Naderhand is het huis en gruttery aan den
beer J. H. Muller uit de hand verkocht.
dorp. Hem werd ten laste gelegd den 2 Sep
tember jl. te Langermgeweide, waar hy met
een met kruit en hagel geladen geweer jagende
was, dit geweer in de nabyheid van E. V.
over een sloot te hebben geworpen, waardoor
alzoo door beklaagde’» schuld bedoeld
geweer afging en 20 hagel» der lading gemel-
den V. in de boenen troffen, soodat deze
lichamelyk letsel bekwam, waardoor hy althans
tot den 13 September d.a.v. verhinderd werd
in de uitoefening zyner beroepsbezigheden als
boerenknecht.
Het bleek dat bedoeld geweer eerst door een
ander over de sloot was gegooid, en toen niet
was afgegaan, waarna beklaagde meende het
zonder gevaar weder terug te kunnen gooien.
Hy beweerde, niet geweten te hebben dat het
geladen was, hoewel hy op het onwaarschijn
lijke hiervan werd gewezen. Na het gebeurde
was V. door beklaagde en twee anderen naar
huis gebracht. Gedurende 14 dagen was
V. onder geneeskundige behandeling geweest.
Beklaagde moest zyn groote roekeloosheid
boeten door het hooren nemen van eeu eisch
tegen hem van acht dagen gevangeaiaatraf.
Uitspraak over 8 dagen.
De letterkundige voordrachten door het
departement Gouda der Maatschappij tot Nut
van het algemeen voor de leden en belang
stellenden aangeboden, hebben veel succes
gehad.
Het was een goed denkbeeld eens af te
wyken van den regel der gewone Nutslezingen
en mevr. Róssing—Sablairolles en den heer
Jan Malherbe uit te noodigen een op Fran-
schen leest geschoeiden soirée artistique te
geven. De aanwezigen hebben stellig een bier
ter stede niet alledaagsch genot gehad en een
aangenamen avond in >Ons Genoegen* door
gebracht.
Voor de pauze beviel ons het best de Cau
serie van Mevr. Róssing over Nederl. dichters
der 17o eeuw. Het waren bekende gedichten
van Breero, Hooft en Vondel, die zij voor
droeg ten bewyze dat onze taal in zoetvloeiend
heid, zangerigheid, buigzaamheid en dichter
lijkheid by geen andere achterstaat, maar voor
velen uit het publiek zal dit eeue eerste ken
nismaking geweest zyn met de groote mannen
uit het bloeitijdperk onzer letterkunde. Het
fragment uit >Arria en Messalina* is moeilyk
naar waarde te schatten als men slechts een
zeer oppervlakkig denkbeeld heeft van de
situatie. De Verzamelaar is een echt Fransch
salonstukje, luchtig uiteengezet maar niet
onvermakelijk.
Na de pauze komt de eerepalm toe aan de
zeer natuurlijke vertooning van het fragment
uit De Veer's Trouwring: Hoe een verstan
dig vrouwtje haar zin krygt. Dit echt Hol-
landsche schetsje kwam geheel tot zyn recht.
Zeer beviel ons ook Schimmels Ronde putje*
.en >De Genestet's* komen en gaan.
Het lag misschien aan ons, maar zoo on-
middellijk na het weemoedige vers van den
leekedichter, kon ons het Lachebekje* maar
matig bekoren. Als kunststuk van de artiste
moge die plotselinge overgang van toon op
merkelijk zijn geweest, voor ons gevoel wan
die tout de force strijdig met den goeden
smaak.
De heer Malherbe had veel succes met zyn
luimige stukjes: >Als je ’t maar weet meneer*
van Prof. Stokvis en Zomers buiten* van
Touchatout. Vooral het eerste werd verdienste
lijk voorgedragen.
De leden zyn bet Bestuur dank schuldig
voor dezen buitengewonen avond. Het ligt
zeker op den weg van het Nut op die wyze
te toonen dat er ook letterkundig genot ge
smaakt kan worden by de voordracht van
Nederlandsche kunstproducten. De opkomst
van dé Nutsleden en hun dames was vry tal
rijk, maar de rubriek belangstellenden kon
beter vertegenwoordigd geweest zijn, dunkt ons.
Uit Amsterdam meldt
In Duitsehe bladen ia het bericht verspreid,
dat Tuinenburg in het ziekenhuis te Monte
Carlo reeds overleden zou zyn. Voor zoovéél
wjj konden varnemon, dit bericht onjuist l
werd althans een kennisgeving van Tuinen-
burg's dood niet door de justitie ontvangen.
Wel is de toestand van dien aard, dat aan het
zenden van een transport om den arrestant
over te brengen, voorloopig niet gedacht kan
worden.
eerbiedwaardigeu vader on mijne ongelukkige suster
my onverbiddelijk tegenover eene onwaardige echt
genoot on ongevoelige moeder zoude maken? Wel
nu, zy wil het. Wy sullen elkander zien. Maar
zij zal door hare tegenwoordigheid niet de lucht
verpesten, die mijn goede engel inademt. O, kon
ik eene plaats vinden, waar haar naam niet tot mij
kan doordringen I”
Den volgenden morgen begaf Kuno zich zeer vroeg
naar do pastorie met zyn ruiker, waarin hy ditmaal
een briefje gestoken had, hetwelk Ellen berichtte,
dat hy genoodzaakt was, wegens eene zaak van aan
gelegenheid naar U-bruk te vertrekken. Maar op
hetzelfde oogenblik, dat hij hot hek van de pastorie
opende, stond hy vlak voor Ellen, die haar gewone
morgenbezoek aan de armen beginnen zoude.
„Ik moet' naar U,” seide Kuno, „en wilde u door
deze bloemen vaarwel zeggen, dewyl ik den ganschen
dag het geluk zal moeten missen, u te zien.”
„Blijft gij zoo lang weg?”
„O, wat zou ik niet geven, als ik te huis kon
blyven maar het noodlot vervolgt mij en schijnt
mij elk rein en onvermengd geluk te willen ontzeg
gen. Er is iets, dat myne vreugde altyd verbitte
ren zal.”
„Zoudt gij reeds gevoelen, dat ik u niet alles kan
schenken, wat gij droomdet, namelijk vrede en ver
zoening met het lef en?”
„Ellen, gy zyt my meer dan vrede en verzoening.
Gy hebt het geloof van het goede en ware in mij
doen herleven.”
„Wat is het dan
„Vraag my niet. Weet slechts, dat uwe liefde
mij oUm is en dat er eene wonds in mijne siel is,
Zaterdag vertrek van Rotterdam een deta
chement aanvullingstroepen ter sterkte van 15
onderoff. en 180 minderen, onder bevel van
den kapt, der inf. A. J. van Geelen en als
tuede-geleider o. a. de le luit. G. A. Leers.