|>OSl
ï®-.
No. 7290.
Maandag 7 en Dinsdag S Juni 1897.
36ste Jaargang.
BINNENLAND
Zn,
I,
n
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Mr. C. J. E. van Bylandt
aan onze Goudsche kiezers aan.
De aanstaande Stemming.
FEV1LLETOX.
De Dochters van den Componist.
v
I
te
K
oe
•ra,
|on|B
aan-
iver-
▼NB
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
4
3CHU-
I
t
i
mmandant
arnizoem-
Uithoofde van het Pinksterfeest ver
schijnt de «GfOUDSCHE COURANT*
Maandag NIET.
- 8.20
Gravunhag-
GOÜDA, 5 Juni 1897.
Gisterenavond trad ah spreker te Moordrecht
>nz.
post f 145
- 140
- 240
I
ehjfden bg
•ij hetaan-
Oott-Indië.
.TRONEN
Dame
er aan H
velend, H
ipwvrk
Ivuldig B
ju wen- B
hand- B
geheel B
stop- B
htiij B
hand- B
teren
komt
sreld
eene
•von-
p de
■aal
iaw-
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post f 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
pub-
zelfs
ver-
van
•Mor
rank-
Ober-
giS>e
mde
hoof-
rvan
•ort-
idige
tuur,
oden
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 regel* a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
enthousiasme deelde, was Johannes. Hij bad, van
den beginne af, bot wichtje met zekeren weemoed
beschouwd, met den heimolijken angst dat het slechts
een kort geleende gave zou zyn, op wier besit hy
niet mocht rekenen. Hoe meer de lichamslyke
schoonheid en de geestelijke vermogens der kleine
Johanna zich ontwikkelden, hne meer hij zich in dit
denkbeeld bevestigd zag. Ia allee las hij de roor-
teekenen van een vroegen dood. Al» het kind do
peinzende oogen opsloeg en lang den wyden blauwen
hemel aanzag; als het vragtn deed waarin zich de
vroegtijdige ontwikkeling openbaardein de zeldzame
teergevoeligheid van het pas ontwaakte hartje, in
den hemelteken klank der stem, in het lachen en
weonen; in allee zag en hoorde bij iets bovenaardsch,
iets wat hem ds borst beklemde en hem waarschuwde
zich niet te zeer aan dit broze leventje te heolitan,
't welk reeds half aan een and r» wereld toebehoorde.
Doch in weerwil van deze schuwe teruggetrokkenheid
legde het kind een bijzondere mate van gehechtheid
jegens haar vader aan den dag, en Johannes kon er
zeker *an zijn dat, als hij zich des morgen op zijn
kamer had afgezonderd om te schrijven, de kleine
voetjes te eeniger tijd voor zijn deur zouden stilhouden
en het zilveren stemmetje vleiend zou vragen te wor
den binnengelaten. Hij behoefde niet hang te zijn
dat het kind hem in zijn bezigheden kwam storen.
Het knielde op een stoel voor het raam en keek naar
buiten, maar de menschon, naar de hooge huizen,
naar de vogels in de lucht; of als Johannes* het een
boek met platen gaf, zette het zich stil onder het
venster neer en «maakte haar opmerkingen zacht bij
ziehnlve,begrijpende dat papa niet gestoord wilde zijn.
(fTordt vtrvolgd.)
1.011WII i: UllltlVT
ischadclyk
p-VCt»
yheid, klier-
ichts en an-
s-roven en
heid en ste
trz wering en,
en voeten,
uworm, ent
an onrein
in en op
ar.
r dooa.
ijze voor
18)
Den eerstvolgenden winter sloeg Elisabeth het
voorstel van Bacchart en Joseph om een kunstreis
door Frankryk te maken af. Zij bepaalde zich tot
het deelnemen aan enkele concerten in haar omge
ving, maar met altijd nieuwe vreugde en verlangen
keerde zij ’«avonds naar huis terug, knielde voor
het wiegje, en lachte als het kindje naar de flonke
rende steenen ap haar borst greep.
Ernst Rupert kwam dien winter herhaaldelyk met
of zander Clara over, om zich in zijn kleinkind te
verlustigen, en als de kolossale gestalte van den
grijsaard zich over het roozeroode wiegje heen boog
en zyn streng gelaat een uitdrukking van barsebe
vriendelijkheid aannam, dan moest Elisabeth onwil
lekeurig denken aan een goedigen reus, in welwil
lende beschouwing van een dwergje verdiept.
Zoolang het kind klein en tenger bleef, had hij
*t niet gewaagd het in zijn forsehe armen te nemen,
maar toen hij het zag gedijen en groeien, nam hij
het wel eens behoedzaam uit de wieg, eerst om zich
heen ziende of de moeder er niet was om hem te
beknorren, en zette hij het op zijn schoot. Alsdan
de kleine tastende vingertjes naar den zilvergrijze
baard grepen, die ais een reuzenhaardos boven het
gladde kinderhoofdje zweefde, of de mollige handjes
zich krampachtig openden «a aloten, en zich bijna
hij er voor opgeéft. „Hoewel instemmende
met meerdere punten, genoemd in het
programma der liberale Unie, zoo schreef
hij aan een kiezer in deze gemeente,
zou ik toch geen candidatuur wen-
sohen te aanvaarden, waardoor mij een
knellende band, als gevojg der aanneming
van eenig programma, zou aangelegd
worden. Waar ook ongetwijfeld naar Uw
oordeel onafhankelijkheid en zelfstandig
heid de eerste eischen zijn, in een volks
vertegenwoordiger gevorderd, behoort die
onafhankelijkheid m. i. hem ook tegenover
de kiezers gewaarborgd te zijn en moet
hij zelfstandig boslissen, zoowel over de
onderwerpen, die in behandeling behooren
te worden genomen, als over de volgorde,
waarin dit moet geschieden.”
Iemand die zulk een gezonde opvatting
heeft van zijn taak als vertegenwoordiger
des volks en die getoond heeft in het moeilijk
parlementair tydvak, dat achter ons ligt,
dat hij de kracht heeft in overeenstem
ming met die opvatting te handelen en
te stemmen zulk een man van ka
rakter verdient den steun ook van hen,
die liever een volbloed Unieman als can-
didaat gewenscht hadden. Programma’s
zijn mooi, althans dat kunnen zii zijn
fhaaf honderdmaal beter is een volksver
tegenwoordiger, die weet wat hij wil en
niet alleen zweert bij hetgeen anderen hem
voorschrijven,
Uit volle overtuiging bevelen wij
Ieder ijvere in zijn kring om lauwen
op te wekken, twijfelaars te overtuigen
en vooral de nieuwe kiezers in te lichten.
Neem een voorbeeld aan onze tegenpartij,
die geen water vergeet, waar hij een
vischje kan verschalken. Volg den raad
van de Standaard en klop aan elke deur,
waar gij zeker weet, dat een liberaal woont.
Dan alleen kunnen wij er komen.
op, in het café van de Wed. den Braber de
beer L. F. Doymaer van Twist. In de eerste
plaats bracht spreker zyn dank aan do plaat-
Rolgke anti-revolutionaire kiesvereeniging, dat
zy hem in de gelegenheid hadden gesteld hier
voor de kiezers op te treden. Vervolgens be
handelde hy, welke onderwerpen aan de orde
zullen moeten worden gesteld in de aanstaande
Tweede Kamer, wet er moet gedaan worden
voor bet volk en hetgeen gedaan zal worden
dat kan men alleen verkrijgen van de enti
re v. party, want de liberaal staat boven het
volk, de liberaal is de man van wetenschap en
genie, de anti-rev. stelt zich niet boven dat
volk, deze party wil geen volksmacht, maar
invloed bij den troon.
De liberale party is de party van het onge
loof, die is de schuld van al de rampen door
de Fransche revolutie te weeg gebracht, die is
ook ooriaak dat bet volk afwykt van de neu
trale schoolde godndienitloozo school is ge
sticht door de liberalen en boa zyn die niet
veranderd, liberaiisten van voor 20 jaar zyn
nu radicaal en die van 1848 zyn nu socialisten.
Wy willen stryd voeren togen ongeloof en
revolutiewy stellen de sociale quaectis op
den voorgrond en willen om den landbouw op
te beffen een ministerie van landbouw en ar
beid oprichten, wy willen pensioenregeling,
regeling van het arbeidscontract en uitbreiding
van het tarief op invoer, van bewerkte artikelen
en daardoor kunnen wy ook protectie invoeren
ten ganste van den werkman on den land
bouwer.
Er wordt reeds te lang getalmd met het
droogmaken der Zuiderzee, die aan velen werk
zon verschaffen en ook zooveel hektoren grond
voor verbouw zoo opleveren, wel worden er
schatten uitgegeven voor verbetering van de
waterwegen, maar die komen den landbouwer
niet ten goede want gaat het den landbouw
goed, dan gaat het iedsr goed. Bizondere
scholen moeten in iedere gemeente worden
opgericht en dit is ongeveer hetgeen wy in die
vier jasr willen tot stand brengen.
Nadat er een pauze van oen kwartier was
gehouden, werd gelegenheid gegeven tot debat.
Drje der aanwezigen gaven zich daarvoor op;
nl. de hh. Buis van Moordrecht, Both en
Schilt; beiden van Gouds.
Eerstgenoemde heer maakte de opmerking
dat dd heer Duymaer «egt, dat de liberaal zich
plaatst boven hel volk, ik zeg do liberaal leeft
met pet volk, ik bon zelf een zoon van het
volk; de anti-rev. die, ik wil niets afdingen
op ieders godsdienst, beweren God lief te heb
ben en zyn nassten, maar laten zy dat ook in
toepateing brengen. Spreker beweert dat Prina
Willem van Oranje een calvinist was, daar
zoogenoemd oud-liberaal er tegenover te
stellen. Zoo hadden wij gaarne gezien,
dat geheel de liberale partij in ona district
onder dén vaandel ware ten strijde ge
trokken. Er staat - nu Dordt en Rome
één lijn trekken om ons ten onder te
brengen te veel op het spel, om toe
te geven aan allerlei voorkeur, aan oude
herinneringen of vroeger verschil van
meening.
Het heeft intusschen niet zoo mogen
zijn. Wat is nu de plicht van elk libe
raal? Op te komen voor den candidaat,
die hem het meest lijkt, te ijveren voor
de zaak der partij en van het land, zoodat
er zooveel mogelijk stemmen van onze
zijde uitgebracht worden. Ieder volge den
raad van de Standaard, die in de rubriek
Binnenland is overgenomen. Geen man
ontbreke op het appèl. En als dan de
strijd voor ons in zoo ver gunstig afloopt,
dat een der beide liberalen in herstem
ming komt, dan bij de herstemming als
één| man op dezen naam onze stem uitge
bracht. Ieder onthoude zich dus van alles,
wat onze medestanders, al zijn die voor
bet oogenblik geporteerd voor een anderen
candidaat, kwetsen of ontstemmen kan.
Wij' hebben elkander stellig weder noodig.
Men ijvere das voor den man zijner keuze,
maar met verstand. Wat ons scheidt, zijn
kleinigheden, die slechts de oppervlakte
rak^n, vergeleken bij het diepgaande ver
schil tusschen de liberalen en haar cleri-
cale tegenstanders.
Wij voor ons kiezen beslist partij voor
onzen aftredenden vertegenwoordiger. De
beginselen in het bekende manifest der 83
ontwikkeld, zijn als politieke gedrags
lijn der liberalen voor vele jaren nog vol
doende en geheel in overeenstemming met
de geschiedenis onzer partij. Goed en
goedkoop volksonderwijs, geen bescherming
maar vrije handel, zorg voor den werk
mansstand, bevordering van landbouw en
njjverheid, vrijmaking van alle economisch
onzelfstandigen zijn dat geen gezonde
denkbeelden, waaraan wij allen onze beste
krachten willen wijden?
Zelfs de weigering om zich geheel ho
mogen te verklaren met het programma
der liberale Unie, strekt den heer Mr.
Van Bylandt tot eer, om de motieven die
verloren in zijn breede handpalmen, dan lachte de
grijsaard «la eea kind, en zou mea moeilijk in hem
den geweldigen, tirannieken ex-directeur of den
strengen, veeïeiachenden mensch hebben herkend, die
zijn geheole omgeving in «tormaehtige beweging
i bracht]
Het I verwonderde Elizabeth haar vader toeteer met
het wiphtje vervuld Ce tien, daar hij voor zyn eigen
kinderen op verre na niet die belangstelling had aan
den dag gelegd welke hij thans betoonde. Als het
kind kraaide, dan riep hy dikwijls «Elisabeth, wat
een stpmhoort ge wel wat een stem?” Of wanneer
het weende zeide hij dat dit minder onaangenaam
klonk 'dan by andere kinderen, dat er muziek in
die stem zat. Dan moest zijn dochter hem beknor
ren met de woorden«Papa, wees toch zuo dwaas
nier hoewel zij het van harte met hem eens was.
Toen de tijd kwam waarop de beentjes vat het
kind sjterk genoeg waren om het lichaampje voor
een oogenblik te dragen, zag men den onden Rupert
bijna den geheel»» dag op den grond ritten, meestal
met uiteostrekte armen in een hoek neergehurkt, én
in die Tlevende omheining het kind qvereind, haar
best diende om het evenwicht te bewaren, ’t welk
het meestal met een plotseling zwikkende beweging
verloor om in de. armen van grootvader neer te
tuimelen.
Elisabeth waarschuwde hem dat zijn rag meer
door hét bukken dan door de jaren zoa gekromd
worden] maar dit vooruitzicht was geen beletsel voor
den ou|den man om de eerste waggelend» schreden
van het| kind te leiden en het te leeren loopen. Hy
kende geen grooter voldoening dan wanneer hij na
korter» of langere afwerigheid bemerkte dat tya
kleine leer'inge hem herkende en met blijdschap
begroette.
Langzamerhand begon het kind oen bijzondere
aandacht te openbaren wanneer het baar moeder
hoorde zingen dan hief het luisterend het gezichtje
op en opende zich het kleine mondje, dat reeds
voorzien was van de eerste tandjes. De oude Ru
pert echter dacht al dien ty'd aan muziek maken
noch componeeren. «Ik wordt te oud,” teid» hy
wel eens, als zyn dochter hem hiertoe zocht over
te balenmaar de ware reden was dat hij lisver met
het kind wilde spelen. Zijn, eerst» bezigheid, als hy
des morgens opstoud, was naar het wiegje te gaan
en er in te kijken, en dan behoefde Elisabeth den
gehpelen dag niet meer naar grootvader en kleinkind
om te zien, eoodat zij wel eens schertsend opmerkte
dat hij baar een baboe uitspaarde. Toen haar doch
tertje den leeftijd van drie jaar had bereikt, wa«
het zulk een beeldschoon wezentje dat de menschen
op straat- stiï stonden om te vragen van wie dat
kindje was.
Haar oogen hadden den diepen staalblauwen weer
schijn, bet zachte en mymorende van den vader, en
tegelijk de geestige tinteling en den fraaien opslag
der moeder. Het zachte roode blosje verhief den
glans dier groote> stralende oogen, en deed de tee-
dere blankhei l van het sprekend gezichtje nog meer
uitkomen; het zy df-achtige kastanjebrui no haar viel
golvend en kronkelend op het ryzige halsje neer;
het figuurtje was slank en fijn, de bewegingen vol
gratie en, lovener was iets edsls in de geheels
verschijning, iets wat de verrukking der moedor
rechtvaardigde als zij het kind een engel noemde.
Do oeaigo, die blykbaar akst in hot algomoMo
Het eerste bedrijf der verkiezing voor
de Tweede Kamer ia afgeloopen. De na
men der candidaten zijn op de lijst ge
bracht en op 16 dezer moet daaruit een
keuze worden gedaan.
Opmerkeljjk is overal het groot aantal
candidaten voor elke beschikbare plaats
men wil blijkbaar de krachten der onder
scheiden richtingen meten.
Vooral hier in het district is de keuze
groot. Alle fractiën hebben hun man.
Alleen de katholieken hebben zich ge
houden aan het parool van het hoofdkwar
tier en geen candidaat gesteld, zelfs niet
de moeite genomen om voor den hun op
gedrongen antirevolutionair een lijst in te
dienen.
Wat ons leed doet, is dat de liberalen
het niet eens zijn kunnen worden over
één candidaat. Is het Verschil dan wer
kelijk zoo groot, dat niet allen konden
samengaan. Naar onze meening niet. Voor
ons is de keus niet moeilijk. Wij staan
voor het feit, dat een liberaal van onver
dachte beginselen en betrouwbaar karakter
aan de beurt van aftreding is. Hij heeft
zijn ambt naar zyn beste weten en geheel
in den geest der liberale partij waarge
nomen. De kieswet en de groote maat
regelen, die het tegenwoordig ministerie
heeft voorgesteld, zijn door hem gesteund.
Zijn programma is in den geest der libe
rale Unie, al wenscht hij zich niet te
binden aan het artikel, dat volkomen in-
stemming vordert met de urgentie en de
volgorde van sommige maatregelen. Het
ligt dus voor de hand, dat men zulk een
Vertegenwoordiger, die op de hoogte is van
Onze speciale belangen en gedurende zijn
mandaat met allerlei personen en instel
lingen betrekkingen heeft aangeknoopt, bij
voorkeur moet stemmen, als hij zich be
schikbaar stelt. Ware hier het aftredende
lid van de meer vooruitstrevende fractie
der liberalen, ongetwijfeld zou geen der
andere liberalen er thans aan denken een