G.
IA
Dinsdag 1 Juni 1897.
36ste Jaargang
No. 7285.
eren.
J
L
BINNENLAND
I
F
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
I
DEN,
I
De Dochters van den Componist.
Bron
I
b en Garen.
I.
FEUILLETON.
•1
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
H.
’.LAND;
f.
6»j
j
I
Commandant
Garnizoen.’
:ozen tot
district,
e benoe-
2231
612
80
487
219
237
893
232
295
207
500
235
/raaf,
L E IJ.
JLAND
tats heb-
joormid-
tehuis te
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
:doeken ent
ING.
ttOUMHE COURANT
geljjfden bjj
bij hetaan-
Oort-lndii.
By de regeling der strafregisters is hier te
lande de vraag gerezen of er een goed Hol
landsch woord ia te vinden voor recherpbeur of
detective, waarvoor wy toen op den in Trans
vaal gebrui kei ijken naam speurder wezen. In
Dnitschland zoekt men ook naar een geschikte
uw stem i
ven, maar
Hisroj
de arme
ADVERTENTIEN worden’geplaatst van j
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Op nitnoodiging van de firma H. Goebel Co.,
te Bodegraven, znlien de in ons land vertoevende
Koeteiscbe prinsen binnenkort een bezoek aan
Bodegraven brengen, tot het bezichtigen van
een en ander betreffende de zuivelbereiding.
een onde bekende der
Heden morgen zgn zjj naar het
bewaring te Rotterdam overgebracht.
en L. Akkerhugs, niet weder verkiesbaar, wer
den tot bestuursleden gekozen de heeren W.
Hagen te Capelle en L. Tol te Nieuwerkerk.
Na afloop der vergadering vereenigden zich
het meerendeel der opgekomenen aan een ge-
meenschappelyken diseb.
De Rekening en Verantwoording van den
Polder Rozendaal onder Haastrecht over 1896
bedragen de ontvangsten f 2314.09s en de
uitgaven f 2033.21s, derhalve een batig saldo
van f 280.88.
Inschadeljjk
igs-vet,
igheid, klier-
tzichts en an-
ns-roven en
kheid en ste-
vemoeringen,
en voeten
auworm, enz.
van onrein
r, in en op
aar.
er doos,
rtfse voor
Bjj beschikking vau den minister van bin-
nenlandscbe zaken is bepaald, dat bet schrifte-
lyk gedeelte vau het examen ter verkryging
del akte van bekwaamheid als hoofdonderwgger
of hoofdonderwyzeres, voor het jaar 189? zal
plaats hebben op 30 Juni, dat de mondelinge
examens zullen aanvangen op 21 Juli en dat
de commission, met bet afnemen dezer examens
belast, znlien zitting houden te Breda, Arnhem,
’sGravenhage, Amsterdam, Zwolle en Groningen.
De lyst van candidaten voor bet adelborst-
examen is gesloten.
Er hebben x ch aangemeld 103 jongelingen,
en wel100 voor den zeedienst, 70 voor de
mariniers en 73 voor de cadettenschool.
Daaronder zyn 56 jongelingen die zich
hebben aangemeld, zoowel voor het examen
voor den zeedienst als voor dat voor mariniers
en voor de cadettenschool67 die sich hebben
opgegeven voor de examens voor den zeedienst
en voor de mariniers, 1 voor de examens voor
deu zeedienst en voor de cadettenschoolen
2 voor de examens voor de mariniers en de
cadettenschool.
Donderdag 17 Juni a, s. vangt bet genees
kundig onderzoek naar de geschiktheid voor
den dienst aan.
Vrydag voor bet eerst had bet tentoonstel*
lingsbestunr te Dordrecht de poorten van bet
terrein open gezet, wagenwyd, om de pers te
ontvangen. Poorten, indien ten minste een
dubbele deur in een wit planken heining met
dien naam mag pryken. Als de tentoonstelling
geopend is, verdwynt die heining en wordt de
entree gevormd door een monumentaal bek,
waaraan nu nog druk gewerkt wordt. Zooals
men uit de gemeenteraadsverslagen weet, is de
ingang een onderwerp van warme debatten
geweest in die achtbare vergadering. Het slot
van de zaak was dat de toegangsweg aan Vak
en Kunst blijft, en dientengevolge zijn de
leelyke aanplakborden, die de eigenaar van de
aangrenzende woningen er bad laten plaatsen,
verdwenen.
Het terrein levert van den ingang gezien
een aardig gezicht op. De bezoekers mogen
Benoemd tot Poldermeester in den Polder
Rozendaal onder Haastrecht de Heer A. de
Graaf, in plaats van den Heer G. de Kruyf.
18)
Als hij het niet meer uit kon houden in de stilte
en meende dat de werkelijkheid niet zoo vreeselyk
kon zijn als zyn sombere visioenen, dan ging hij tot
haar, om haar toe te spreken en op te beurenmaar
al zijn moed verdween wanneer hjj bij zijn binnen-
trelen bemerkte, dat zij het gelaat van hem afkeerde
en met lustelooze onverschilligheid naar buiten zag.
Dan ging hjj weer naar zijn studeervertrek terug en
beschouwde zijn boeken en geschriften met pijnlijke
weemoed en voelde dat niets voor hem hooger waarde
bezat dan deze vrouw, die zich zoo koel van hem
afwendde. Zij gaf hem nooit een hard woord, maar
dit ware hem liever geweest dan het stille verwijt,
dat hjj op haar gelaat las. Toen hij haar eens aan
bood tot haar vroeger leven terug te koeren, had zjj
met een bitteren lach geantwoord, dat zij niemaads
ongeluk op haar geweten wilde hebben en dat het
voor terugkeer reeds te laat was.
Door dit alles was Johannes er reeds op voorbe
reid toen de crisis zich openbaarde in hevige zenuw
koortsen, die den gekwelden geest het bewustzijn
ontnamen.
De ziekte had reeds in de eerste dagen sulk een
onrustbarend aanzien, dat Johannes onmiddellijk
Ernst Rupert en Clara verzocht over te komen. De
yanks herkende hen niet, toen zjj voor haar leger
GOUDA, 31 Mei 1897.
KIESDISTRICT GOUDA.
Kiezers voor Leden van de Tweede Kamer
der Staten Generaal.
Gouda
Boskoop
Moercapelle
Waddinxveen
Moordrecht
Nienwerkerk a/d. IJssel
Ouderkerk a/d. IJssel
Krimpen a/d. IJssel
Krimpen a/d. Lek
Gouderak
Lekkerkerk
Cappelle op d’IJssel
Totaal 5728
te sterven op het toppunt van den roem, beter dan
de zon van zijn luister te zien ondergaan in nach
telijk donker.
In een van die visioenen tuweben waken en droo-
men, zag zij haar eigen begrafenisde kist met
bloemen bedekt, een talrjjke schaar de lijkbaar vol
gend naar het graf. Zij hoorde de naargeestige tonen
eener treurmarsch, en weenend vroeg zjj aan esn
der toeschouwen wie daar begraven werd. „D»t
is Elisabeth Rupert, de groote sangeres, die reeds
dood was voor de wereld eer zjj stierf.” Het ver
wonderde Elisabeth dat zjj er bjjstond en toezag,
terwijl ze toch wist dat zjj zelve onder al die bloemen
lag en naar hi-t kerkhof werd gedragen.
Maar het was niet aldus over haar besloten. Na
bange weken, waarin de koorts met verrassende snel
heid steeg en daaldo, nam de ziekte een gunstiger
wending, on begonnen zich bij de kranke enkele
heldoro oogenblikken te openbaren, waarin zij de
omstandors herkende en naar den aard harer onge
steldheid ondervroeg. Zjj begreep niet hoe zij zoo
zwak was geworden dat zjj niet eens de kracht had
zich zonder hulp in bed om te keeren, en het ver
wonderde haar dat, als zij sprak, haar stem haar
tegenklonk als op varren afstandmaar dat haar
geest van de grenzen der eeuwigheid langzamerhand
naar dit loven wederkeerde, daarvan had zjj niet het
minste denkbeeld. De grieven, die bestaan hadden
vóór haar ziekte, schenen te rijn uitgewischt, en als
zij haar nu en dan voor den geest traden hadden
zij niet meer dien scherpen prikkel van voorheen.
(Verdi eereeifd.)
stondenhaar oude vader had zich voor haar neer
geworpen en gesmeekt om één woord, één enkelen
blik, maar zij had waanzinnig voor zich heen gela
chen en hem met de hauden afgeweerd. Zij duldde
niemand bjj zich dan Clara, en in haar armon kou
zjj uren lang aehreien met znlk een klagelijke wan
hoop, dat hoewel baar vader en echtgenoot wisten
dat ze geheel builen kennis was en geen smart ge
voelen kon, het hart hun in den boezem als ver
scheurd werd.
De dokter noemde den toestand der kranke hoogst
bedenkelijk. Geen geneesmiddelen werden voorge
schreven de ziekte moest eerst haar loop hebben.
Geen enkele maal vroeg Elisabeth naar haar echt
genoot; soms riep zjj om haar vader, maar als hij
tot haar kwam herkende zjj hem niet. Het was een
grievend leed voor den ouden man, den kranken
geest van zijn kind niet te kunnen overtuigen dat
hjj, om wien zij zoo angstig riep, tegenwoordig was.
„Zeg aan mjjn vader,” snikte zjj, toen hjj zich
over haar heeu boog en haar die zoete namen gaf,
waarmee hij haar toesprak als kind, „zeg aan mijn
vader, dat hij mjj vergeven moet. Ik kan toch niet
sterven zonder met hem verzoend te zjjn. Waarom
komt hjj niet
En onderwjjl vielen brandende tranen nit des
gijjsaards oogen op het dierbare gelaat der kranke,
maar al fluisterde hjj haar woorden van liefde en
vergiffenis toe, zjj verstond hem niet.
Nu eens riep zij«Als ik niet meer zingen kan,
moet ik sterven,” en was daarna beginnen te weenen
tot zij van uitputting in onmacht zonk. Dan weer
lag zij dagen lang builen kennis, en zag zoo bleek
M ingevallen dat men haar reeds gestorven waaide.
De oude Rupert werd, als hij haar aanzag, onwille
keurig teruggevoerd naar do eerste dagen harer jeugd;
zoo jong, zoo teer, zoo kinderljjk bijna was haar
gelaat geworden. Haar stem had het zacht klagende
herkregen, waarmee zij als kind haar kleine onge
lukken beweende en het hart van haar toegevenden
vader brak.
Gedurende al die dagen van angstige spanning zat
Clara als een trouwe waakster bjj de stervenssponde,
want dat Elisabeth stervende was, daaraan twijfelde
niemand. Het jongo meisje, met haar stillen, kal*
men geest, moest de wanhoop der beide mannen
beteugelenzij moest hun moed inspreken, hen be
rispen als zjj al te heftig waren in het uiten van
hun smarten die twee fiere menschen, met hun
genie en hun kracht, bukten gedwee voor de macht
van het teere kind, tot wie zjj opzagen als tot een
verhevener geest en een reddende engel. Doch Clara
scheen zichzelve nauwelijks bewust van hare rol, zij
was te zeer met Elisabeth vervuld en met het na
derend einde, om aan iets anders te denken. Zij en
Joseph hielden het hoofd omhoog in den storm, die
de anderen had neergeworpen.
Elisabeth betoonde een bijzondere mate van ge
hechtheid voor die beiden, en Joseph was deeonige
geweest dien zij herkend had, toen hij de eerste maal
voor haar ziekbed was getreden. Zjj had eensklaps
zijne band gegrepen en uitgeroepen
«Niet waar, Joseph, gij komt mij halen voor de
groote reis met Bacchart en GorgoniP O Carlins,
is heerlijk, doch gij zult uw roem overle-
r zie, ik sterf te midden van mjjn luister.”
>p scheen zjj zioh te verkoovaardigen, alsof
benevelde geest gevoelde dat het sehoen was
Gisterenavond hebben zich twee personen op
de werf van den landbouwer C. de B. onder
de gemeente Haastrecht begeven, hebben van
een varkenshok de pen afgenomen en met een
steen waarmede men messen scherpt, zich be
geven naar de woning, daar het raam gefor
ceerd en zgn in de kamer geklommen, hebben
daar een kast opengebroken en verscheidene
gouden en zilveren voorwerpen ontvreemd, De
beren tehuis komende bespeurden onraad, rie
pen nog meer bewoners, waarvan een der
buren naar de politie toog, en omsingelden het
huis, zoodat de beide inbrekers in den val
zaten. Men arresteerde hen en verschillende
der gouden en zilveren voorwerpen werden op
hen bevonden. Esn is ongeveer 17 jaar, de
andere 20 jaar, die J J—
justitie is. F
huis van t
vertaling en er was zelfs een prjjs van 250
mark uitgeloofd voor de beste oplossing. Een
aantal antwoorden kwanten in o. a. lange als
Anjschluszbeschaffer, Klarheitsohnffer, That-
bestandermittler, en ook kortere alsAnskunf-
tar, Berichter, Erkunder, Ermittler, Kundman,
enz. De prys werd aan niemand toegekend,
maar wel 100 mark gegeven aan den eerste
die het woord Berichter had ingezonden, dat
echter minder eigenaardig schjjnt dan Erkunder.
Er komt licht in de geheimzinnige zaak
van den brand iu de Staalstraat, zegt *t> Nieuws
Het verboor van Vau den Dool en een nadere
huiszoeking in diens woning op de Lynbaans-
gracht hebben bijzonderheden aan den dag
gebracht, welke zware verdenking hebben doen
rjjzen tegen Ten Boekhorst, den bewoner van
het verbrabde perceel, en diens huishoudster,
zóó ernstig, dat deze twee gister op last van
den rechtercommissaris in hechtenis zgn ge
nomen.
Het >Hbl.< meldt nader, dat Donderdag
avond de commissaris van politie Versteeg
in een pakhuis, staande in een slop aan de
Ljjabaansgracht, een aantal goederen heeft
gevonden, die vóór den brand uit de woning
van Ten Boekhorst vervoerd waren eerst naar
de woning vau Exter en later naar die van
Van den Dool. Mede werd daar een yzeren
geldkist in beslag genomen.
Vrydagavond is Exter in bet gasthuis aan
zijne wonden overleden.
Het misdryf, waarvoor t. B. twaalf jaren
geleden werd veroordeeld, was moord, op zyo
oom, een deurwaarder in een Geldersch dorpje,
met wiens huishoudster hjj liefdesbetrekkingen
had aangeknoopt.
L.l. Zaterdag had alhier in de Sociëteit
>Oos Genoegen de voorjaarsvergadering van
de vereeniging van onderwijzers plaats in het
arrondissement Gouda. Bg afwezigheid van
den voorzitter, den beer schoolopziener, werd
de vergadering geleid door den vice-voorzitter,
den beer J. Kiewit de Jonge van Opdewater.
Uit de rekening van den penningmeester, den
heer J. Emeis, bleek, dat de finantiën zich in
goeden toestand bevonden. Als inleiders traden
op de heeren W. Brouwer en G. D. Heg,
eerstgenoemde van Meten en Wegenop de
agere school, laatstgenoemde van >Het onder
wijs in de geschiedenis op de lagere school.
In plaats van de heeren J. Kiewiet de Jonge
dankbaar zgn dat het Dortsche gemeentebestuur
zoo heel veel heeft gedaan om bouwlustigen
te bewegen tot vestiging in het Oranjepark,
en dat die pogingen zoo weinig succes hebben
gehad. Want door die laatste oorzaak bleef er
ruimte genoeg beschikbaar, en dank zjj de
eerste vindt men er aangename schaduw en
wat groen, dat zich aardig afteekent tegen de
kleurige gebouwen.
Het hoofdgebouw, in den vorm van een
halven eirkel gebouwd, maakt een goeden indrnk.
Het heeft drie fronten, twee aan de vleugels en
een in bet midden. Voor het middelste springt
een restauratie als een vooruitgeschoven post
naar voren, zoodat aan weerszjjden daarvan
plekjes open bljjven voor zitjes in de open
lucht.
Langs de geheele frontljjn slingert zich een
open wandelgalery, met winkels. Aan de beide
vleugels zgn de bureau’s van het bestuur. In
het midden ligt de zaal voor concerten, tjjde-
Ijjke exposities e. d., die van de beide helften
van het hoofdgebouw door een roadomloopenden
brandgang gescheiden ie. t
In den linkervleugel van het hoofdgebouw
is het nog een chaos van belang. Bjj deu ingang
is men bezig etalages te maken voor de col
lectieve inzending van den Boekhandel, die de
gebeele breedtezjjde beslaat. Allerlei groote
gevaarten, sommige nog niet ontpakt, andere
reeds open en bloot, staan schots en scheef
door elkaar. Werklieden loopen heen en weder
jm hier een lat, daar een plank, ginds een
0aal te slaan, en ieder oogenblik loopt men
gevaar den bale te breken of in een spjjker te
trappen.
In den anderen vleugel heerscht al meer
orde. Daar is de afdeeling Scheepvaart en
Vissoherg opgesteld, die de grootste helft ervan
in beslag neemt. Het is een ware verkwikking
dat men hier iets anders siet dan scheeps
modellen en ontwerpen. In het midden worden
bassins gemaakt voor de beng- en haring-
visscherjj, die er door miniatuur-loggers zal
worden uitgeoefend. De reedery Fop Smit heeft
aan eeu der wanden haar eigen ontwikkelings
geschiedenis in beeld gebracht door middel van
de opeenvolgende reclame-platen die zjj uitgaf.
De eerste is een groezelige lithografie van een
harer oudste booten, en de platen van Jacob
Maris en Konijnenburg besluiten de rjj. In
dezen vleugel zgn ook nog andere dingen
geëxposeerdmaar de afdeeling Visscherg en
Scheepvaart stelt ze voorloopig nog alle in de
schaduw.
Alleraardigst is hst bos de smalle vgvertjea
het terrein aankleeden. Langs het hoofdgebouw
loopt er een, dat door de beide toegangen van
de galerjj overbrugd wordt en waar zich het