Zaterdag 26 September 1896. 35ste Jaargang. No. W79. V* Nieuws- (en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. WA SENS TRI RL [ENLA^D. FEUILLETON. ron. W. j L s LE ande- Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. 6 maaudeu. wordt gemeld aan de >N. d der resp. lératlon de ent enz igenblk lie national do het een nten ge- iar in stuks i fabricatie )ruiker van Uit Schiedam R. C.< j Van de twee jongens die bij den brand van iépót- le wa- Gh n wordt fhuu;r, voile len tegenpartij bevond, een schampschot voorhoofd bekomen. Men vermoedt scherpe patroon tusschen de losse is Op hot terrein werd door de hospi- een gemalen, speciaal skstijfsel e tafel- ogevfoon teil zeer 30 Ct-, t. 3 zwarte iar in Gill IMIIE COURANT ADVERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Drie Brusselsche toeristen, eene dame en twee heeren, zijn Woensdag met hun luchtballon van een slechte reis thuis gekomen. In den namiddag daalde de luchtballon neer op de zoogenaamde Boeimeer onder Prinsen- hage. Het aan land stappen ging alles behalve gemakkeljjk. De sterke wind joeg den ballon na eena door eenige slooten, zelfs dreigde bij in de rivier de Mark te vallen, dan we.'r sloeg het schuitje legen den grond, waardoor de luchtschippers, die doornat waren, kwetsuren bekwamen, tot eindelyk het anker hield en de in doodsangst vprkeerende toeristen den ballon konden verlaten. De dame werd bewusteloos in een nabijzjjnd koffiehuis gedragen. -- gesteld tegen zekeren W. K., vroeger woon achtig te Werkendam, later te Gorinchem en nu te ^Rotterdam gezien, die ala reiziger in koloniale waren voor verschillende huizen, en in hoofdzaak in sigaren enz. voor de firma A. La Grand te Waddingsveeu, ten nadeele dezer firma bij tal Ivan winkeliers te Werkendam, De Werken, iklmkerk, Nieuwendyk enz. grove oplichting en verduistering heeft gepleegd. Op eene fiets, door genoemde firma hem verstrekt, snorde by die dorpen af, zond ge regeld cominiasie-orders, ontving daarna zelf die goederen, die hy weer zag te plaatsen buiten wetteh der betrokken firma, stak de centen op' en liet zyn crediteur tevergeefs op betaling wachten. »(’sB. Ct.)< Voor da Haagscbe rechtbank werd gisteren behandeld de zaak van Adr. Jan Beudeker, werkman te ’s Gravenhage, wien, na binnen de laatste 5 jaren wegens mishandeling veroordeeld te zgn geweest, ten laste is gelegddat hy op den 15en Juli jl. Jan Fortuin, stukrjjder by de treinafdeeling, gedetacheerd te ’s Gravenhage, die zich met nog een militair in het koffiehuis van Albers daar ter stede bevond, gedreigd heeft hem met een mes door zyn dte steken hem daarbij bedreigende met een dolk mes en dat by genoemden Fortuin een steek in den rug heeft gegeven welke in een der longen is doorgedrongen en den dood tengevolge heeft gehad. Zoowel binnen als buiten de rechtszaal was een zeer talrijk publiek aanwezig. Al dadelyk begon de verdediger mr. Jules Enthoven de nietigheid van de dagvaarding te pleiten, als zóó onduidelyk gesteld, dat niet helder is aangegeven welk strafbaar feit den bekl. wordt ten laste gelegd, hetgeen de wet toch vordert. Nadat de subst.-officier, mr. Van Buttingha Wichers, de dagvaarding verdedigd had, ging mr. Enthoven niet verder op dit punt in, en ving de behandeling der zaak aan stelling betuigde en zich bereid verklaarde te helpen maar zonder te weten op welke wijze. „Zoudt gij niet eena naar Parijs willen gaan vroeg Vink op eens. Olto werd yskoud en terstond daarop gloeyend heet. Hij vergat voor een oogenblik den ouden en den jongen Vink en het gansche doel van zoodanige reis bij do gedacht» dat bij Otto Ludemaa zelf, Parijs zou zien, voor niemendal, overmorgen mis schien reeds I Gelukkig bedwong hij dien uitroep van vreugde, die in de gegeven omstandigheden zeker niet zeer op zijne plaats zou wezen, maar zijne stem beefde toch, toen hij antwoordde als u meent, dat ik daardoor u van dienst zou kunnen zijn, ben ik dadelyk bereid.” „Ik weet niet jongen, of het zaak zou wezen,” antwoordo Vink peinzend. „Ilc geloof wel dat dit het beste zou zijn, maar gij weet den weg niet in Parys.” „Dio is wel te vinden.” „En dan, zie je Vink aarzelde een oogenblk eer hij er langzaam bij voegde«ik weet niet of alles wel waar is wat in dien brief staat. En als ’t eens niet waar was I Gij zijt nog zoo jong Otto, en zoo onervaren.” Op zyn negentiende jaar gelooft men niet oner varen te zijnof liever men gelooft aan geen erva ring en Otto geloofde er nu allerminst aan, nu het hem zijne reis naar Parys kosten kon. Hy zag zich al staan bij het ziekbed van den stervende en met de goede boodschap te huis komen dat hij eene goede en eerlijke begrafenis had gehad. (ForXf remov'd-) In een huishoudelijke vergadering van het uutadepartement Oudewater werd 1.1. Woensdag door den penningmeester, den beer A. van Aelst, rekening gedaan over'tafgeloopen jaar. Tevens werd door de commissarissen der bibliotheek de heeren A. C. van Aelst en H. T. Verhoef, verslag uitgebracht over den toestand der boe- kery eu op een verzoek der Bewaarschool-Ver- eeniging aldaar, om subsidie gunstig beschikt. Tot secretaris van het departement werd be noemd de heer J. A. Verhoef. By de gisteren te Waaidorp gehouden ma- noeuvrés in het vuur beeft een sergeant-majoor der jagers, die zich op ongeveer 300 passen van aan dat geraakt, taalsuldaten een voorloopig verband gelegd, waarna de gewonde naar het militair hospitaal is overgebracht. DE HYPOTHEEK OP 23) Dien vraag ik je dus ook nietmaar, ziet ge, als men drie en zeventig is, dan trekt men zich de we- reldsche zaken wel niet meer zoo aan, maar men is er toch nog niet geheel en al ongevoelig voor Wist ge wel dat ik een zoon gehad had, Otto «Ik heb soms wel eens gemeend het te moeten afleiden uit de eene of andere uitdrukking.” «Juist. Ik trachtte hem wel te vergeten, maar zelfs twintig jaar zyn voor een vader niet lang ge noeg om de herinnering aan zyn kind uit te wis- schen. Hij was een knappe jongen indertijd, een mooie flinke jongen. Nu is hij een man van ia de veertig jaar.” «Dus leeft hij nog?” «Ja,” zeide Vink, «hy leeft nog,” en hij knikte een poos lang bedenkelijk met het hoofd. „Hij leeft nog,” herhaalde hy en na een poos gezwegen te hebben, zeide hij nogmaals„hij leeft nog.” «En waar is hij tegenwoordig? ver van hier?” Vink antwoordde niet op die vraag. Hij dacht blijkbaar hoe hij Otto zou vertellen wat hy wilde dat deze weten zou, zonder hem meer te zeggen dan noodig was. Oude mdnschen zijn niet zoo mild Door den wachtmeester der maréchaussee te Woudrichem wordt een yverig onderzoek in- Door Burg, en Weth. van Amsterdam wordt den gemeenteraad voorgesteld elervol ontslag te rerleenen, op verzoek, aan dr. W. fl. Julius, buitengewoon hoogleeraar aan de gemeente- universiteit. Gr—P, September» en geschreven in slecht Engelsch, de hand verraadt de Italiaansche af komst van den correspondent. De brief verwyst naar bet nummer van het >Book Bits< en de onderteekeniug J. Boz wordt gevolgd door byzondere teekens, die eenige overeenkomst hebben met de telegrafi sche teekens van het Morse-stelael, door figu ren, die drie dolken voorstellen, een slechte teekening van de Britscbe kroon en een van de Russische kroon. Het adres is in Engelsch schrift. Men vraagt zich af, of het geen fop pery is. Volgens de Glasgow Herald wordt het onderzoek aldaar in alle stilte voortgezet. Er wordt verzekerd, dat onder de by Bell of Ivory gevonden papieren zich een lyst met de namen en adressen van 27 Ieren bevindt, die te Glas gow woonachtig zyn. Verscheidene dezer per sonen zyn op het politiebureau in verhoor ge nomen. Gfeteren heeft het echtpaar Goll in de Bra- ziliaansche straat te Antwerpen het bezoek ont vangen van twee Engelscbe detectives, die het kwamen uitneodigen om zich naar Engeland te begaven ten einde voor de Engelscbejustitie getuigenis af te leggen in de zaak der dyna- mietmannen en in 't bijzonder in die van Wallace, alias Kaerney, die zooals men weet, een schoonbroeder van vrouw Goll is. Nadat de raadsman van de familie Goll een onderhoud beeft gehad met den rechter van instructie Maris, is besloten dat het echtpaar Goll te Antwerpen zal ondervraagd worden door een commission rogatoire. Wat Tynaiï betreft, geen enkel blad, noch in Frankryk noch in Engeland, gelooft meer dat hy uitgeleverd zal worden. De brief van den gevangene aan Eustis, den gezant der Vereenigde Staten, schynt de quaestie definitief opgelost te hebben. Tynan kan als genaturali seerd Amerikaan niet aan Engeland worden overgeleverd en de Daily Telegraph* o. a. erkent dan ook, dat de uitlevering onmoge- lyk is. Bell (Ivory) zit nog altyd in zyn cel in de Holloway-gevangenis niemand wordt bij hem toegelaten. De gevangene weet natuurlyk niets van hetgeen het publiek thans bekend is, d.w.z. van de arrestatie van Tynan, Kearney en Hai nes. Hy spreekt weinig, slaat geen boek op, schryft geen regel en bewaart in één woord de houding van een beklaagde, die de kat uit den boom wil kyken. Intusschen is door de Engelsche politie een brief ontdekt die aan Tynan in het hotel Folkestone was geadresseerd. Deze brief, die aanstonds naar bet parquet te Parys is opge zonden, lag in een exemplaar van het >Book Bits«, gedateerd van 19 September. Op de achtste bladzijde bevinden zich twee regels mengelwerk van karakters en figuren. De brief zelf is aldus gedateerd: >170, GT met hunne herinneringen als men wel beweert; mis schien ia het omdat hot verleden hun zoo holder niet meer voor den geest staat, misschien omdat zij meer doordrongen zijn, dat hetgeen voorbij is niot weerkeert en de overpeinzing hun niet meer baton kan. Wat hielp het dan ook den ouden man of hij de goheele geschiedenis van zijn zoon al aan Otto mededeelde, die geschiedenis, die hy zelf eiken dag meer trachtte te vergeten, door zich geheel te wijden aan de beuzelingen van het dagelijksch leven. Het was ook zulk eene bekende geschiedenisslechts de bijzonderheden verschilden. Vink had eeno opvoe ding gekregen boven zyn stand hij had getracht zich bij de aanzienlijken aan te sluitendeze hadden hem afgestooten met do jongelui, met wie hij door geboorte gelijk stond, voelde hij zich niet meer gelijk door zijne meerdere kennis en beschavinghij was in een kring geraakt, die, ofschoon gesteld op uiter- lyke vormen, niet aan afkomst hechtten, omdat zij slechts voor één doel, oogenblikkelijk genot, leefden,, en langs die helling was Vink afgegleden, tot hij in een afgrond was gestort, waaruit niets moer hem redden kon. Het land had hij moeten verlaten, maar in zijn tweede vaderland had hij de oude le venswijze voortgezet, en van trap tot trap dalende, was hij eindelyk terecht gekomen in het schuim dor maatschappij. Da straf was niet uitgebleven een deel van iyn leven had hij in de bagne doorgebracht, en thans, afgeleefd naar lichaam en ziel, had hij aan zyn vader geschreven. Het was de eerste brief sinds twintig jaren, waarin iets doorstraalde van kinderlijke liefde de eerste herleving van de herinneringen dar jeugd, het eerste beroep op het vaderlijk hart. Door het provinciaal college van toezicht op het beheer der kerkelyke goederen en fondsen by de Herv. gemeenten in Zuid- Holland is tot lid van het algemeen college gekozen de heer J. W. D. Röelltot secundus de heer mr. P. R. Feitb. de Lumen vermist werden is er een behouden en een omgekomen. Toen een van de omstanders verklaarde dat bij gezien had dat eep jongen zich nog eenige oogenblikken aan den brandenden zolder had vasigehouden voor hij zich liet vallen, was men eerst geneigd aan zelfbedrog te deuken Want in den hook van het gebouw, waar bet geschied zou zyn, was niqls te zien dan vuur, terwjjl het dak reeds ^ras ingestort. Toch drpng men zqodra het3 wuör eenigszin^ bedwon gen was het gebouw jbinnen en bi|)gon men het putn weg te ^öimeq.( Na een uur arbeidehb vond men het ver koolde lijk. 3 De omgekomene was jruim 13 jaar eu ge kaamd A. J. Loomau. Hy was kloek van gestalte. De 14jarige JacI Soeters, die ernstige brandwonden bekwam, verkeert in zorgwekkpn- den toestand. Men vreest voor zijn behoud. De directeur, de heer J. H. Koster, is buiten gevj^r. f I 1 Om eeu idee te geven van de snelheid waar- mecle het vuur zich verspreid heeft, dient geteeld dat de politie, die de vlammen uit bet dak zag slaan, het personeel dat beneden werkte moest waarschuwen. Door overmacht van water is de beneden verdieping en het zich daarin bevindende voor een groot deel behouden. De fabriek, waarin men bezig was nieuwe maehinei ie plaatsen, was tegen brandschade verzekerd aan het assurantiekantoor van den j heer K. J. van Erpecam. De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. j Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. imber 189G. ferordeüing die gis- j morgeu als alzou- jlourant gevoegd. 2$ September is h?t café >Ruim- benedeu het qafé waren. Drie igen zijn mede len. DeJred. jiledel te redden, dq 'den schrik, wier personen i^endhjw^ning, doph iftd constateerden, allen g|assu- aarbij dèmueuwe brandspuit, die uitstekendf/jvoldmd, war^i noo- dig join het vuur te blusbchen. Tot candidaat-arts werd aan de Leidsche hoogescbool bevorderd de heer H. van Praag te Oudewater. Maar het hart van den ouden Vink was niot meer te heroveren. Hij vond het indion mon op den bodem zijns gemoeds lezen kon meer lastig, dat zyn zoon wéér iets vail zith hooren deed. Hij had al zooveel door en voor hem geleden hij meende dat nu alles voorbij zou zijn en ziet daar lag wéér die ongelukkige brief uit een der parijsche hospitalen, waarin hij hem zijn toestand schreef, en te gelijk wéér een beroep deed op zijne beurs. Ook dat was voor den ouden man een griefals men op jaron komt krijgt men meer zwak voor het geld en zoo hij zich nooit ontzag kleinigheden te koopen, om anderen genoegen te deon, eene groote som te gelijk uit te geven en het vooruitzicht nog meer uitgaven te moeten doen, vervulde hem met eene onbestemde vrees, dat hij zich ruïneeren zou Was het maar een vreemde I maar het gold ziju zoon on het vaderlijke hart mocht zoo warm niet meer voor hem kloppen, hot plichtbesef was hom toch bijge bleven ja moorals hij hot zich ernstig afvroeg, voor wien hij zyn geld bewaarde, dan was hel voor dienzelfden zoon, maar als dezo er eigenaar van word, dan zou hij er niet meer wezen on van de „last” en de „narigheid” goen hinder meer hebben. Zoo althans had bij het zich voorgesteld en nu kwam daar die ongelukkige brief I Zijn kind hulpeloos in den vreemde te laten kon hij niethem naar, Hidlsnd te doen komen, ging ook nietzijn vonnis hing hem nog altijd boven het hoofd, en naar Parijs te gaan, daarvoor had Vink den moed cn de kracht niet meer. Raad kon niemand hem geven; toch kon hij hetgeen hem drukte niet alleen dragen, en hij maakte er Otto deelgenoot van, die van zyno zijde het verhaal geduldig aanhoorde, zijne belang. De Haagache rechtbank veroordeelde eeu jonkman aldaar wegeue in verschillende steden gepleegde oplichting en verduistering van ry- wielen tot 1 jaar en 6 maanden.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1896 | | pagina 1