h
3»
HE.
No. «521.
BINNENLAND.
ing
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
J.
Vrijdag 30 November 1894. 4
33ste Jaargang.
\i en Zn.
FEUILLETON.
&Co.
22ST
o-
xpeller.
Middel
sl, Borst-en
eningen.
roor
J
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
ingeslagen.
mede te dingen.
in jaren niet kenden,
N I
I
LWwl
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Vil M Zmtdtci.)
door C. BUKMAN.
tarkt A 144b
)N, apotheker
1 der wereld.
«BLOEM
Haag.
)LFF, Dro-
or benoodigde.
306.
ENTEEAAD
In
deelt
zich
601HSUIE toni1\T
weder de
ANLEGGEN
f 3.-.
olang de voor-
a Begrooting-
iDEAU.
üit Nieuwerkerk a/d IJsel, schryft men van
24 Nov. Voor de zesde maal gaf de zang-
vereeniging Harmonieop den 21 Nove i ber,
sgen Jicht,
n, kortom
xpeller,
mden tegen
xpeller.
huisgezin
de flesaL
kso en by
IN
(tract.
en Gouden
I.
RD 1893.
iaille 1893,
i* Chicago.
leilzame be
an smaak,
gatief.
ijk.
e in. Mag
van Financiën, aan
een eind makende,
jn voorganger reed*
In de Dinsdagavond gehouden vergadering
van het Departement Moordrecht en Gouderak
van de Maatschappij »tot Nut van ’tAlgem.«
trad als spreker op de Voorzitter van genoemd
Departement, de heer P. W. Mari.
Op uitstekende wyze werden achtereenvol
gens door hem ten gehoore gebracht: »Pulsi-
nelloc, Idylle van den voortreffeiyken Vlaam-
schen dichter Pol de Moot»Groc Americain«,
door J. van Maurik en »De wilde Vogel
door Hooyer.
De vergadering werd onder hartelyke dank
zegging aan den geachten spreker gesloten
door een der bestuursleden van *t Departement,
den heer L. Exalto.
Daar de Nutslezingen op aanvrage kosteloos
door personen uit den werkenden stand kunnen
bjjgewoond worden, is het wel te betreuren,
dat hiervan gewoonlyk door slechts enkelen
wordt gebruik gemaakt.
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
De tegenwoordige minister
de verkeerde praktyken
volgde den weg, door zyi
en de gun
den bodem, die het out-
de daaraan verbonden
ónmogelijk maakt. Op dit woo'rd
bftrekkelyk leg ik echter den nadruk opdai
de lezer zich niet zou gaan verbeelden, dat w<*
hier -v-'or ons pleizier uit zyn Zoowel (rt>
de posten als te Ampenan is het logies uiterst
primitief en geeft hetgeen afdoende beschutting^
tegen het regenwater; daarby rukken we da
gelijks van ’s ochtends vroeg tot in den voor
avond uit en brengen dikwerf den geheelen
dag doornat op het terrein door. Het is hier
de ware oorlogstoestand met al zyn bekende
misères, terwyl de gevechten, die we moeten
leveren, zeer zwaar zyn Dientengevolge klaagt
menig gehuwd officier 'met het volste recht
over het feit, dat men ons hier financieel ten
achter stelt bij onze kameraden te Atjeh.
Waarom genieten wy bier b. v. geen dag
gelden en worden die te Atjeh wel genoten
Is dat rechtvaardig?
De Sassaks gaan intusschen maar rustig
voort met rampassen. Met patjols, koevoeten
of andere puntige yzers gewapend onderzoeken
zjj de» poinboopen' flh wroeten in den grond
om de begraven geldstukken en voorwerpen
van waarde te voorschyn te brengen. Zy ge
raken op die wijze in een toestand van weelde
die ze in jaren niet kenden, en f-tellen zich
GOUDA, 29 November 1894.
By kon. besluit is een pensioen verleend van
f 149 aan J. A. E. Krahner, wed. IJ. D.
Buisman, kommies le klasse bij *s Rjjks be
lastingen.
Geduldig, altijd zacht, altijd teeder en liefderijk,
waa het een treffend gezicht, het beminnelijke meisje
te aanschouwen, zooals ze daar lag in hare kamer,
die met den meeaten smaak was ingericht.
Even bleek als xy, zat Kano daar aan hare zyde
en zag met de wanhoop in het hart de dagen teu
einde spoeden en zyn dierbaarsten schat telkens eene
schrede nader aan het graf komen. De hemelsche
reinheid sprak al helderder uit haren blik, terwyl de
dood met iederen dag een blaadje van de bloem des
levees plukte.
Kuno las haar voor, praatte met haar en bracht
al zyne vrye uren aan de zyde zijner geliefde door.
Ellen, vreemd genoeg, sprak met vervoering over den
twaalfden Mei. Zij had er op aangedrongen, dat
deze dag hun bruiloftsdag zoude zyn. Alle voor
stellingen, dat zy wachten zoude, tot zij hersteld was,
waren te vergeeft en zy zeide op zekeren keer, dal
haar vader ernstig met haar daarover gesproken had
«Ik wil als zyne vrouw sterven.** Er lag in haar
toon en blik eene uitdrukking, die men te vergeeft
ion trachten te beschrijven.
•Het zy zoo, mijn kind I*' antwoordde de vader.
Een paar malen had Kano nader by haar aange-
uitspreekt, dat ook de Nederlandscbe industrie
in de gelegenheid worde gesteld naar dien
bouw
eene openbare uitvoering. De school op het
dorp waar de uitvoering gegeven werd, was, de
donkere maan in aanmerking genomen, vrywel
bezet. Dat het publiek voldaan was, bleek
toen de heer G. v. R. na het laatste nommer
de zangvereeniging gelukwenschte met de
keurige voordracht der stukken en haar namens
allen dank zegde voor den genotvollen avond,
terwyl hij hoopte dat Harmonienog vele
malen mocht optreden.
In de pauze werden nog voordrachten ge
daan door den heer G. v. R. en mej. H. van
Capelle a/d IJsel, welke voordrachten zeer in
den smaak vielen van het publiek.
LOMBOK.
Aan een schrijven in het »Bat. Nbl.«, ge-
dagteekend Ampenan 18 October, ontleenen
wy höt volgende:
Aan de officieele ziektecjjfers moet men maar
niet te veel waarde hechten. Wel zjjn die
cyfers juist, maar zij sluiten niet in het aantal
geëvacueerden en kwartierzieken en buitendien
komt er telkens aanvulling van Java. Ah
men b.v. van een compagnie van 150 man
binnen zeker tijdsverloop 40 man evacueert en
5 man in het hospitaal deponeert, dan bedraagt
het ziektecyfer volgens de rekening van
Hartjes 30 percent. Vult men echter dut
verlies van 40 geëvacueerden door middel va»
terscbe troepen aan, dan is de sterkte der
compagnie weer 150, waarvan 5 in het hos
pitaal, en dan kan men heel leuk beweren,
dat hot ziektecyfer slechts ruim 3 percent be
draagt.
Ik wil echter volstrekt niet beweren, dat de
gezondheidstoestand ongunstig is, want betrek
ke lyk hebben we redeneh tot tevredenheid en
we danken zulks aan het klimaat
stigo gesteldheid van
staan van moeras
mtasmen
vergeven, dat wy schuldig zijn aan den dood van bet
meisje. Wat hebt gij nu met uwe intrigues gewon-
non Is mijna zuster Kuno’» echtgenoot geworden
of is ons zyn vermygen ten deel gevallen Het
eene evenmin als het andere. Ik heb myac rust
verloren en wy ,H
En ik^— ik ben gewroken,” antwoerdde mevrouw
Engelman sast eene yskoude stem. »Ot gelooft gy
inderdaad, .I.C Ik kM. meisje opzochWftn baar al deze
zaken aangaand* en Am «ia zeide, enkel
uit begeerte om Kano's rijkdom in myne familie
te zien overgaanP Neen, ik deed het, omdat die
toon het gewaagd had, zyne moeder te verachten,
haar, die hom het leven geschonken heeft, te be
schimpen en doodelijk te wonden. Tot straf heb ik
hem zijn eenig geluk ontroofd. Toen ik het jonge
meisjo aanschouwde, zoo roerend in hare goedheid
en onschuld, toen begreep ik ook, dat haar verlies
voor hem erger dan de dood zou ztjn.”
•Maar gjj berekendet niet, dat zy, de onschuldige
do zelfopofferende, het offer zoude worden F”
•Neen I ik moet bekennen, dat er oogenblikken
zyn, waarin deze gedachte my kwelt, waarin
Mevrouw Engelman hield eensklaps stil, want de
deur vloog open èu Kuno stond op den drempel.
Maar niot die Kano, die aan Ellen’s bed placht te
zitten en uit wiens trekken slechts edele gevoelens
spraken, ook niet de met verachting vervulde Kano,
maar de strenge en onverbiddelijke rechter, die het
woord medelyden niet kent, die ongevoelig is voor
alle zachtere indrukkeu. By het geziekt van Kuno
stond do graaf op, maar mevrouw Engelman bleef,
met don blik op haar zoon gericht, zitten.
(^erdtf eereWpd.)
gedwee onder Gods wil, zonder iemand aan te kla
gen. Zy dankte God, dat zy haar korte leven als
Kuno’s geliefde mocht olyten en als zyne echtgenoot
sterven. Ellen onderzocht de beweegredenen van
het gedrag zyner moeder niet; zij deed geen moeite,
om dienaangaande verdere verklaring te bekome», tij
wilde de dagen der droefheid vergeten en slechts
voor hare liefde en verzoening lezen.
Op zekeren dag toen Kuno verhaalde, dat zype
nicht de volgende week trouwen zoude, vroeg hij
nogmaals, wat toch de reden van Ellen’s wantrouwen
geweest was.
•Zal ik nooit den naam vdn mijn vijand vernemen
•Neen, Kuno, dit is hel eenige geheim, dat mijn
hart voor u heeft.”
•Maar ik weet het reeds. Het is Granskjöld.”
Al weder deze verdenking. Ik heb u immers
betuigd, dat bij bet niet is. Zoodt gij denken, dat
uw Éllen kop liegen P” In Ellen’s blik was gewonde
trots te lezen.
•Neen, neen, dat goloof ik niet. Maar wie, wie
kan bet dan zyn F’
•Vergeet en vergeef, gelijk ik gedaan heb.”
Vergeten en vergeven, dat men u vermoord heeft,”
mompelde Kuno bij zich zelven, •neen, nooit I”
Den volgenden dag rsjtrok Kuno naar Nasby.
Hij wilde Amalia spreken, ten einde wellicht van
haar de waarheid te vernemen.
Kano trad de zaal binnenze was ledig, maar
uit eene binnenkamer hoorde hy de stetti van zijne
moeder en van den jongen graaf. Hij naderde de
deur en bleef staan om te luisteren.
•Ach tante, nimmer zal ik bet u noch mij zelven
Als het Vaderland wel ingeligt is, dan
is onder het vorige ministerie de fout ontdekt
met de 14 ton van gprlog, en zyn toen reeds
maatregelen voorbereid: om haar goed te maken,
drongen, om te weten, Wie het gWuest was, die het
vertrouwen tusscheu hen verstoord en haar daardoor
aan den rand des graft gebracht had, maar zij had
met harefi qngelachtigen glimlach geantwoord
Wij moge» ons immers nu in elkanders bezit
verheugen waarom zouden wy dan spreken over een
tyd, die voorbij isr*5*'?-
Maar die tyd .^Ste&etyd zal my n
ontrooven.”
•Nimmer! aan gene zyde des'waft iade eeuwig
heid en daar ontmoet u Ellen wedbr,”
Dikwyft sprak zij over Kuno’s raoaderdoor hare
goedheid, hare liefde en harp treffende woorden
scheen het Ellen inderdaad gelukt te zjjn, uit Kuno’s
bors’ (ten haat tegen zyne moeder te verWyderen.
Ellen’s invloed bewerkte, dat Kuno eenmaal in de
week Nasby bezocht, alwaar mevrouw Enne'man by
den jongen Granskjöld logeerde en by deze bezoeken
bewees hij zyne moeder al de uiterlyke achting, die
zy konde verlangen. Intusschen verborgen beiden
zorgvuldig de verwantschap, waarin zij tot elkander
stonden. Behalve Ellen en Fndolf was er niemand
die, behalve de familie, daarvan kennis droeg. Nooit
verlangde Ellen de roden te weten van Kuno’s bast,
noch van zyn geheimzinnig gedrag. Het fijngevoe
lige, kieschb meisje zag in, dat er iets moest zyn,
dat voor den een of den ander vernederend zyn
moest. Zy beijverde zich slechts, uit du ziel van
haren geliefde alle indrukken weg te wisseben, die
zijner onwaardig waren. Nooit beschuldigde zij me
vrouw Engelman als de oorzaak van het leed, dat
zy ondervonden, van de ziekte, waarvan zij den
voortgang verhaast had, noch van het bereids geopende
graf, dat sy vóór zich sag. Zy boog zich stil en
Naar aanleiding vau het voorstel der Stoom
vaartmaatschappij Zeeland* aan de Maatscb.
tot exploit, van Staatsspoorw., om haar een
som van 3 millioen te leenen voor den bouw
van nieuwe schepen, beeft do Kamer van Koop
handel eu Fabrieken te Middelburg besloten
een schryven te richten tot de betrokken
Maatschappij, waarin zjj de wenschelykheid
dien
Uit Berkenwoude scbrjjft men van 22 Nov.
Een hoogst aangename nutsavond werd ons
heden geschonken door den heer H. A. West-
broek, hoofd der school in ’t Beiersche. Op
meesterlijke wyze droeg hij als lezing voor
»Eene vryage vaneen Groningerkof-kapitein
door Werumeus Buning. Hoewel het donkere
maan was, was de opkomst der leden best,
eu allen keerden hoogst vergenoegd huiswaarts,
zeur te vreden over de lezing, zoowel als over
de bydragen van den spreker.
Verschillende winkeliers te dezer stede heb
ben ter gelegenheid van het aanstaand 8t.
Nicolaasfeest hunne etalages in gereedheid ge
bracht, ieder heeft zyn béste beentje voorgezet
om het publiek tot koopen uit te lokken, ze
allen afzouderlyk te vermelden gaat zeer moei-
lyk, daar men licht de een boven de ander
ron gaan bespreken. Wy willen alleen slechts
attendeeren op de etalage van de firma A. Hillen
die in zijn winkelkast een beusch dak met
pannen gedekt, heeft vervaardigd en waar de
goede Sint door de schoorsteen zyn gaven
toewerpt. Voorwaar voor kinderen een voor
stelling, zooals men gewoonlijk hen wys maakt.
Ook by de heer L. van Wankom die ieder
jaar een flink raametuk ten toon stelt, is de
etalage mede een bezoek waardig.
Door het college van kerkvoogden en nota
belen te Stolwijk, zyn tot kerkvoogden aldaar
benoemd de beeren G. van Bemmel en T.
Dekker. Beiden hebben de benoeming aange
nomen.
zyn Antwoord aan de Tweede Kamer
de Minister van Oorlog mede, dat hij
bezighoudt met de organisatie onzer
levende strijdkrachten. Doch voorstellen dien
aangaande znn in den loop van dit zittings
jaar niet te'rerwachten.
De minister wenscht zich te bepalen tot
die, in de troonrede vermeld. De benoeming
van eene staats-commissie tot bet ontwerpen
van een volledig stelsel onzer defensie, kan
hy niet aanbevelen.
De Minister verzekert, dat aan zijn departe
ment de grootst mogelyke zuinigheid wordt
betracht.
du gretig schadeloos voor de uiUuigeryeu der
Balische overbeerschers.
Mataram is zoo goed als geraseerd. Alleen
in bet Noordoosten is nog een klein onaange
tast gedeelte, waarin zich nog Baliërs ophouden.
De schade, die wy den Baüërs reeds hebben
toegebracht, loopt zeker in de mil ioenen. Men
moet hen niet geiykstellen met den armen
Javaanscben dessaman, maar begrypan dat alle
Baliërs welgestelde lieden waren, die in hun
woningen een soort van weelde tentoonspreid
den, waarvan die eenvoudige deaaulieden geen
begrip hebben. Alles wat zy bezaten is ver
nield, verbrand of geroofdduizenden vrucht-
boomen zyn omgekapt eh bun vrncbtba e,
gedeeltelyk reeds beplante sawabvelden zyn in
onze handen gevallen; zy bezitten niets anders
meer dan Tjakranegara, Narmada, Lingsar en
eenige kleinere kampongs ter Noordkust. Uit
genomen de hoofdstad Tjakranegara zyn al hun
omvangrykste en schoonste vestigingen hun
ontnomen.
Niettegenstaande deze ontzettende nadeelen
en de volkomen nederlagen, door hen te Pa-
gssanhan on te Mataram geleden, toonen zij
zich nog niet tot onderwerping bereid, doch
doen ook niets om onze nadering tot Tjakra
negara t« beletten of onze werkzaamheden ie
bemoeilijken. Hun houding is volmaakt paseief-
defensief en zy zoeken hun kracht in hun
muren en vuurwapenen.
In Tjhkfanegara zelf wordt een streng stelsel
van op- en afsluiting gehandhaafd. Niemand
wordt uit-, niemand wordt binnengelaten. Van
polkh’ke aanraking is om zoo te zeggen geen
sprake en wat wy vernemen nyn sbebte go
rge Ken. Tot nog toe werd uit den Westrand
vam Tjakra geen schot gelost; vertoonen wy
ons\ in den Oostrand van Mataram, die 4 a
500 meter van Tjakra verwjjderd ligt, dan
hyschlmen de Nederlandscbe vlag; ook worden
in Abetm-Toeboeh, dat bet zuidelyk deel van
Tjakra vhrmt, nu en dan witte vlaggen gehe-
seben, madr daarby blyft het.
Volgeus de kaart is Tjakra wel viermaal
zoo groot aft Mataram en eigenlijk is het één
kolossale vesting, samengesteld uit talryke
kleine vestingen. Wel zyn die vestingen niet
volgens de EuropeeMcbe regelen der kunst aan
gek*^ kenmerken zy zich dus niet door de
aanvdfaiïfheid van zwaar geschut, pantserkoe
pels en betonmuren, maar zy bezitten niette
min een groot weerstandsvermogen, en onzer»
zyds beschikken wij niet over legerkorpsen en
artillerie- en genieparken, zooals men die in
de Europeescbe vestingoorlogen aan wendt.
Met een naar verhouding kleine macht en
betrekkelyk gebrekkige hulpmiddelen zullen we
den stryd moeten strijden.