/post
n,
Woensdag 17 Februari 1897.
No. 7199.
36ste Jaargang
BINNENLAND-
er,
d Zn.
oster
Meuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
n.
II.
larl 1897,
TOONEEL.I
IOEGEN”.
j buiten.
if
ertd
VMM
Inzending van Advertentiën tot 1 uur de* midd.
Jan. jl. vermiste
te
JLLiLLt 1 U A.
Bedankt voor het beroep bij de Nod. H-rv.
Kerk te Geertruid nberg door ds. G. A. Lol-
cama te Boekoop.
than» duidelijk hooren
had de beek zeer doen
gewooniyk doorwaden
Gene*»
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden ia 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F CENTEN.
ENIG1NG
gt
Kelllnr.
jven.
half 8 uur.
n pryaaa.
1.01 INIIE COURANT
Dat ook schapen een taai leven hebben, bleek
dezer dagen ia Friesland in de zoogenaamde
Zevenwouden. Sedert den «neeowstorm op 2<)
ÜMWM
Ikhaca
LM OT*r
L'“K5
MB* te
aekiMr
e tan 15
•rkalljk
ftvteta
(s*M*
m **te-
i.'ÏK!
dlDgwa-
hunner
daarto*
M, te*N-
•srtesM,
1*m 4rt*
il***h*IS.
la wWan
h*tw*U
Graaf Bernstorff, de eigenaar van het eiland
Schiermonnikoog, heeft verleden jaar daar
fazanten en hazen ingevoerd. Deze dieren heb
ben het elecht getroffende dikke sneeuwlaag
heeft vele van honger doen omkomen.
peet*
naMe
ïïffi
i. ir. «re-
r aa* bet
d. arte te
I, lUMtMl
w ssaaw-
arte
veel prijs op stellen,
men wacht mij in de
ADVERTENTIE» worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Uit Zeist sBiryft men nan bet »U. D.
Worden Boaru, Hilrertata en Bnasnm door
aanhonw meer en meer uitgebreid, niet minder
ie dit het geval met Zeist.
Niet minder dan een honderdtal villa’s en
burgerwoonhaizen werden hier ia een paar
j"»r hjjge^onwd, ongerekend nog het groote
Te Bergambacht gaf Zaterdag de burgemees
ter, de beer P. Hoytema van Konyoenburg,
voor een zeer talrijk opgekomen publiek uit
legging van de voornaamste bepalingen der
kieswet.
aantrekkelijker te maken.
De villa’s dienen over ’t geheel hier voor
zomer- en winterverblijfslechts by uitzon
dering vindt men hier onbewoonde huizen,
waarvan ook zeker een oorzaak is, dat de
gemeente-belasting gering i» ea goed onderwys
gegeven wordt.
GOUDA, 16 Februari 1897.
Tot schatter van de huurwaarde der perso
neele belasting te Waddingsveea is benoemd
de heer A. Witieman, en tot schatters van
het meubilair de heeren M. Binnendijk te Gouda
A. Vis te Waddiugsveen.
bontwerk aan dek en met eene machine, waar
aan nagenoeg geen pijpje of scnroefje meer op
zyn plaats zit, en een gebroken krukas. De
donkey is echter nog in staat om te werken
en is by machte om het nog steeds instroo-
mende water te loozen.
Wanneer men de ruïne aan bet dek gade»
«laat, verbaast men zich, hoe de bemanning
er ongedeerd is afgekomen do stoom li? ren ryu
verzet, het ijzerwerk uit zyo verhand geslagen,
de sloepen letterlijk aan aplinteis uitdedavids
weggerukt, paneelen en deuren uit de dekhutten
verbryteld.
Zoo spoedig mogeljjk zal het gedeelte lading,
bestaande uit «waar yxerwrk, gelokt worden,
waarna de Gelderlands in het droogdok zal
worden opgenomen om het lek te dichten.
kon, was du eene diepe kolk.
/.Vervloekt I* riup Tiburce uit, toen hij de heek
zag, die buiten hare oevers was getreden. Hoe dom,
dat ik er niet aan gedacht heb, dat die beek bij den
minsten regen overloopt. Wat zullen wij na De
pont is een half uur van hier en de weg er heen
is onbegaanbaar.*
«Welnu, sprak mevrouw Treanna," die dezen half
luiden ui troep boorde, op vastberaden toon, «wy
zullen er over zwemmen I»
«Gij spreekt er gemakkelijk overzwemmen
met zulk een stroom weet ge wel dat het heel
gevaarlijk is, als gij niet zeker zijt van de krachten
van uw paard
«O wees daar niet bang voor. Op Trilby kan ik
vertrouwen. Hij i» vee) flinker dan bij er uit «iet.
Ik ben zoo zeker van mijn paard als van mij zelve.*
Zij maakte eene beweging of zij vooruit wilde gaan,
maar terstond hield zij haar paard weder in.
«Al moest gij mij ook voor een lafaard houden,*
sprak Tiburce, «geloof me, laten wy de pont op
zoeken.'
gOp eea half uur afstand, lange onbegaanbare
wegen
«Althans twiutig minuten, langs een zeer slechten
weg.'
De markiezin bl»ef eenige ©ogenblikken besluite
loos, toen riep zy op eons«Voort Trilby f God
behoede ons.'
Juist zou zij zich te water begeren, toen Tibaroe
haar terughield.
„Gy «alt aay veroorloven eerst de diepte van den
stroom te onderzoeken.'
«Gy behandelt my ah een kind. Ik aai boos
Lenteboden Werd er reeds melding van
gemaakt dat de eerste ooievaar on spreeuwen
zyn gezien, te Gorinc'em heeft sieb een andere
vroege lentebode vertoond, n,l. een meikever
worden I voort T ilby
Tiburce wuerhield haar door zijn paard dwars voor
het bare to plaatsen.
«N g eens movrouw, ik smeek u,« riep bij angstig
uit, «laat my voorgaan. De stroom is gevaarlyk,
en ik vrees dat gij er niet tegen bestaud syt. Weee
voor my niet bang, ik zal my wel weten te rodden,
als het noodig is.'
Zyne stem had op dat oogenbhk en toon van
gezag en klonk toch t/o smeckend, dat mevrouw
Treanna er door getroffen werd.
«Welnu, mynheer, doe zoo als gij wilt. Wat de
man wil, iade wil van God trots het spreek woord.”
Tiburce bedankte de markiezin met eene liable
hoofdbuiging. Hij gaf zyn paard de sporen en trachtte
den stroom over to «token. Mevrouw Treanna wilde
hem nog toeroepen, maar zij was bang, dat hij dan
niet genoeg op zyn paard zou latten en zweeg. Hy
kwam behouden op den tegenoverliggenden oever.
Maar het viel hem niet gomakkelyk. Zoodra zijn
paard weder op vasten grond stond, wendde hij zich
om ten einde de markiezin te waarschuwen, dat de
overtocht hoogst gevaarlijk was. Maar nsnivelyks
had mevrouw Treanna gezien, dat by den andoren
oever bereikt had of zy had Trilby in den stroom
gebracht en beproefde onverschrokken Tiburce te
volgen.
III.
De onvoorzichtigheid dar markiezin deed Tiburce
een kreet van ontzetting slaken. Mevrouw Treanna
wierp, trotsch op bare stoutmoedigheid, een blik op
hem en ontdekte by het schynsel der maan, die
thans het licht der zon had vervangen, zijne vree*.
verrdfg.)
Bot Weekblad van Nederlands geeft in oen
prent te
r“”
De secretaris
de heer J. N.
werkers Treub,
Goes aan een
Gisterenavond vergaderde to Amsterdam do
Read van Tucht teneinde opnieuw te verhooren
den kapitein van het in de laatste dagen das
vorigen jaars bij Beval op een klip gestrand
stoomschip Jupiter*. De kapitein verklaarde,
dat hy, niet kunnen rekenen op wolken stroom,
te dicht by ondiep water waa geraakt an ten
gevolge van mist, bat laod epr^t gewaar word,
toen het ts laat bleek. Hy wendde toon on-
middellpk om langs den wal te voeren.
Bet verhoor bewoog zich voornamelijk om
de vraag: waarom niet gelood was eu ook
waarom inplaats van terstond om te wenden,
langs den wal was gekoerst. De kapitein
antwoordde, dat bg, niet rekenende op den
stroom en zich in ruim water vermoedende,
niet gelood had. Dat hy niet terstond omweaddo,
vond zyn rede hierin, dat hij met het oog op
den mist, een plaats wilde zoeken om het
anker uit te werpen. Nauwelyks wendende,
stootte bet schip echter, dat zeker wel sou
sfgebracbt zyn als den volgenden dag niet een
storm was komen opzetian, die het schip dood
barsten.
Het verschil tosschen verhoorder* en ver
hoorde bestond gisterenavond vooral hierin,
dat de eersten betoogden, dst de kapitein had
bebooren te loodt", juist omdat de mht dub
bele voorzichtigheid aanbeval. De kapitein
hield daartegenover staande, dat hy, in do
begrijpelijke meaning verkeerende, diep water
te hebben, niet behoefde te looden, grijjk ook
niemand in zyn plaat* zou bebbeu gedaan.
De uitspraak zal later volgen.
Terwjjl de vrouw van J. 8., aan de Zuid-
zjjde onder Bodegrave, de lamp wilde opate»
ken, geraakten hare kleederen in brand. De
vrouw liep naar buiten en sprong in het wa
ter, doch zy had zulke ernstige brandwonden
bekomen, dat geneeskundige hulp werd inge
roepen.
Het stoomschip «Gelderlind* der Rotterd.
Lloyd is in ve liga haven aangeland.
Zondagmorgen kwam hvt bericht van Ho«*k
van Holland, dat ten 11.20 de Gelderland*
de Nieuwe Waterweg werd binnengesleept en
alzoo voor verdere vernieling is gespaard
gebleven.
Te half twee sleepten de sleepbooten Delft-
haven* en sPeruis* baar kostbare vracht de
Spoorweghaven te Feijmoord binnen en wnrd
de Gelderland* naby de SOtons stoomkraan
gemeerd om van hare lading voor zoover die
niet reeds gelo«t was ontlast te worden.
Uit- ea inwendig draagt de «Gelderland*
maar al te zeer de kentekenen vau haar strijd
tegen de elementen. Zy ligt daar thans zonder
roer, schroef en ankers, zware schade aan het
In de afgeloopen week ontving van der Veer
te Middelburg, op een 20 Dae. II. desbetreffend
gezonden rekest, van het ministerie van justitie
bericht, dat met proveost-arrest door den
schuttersraad gestraften, op last van den audi
teer vaa dien raad, in het huis van bewaring
te Middelburg opgenemen, in het vervolg
afgezonderd van gevangenen zullen worden
geplaatstterwyl hun tevens vergunning zal
worden gegeven tot het lezen van de door hen
medegebrachte boeken.
In de stoomkuipery van den heer W. Ock-
horst, te Bodegrave, verwondde een werkman
zich zoodanig aan de hand, dat hy vermoede-
lyk eenige weke* niet zal kunnen werken.
Gelukkig zijn de werklieden van den heer
Ockhorst tegen ongelukken verzekerd.
Het hoofd der school van een plattelands
gemeente ontving dezer dagen, toen by by de
ouders van een kind naar de reden van school
verzuim informeerde, ond'-rstsand schryven
«meester ik bep u kompelement ontvangen.
En n krijgt van my te Groettenis terug en
laat u weten als Treesje 25 Ceüt per dag ver
dienen kan, dan komt zjj niet naar school,
want Je ron maar aardige op slaan als u ook
eens van 50 Cent per dag moest leven en
wanneer ze kan dan zal ik ze sturen en dan
mag je ze weer rond haar ooren slaan, maar
dan zal ik weten wat of my te doen staat nu
GeGroet.*
aantal kleinere woningen. Reeds nu ziet men
allerwege toebereidselen maken, om zoodra het
weer zulks toelast, met den bouw van tal van
vilh’s aan te vangen. En geen wonder,
nauwelyks toch zyn de perceelen gereed of ze
worden betrokken. Vele zyn reeds verhuurd
nog voor er een steen van gelegd is. Steeds
komen nog aanvragen naar flinke woningen,
waaraan niet voldaan kan worden.
Het laat zich begrypen dat, waar de krach
ten der inwoners tot voldoenden aanbouw te
kart schieten, aannemers van andere plaatsen
gaarne komen helpen.
Het Zeisterpark, waarin vroeger slechts hier
eu daar een enkele villa gevonden werd, begint
nu gezellig en fraai te worden.
Het gemeentebestuur heeft dan ook dezen
winter vooral ia bet park, weer vele wegea
hard doen maken.
De Vereeniging tot verfraaiing heeft ook
wear de hand flink aan den ploeg geslagen,
ow, als straks de lenle gekomen is, Zeut aog
aanschouwen >deu ouden Gids o*
zjjn nieuwste vrienden*.
der redactie van «De Gids,
van Hall, zit mot de mede-
Van Eeden en F. van der
tafel wyn te drinken. Eén
stoel is nog leeg. De heer Domela Nieuwen
buis komt binnen, en zegt tot den heer Van
Hall, «die stoel, die nog leeg is, beeft u zeker
voor mij laten klaar zetten?*
J 'j eeo veehouder een schaap.
Alle nasporingen waren vruchteloos, totdat het
Donderdag op het ys eener sloot nog ten deele
onder de sneeuw on geheel afgemat, bedolven
werd gevonden. Hot arme dier leefde nog,
-de [ooten waren ten deele reeds van ’t
beroofd. Met de meeste zorg werd bet
de schuar van den eigenaar vervoerd,
dan 13 dagen heeft h«t beest
sneeuw doorgebracht.
Wy deelden kort geloden mede, wat d®
heeren, die bij de aanstaande Kamerverkiezingen
de belangen van den landbouw meer op den
voorgrond willen doen treden, geschreven bob
ben tot toelichting van het punt: herziening
van het tariêf van invoerrechten en accynaen.
In deze toelichting komt o. a. het volgende
voor
Kaas en boter, hier door den accyns op
zout gedrukt, genieten vryen invoer van uit
bet buitenland. By uitvoer wordt van den
accyns geen teruggave verleend. Daardoor
wordt eene onnatunrlyke bescherming in het
levea geroepen va* het buitenlandse be product,
tegenover de voortbrengselen van eigen land
bouw. Aas die bescherming dient een eind
worden gemaakt.*
Deze toelichting bevat eene onjuistheid.
Kaas is niet vry by invoer. In de tabel, be
boerende by de tariefwet van 15 Augustus
1862 (Stbld. No. 170) leest men: «Kaas van
alle soorten, met nitxoaderiag van potkaas,
die aan de landzyde ingevoerd wordt100 pond
f 5.* Dit tarief voor invoer van kaas is ea-
gewijzigd gebleven. »(N. R. Ct.)«
«Wat sou ik anders moeten gelooven antwoordde
zij. „Zoo ver ik weet, heb ik geen vijanden hierin
den emtrek.”
«De hemel geef het,” sprak hij, dien men den
zwerveling noemde, het hoofd schuddende. «Waarlijk
mevrouw,” vervolgde hij, na eenige oogenbiikken
•geloof my, verwyder u nooit te ver van het kasteel
Treanna.”
«Gij maakt mij bang, mijnheerKent gij dan de
ellendelingen, die mij aangevallen hebban?”
«Den -.doode had ik nooit gezien, wat den ander
betreft
„Welnu
«Weet gij niet,' vroeg Tiburee, zonder op de
vraag der markiezin te antwoorden, «dat sinds
eenigen tijd deze streek van Bretagne in gisting
verkeertdat zondelingen eener party die men over
wonnen acht, het land doorkruisen, knsteelon en
hutton binnondringen, bij dezen de dweepzucht, bij
genen de half vergeten herinneringen levendig ma
ken nu eens doen zij een beroep op het godsdienstig
gevoel, dan weder op de liefde voor het koningschap,
waarvoor zij het medelijden gaande maken. Zij weten
alle hartstochten op le wekken, alle belangen in bet
spel te brengen, overal twist zaaiende en den bur
geroorlog aanhitsende Weet gy dan niet dat overal
de boerei. hunne geweren weder te voorschijn balen
en slechts wachten op de komst van een aanvoerder,
die op handen is, om in opstand te komen
«Gy vertelt my dingen, die ik niet wist, maar
waarom zou er nu voor mij meer gevaar bestaan dan
voor anderen
«Op die vraag zal mynheer Treanna misschien het
best antwoord kunnen geven. Gij weet hoe de par-
tyen redenaeren, mevrouw. Wie niet met on« is....”
„Zoo ik u goed begrijp,' viel de markiezin hem
in de rede, terwijl zij baar medgez 1 vragend aanzag,
«beschuldigen de aanhangers der gevallen dynastie
don heer Treanna van lauwheid
«Of van verraad dat is hetzelfde,' hernam
Tiburce.
„En sij nemen wraak op zyne vrouw.'
„Heeft de tegenpartij de fouten van Lode wijk XVI
niet am Maria Autoinetta geweten?'
Bij deze vergelijking, die eenigszins van de mea
ning des «prekers getuigde, fronste de markiezin haar
voorhoofd.
„Mynheer,* sprak zij na eenige oogenbiikken, «doe
mij het genoegen my naar het kasteel te vergezellen.
Mynheer Treanna zal er zeer veel prijs op stellen,
zoo gy zyn gast wilt zijn.'
«Verschoon my, mevrouw,
hot met het avondeten.'
Beiden zwegen en zetten hunne paarden weder in
galop. Zoo bereikten zij den oever van eene breede,
diepe beek, die bruisend tusschen twee steile oevers
het midden dor vallei doorsneed en een waterval
vormde, wiens gedruisch men
kon. De geweldige regen
zwellen, en de plok, die men
maar
vel
□aar
Niet minder
zonder voedsel onder de