post
WH
a,
36ste Jaargang.
Vrijdag 13 Januari 1897.
No. 7171.
BINNENLAND-
i Zn.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
?r,
Het Geheim van don Marcos.
tMILLIilÜA
- 8J9
s-Grarenhag
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 y k
met uitzondering van Zot. en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afaonderlijke Nommers V U F CENTEN.
GOUDA, 14 Jano.ri 1897.
Te Leiden is tot controlear van de politie
benoemd de hoofdagent van politie C. Plok hooi]
alhier.
J
vele
had
moeien
Is,
PATRONEN
nz. enz.
p. post 1.40
- MO
- 8.45
G0ED8CHE COURANT
m te
:&s
Suiw
Urift
5?5
uwtosl
«MV-
Larie
ui Oen
«ma.
leiteo
beeft.
Hooft,
Me
loboft,
rillsa
evoik
k
Een agent van politie, nog niet lang in be
trekking zynde, boorde Din«dagavond te Am
sterdam, terwijl hy aan de Prins Hendrikkade
surveilleerde, uit Let plantsoen aldaar om hulp
roepen. Hij liep met snelle schreden naar het
plantsoen en vernam van twee volwassen meisjes,
Albino maakte nogmaals <frn buiging, zonder eenig
ander antwoord te geven.
Opgerukt, senores I zsi don Msrcoé,
zyn paard de sporen gaf. m
Allon volgden hem. a
Ditmaal duurde de tocht niet lang. rorioop
reu nog geen tien minutea sloegen zij reoh'it-tó en
bereikten al spoedig hq steile rots, waarop vorwhoi-
en diep naar beneden liep, en was
al spoedig verdwenen.
’cos riep daarop een der slnikers naar
luisterde hem eenige woorden in bet oor.
(1) Ixibo betas kent wolf.
(I) Afgrönd.
(8) Wollen dekens.
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Uroote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
i nog vergeten te zeggen, dat deze
lenen, die je ongetwijfeld zult eer-
Ta Loosdrecht s inbraak gepleegd mei ver
breking van afsluiting door een schanp.
Do ram van den veehouder E. A. toch beeft
een bezoek afgelegd bij den buurman vau zgn
baas C. F., by wien hy eenigen tyd geleden
ook al eens in huis was geloopen en toen zieb
had te voed gedaan aan maïsmeel.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
De Minister van Bianenlaudeche Zaken heeft
B. en VV. der gemeente Leiden gemachtigd
om met 20 Januari a. o. vier paviljoens
het nieuw gebouwde kmuksinnigsogsstiebt op
Endugeest in gebruik ie nemen, soortat daar
thans ongeveer 200 patiënten kunnen geplaatst
worden.
Van de gelegenheid dat C. F. en syna
vrouw afwesig waren, hoeft I et dier gebruik
gemaakt om de gesloten deur open te rammeien
ten einde te kunnen zien of er woer iets van
zyn gading was. In het achterhuis vond de
inbreker echter niets, waarom hiit anoals nit
de sporen blykt, heeft beproefd de kamerdear
te openin.
Toen ook dit mislukte, werd bij boos en
koelde zyne woede aan een paar greets K«*ul-
sehe potten, met ingelegde groenten g void.
Deze potten werden stukg^stooten, waarna *de
boO'doenèr kalm de woning verliet on naar
buis ging.
In de Volksleesual zou gisterenavond door
den beer mr. L. P. Plemp van Duivelend, nit
Rotterdam, een tweede voordracht gebonden
worden over de v inrichting van don Nederl.
staats. Door onvoorziene omstandigheden was
de spreker niet op den bepaalden tyd aanwezig
vandaar, dat de be’ër Ruyter, bestuurslid der
Volksleeezaa), een bespreking begon over ons
belastingstelsel. Tegen negen uur arri«eerdt
do heer mr. Plemp van Duivelend, die ah
voortsetting van zyn voorgaande lezing eene
beschouwing zou houden over de inrichting van
de Nederlandsohe Grondwet. Thans waren aan
de ordo hoofdstuk II, III en IV, welke res
pectievelijk bandelen over >den Koning »de
Staten-Generaaien >de Provinciale Statenen
GemeentebesturenDe geachte >pr. sou niet
uitweiden over het Koningschap, dat een in
stelling is en krachtens de grondwet en deze
is krachtens de historie een verbond tusschen
koning en volk. Bij de moderue staatsbe
schouwing is de zinsnede bij de gratie Gods<
losgelaten.
Bij de be’ andeling va^^A afdeelingen van
Hoofdstuk II besprak de apr. het geval van
ontstentenis van een bevoegden opvolger uil
het Huis van Oranje-Nassau. Dan worden
de Staten-Genoraal in dubbelen getale opge
roepen, ten einde de zaken te regelen. Ter
voorkoming van internationale verwikkeling
mag de Koning geen vreemde Kroon dragen.
Het ’nkomen der Kr^on is niet by de Grond,
wet bepaald, dit is in 1848 afgeschaft en nu
wordt bij de wet bet inkomen der kroon voor
don gebeden duur van een regeering vastge-
steld. By afdeeling 6, die luidt: »de Koning
is onschendbaar, de ministers zijn verantwoor
delijk, «t verklaart spr de betppkenis d^ter
woorden. Het eerste deel beteokentde Koning
staat boven de part yen, d. w. z. by is Staat g-
en Strafrechterlijk onschendbaar. Dit laat'te
ligt voor de band; kwam de Koning in aan
raking met het strafrecht, dan zou hy zich
immers als vorst onmogelyk maken. Burger-
reohtelyk is de Koning intusschen met onschend
baar. Het recht van gratie is in 1848 in
zooverre gewyzigd, dat niet meer het advies
behoeft gevraagd te worden van den rechter,
die bet vonnis gewezen heeft. Vorder behandelt
de spr. by dit Hoofdstuk de samenstelling van
oen Kabinet.
Bij Hoofdstuk II zStaton-Generaals wysi
de spr. op den grooten invloed, dien dit Ke-
geeringslichaam uitoefent, het bezit toch verre-
w.g het grootvte gedeelte der wetgevende
macht en «en deel der uitvoerende macht. Spr.
wil niet uitweiden over de voordooien vau een
één- of tweekamerstelsel, zeker is dit laatste
te beschouwen als ocu rem voor de politieke
hartstochten. De bepaling, dat thans ook tot
lid der Eerste Kamer kunnen gekozen worden
zy, die een boog staatsambt hebben bekleed,
waartoe ook gerekend wordt bet lidmaatschap
der Tweede Kamer, heeft oen groot deel ont
nomen van bet plutocratisch karakter vau dit
Staatscollege. Spr. behandelde verder de rech
ten der beide Kamers, besprak dea gang van
een wetsontwerp on daarna bet Bogrootingo-
reebt. Wegens het vergevorderde uur moest
de behandeling van Hoofdstuk lil worden
uitgesteld. Van de gelegenheid om naar a n-
leiding van het behandelde vragen tot den
spreker to richten werd geen gebruik gemaakt.
Eén hoorder maakte de opmerking, dat by
geen vrogeo tot den spr. wilde richten, wyl
deze hem wel sou antwoorden, dat hy zich
niet op politiek terrein w Ide begeven. De
geachte spr. antwoordde hierop, dat zyn doel
alleen was geweest (een zeker belangrijke en
omvangryke taak red.) inlichtingen te geven,
omtrent de samenstelling der Grondwet en dit
doel heeft hij ongotwyfeld volkomen bereikt.
Een heereboor op oen der Zoouwsobo dorpen
beeft de gewoon e, eiken avond een ulaaajo
rum te drinken, waarin een paar klontjes
suiker. Verleden zomer gehoerde hot, dat zyn
baan onder bot geopende raam kwam staan,
terwyl het glaasje op de tafel stond. Uit
aardigheid nromt do heerebo**r een klontje uit
do rum on werpt dat den haan toe, die hel
gulzig oppikt. Geregeld op botzelldo Uur kwam
<le haan voortaan eiken dag terug, om het
hapjo in ontvangst te nemen, dat hom dan
ook geregeld werd gegeven.
Maar eons in de nazomer, zoo voitoldo do
beoreboer. kwam do baan niet. By ondersoek
bleek, dat hjj niot al te goed in ordo was
bij kon niot al U best op zyn poolen staan,
kortom, ah het een mm oh gawoext ware zou
men hebben gezegd, dat hij duchtig den prinl
had gesproken. Dit bleek dan cok workeyk
het geval te zyn do vrouw van «I>b boerobmf
hei) vruchten, die op drank bedden gosiasu,
wegwerpt* on daaraan bad de baan
ziob te goi-d gedaan, waardoor hjj sin keane-
Ijjken staats wav. Don avond daaraan vol
gende kwam hjj weer niot om zyn klontje.
Óm te wet«*n, wat er van de zaak was, bracht
de heoreboor het hem, maar de haan draaide
t tjjn kop er van af en wilde or niets van weton.
Mochten vele mensohon dien baan tot voor
beeld nemen.
In de gisteren gehouden openbafe vergade
ring van den Raad van State, afdeeling voor
do geschillen van bestuur, werd behandeld het
beroep van W. Tiesema te Gouda tegen een
besluit van Borg, en Weth. dier gemeente dd.
15 Sopt. 1896, waarbij bem vergunning is
geweigerd tot oprichting van eene smederij
voor reparatën aan ry wielen in een perceel
aan de Markt aldaar. Rapporteur do staats
raad. mr. Moltzor.
De koninklijke beslissing volgt later.
Maandagavond hield do boor A. Bos, zuivel-
oonselent voor Zuid-Holland te Zoetormrer eoa
voordracht o»er melkonderzoek, toegeiiobt door
verschillende proeven. Na do noodzakelijkheid
Eenige minuten later reden zy een vrij uitgestrekto
vlakte op, waar geen enkels boom groeide. Dicht
in hunne nabijheid schenen drie ruiters, die onbe
wegelijk midden op don weg stonden, hen op te
wachten.
Wie daar? riep een stem
Marcos, gaf de zeoman terstond ten antwoord.
Daarop bracht hij zijn mond dicht bij hot oor
van zyn medgezol en zeide
Die geroepen heoft, is de man, waarover ik
jo gesproken heb.
Intusschen waren de drie ruiters naar onze beide
kennissen toegereden.
Welnu vroeg Marcos.
Niets nieuws, gaf een dor ruiters ten antwoord.
Hebben de tolbeambten zich niet laten zien,
beste don Stefano? hernam Marcos.
Zij hebben geen toeken van leven gegeven,
senor 1 antwoordde de luitenant, dien don Albino
dadelijk hei kende als den persoon, van wien don
Marcoo hem een beschrijving gegeven had.
Jongens daar ben ik niet over op mijn gemak,
hernam Marcos. Ik wantrouw inzonderheid di*n
senor don Remigio. Zijn wegblijven komt mij ver
dacht voor, te meer daar hij geheel op de hoogte
van onzen tocht moot zijn. Waar zijn onze man
schappen
Zes wachten er ons bij den Salto-de-Cobra
met de muilezels op, antwoordde don Stefano.
En de anderen?
Die heb ik op wacht gezet by al de wogen,
die op de plaats, waar wij de goederen scheep zullen
brengen, uitloopen.
Waarlijk, beste don Stefano l zei don Marcos
1»)
Eiudelyk moet ik je nog soggeu, vervolgde
don Marcos, dat by don Stefano Lobo heet.
Nu, dab is oen naam, die wat goeds belooft. (1)
Ja, zei de zeeman op een zonderlingen toon
on hy goeft nog meer dan bij belooft.
Uit hetgeen je mij gezegd heb, moet ik opma
ken, dat diefman je vijand is.
Hij? riep don Marcos met een schaterlach uit,
daarin bedrieg je je, caballero 1 ’t Is integendeel
mijn beste vriend.
Don Albino keek zijn medgezel verwonderd aan,
maar don Maroos liet hom geen tyd om er verder
over na te denken.
Jo belooft my, niet waar zeide hy, dat je jo
niet dien man niet gemeenzaam zult maken
Dat beloof ik jo, senor I
Heel goed. Maar nu mogen wij onze paarden
wel eens ia galop brengen, want het io al laat.
Zy roden met lossen teugel voort.
Zoo verliepen er twintig minutende ruiters kwa
men nu in een soort van cano, die rechts en links
door hooge rotsen omgeven was. Don Marcos deed
zyn paard stilstaan sn floot tweo malen achtereen.
Een fluitje antwoordde hierop op een korten afstand
van daar.
Good zoo I Oazs mansohappen zijn er, zeido
hjj. Laat ons er heengaan.
dat do persoon, die op «enigen afstand zich
vetwyderde, haar bad aangaraud. De ag^nt
volgde den man, met het doel, bem zoo lang
to volgen, tot hij hulp van oen collega kon
orlengen, daar hy alleen het waarschynlyk te
kwaad zou krygen. De aanrander trad evenwel
eeu koffiahnis aldaar binnen, waar hy ook
>100 raar« deed. Op verzoek van den agent
werd uu, terwyl hy by het koffiehuis op post
bleef, van af de Oudebrugsteeg hulp gehaald.
Van dit politiebureau word de man, na een
kort verhoor, geboeid overgebracht naar bet
bureau aan het Leidscheplein, waar hy in to
wering werd gesteld, om een verder verhoor
te ondergaan, in zake de.i moord in do Van
EeghADotraat.
Ook op den Oude Zyda Achterburgwal werd
Dinsdagavond, doch door een ander persoon,
eene vrouw aangevallen, welke persoon, volgens
hare mededeeliug een blank voorwerp in de
hand had gehad, die zonder haar evenwel letsel
to hebben toegebraebt, op haar hulpgeroep
de vlucht had genomen.
Nader vernemen wy
De man, in dionst by den Huil. Spoorweg,
ia gisteren aan bet politiebureol aah het Leid
s«be plein verboord, en met verschillende perso
nen geconfronteerd, ook met Maria Hoek, dn
dienstbode van den hèer de Hertog, die in de
Spinozastraat een messteek heelt bekomen, doch
geen van allen her- enden bem, terwyl Maria
beslial seide, dat deze do persoon niet was, die
haar had aangevallen.
Daar hy buitendien zyn .-libi op de ver
schillende datums kon bowyiun, ie by wedsr
op vrye voeten gesteld. (N. v. N.)
opgewonden, terwijl hij zich in de handen wreef, ik
moet zeggen, dat je een ferme kerel bent. Ik zou
het niet beter hebben kunnen doen je maatregelen
zyn goed genomen. Wjj hebben dus voor geen
overrompeling te vraezen.
Dat geloof ik ten minste niot, gaf don Stefano
zedig ten antwoord.
Vergun my nu, caballero* 1 hsrosm don Marot»,
jo sen van mijn vrienden voor te stellen, voor wien
ik je met myn leven insta; bij heeft den wenseb te
kennen gegeven om voor liefhebberij bij de zaak
tegenwoordig te zyn ik heb hem dit niet willen
weigeren.
Hy is ons van harte welkom, astwoordde Ste
fano met de uiterste beleefdheid, *t is een eer voor
ons, bem tot medgezel te hebben.
Jo bent wel vriendeljjk, senor I antwoordde
don Albino, terwijl hij bijna tot op don kop van
zyn paard boog.
Ik heb jo nog vergeten te zeggen, dat deze
cabailfro om redenen, die je ongetwijfeld zult eer
biedigen, mij verzocht beeft, zijn incogni o te be
waren, hernam don Marcos,
Als de Ojdkomonsto vrijheid niet onder do
duiker» beenehte, d*n ion dit komen omdat zy van
de aarde verbannen zei don Stefano beleefd.
Te Ouderkerk a/d. IJsol is het vee van
A. Timmermans, dat san mond- «n klauwzeer
lydendo was, door den veearts gesond verklaard.
De bewaking van do boevo duurt echter nog
voort.
Nieuwe gevallen zyn niet geconstateerd,
By het departement van koloniën is ont
vangen het volgende telegram van den gouver-
neur-generaal van Ned.-Iudië betreffende de
krijgsverrichtingen io Atjeb
>Vyand had by bet gevecht by Poeding
Lohong op 7 dezer derig iloodon en v
gewonden.
9 dezer werd vyand van bovenloop der
Lohong-rivier verdreven, waarhy twee fuseliers
gewond werden en vyand twintig doodea en
gewonden bekwam.
Groot aantal bewoners der VI Moekims
vertrokken nit Lohong naar Oleh-kh.
done mannen bijeen waren.
Deze lieden haddtn zich zoo goed en zoo kwaad
als het ging tegen do woede vsn don wind, die op
deze hooggelegene plaats mot hevigheid blies, be
veiligd achter een rotsblok, dal door oen grillige
speling der natuur oen soort van voladoro (I) vormde,
waarop zich oen vijftigtal monsebon met gemak kon
verschuilen.
Op dit oógenblik waren sij slechts met hun iionon.
In do twintig muilezels, met kluisters aan do poot en,
aten van den mais, die op zarapes (3), welke op
den grond uilgospreid 'ageu, voor hen uitgestort was.
Do «luikers ontvingen d-< nieuw aangekomonen
met de betuigingen der levendigste blijdschap.
Don Marcos en sijno medgezellen sprongen van
huuno paarden, die zich dadelyk bij do muilotols
voogden.
Gauw wat, kameraden I zei de sluiker, wij
hebben geen tyd te verliezen om de goederen scheep
te brengen. Don Stefano! ga alsjeblieft eons kijken
of beneden alles in orde is.
Zonder antwoord te geven begaf de luitenant zich
aanstonds naar -on soort van trap, die in de rots
uitgehouwen
Don Marcos rit
zich toe sn L-.