No. 7071. 35 ste Jaargang. en. BINNENLAND. Woensdag 16 September 1896. >AM. i.k. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. WASEWSTKÏW. G, Gouda. FEUILLETON. iaat. Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. (>N. R. Ct.«) ron. deer de LE V.D mde- S 1 Bij het departement van Koloniën ia ont- I der reep. iratlon ae mz. enz. (JFortii vvrwlgd). ■n aange- met twee genoemde en, bij de rgwal 77, paaronder igedierte. en ander puteriën, iw-artike- ier om, ken en De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. nïnff fWbrlcatle ruiker van zondor smaak, 2 Kg. 3 van tarwe ar in s van 2 ot. onver- gebak, «•ijs jes in ie national épöt- wa- 1. wordt liuur, folie on (ilHIlMHE COURANT land en brengen sche en ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. GOUDA, 15 September 1896. De >Sict.« (No. 217) bevat o.a. de statuten der volgende vereeniging: sVeraeniging voor Christelijk nationaal onderwijs alhier (wijziging in de statuten). Naar wij vernemen, is de gevangenisstraf, waartoe een koopman te Schoonhoven door bet gerechtshof in Den Haag was veroordeeld we gens poging tot omkooping bij een gemeente raadsverkiezing, by kon. besluit veranderd in eene geldboete van f 2000. Namens den vader verzoekt de commissaris van politie in de 4e afd. te 'sGravenhage op sporing, aanhouding en bericht, van: E. B., 20 jaren, zeer lang, gestalte Rink en zwaar, hoog voorhoofd, baar en wenkbr. rossig, oogen blauw, neus en mond gewoon, lippen dik, tanden gaaf, kin rond, kneveltje, aange zicht rond, kleur gezond, gekleed met donker fantasie pak en dito fantasiohoed. Hij heeft eenige dagen geleden de ouderljjke woning ver laten. Vermoeden van zelfmoord is niet uit gesloten. By de oefening der schuttery te Amersfoort wekte de verschyning van een schutter in uniform op zwarte klompen niet weinig vroo- lykheid bij de omstanders De waarnemende commandant maakte daaraan echter spoedig een einde, door den man meer dan twee uur geheel alleen op de binnenplaats van bet bureau der schuttery te laten strafexerceeren, eene liefhebberij, die den dapperen landsverdediger zeker wel niet zal uitlokken om ziju Rauwe aardigheid te herhalen. ieder nog in diepen slaap lag, in oen hotel tan don tweeden rang aan de Leuvebaven. De in specteur.rechercheur J.H. v. Bensekom, hiermede door den hoofdcommissaris van politie belast, begaf zich, in dat hotel gekomen, onmiddellyk naar de slaapkamer der vreemdelingen, die, geen achterdocht hebbende, de deur niet ge sloten hadden on restig lagen te slapen. In bun slaap overvallen, wisten zy toch nog eenige correspondentie te verscheuren, doch do tyd om die ie vernietigen’ontbrak. Van verweer was geen sprake door een viertal rechercheurs werd dit belet. Zy werden terstond geboeid. Nu ving het onderzoek van de slaapkamer aan. Eene gansche correspondentie werd in beslag genomea en tal van verdachte voor werpen werden gevonden. Dynamietbommen, 12 in getal en van een geheel nieuwe vinding, op het vasteland van Europa nog onbekend, werden onder hunne hoofdkussens en uit hunne zakken te voorschijn gehaald. Deze bommen, uit koper vervaardigd, hebben den vorm van een kraan, die men, als zy geladen zyn, kan afsluiten, zoodat zy voor den drager geen ge vaar opleveren. Eene met dynamiet gevulde percussie wordt in een opening, zich in een der uiteinden bevindende, aangobraoht. Dit maaksel is waartcbynlyk Amerikaansch. Zeer voorzichtig werd eeu en ander bijeen gegaard en naar den hoofdcommissaris gebracht, die persoonlyk do zaak leidt en voor wien ook de beide aangehoudenen gebracht werden. Het zyn twee mannen van den leeftyd van 31 en 41 jatr. Zy zeggen Amerikaansch burger te zyn, doch hebban daarvoor geen bewjjzen, terwyl ook geen waarde kan gehecht worden aan de opguven dien zy doen van nunne namen, daar die opgaven ge hooi in stryd zyn met de namen, in de gevonden correspondenties vervat. Zy waren ruim van geld voorzien. Hunne hngege, die nog niet herwaarts gekomen was, is te Antwerpen aangehouden. Men is te weten gekomen, dat zy by de N. A. 8. M. informatie hebben genomen naar bet eerstvolgend vertrek van de booten dier maatschappij naar Amerika. Thans bevindt zich de oudste hunner onder strenge bewaking aan het politiebureau in de Lange Torenstraat, waar hem het bekende kamertje is ingeruimd waar ook de bankier Bingen vertoefde. De jongste is in het hnis van bewaring op de Korte Hoogstraat onder gebracht. Men moest hen scheiden, omdat het onmogelyk is ia deze gevangenis twee lieden zoodanig op te bergen, dat zij niet met elkaar kunnen spreken. De laatste by de politie aldaar ontvangen berichten spreken van aanhoudingen in steden in Schotland, Engeland, België en Frankrijk. Nadat door de Londensche politie aan den hoofdcommissaris van politie te Rotterdam kennis was gegeven, dat zich aldaar twee uiterst govaarlyke dyuamietmanneu zouden ophouden, werden Zondag in den vroegen ochtend in een to dier stede beide personen dcc; 4- recherche overvallen, gearresteerd en naar het centraal bureau van politie gebracht. De aangehoudenen waren ia het bezit zeer gevaarlijk dynamietmateriaal. Brieven, die men bij ben vond, gaven aan leiding tot eene uitgebreide wisseling van tele grammen, en deze had tengevolge, dat in ver schillende groote steden van het buitenland arrestatiën en huiszoekingen plaats hadden. De beide gevangen genomen dynamietman- nen (Engelschen) zyn onder strenge bewaking gesteld en zullen vermoedelyk aan deEngelsche regeeri ig worden nitgeleverd. Zondag zyn de luitenant-kolonel Regenbogen en de kapitein van dat wapen Hunrd naar Rotterdam overgekomen, ten einde als deskun digen de in beslag genomen voorwerpen te onderzoeken. In de Matin* van Antwerpen vinden wjj nog vermeld, dat de beide gearresteerde per sonen >feniano« zyn, genaamd W. en H. Een hunner werd reeds vroeger tot tien jaren dwangarbeid veroordeeld wegens dynamiet- aan slagen. Nog kan gemeld worden De aanhouding der beide dynamietmannen had plaats zeer vroeg in den ochtend, toen vangen het volgende van 13 dezer gedagteekende telegram van den Gouverneur-Generaal van Ned,~Indië betreffende de krijgsverrichtingen in Atjeh »In IV Moekims keert bevolking in groolen getale terug. Uit Samahani worden dagelyks kampongs doorzocht. Een korporaal gewond in heuvels van Tjot Basatoei. De Commissaris van Politie in de late sectie (voormalige St. Pietershal) te Amsterdam ver zoekt opsporing, eventueel inbeslagneming, aan houding en draadbericht van C. H. Poincilit, ongeveer 40 jaren, Duitsch en Fransch sprekende, lengte 1.8 meter, flink gebouwd, haar donker, knevel en puntbaard gryzend, gekleed met donker jacquet, donker bruine broek, gekleurde das, zwarten deukhoed, leverkleurige demisaison, gouden horlogeketting, waarvan de beide einden ieder in een vestzak nitkomen, gladde zilveren en dito gouden ring aan den linkerpink, wordt verdacht van diefstal van een lossen brillaat, wegende 35/1(i karaat ter waarde van ruim 400 gulden, gepleegd Zaterdag namiddag jl. in het hotel Adrian aan de Kalverstraat te Amsterdam ten nadeele van de firma Wamsteeker aldaar. Hy bleef die firma nog 70 gulden schuldig op een paar juwaelen oorbellen, dienselfden dag door hem gekocht voor 120 gulden. In een clandestien bordeel aan het Rokin beeft bij een en ander laten zien en beweerd die voorwerpen voor zyne vrouw te hebben gekocht. Duizenden guldens verdiend geld werden dan op de terugreis aan deze zyde der grenzen ia Duitsch geld omgezet. Dit alles is thans veranderd. Do hanneke- maaiers behooren bijna tot de geschiedenis en de Lipschers evenzoo. Het ziju thans Drent- sche en Friesche maaiers die ’s zomers in Hol- Friesland den grasoogst ten einde en ook zyn bet Drentscbe, Groning- Frieache arbeiders, die tegenwoordig naar Duitschland trekken, niet slechts om nan de kanaalwerken aldaar een werkzaam aandeel te nemen, maar tegenwoordig gaan er ook reeds van onze turfgravers naar Oost Friesland en •erder naar Oldenburg om op de manier der Groninger-veenkolonisten aldaar turf te graven en verder te bewerken. Zoo zyn o.a. dit jaar uit de Gron. dorpen Termunten, Wei werd, Heveskes en Oterdum een veertigtal veenar beiders in de veenderyen by Ramsdok in Ol denburg werkzaam geweest. Wellicht dat ook de venen in Sleeswyk-Holstein, vanwaar eene commissie onze veennyverheid is komen zien en bewonderen, een volgend jaar werk voor onze veenlieden zullen opïevercn. Een brutale wy'ze van oplichting heeft zich dezer dagen te Utrecht voorgedaan. Een per soon, als priester gekleed, kwam giften voor liefdadige instellingen inzamelen, doch al de ontvangen gelden zyn door hem ten eigen bate aangewend. Tegeu dergelijke personen werd gisteren in de R.-K. kerken gewaarschuwd, met bijvoeging, zyne giften slechts te geven aan hen, die voor zien zijn van een schriftelyk bewijs van den aartsbisschop, hoedende vergunning om zich met de inzameling er van voor een of ander nattig doel bezig te houden. (U. D.) DE HYPOTHEEK U) #Dat is de zoon van den ouden heer Ludeman,” antwoordde de ander, even gewichtig. ,0 I OUo maakte en hij was er zich zelven volko- men van bewust een allerzonderlingst figuur, zooals hij, vreemdeling in dezen kring, daar binnen kwam met een witten das en een zwarten rok, ja, maar geleend, de rok van Vink, die hem tamelijk goed paste, en de das van zyn vader waaraan hij wanhopende zorg had besteed om haar zijn eigen das te doen sohynen. sNaar mijn vrouw toe,” beet hem Binnenslyn in het oor en Otto maakte zijne buiging voor de vrouw des huizes en toen toen wist hij self aiet meer wat hij deedhij kwam niet eer tot zich zèlven vóór hij in een hoek van het vertrek achter een paar heeren zich verscholen had. De heeren hadden bot over het byzonder onderwijs en zij waren wel zoo vriOndelyk om nu en dan, als zij ieta gezegd hadden, dat zij zelf zeer juist vonden, Ludeman aan te zien, die dan ook maar knikte zóó had hy althans den schijn dat hy in gesprek waa. Nu en dan voelde hy dat een der geuoodigden met zyn Men schryft aan de »N. R. Ct.«: lu vroeger jaren kwamen de zoogenaamde Lipschers* (uit het Westfaalsche Lippe) naar onze venen in Groningen en Drente om daar turf te graven, en jaarlijks zag meu honderden dezer Dnitsche turfgravers aau het werk, evenals het ook gebruiketlftc was dat de ehanneke- maaiers* (ook nit Westfalen) naar Friesland en Holland togen om bet gras te maaien, blik die zonderlinge verschijning zocht, maar dan schoof hij nog meer terug en trachtte aau den rok van Vink een vorm te geven, die beter met zijn figuur overeoukwam; maar de rok was voor Vink gemaakt en had zich naar het lichaam van Vink gezet er was geen verplooien aan. Daar hoorde men weder do schelen weder wer den de deuren wijd geopend, de heeren Inbeijer en von Schmiichtl. De laatste was de held van den avond of liever hij zou het zynvoor hom was de soiree aangelegd. Deze beroemde persoonlijkheid had een groot deel van zyn leven doorbracht onder de heidenen in den Indischen Archipel, met wier bekeering hij zich met den besten uitslag bezig gehouden had. Voor zijne gezondheid was hij thans naar Europa teruggekeerd, maar ten einde geen uur zijns levens nutteloos te laten voorbijgaan, had hij zich nu belast met de inzameling van giften voor eene protestantscho ge meente in Zwaben, zijn vaderland, ten wier behoeve hij, op zijne beurt, de heidenen exploiteerde. Hy sprak altijd over de heidenen en zamelde giften in voor de Zwabonsohe protestanten. Het verband was niet bijzonder duidelijk, maar dat nam niet weg dat von Schmüchtl zeer goede zaken deed in ons vette vaderland en overal, of althans bij zeer velen, een best onthaal vond. „Het heeft maar zus of zoo gescheeld of hij was door de Alfoeren opgegeten,” fluisterde Binnenslyn Ludeman in het oor, die toen met nog meer belang stelling den beroemden persoon gadesloeg. Dezi werd al spoedig het middelpunt van een kring en lang zamerhand van het geheele gezelschap. Hy moest van de Alfoeren vertellen en hij deed het met de weder afgewisseld door von Sobmaehll, welke het onderwijs in zyne Zwabenacbo gemeente schetste. De hoer Inlieijer trad daarop in eenige dierbare be schouwingen die hij met een gebed besloot. De heer von Schmiichtl liet het niet ben'den zich en sprak insgelijks op ambtelyken toon over de Alfoeren eerst on vervolgens over Zwaben. Het was wezen lijk oen avond van heilgenot en vol verscheidenheid in do eenheid, zoo als mevrouw Binnenslyn tot Lu deman opmerkte, die met do meesto aandacht, maar met eene aandacht die aan verbazing grensde, de •oivóe by woonde. Ue geest werd zoo bezig gehou den, dat het lichaam geen behoefte hadalthans slechts enkele der heeren lieten zich aan het rijk voorziene buffet in de nevenzaal een glas wijn in schenken gepresenteerd werd er niet en Otto, dio den schijn wilde vermijden dat hij gekomen was om zich te goed te doen, bleef ver van het buffet. Tegen tien ure hoorde men de rijtuigen komener begonnen zich voorteekonen van eon naderend einde te openbaren. Er ontbrak echter nog iets aan de volhold des genotemot alleen er over to spreken werd het onderwijs in Zwaben niet beter. „Mijne lieve broeders en zusters in den Heere,” begon von Sohmicht), en de toon waarop hij die woorden uit sprak bewees genoeg dat hij iet» ging zeggen, waar voor hij de algemeene aandacht inriep. Allen zwegen en de aanbeveling voor de Zwabensche school volgde. Men bericht uit Katwyk aau ZeeDe zand- reep, vóór de gemeente gelegen en steeds zorg vuldig met helm bekleed, verdient wel meer dan de gewone aandacht. Voortdurend wint de zandreep zand aau en men mag gerust aannemen, dat jaarlyks mins tens even veel wordt aangewonnen als de zee bij storm weer terugvraagt of eisclit. Geen betere strandaanwinning leert hier do ondervinding dan met helmdaar men de helm na het aftrekken der schuiten gedurende een paar dagen niet behoefde te vertreden, is alles even schoon in het groen. (V»d.) Binnenslyn wreef zich de handen gezelsehaps doon kon, en werd weder toehoorder. von Schmiichtl bezat de gave der meeste bet groote vaderland, dat hij uren kon Hij sprak dus door en allen zwegen der plechtigon kuch. Eindelijk nu ook zijn tyd werd, en, van rust van hij met zijne welluidende stentor stem eene toe spraak, naar o Langzamerhand werd die toespraak eene rodo, wat de gastvrouw. Op die rede volgde eene tvan een der heeren die v»n het bij zonder onderwijs zijn werk maakte, en deze werd moeste welwillendheid en in termon, die telkens den ziolovrode der genoodigdon streelde en verhoogde. Men begreep hom wel niet altijd even goed zijn Zwabensoh dialect was er onder de Alfooreu niet beter op geworden, maar men besefte toch don zin zyner woorden, on in kritieke oogenblikkon kwam de heer Inheijer te hulp. „Hoe vindt je’m?” vroeg Binnenslijn aan zyn beschermeling. „Heel merkwaardig.” „Hebt ge nu wel berouw, dat ge hier zijt ge komen „Volstrekt niet, mijnheer Binnenslijn.” „En ge verstaat hem?” „Heel goed.” Binnenslyn wroef zich de handen voor zoo ver bij dit in overeenstemming met den deftigen geest dos De heer zonen van 1 doorspreken zonder dat hem adem of woorden ont braken. Hij sprak dus door en allen zwegen; men hoorde alleen een plechtig gekraak of oen niot min- j__ ■j.qjj kuch. Eindelijk echter begreep de heer Inbeijer dat hot iuj —.J d een oogenblik van den Duitscher gebruik makende, begon aanleiding van het medegedeelde. dan ook in de bedoeling lag zoowel van den spre ker als van improvisatie der hoeren die van het by- 8

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1896 | | pagina 1