feest EA CHT ERS, Haag. JEL BINNENLAND. VS ïWeuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. No. 6833. Vrydag 6 December 1895. e f 5A- U we 51 FEUILLETON C 34-35. Het Adelaarsnest. Repareeren 3T-SL mstreken i as, C. B. DEBOER 34ste Jaargang. n N «>8 t het van Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. aangevangen, en wel door Staten (Wordt vorvolod.) ngenieurn aan Waddingsveen, gelegateerd in denzelfden zin als door hem vroeger werd voorgesteld. H A RMO- ecte import»- 1 LAGE IA NO’, trit i, in mime KLEIWEG M ||OI 1MIIE COURANT De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. December 1895. Ned. Hervormde Kerk te Van der Meulen, tq ADVERTENTIEN worden geplaatst 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. meisje en liawr vertrouwen in mij, die mij heilig hadden moeten zijn, opzettelijk misbruikt had. Ja, zij had gelijk, on het woord «lafhartige schurk” trof mij in den mond eener vrouw, wier kunne geeno wraak toeliet en waarmee ik niet cent kon vechteu, meer dan hot mij van de lippen van eon man zou getroffen hebben. Ik moest mij door eene oude boerin «oen lafhartigen schurk” laten noemen! Zon derling niet waar? Maar nog zonderlinger was het, dat ik haar niet kon aanhooren, zonder geroerd te worden, dat hare woorden mij diep troffen en eeuu zekere zwakheid, een soort van onbaatzuchtigheid en ridderlijk gevoel in mij deden ontwaken, hetgeen mij eindelijk tot het besluit bracht, mijn vluchtigen en zelfzuohtizen hartstocht te laten varen on mij ten op zichte van Fiorella zoo te gedragen, alsof nog alle manlijke afstammelingen van haar huis in levpn waren en mij ter verantwoording konden roepen, fschoon ik niet voor hen zou gevreesd hebben. Ja, de woor den dor oude Cazot deden mij voor do gedachte, Fio rella onder de rubriek der Aspasia’s mijner wereld te rangschikken en haar tot haar peil en haar leven te doen afdalen, met afschuw terugdeinzen. «Gij zult medelijden met mij hebben, niet waar?” vroeg de oude vrouw nog eenmaal op een zachteren toon dan te voren, terwijl zij mij smeekend aankeek. «Ik antwoordde niet, maar duwde haar op zijde en liep het steile pad af tot aan de plaats, waar mijn paard onder een plataan liep te grazen, besteeg het haastig en reed weg, zonder eene enkele maal naar de bouwvallen van het Adelaarsnest om te kijken. Men meldt uit Amsterdam dd. 4 Dec.: De kiesvereeniging De Grondwet hield heden middag eene vergadering in Eensgezindheid, in verband met de herstemming voor de Provin ciale Staten en den gemeenteraad. Besloten is zich van herstemming voor den Gemeenteraad te onthouden, omdat geen der beide in herstemming komende* candidaten aan Grondwet’s leden voldoende bekend is ge worden, hetzy uit geschriften, hetzij uit de batten in openbare vergaderingen. Voor de Prov. Staten stemt Grondwet op mr. Loeff. De minister van Oorlog antwoordt op het verslag der Tweede Kamer over het begroo- tings onderzoek met een nadere toelichting van zyn standpunt in zake de niet-bevordering van een kapitein der artillerie, lid der Kamer. Hij tracht aan te toonen, dat in die zaak van wetsverkrachting zynerzyds hoegenaamd geen sprake kon of mag wezen. Tevens deelt hy mede dat de betrokken officier geen onder soek van een keuringscommiwie heeft onder gaan^ dat een partieel wetsvoorstel met be- betrekking tot bevorderingen in hoogeren rang niet meer van hem te wachten is, maar dat hij bij een algeheels herziening der bevor deringswet bedoeld punt wepscht te herzieu Tot bestuursleden van de Rederijkerskamer Harmonies te Zevenhuizen, zijn gekozen de hoeren K. Preuyt, D. Heemsbergou en I. Bos, respectievelijk als voorzitter, secretaris-pen zingmeester en commissaris. zij zou alles voor u opofferen, maar gij niets voor haar. Mijnheer I Fiorella is niet zulk een vrouw als do dames uit de wereld, waarin gij u beweegt zij kent het kwade evenmin als de heiligen het ken nen, en diegenen, welke haar ontmoeten, moesten haar daartegen beveiligen en haar niet daartoe ver, leiden. Als de graaf de l’Héris nog in leven was of als het huis nog zoo machtig was als vroeger, zoudt gij het dan gewaagd hebben, haar op zulk eane wijze te naderen Mijnheer I hij, die van ge schonken vertrouwen misbruik maakt, genotene gast vrijheid met ondank vergeldt, en van de onschuld, de argeloosheid en de weerloosheid van een jong meisje, die aan ieder man van eer heilig moesten zijn, gebruik tracht te maken, zou, al mocht bij ook zijn wie hij wilde, door den graaf de l’Hérig voor een lafhartigen schurk verklaard zijn I - Wilt gij geen medelijden mot mijn kind hebber, en het onge moeid laten «Zelden heb ik mij door woorden of vermaningen van een voornomen laten afbrengen, onverschillig of; dit op liefde, vermaak of eerzucht betrekking had - maar de woorden der oude Cazot maakten een zon derlingen indruk op mij, waartoe de eigenaardige stoutmoedigheid der spreekster zeker wol voel zal bijgedragen hebben. De innige liefde, die zij aan haar pleegkind toedroeg, zette aan hare woorden kracht en klem by, terwijl hare gebruinde gelaats trekken van zenuwachtigheid beefden en heeto tra nen langs hare ruwe wangen biggelden. Ik gevoeldu dat zij waarheid sprak, dat even zeker ais de nacht op den dag volgt verzadiging op mijne liefde voor Fiorella zou volgen, dat ik de genotene gastvrijheid slecht vergolden en de onschuld van het het Nouriseefoo’d» b'N heid, '™»ria zü eene som van de boterwet, 12 «Maar zij wilde niet uit den weg gaan. Met de handen op de borst gekruist en over al hare Isden bevende, keek «ij mij met vlammende blikken van onder hare borstelige wenkbrauwen aan. «Myuheer! ik begrijp u,” vervolgde zij. «Het geslacht der de l’Héris is vervallen en verarmd, en gij denkt daarom, dat men daaraan straffeloos smaad kan aandoen. Hoor my aan! Ik ben wel is waar oeue vrouw en oud, maar ik heb den graaf de l’Héris toen hij jaren geleden daar op zyn sterfbed lag, by God en de Heilige Maagd gezworen, dat ik het kind, hetwelk hij aan mijne zorg toevertrouwde, zoo ge trouw zou dienen, als mijne voorouders de zijne in oorloge- en vredestyd eeuwen lang gediend hebben, en dat ik het zelfs met mijne harteblood zou be schermen, zoo goed ik kon. Hoor mij aan! Om te voorkomen, dat gij Fiorella weder een woord in het oor fluistert, dat uwe lippen die van het meisje we der aanraken, on dat gij haar, die nu arm en mach teloos is, datgene zegt, wat gij aan eene rijke en machtige de l’Héris nooit zoudt gezegd hebben, wil ik haar verdedigen, evenals de arenden bij het Ade laarsnest hare jongen verdedigen. Slechts over mijn lyk zult gy weder tot haar doordringen!” «Zy sprak ia het patois, wel is waar met de be van 100 stuks per dag. Hy wilde nog bet uiterst mogelyke doen, en vroeg daarom 00ver- wjjld opgaaf van het fydstip, waarop, bjj een levering van 100 geweren daags, bet laatste honderdtal zou worden afgeleverd, in de verwachting dat bij een ernstig aanbod al het overige gereed lag. Hy was dan bereid na te gaan, of ’s lands belang meebracht den tyd van 6 maanden te verlengen. Daarop kwam ten slotte op 12 Aug. het antwoord, dat het syndicaat reeds aan de ver schillende inschrijvers bericht had dat hun inschrijvingen niet konden worden aangenomen en het zelf ontbonden wa«. De ontwerper was daarom niet meer by machte eenige aanbie ding te doen. De Minister voegt bij de uiteenzetting van deze zaak nog belangrijke gegevens over de fabriek te Steyr, aan wélke de levering is gegund. Die fabriek heeft 4 maanden van voorbereiding noodig en begint de levering van 95,000 wapenen voor Oorlog, Marine en Koloniën op 17 Febr. 1896 en levert de laatste af vóór 17 Jan. 1897, das in elf maanden. De onderstelde binnenlaudsch fabriek (100 per dag) zou beginnen 17 Aog. 1896 en de laatste leveren eerst na 17 Nov. 1899, dus in 3| jaar. Voor de 88,000 wapenen die nog voor vesting artillerie, schut tor jj-reser ve, enz. vereischt wor den, komen dan nog bij de fabriek te Steyr minder dan 9, bij de binnenlandsche meer dan 36 maanden.Een opbrepgst-vermogen van slechts 100 wapens per dag was dus volstrekt geen onverschillige zaak. De Minister zegt, dat hy - die meermalen toonde, dat hij alleen dan de leverantie aan bet buitenland afstaat, wanneer zij voor de binoenlaodsche nyverbeid niet behouden kan blyven het natunrlyk betreurt, dat groote sommen geld by de aanschaffing van nieuwe draagbare vuurwapenen en wat daarbjj he- boort naar het bnitenlaud zullen gaan. Wel blyven de contractkosten en de invoerrechten voor het binnenland behouden en zou ook de binnenlandscbe aanvrager zjjne werktuigen en materialen grootendeels uit het buitenland moeten hebben verkregen, maar het feit dat groote sommen aan arbeidsloon voor het eigen land verloren gaan, bljjft waar. Of de eventueele aandeel bunders der ont worpen maatschappij het terugnemen der aan bieding moeten betreuren en of deze het vei* tigen van eene wapenfabriek van eenig belang in het binnenland ten gevolge sou hebben ge had, zjjn echter geheel andere vragen. De Minister wjpt daartoe op een voorbeeld, dat veel overeenkomst heeft met de hier te laudo gedane pogingen. In 1888 werd de Kon. Hongaarsche Wa- De minister van oorlog heeft in zijn memorie van antwoord zeer uitvoerige en naar ons voorkomt - afdoende meedeelingen gedaan over de geschiedenis der gewerenleverantie. De tusschen 30 Juli en 12 Augustus gevoerde briefwisseling wordt daarby overgelegd. Daaruit blijkt, dat den Minister op 30 Juli door een (niet met name aaogeduid) gep. kapitein luitenant ter zee het aanbod werd gedaan, 52.000 geweren van 6.5 mM. kaliber in ons land te doen vervaardigen, met een gemiddelde productie van 100 stuks daags, waarmede 6 maanden na het sluiten der overeenkomst zou worden nangevangen, en wel door een Ned. Maatschappij met een kapitaal van 1 millioen gulden. Een verklaring van een syndicaat, dat zich gevormd had, was er bijgevoegd. De Minister wees 1 Aug. op het ontbreken van de onontbeerlijke gegevens omtrent do fabriek, het personeel en de werktuigen, en voegde er by, dat de aanmaak van 100 stuks per dag veel te gering Was. De fabriek te Steyr had in de le maand 5000, in de 2e 10.000, in de volgende maanden 15.000 toegezegd. De aanvrager verzocht daarna eerst opgaal van het minimum dat de minister per we k of per dag wilde geleverd hebben, en ver klaarde dat op 100 per dag gerekend was in verband met de cyfers door den Minister in officieele stukken genoemd. De Minister antwoordde 5 Aug. dat in de eerste plaats genoegzaam alle waarborgen van deugdelijkheid, door hem in de zitting van 14 Maart jl. gesteld, hy de aanbieding ont braken, en dat eerst in ‘s lands belang de le vensvatbaarheid van het aanbod moest blyken. Hy wees er tevens op, dat de cyfers, door bem vroeger genoemd, op een veel hooger productie vermogen wezen om nog in 1895 30,000 ge weren geleverd te krygen. By schryven van 7 Aug. trok daarop d* aanbieder zich terug, omdat »de opnieuw ge maakte berekeningen hem de volstrekte zeker heid hadden verschaft, dat de oprichting van een wapenfabriek met grooter productiever mogen dan 100 geweren per dag, voor hem crmogeljjk was.« Hij gaf dianzelfden dag daarvan kennis aan het syndicaat. De Minister, die wegens ambtsbezigheden by het ontvangen van dit sjbryven afwezig was, antwoordde nog op 10 Aug. dat bjj met groote teleurstelling had ontwaard, dat het uitstel van 6 maanden, door hem verleend om de bicnenland-ehe nijverheid gelegenheid te ge ven tot mededinging, geheel zonder vrucht was gebleven. Hjj kon niet weten dat het aan bod het eenige bij hem uit het binnenland ingekomen stond of viel mot de levering in bespeelde weeglyke gebaren en de heftigheid eonor vrouw uit het zuiden, en met eeno «enigszins ruwe welspre kendheid, maar toch lag er in hare stem, hoe onbe schaafd deze ook wezen mocht, een zeker pathos, en in haar geheele vosrkomon eene ruwe waardigheid, die haar juiat die hevjge opgewondenheid verkende. Ik maakte baar voor krankzinnig uit en zou haar op rijde geduwd hebben, als zy niet vlak voor mij was gaan staan en mijn arm zoo stevig omklemd gehouden had, dat ik zonder geweld te gebruiken, waarvan ik mij tegenover eene oude vrouw niet gaarne wilde bedienen, haar ónmogelijk voorbij kon komen. «Nog één woord, mynheerriep zij uit. «Ik weet niet, welken titel gy in uw vaderland draagt, maar ik heb eenige dagen geleden eene kroon op de punt van uw zakdoek gezien, en maak daaruit op, dat gij eeu groot heer zijt, wanneer gij het voor komen eu de houding ook hebt. Mijnheer! u staan vele vrouwen ton dienste, om ze te beminnenkunt gij deie eene niet ongemoeid laten? Gij hebt vele genietingen en vermaken in de wereld, waarin gij u beweegt: kunt gij mij dezen eenen schat nie^laten behouden? Bedenk eene, Mijnheer! wanneer Fio rella u nu reeds bemint, dan zal hare liefde met de jaren nog toenemenmaar gij zult haar moede wor den, naar afwisseling en naar andere sohoonen zoeken, gy «uit haar eerst veronachtzamen en dan verlaten. Wat zal dan het lot van het arme kind zijn? Be denk eens I Reeds nu hebt gij haar door uwe vleiende en verliefde woorden eene hevige smart berokkend, wilt gij haar nog eene grootere berokkenen Wat is uwe liefde, bij die mijner arme Fiorella vergele ken Wanneer gij een geweten hebt, dan kunt gij het niet wagen, beide met elkander te vergelyken; In de vergadering van de Kamer van Koop handel te Leiden, was o. a. aan de orde een adres van de gezamenlijke boterhandelaren en melkverkoopers, te dier stede en omstreken, houdende verzoek om betuiging van instem ming aan het door hen ingezonden adres aan den minister van waterstaat, handel en Njjver- 1, waarin zy aandringen op wyziging van de boterwet, in dien zin, dat voortaan onder de strafbepalingen dier wet ook zullen valle 1 de zoogenaamde potjesboeren, die volgens de bestaande wet alleen strafbaar zyn in de afle vering, en niet bij het ongedekte verroer van surrogaten van boter. By monde van den heer Rinkes Borger werd omtrent deze aangelegenheid een hoogst belang rijk rapport uitgebracht, waarby de rapporteur zich volkomen vereenigde met de strekking van het adres, maar op grond dat over deze zaak in 1894 reeds uitvoerig door de Tweede Kamer in denzelfden geest aan den betrokken minister was geadviseerd, voorstelde het adres van re- questranten thans niet te steunen. Na de verklaring van den heer Rinke< Borger dat de aandacht der regeering op wij ziging der wet gevestigd is en alsnu te gele gener tyd de zaak in nadere overweging kan worden genomen, werd besloten overeenkom stig het advies van den heer R. B. het adres der gezamenlijke boterhandelaren voor kennis geving aan te nemen. Jl. Zaterdag had een klein jongetje l«* Bergambacht het ongeluk achterover in een< wetering te vallen. Gelukkig dat een elf-ja- rige broeder in de nabyheid was, die kordaat midden in de wetering sprong en zyn broertj* het leven redde. Men meldt uit Nieuwer-Amstel dd. 4 Dec. Ter verkiezing van een lid der Provinciale voor het district Nieuwer-Amstel (»a cature-Ledeboer) zjjn uitgebraebt 1647 geldige stemmen. Herstemming moet plaats hebben tusschen den heer C. van der Bont (lib.) en den heer P. J. Raajjmakers (kath.) die respec tievelijk 542 en 629 stemmen op zich »er eenigden. Tn de dezer dagen in ’t koffiehuis van den heer W. J. v. d. Meer te Oudewater gehou den bestuursvergadering der Oudewatersche IJsclub zyn ingekomen de inschrijvingsbiljeiten voor de pacht van het buffet. De heer W. J. v. d. Meer schreef in voor eene som van f 50.55 «o de heef H. J. Konings voor eene som van f 41.50 per jaar. De pacht werd voor 5 jaar gegund aan eerstgenoemde als hoogste imebryver. Verden werden in deze vergadering herbe noemd als penningmeester de beer F, Jonker Ideoburg en als 2de secretaris de heer J. A. Vriesman. GODDA, 5 Beroepen by de Bergen-op-Zoom da. Haastrecht. Door wylen den heer P. Nourissé, te Huge overleden, ia t 1000. i l"i

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1895 | | pagina 1