DE EED ffl LADY ADELAIDE, t j BINNENLAND. A Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken, Woensdag 1 April 1896. No. 6930. 34sle Jaargang. ’I It. eL o .fl FEUILLETON I? !S ro- het il IS ft van Inzending van Advertentiën tot 1 uur deg midd. 1 tangsche vorsteufamilie sehijnt vermaagschapt E heel 4 L (JForit "rul/i) i i i De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. pöt- wa- De heer W. F. H. van Amerom, assistent- resident van Sampang, is eervol ontslagen uit zjjne betrekking. UTRECHT Met dezea mtagter* boter, laug r in ct, weg ie er. en on blijft 3US- I Ct-, prima r ran gei lt. tMl IW- irto en- asr tos tfS- ffi elk liOIINIIi: COÜBOT rt- n “X as id - 4 7 en helder De controleur Westenenk beeft Raden Pakoe gevangen genomen. Dit telegram heeft betrekking op de vroe ger vermelde onlusten in Sintang, in de Wester- afdeeling van Borneo. Aan de >Javabode< ontleenden wij over deze taak vroeger reeds het vo'gende, dat wij thans ter wille van onze lezers herbalen Raden Pakoe ia iemand, die mei de Sin- Uit Amsterdam meldt men Zaterdagmiddag liet iemand een partytje ruwe diamanten, door hem als aangeteekend pakket in het postkantoor ontvangen, op een tafel in dat kantoor liggen. Bij zyne terugkomst waren de steentjes ver dwenen, Het bleek echter, dat de diamanten op den grond waren gevallen. De zaalwacbtsr beeft door zorgvuldig aanvegen van het vuil aanstonds het grootste deel aan den rechtheb bende kunnen teruggeven. Later vond hy nog 6 steentjes, die hy te zyner beschikking in bewaring nam. Uit Boskoop wordt gemeld Uit het onderzoek van de fundatie van den toren is gebleken dat deze geheel onvoldoende is voor den wederopbouw, zoodat de toren ge heel moet afgebroken worden, wat eene meer dere uitgaaf van p.m. f 7OOO2«al vorderen. ADVERTENTIEN worden geplaatst 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. - Biloel en de linie) zyn om- Wjj ontvingen onder dagteekening vau haden van onzen correspondent te Batavia nog het volgend telegram: GOUDA, 31 Maar, 1896. Zondag hield de Proviafriale Vereeniging vaq gemeenteambtenaren in Zuid* Holland eene algemeendl vergadering alhier, onder voorzitter schap van den beer van Franck, ambtenaar ter, gemeentesecretarie te ’s Gravenhage. Op voorstel van het bestuur werd besloten tot toelating van gemeentesecretarissen en ont vangers en werden de dientengevolge noodza- kelyk geworden wyzigingen in het reglement aangebracht. Door den heer M. Geljjnk ambtenaar ter gemeentesecretarie te Waddinxveen, werd eene lezing gehouden over huwelijksafkondigingen. Er werd bepaald, dat de yolgende algemene vergadering in Juni te ’s Gravenhage zal wor den gehouden. juffrouw Ravensbird met eene man roepen. Ravensbird spoedde lamer waar zijne vrouw was, en riep zijne plaats achter de toonbank te nd in de kamer men een kandelaar is op sing van elf uur. O, Richard, laat hen van naoht om ’s hamels wil zoo lang blijven als zij lust hebben, smeekte Sophie. Als er gevaar is bon ik veel liever in groot gezelschap dan alleen, en ik geloof niet dat ik in zulk een weder naar bed durf gaan. Durft gij niet naar bed gaan herhaalde Ra vensbird, verwonderd. Komaan, Sophie, wat deert jeP Men slaapt nooit beter dan in stormachtig weder. Ik heb sedert ik hier woon nooit zulk een storm beleefd, hernam Sophie, die altijd het laatste woord had. Ik voor mij wenschte dat zij tot morgen vroeg in de gelagkamer bleven, Ravensbird keerde naar de gelagkamer terug, en zeide dat het elf uur was. Maar zij schenen geen lust te hebben om heen te gaan, en hetzij het ge huil van den wind, of do invloed van do woorden zyner vrouw hem toogevonder stemde, Ravensbird, die er anders op stond dat zijn buis om elf uur ge sloten was, liet versche ale tappen. De meid was juist aan het schonken, loon er een nieuwe klant binnen kwam. Het was kommies Mitchel. Hy nam zijne geoliede muts af, en ging zitten. Wel, Mitchelheeft de wind je hierheen ge blazen? waren de woorden waarmede Bavonsbird hem begroette. Ik dacht dat je van naoht de wacht had. De wind was zoo hevig dat ik niet op wacht kon blijven, mynheer Ravensbird, dus in zekeren zin hobt gij gelijk dnt de wind mij hiorheen heeft gedreven, hernam Mitchel. Ik zag door de reten van de luiken dat hier nog licht aan was. Het is een vreeselijke nacht. lu de Maandagavond te Haastrecht gehouden vergadering van het Nut word tot afgevaar digde naar de alg. vergadering te Amsterdam gekozen de heer J. C. Muller. Verder werden herkozen tot directeuren der Spaarbank de heeren Mr. T. P. C. Virnly en J. C. Muller en gekozen tot commissie voor bet nazien der rekening van de directeuren der Spaarbank de heeren P. C. den Hartog en D. Verkerk. Na de wetiharziaAing werdea nog gekozen de heeren J. Koeman en F. Deterding om de bibliotheek der vereeniging na te zien. Een zeer klein aantal leden woonde de ver gadering by. Aangaande de werkstaking der glasalypers te Maastricht wordt ons van daar nader ge schreven: Zaterdag was door de directie der fabriek asngekondigd, dat voortaan eenige glazen eene nadere bewerking zouden moeten ondergaan, omdat slechte afwerking van dit artikel door de glasslijpers zulka noodzakelyk maakte. Ten gevolge van deze aankondiging werd gisteren ochtend door eene deputatie uit de glasslypers eene verhooging van 20 pet. loon voor de bewuste glazen gevorderd. Daar dis werd geweigerd, gingen 138 glasslypers onmiddellyk tot staking over. Er zijn thans nog 62 slypers aan het werk. jij je weddingschap verliezen, Maria, was een lang tenger man. Drake is, zoo als je weet, klein en gebrekkig. Kastelein, je vrouw roept je. Men hoorde nu benauwde stem haar zich naar de zijki de meid om in komen. Sohie stond in de haud. Ravensbird, zeide zij, ik bon boven gewoost ou ik verklaar je dat ik het er niot kan uithouden. Het huis dreunt alsof het in zal storten. Het huis zal zoo ligt niet instorten, antwoordde Ravensbird. Het heeft aan meer dan een storm weêrstand geboden. Maar ik geloof niet dat wij ooit zulk oen he- vigeu storm beleefd hebben. Luister eens I Zij hoefde zoo dat hot haar moeite kostte om staande te blijven. Hoewel Ravensbird somtijds wel eens gemelyk was, zoo was hy toch over het geheel een goed echtgenoot; hy nam haar den kandelaar af on raadde haar te gaan zitten daarop nam hij zelf ook een stoel en schoof dien dicht by den haren. Kort daarop kwam de meid binuen. Mynheer, men vraagt om meer ale in de ge lagkamer, zeide zjj. Mag ik nog meer geven? Het te zyu en in vroeger tyl aan het gouverne ment verschillende diensten heeft bewezen. Desniettemin stond hij by het binnenlandse!) bestuur niet erg goed geboekt, en was by met den Panembahan vin Sintang minder wel. Hy werd waarom is ons niet bekend, door den resident Tromp te Pontianak geïnterneerd en onder toezicht gestold, terwijl zijn vrouw en kinderen te Sintang bleven met verplichting voor den Panembahan aan ben een som van I 15 's naaands uit te betalen. Eenige maan den geleden vroeg en verkreeg Raden Pakoe - Siutang om zyu familie te bezoeken daar, dat de Panembahan zyn ver niet was nagekomen, zoodat zyne naar haar negorij aan de Melawi was was het niet, dat hij haar aan den controleur liet was terug te ko- Zondagmiddag is in een te Utrecht gehouden vergadering van het personeel der voormalige Nedarlandsche Rbya-Spoorwegmaatschappy be sloten over te gaan tot oprichting van een vereeniging, waaraan zal verbonden worden een ondersteuningsfonds. Tot deze vereeniging zullen kunnen toetreden alleen werklieden, die in dienst zijn geweest by genoemde Maatschappij. De vereeniging zal zich uitstrekken over al de plaatsen, waar personeel is gevestigd. 86) Het was dezelfde toonbank waarachter eens de heer Hawthorne stond toen hij het koperen sehep- bord van schrik op den grond liet vallen, omdat Ravensbird zijn hoofd boven het beschot uitstak. Het beschot was er nog, maar het was nu veel grooter; het reikte van het eena eind der kamer tot het andere, en liet de deur van de binnenkamer alleen vry. Het was eene groote verborering, en men kon zich geen vroolijker gelagkamer dan die van Zee mansrust, met hare blinkende meubels knappend vuurtje voorstellen. De spreker had zich tot Ravensbird gewond, maar deze antwoordde niet. Hij had juist een glas ale aan een zijner klanten toegereikt, en zag het geld na dat hij terug ontving. Zeg eens, kastelein, weet gij ook hoe het met Cattley is? herhaalde de spreker, een visschsr die Maria heette. Ik weet niets van Cattley af, was het korte niet teer beleefde antwoord van den heer Ravensbird; en naar zijn toon te oordeelen beviel dit onderwerp den waard niet. Ik bemoei my nooit met eans anderman’a zaken. - Dat is zooveel gezegd als dat ik dit wel doe, seide Maria, op vroolyken toon, Maar mij dunkt dat het vrij natuurlijk is dat ik vraag hoe het een half dooden man gaat. Toen ik drie dagen geleden van wal stak, was hij door den dokter opgegeven. Jij hebt het met je boot hard te verantwoor den gehad 1 bracht een commies die daar zat in het midden. Ik had van middag de wacht en heb het gezien. Ja, wel mag je dat zoggen riep Marls uit. Ik ben nooit in zulk een storm uit geweest, de wind joog ons tegen de kust aan. Ik kan verzekeren dat wij de grootste moeite ter wereld hebben gehad om niet tegen eene klip te stooten, maar de haven bin nen te loopen. Weet hier niemand hoe het met Cattley is? Cattley is beter, antwoordde er een die bij het vuur zat. De zaak is in handen der politie, en hij heeft betjhard te verantwoorden. Men wil hem nood zaken om te zweren dat Beecher en Tom Long onder de aanvallers waren, maar Cattley durft er geen eed op doen, niettegenstaande hij overtuigd is dat zij beiden tot de bende behoorden. De oude Beecher is met veel misbaar komen aanzettou en heeft ge zworen dat zijn zoon op dat uur te bed lag. Niemand wilde den ouden Beecher op zijn t^oord gelooven, maar er bestaan geene afdoende bewijzen tegen hem, want Cattley kon niet zweren. Mylord trekt zich de zaak zeer aan, en men zegt dat hij het er niet by zal laten rusten en dat hij nu even streng zal worden als hij vroeger toegeiend was. Hij heeft aan den ouden Beecher gezegd, dat hy geen geloof sloeg aan zijne oeden, en dat het hem speet dat het getuigenis niet vollediger was. Hebben zij den derde gevat P vfoeg een ander tiucher. Er was immers ook een derde, niet waar? verlof naar en bevond plichtingen vrouw vertrokken. Vreemd achterna reisde en weten, dat hy niot van zins men. Hy schynt aan de Melawi veel invloed te hebben, zoodat twee groote Dajaksche stam men zyn party hebben gekozen en in vollen opstand zjjn. De resident van Sintang terugkomende, wilde er 25 man heenzenden, maar het gevolg van een overleg met het militair commando was, dat er ten spoedigste 75 man ging n met een veldHukje. Behalve de resident en majoor la Feber gingen mee kapitein Prakken van Sin tang, luitenant Van Teyti en dr. Tamson van «Pontianak. Intusschen bleek het al heel gauw, dat er meer los was dan men dacht, zoodat berhaal- dely'k versterking gevraagd werd. In het begin dezer maand (Februari) waren er zoowat 250 man, met 1 majoor, 1 kapitein, 5 luitenants (w. o. 1 v. d. artillerie) en 1 dokter, en den 9en zouden er weer 25 man en eenige officie ren heengaan, benevens 100 kettinggangers. Ook zyu onze vroegere vyandeo, de Tebidab- Dajaks, door den resident opgeroepen om ouder den controleur Westenenk als hulptroepen dienst te doen. Volgens het algemeen gevcelen te Pontianak is de toestand alles behalve mooi. Het is kwaad vechten in een rimboe als die van Borneo, vooral als de vijand zich rükwarts konzentriertMen schijnt nu overal posten te willen opstellen om den boel daardoor in te sluiten. De controleur zal waarschyolyk de oustrekkende beweging moeten uitvoeren. Het succes is echter nog alles behalve verzekerd. De grootste geheimzinnigheid wordt door alle autoriteiten in acht genomen. Ja, dal beweert men. Cattley meent dat hij op” «enigen afstand iemand zag staan, zeker om de wacht te houden. Dat was stellig Drake, zeide Marls. Hij is een echte smokkelaar en een onbeschaamde stroopor. Ik zou er eens kroon om durven verwedden dat het Drake was. - Dan zou De derde De brillants ypersknechtenvoreeniging Stre ven naar Verbetering*, te Amsterdam, eene afdeeling van den A. N. D. B., heeft in de eergisteren gehouden vergadering «besloten, zoo noodig, baar geheele kas ter beschikking te stellen van de bondskas, om daardoor de kans op overwinning voor de stakende roosjesslypers en verstellers nog la versterken. Door de ruime opbrengst der collecte op de Woensdagavond gehouden Bondsvergadering is het hoofdcomité iu s aat gesteld den stakers met het oog op bot Israëlietisch Paaschfeest eeue extra uitkeering van f 1 te geven. >Het Bataviasch Nieuwsblad meldt: Toeko Djohan is naar den vyand overge- loopen. Do forten Biloel en Lamkoengit zyn omsingeld. De telefoon is vernield. De ver wikkelingen in de omgevieg ven Kota-Radja zijn vermeerderd. Drie bataljons zyn uitgerukt. Deze verontrustende tijdingen geven hun gelijk, die steeds volgebouden hebben, dat men Toeko Djohau niet kon vertrouwen. De forten Biloel en Lamkoengit zyu twee van de zuidelykste, tydelyk door ons bezette posten. Hartelyk hopen wy, dat volgende beriebten vao een gunstig verloop van deze^aak mogen gewagen. >(N. R. Ct.)« Een later door het »N. v. d. D. ontvangen telegram luidt: De geruchten worden bevestigd. Lamkoenjit (ten zuiden van singeld. De gemeenschap per telephoon tusseben de posten is verbroken. Het 12e bataljon marcheerde gisteren naar Lampeneroei. Twee militairen zyn gewond, waarvan een sedert overleden. Men schrijft uit Utrecht De Palmpaardonmarkt aan de Bilt was, wat zjj al sinds jaren was, geen paardenmarkt meer I Toch bewogen zich ook weder als van ouds en in weerwil van den kouden wind duizenden wandelaars op deu straatweg tusschen hier en het dorp en was er iu de stad geen rytuig meer te krijgen. Dientengevolge was het deu geheelen middag buitengewoon levendig op den Biltschen straatweg en toen tegen een uur of half drie, na afloop der vergadering van den A, N. W. B., honderdo wielrjjders tusseben de menigte kwamen doordringen, was het er dikwjjls recht vroolijk. De cafés langs den straatweg en in het dorp waren natuurlijk druk bezocht en ofschoon de weervoorspelling van dr. Falb nu niet geheel is üitgëkomen, was het toch Voor velen giste ren een kritieke* dag. Muziek mag er, zooals men weet, Zondags aan de Bilt niet gemaakt worden, maar toch was er een rytuig met Duitsche broeders, die in particuliere gelegenheden hunne wangen tot een ontzaglijke dikte opbliezen en door hun volhardend getoeter de vroolykheid gaande hielden. In de stad was van de Biltsche markt niet veel merkbaar. Alleen aan de veestallen op d«n Leidschen weg was reeds veel drukte. Daar werd gedraafd en gemonsterd en handel gedreven en werden önophoudelyk van buiten af met de spoorwegen aangebrachte paarden ter stal gebracht, en daar zijn reeds zoovele buitenlandsche kooplieden aanwezig dat men tegen morgen, Maandag, een zeer drukke markt verwachtep mag.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1896 | | pagina 1