DE ffl ffl LADY ADELAIDE. ERS, i Haag. os, 7EH BINNENLAND. TS Aiewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken, Vqjdag 31 Januari 1896. 34ste Jaargang. No. 6878. 1 ;ijb FEUILLETON IRVERIJ I Imstreken Expeller. Expeler, rr huisgezin Expelter. HEIt, •dam. n, Repareeren KILS. i van Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. den s ps (ForA rsrw^d). DUN k %—K teur der aan den kerk. te hier hare i verren van alsook alle H AR MO- recte im porta* LAGE ook rbljif K t KLEIWEG OUDE IMMER SS XJAV b(j: ERS Jz. van echtheid ia irk steeds voor naam der Firma E. üs geillua- ’Intaraal- en, dit te tegen Jicht, md, kortom renden tegen 25 de fleech. eken en by n. Markt A 144b ON, apotheker i Koning e Heer iZa Voor de getchillen bandeld 1 den naar de fd. I of geverfd londheid en C.Pirk gratie en •ij van alle Jng. ■I 1.1. GOHMIIE COURANT Met ingang van 12 Mei ie benoemd tot gouverneur van Surinam* Mr. W. Tonckenu JLz., lid van don Raad van bestuur eu goa- vernemeuts-secretaris. 34) Op een sehoonen Meimorgen hield eene lijkkoets voor het kasteel Dane stil. Die zwarte kleuren en rouwpluimen vormden een allertreurigst contrast met den helderen voorjaarsmorgen. De lijkkist werd van den wagen gebeurd en in de lykkamer van het kasteel nedergezet. Vreemdelingen die het kasteel bezochten vroegen altijd waarom men de kamer zoo gedoopt had. De eenige reden was dat die kamer aan de dooden was gewijd. Als er een lid van do familie Dane stierf, werd het lichaam tot den dag der begrafenis daar ais het ware openlijk ten toon gesteld. Iedereen werd tot die lijkschouwing toe gelaten. De lijkkamer werd alleeu tot dat dool gebruiktbet was eene kille, sombere, geheel ledige kamer, met steonen vloer en smalle vensters die men niet kon openen, en die zoo hoog van den grond waren dat de langste man er niet door naar buiten kon zien. Er bestond eene overlevering, volgens welke bij ieder sterfgeval van een lid der familie Dane, die vloer op sommige plaatsen, niet zoo ah bij vochtig weder geheel en ai, maar bij gedeelten uitsloeg. Veritandige lui dreven den spot met der- geltfke dwaze bygeloovigheid. De schragen wegien uit de kast te voorschyn ge haald, midden in de kamer gezet en do lykkist or ADVERTENTIES worden geplaatst 15 regels 4 50 Centen; iedere regel ineer 10 Centen, liroote letters worden berekend naar plaatsruimte. ile aangelanden belang hebben eu dat degene die voor de bevaarbaarheid van het vaarwater heeft te zorgan, geen belang heeft bij de boorden. De koninkljjke beslissing in deze zaak volgt later. De schragoi midden ’UNO’, uit n, in ruime De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs er drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Zooals reeds gemeld werd, heeft de recht bank te Rotterdam inv rjj heidestelling van Catharina Wilhelmina Hoogsteden gelast. Op welke gronden de rechtbank reden bad haar ontslaan, ie onbekend gebleven. Wanneer werkeljjk eene onschuldige 6 weken vai> vrjjheid beroofd is geworden, dient zy ten volle in hare eer hersteld te worden. De Rotterdamsche correspondent bad kort na hare invrijheidstelling een langdurig gesprek met haar. Volledigheidshalve geven wjj het geheele verhaal weder, waarvan echter enkele gedeelten reeds vroeger ter kennis van onz- lezers werd gebracht. Wat haar persoon betreft, kunnen wij ver melden dat hei een jeugdig vrouwtje is, onge veer 24 jaar oud, met zwart baar, een paar vrooljjke bruine kyker», een weinig geelachtig tintje in het gelaat. Zjj is zeer vrooljjk van aard en een tenger figuurtje. Op Zondagmorgen, aldus d elde zy ons med>* hielden voor de woning van baar gehuwden Gisteren bad te Moordrecht in alle eenvoud plaats de teraardebestelling van een der oudste en meest geachte inwoner aldaar, Mr. C. van Vollenhoven, die den 26en dezer, op ruim 86jarigen ouderdom was overleden. Bjjna bet derde eener eeuw stond de over ledene aan het hoofd dier gemeente, welker belangen door hem met volle toewijding en met strikte rechtvaardigheid en onpartijdigheid werden behartigd. Mr. Van Vollenhoven was lid van de pro vinciale Staten, voor Rotterdam, en twintig jaar lang lid van Gedeputeerde States van Zuid-Holland. De gpmt en te raad bracht, door het volgen van den Ijjkstoet naar de begraafplaats, stille hulde aan de nagedachtenis van den man die hier niet licht zal vergeten worden. Aan het graf werd niet gesproken. De zoon dankte ook namens moeder en zusters, alle aanwezigen voor de laatste eer aan zjjn onvsrgetelyken vader bewezen. De leden van de Eerste Kamer der Staten- Generaal zjjn thans tot hervatting der werk zaamheden byeen geroepen tegen aanstaanden Maandag, 3 Februari, des middags te half drie. op geplaatst. Lord Dane word in zijn stoel naar binneu gerold en Lady Dane volgde hem langzaam. Beiden hadden groole moeite om zich bedaard te houden totdat zij alleen zouden zijn en aan hunne smart den vrjjen teugel konden geven. Er weren een paar bedienden aanwezig en eenige werklieden die men besteld had om de kist te openen. Zoodro Wilkens bespeurde wat men voornemens was te doen, trad hij vooruit, wenkte <)e werklieden om terug te gaan, en sprak Lord Dane aldus aan Mylord, verschoon mij dat ik zoo vry ben u te vragen of het wel raadzaam ia om du kist te openen. Uw zoon is aan eene besmettelijke koorts gestorven, en zou het niet gevaarlijk kunnen zijn om die pestlucht in te ademen. Deze woorden maakten een onaangetiamen indruk óp alle aanwezigen, en eenige van hen traden onwil lekeurig achteruit. Lord Dane bedacht zich een oogenblik, maar zeide toen Ik vree* de besmetting niet. Degenen <li<j er bang voor zjjn kunnen heengaan; maar ik ben er op gesteld om het laatste overschot van mijn zoon te aanschouwen. Het is meer dan eens gebeurd dat men oen ander lichaam in de plaats stelde van dat van dengeoe die men beweerde dat overleden was. Wilkins keerde zich verbaasd en met tranen in de oogeu tot Ifprd Dane. Mylord, is het mogelijk dat gij kunt veronder stellen Denkt niet, Wilkins, viel hem Lord Dane in de rede, dat ik u verdenk. Dat is zelfs niet bij mij opgekomen. Maar, er bestaat een onderscheid tus- schen innerlijke overtuiging, en feitelijk aanschouwen. Ik betwjjtel geentins dat het overschot van myn broeder in de Sint-Mariastraat, by wien zij met haar eenig kind, een knaapje, verl houdt, drie rjjtuig u stil, waardoor eene niet geringe emotie in de stille straat veroorzaakt werd. Ambtenaren der justitie en politie traden naar binnen, hielden een zeer uitgebreide huis zoeking en een bevelschrift werd voorgelezen, waariu hare inhechtenisneming vermeld stond Zjj nam het in den aan vang nog zoo heel ernstig niet op, in den waan verkeerende, dat zjj wederom verboord moest worden om in lichtingen omtrent Van Berkel te geven. Zjj zette daarom haar kind van de armen en sprak het bemoedigend toe, dat moeder straks weer terug kwam. IntuMchen gingen de rechercheurs jjverig voort met zoeken, geen stuk bleef op zjjn plaats en ten slotto namen zij eenige brieven, die thans nog in handen der justitie zyti, mede. Catharina Hoogsteden stapte, vergezeld van twee inspecteurs van politie, in een der ge* staande rytuigen, zonder nog juist het doel van den tocht te weten. Gedurende den rit drongen de inspecteurs up eenige bekentenis bij haar aan, die wellicht tot de ontdekking van de mis daad konde leiden zy raadden baar bet beste. Het was echter onmogeljjk meerdere licht punten in deze zaak te geven, clan zjj reeds vroeger bjj den hoofdcommivsaris gedaan had. Toen het rjjtuig de Schiekade passeerde, be greep zij alras dat men haar naar de strafge vangenis aan den Noordsingel transporteerde Zjj gaf daarover hare groote verontwaardiging te kennen, wyl er geene bewyzen van eeniar medepliohtigbeid volgens bare meaning waren. In de strafgevangenis aangekomen, werd zij onmiddelljjk naar een der cellen overgebracht. Hierover allesbehalve gesticht, Verzocht zjj den rechter-commissaris te spreken, waarop ZEd «ersclreen, aan wien zjj opnieuw hare veront waardiging uitte. Gedurende ITare gevangenschap werd Catha rina Hoogsteden viermaal in verboor genomen door den rechter-commissaris. Deze verschil lende verbooren kwamen op hetzelfde neer. Aan Catharina Hoogsteden bleek uit de ver hooren, dat men haar van de brieven*cbrjjverjj verdacht, wyl haar handschrift veel gelykenin met de brieven had. In tegenwoordigheid van e?n tweetal sc riftkundigen moest zij de brieven overachryven, meermalen op v> rschillende tijd stippen, en kwam men tot het resultaat, dat zy werlieljjk veel «pljjkenis hadden mot het briefje, waariu stond Willem beken maar, ik kun het □iet langer uithouden Nu echter de justitie vrj] zeker van hare onschuld overtuigd is, zou dan hier misschien aan moedwillig^ schriftnabootsing, ten einde de lieven zoon Geoffry in de kist list, maar toch wensen ik het met eigen oogon te zien (lij kunt allen heen gaan, zeide hij eenigzins kortaf tot de bedienden en zich tot de werklieden richleudo voegde hij er l^j: verricht gij gw plicht. Zou het niet verstan diger zijn dat gij u ook verwijderdet? Deze laatste vraag was tot Lady Dane gericht. Zij wenkte ont kennend en bleef. Het duurde een geruimen tijd eer rnen zoover was dat men de kist kor. openen, want het soldeersel moest losgemaakt worden, maar eindelijk was men daartoe in staat. Behalve Bruff hadden alle dienst boden de kamer Vurlaieu. Lord Daie zag hem vragend uau. Ik vrees niets, Mylord. Vergun mij om het laatste overschot tan den armen mijnheer Gooffry te zien. Ja, het waf Oeoffry Oano en hij wm minder veranderd dan men zou hebben kunnen verwachten. Kik der aanwezigen sloeg nog eenmaal oen langen ontroerden blik op don dood», de nu kinderlooze moeder bedwong met moeite haar snikken, en de kist werd voor altyd gesloten. Daarna verlieten zy het vertrek, en word ieder die sulks wenachte in de ka mer toegelaten. Dien nacht bad er eene onaangename opschudding in bet kasteel plaats, die aanleiding gaf tot een al- gessuenen schrik. Sophie had sedert eenige weken, vooral des nachts veel last van hoesten. Zij gebruikte daartegen een verzachtenden drank, dien zij van krui den bereidde en tleane noemde; aio zij naar bed ging nam zy die thee, aft tyd mee naar boven, maar dien nacht vergat zij bare kruiden of eigenlijk durfde zij niet recht naar 'beneden gaan om ze te halen want nu ar md lijk in huis was, was zij even als GOUDA, 30 Januari 1896. Door Burgemeester en Wethouders is tyde- lijk de waarneming der bètrekkiog van direc- Algemeene Begraafplaats opgedragen beer H. Kleyweg, koetur der St. Jans- Te Weert is de vorige week een vrouw be graven, die, naar men meende, 94 jaar oud wa«. Tl'atis ia echter uit de regiat-ra van do andero dienstboden huiverig om door du lango gaanderyon te gaan. Zij was laat bij freule Adelaide gebleven, en zij wist dat de dienstboden allen naar bed waren. Maar wat zij ook deed, zy kou den slaap maar niet vatten. Haar boost kwelde haar nog meer dan gewoonlijk, zoodat zij ten laatste on geduldig begon te worden en besloot om den angst voor spoken en eenzame gaanderijen op zy Ce zetten, en hare tisane te gaan halen. Zij sloeg een doek om, en ging moedig met een lampje in de hand naar beneden. Hare slaapkamer was naast die van freule Adelaide, zoodat ay de grooten trap af moest, den langen donkeren ateeneu gang door, en de lijkkamer voorbij. Bopbio zou zich bij helder daglicht geschaamd hebben om te bekennen hou zij beefde, b'e haar bart bonsde, en h zij het kippevel kreeg toen zij roofbij de deur ren de dood- kamer snelde. Niettegenstaande zy stoutweg aan freule Adelaide verklaard bid dat zij niet aan apoken geloofde, ging bet haar zoo «la de meeste fransche vrouwen van baa; stand en ik geloof dat het by deze meer dan Ihj Eogelube vrouwen bet geval ie en had zij een hygeloovigen angst voor doodsn. Maar, er is een oud spreekwoord dat zegthoe meer haast, hoe minder spoed, en dit moest de arme Sophie ook weder onderrindon. want in de haast rt-rloor zij vlak voor de zoozeJ gevreesde deur een haisr pantoffels. Met een half geamporde kreet van doods angst dat zij juist daar werd> opgehoudun, greep Sophie hemop, en ijlde zonder stil te staan om hem weder aan te trekken, voort. au bespeelde aandacht van een ander af leideu, of aan touvul gedacht moeten worden. Ook was de arrestatie geschied, wyl de justi tie in den waan verkeerde, dat ay lang niet alles verteld bad wat zy van Willem van Berkel wist. Daar zy van Berkel reads uit haar jeugd kent, gaf Catharina Hoogsteden een uitvoerig verhaal omtrent zyn levensloop, en ook van het gesprek dat tij den avond van de var- vermissing vau den 10 jarigen Hoogsteden met Van Berkel gehad heeft, in wious tegenwoor digheid zy gezieu was. Niet een enkelen keer heeft Cath. Hoog steden Van Berkel te zien gekrf*gen, alleen ▼arnatn zy omtrent hem, dat by geregeld de godsdienstoefeningen bywoonde en door gees telijken bezocht werd ook C. Hoogstellen ont ving op haar verzoek van eene geestelijke be zoek. Behalve met de schriftkundigen werd zy met niemand geconfronteerd en kwamen dan ook gedurende bare gevangenschap geen nieuwe lichtpunten in deze treurige zuak. Aan den rechter vau instructie verzocht zy van tyd tot tyd haar kind te mogen zien, hetgeen geschiedde door tuKschenkomst van de directrice der gevangenis, die haar kind in de cel brachtook mocht zjj later bezoek van huar zuster die te Schiedam woonachtig is ont vangen, evenzoo was baar als Vau Berkel verguud brieveu aan de familie te schryven. Wat haar verblyf in de gevangenis betreft, is zy, uitgezonderd de cellulaire opsluiting in een gev one cel eu hot gevangenis-roggebrood vol lof over de vriéndelijke bejegening van de zyde der directrice eu der ondergeschikte be ambten, en droug zjj er ten zeerste by onzen correspondent op aan dit door middel *an dit blad wereldkundig te maken eu lof toe te kannen wuar ifie werkeljjk verdiend wordt. Des avonds te zes uur bereikte het bevel- velschrift tot hare invrjjheids’telling den direc teur der aevaugenis, en werd het officiueh* stuk door een ambtenaar voorgelezen, waarna ten 7 uur de gevangenisdeuren voor baar ge opend werden. Catharina Hoogsteden begaf zich na hare iuvrjjheidsstelling naar haa.r snater te Schie dam, alwaar 1 ok haar kindje ijjdens hare afwezigheid verpleegd was. (Telegraaf.) toom n van Raad van State, afdeeling voor van bestuur, werd gisteren be- bet geschil tusschen den Raad der gemeente Gouda un Gedeputeerde Staten van Zuid-HoHand over het onderhoud van de boor den der Turfsirgelgracht, deel uitmakende van de Buitengonwe. Een uitvoerig verslag over deze zaak werd uitgebracht door den etaatstaad mr. De Nerée van Babberich. De gemeente Gouda was van meaning, dat by de overneming door de provincie van het onderhoud van het vaarwater de Buitengouwe ombegrepen waren de boorden van dat vaarwater als zjjnde de daarbjj behoorende werken, terwjjl Ged. Staten als verplichting van de provincie alleen erken den het op beboorljjke diepte houden van hef raarwater. Ter toelichting van de meening van Gouda trad op mr. J. D. Veegens, die de juistheid van die meening trachtte aan te toonen op grond van het spraakgebruik der Provinciale Staten by de behandeling dezer zaak *an de geheele geschiedenis vau bet tot stand komen der betrekkelyke overeenkomst vap 1894 en van begrootingen door de Staten te dezer zake opgemaakt. C’it dat alles bleek z. i. duidelyk dat de boorden van hel vaarwater als onder- deelen daarvan moesten onderhouden worden vnor rekening van de provincie. Gemachtigde concludeerde dat de Raad van State aan Hare Majesteit zou adviseeren te beslissen, dut de provincie sedert 1 Januari 1895 met het be heer eu onderhoud iu den door hem bedoelden zin is belast. Voor Ged. Staten trad op mr. W. Thor- becke, landsadvocaat, die betoogde, dat de ver plichting, omtrent de bedoelde beschoeiings- werken niet tot het onderhoud van het vaar water behoort, omdat de overeenkomst zich daarover niet uitlaat en men tea deze alleen met de overeenkomst te doen heeft, wyl deze bestemd is om alle na te komen verplichtingen uit te drukken, zoodat ook een beroep op andere stukken of op omstandigheden niet in aanmerking mag komen. Voorts verdedigde mr. Thorbecke de sienswyze van Ged. Staten ook op grond biervau, dat bjj het behoorlyk onderhoud van de boorden van het water alleen DU

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1896 | | pagina 1