het
i
BINNENLAND-
BLEEK-
TING.
j
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
7EË
LANGS EIGEN WEG.
Zaterdag 33 October 1S97.
No. 7400.
ÏBVEBIJ
/briGk
kz«
BERjl.
A. Van
IJ DAG
iboden
IMER
rdani.
n Koning
'CAP
H
H
36ste Jaargang
FEUILLETON.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
iyóij
I
V
ichte
'er.
Ier.
rij
stoom n va»
Dorr wijlen mej. L. de Jong te Lekkerkerk
I
mr.
1
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1-70-
ftarïs.
enningmeetter.
de Heer
n verven van
i, alsook alle
is aap de diakonie <1
aldaar 1 300 gelegatel
ene in volle
hen des tijds
I.IIIIWHE 101 IU\T
OUDE
lMMEB
geen
I" 7.
was haar
Waarschijnlijk uitgelokt door het mooie,
zachte najaarsweder, en zeker meenende dat
het nu lente is, heeft een dubbele roode Mei
doorn, in het p antsoen tegenover het Zieken
huis te Utrecht staande, zich weder tot bloeien
gezet.
AD VERTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
In het militair hospitaal te Saargemünd
worden de herstellenden naar het rchynt bezig
gehouden met schietoefeningen in de zalen.
Dezer dagen waren een paar oppassers en
eenige herstellenden bezg zich te oefenen in
het schieten met de revolver. Een der schutters
mikte op de deur. Juist toen hy afdrukto,
werd deze deur van buiten geopend en kwam
een soldaat binnen. Den ongelukkige drong
de kogel in den schedel. Waarschynlyk zal
het ongelnk zyn dood ten gevolge hebben.
Op de kermis te Druten was een carous-
sel geplaatst, dat Dinsdagavond zyn laatsten
rondgang maakte en voor dat oogenblik over
gevold was. Htt gewicht der ronddraaienden
werd op 15,000 pond geschat, blykbaar te groot
voor den bouw van den molen, want op eens
boorde men, tot ieders schrik, een vreeselyk
gekraak en bleek het dat 5 lange bouten,
waaraan de schuitjes gehecht zyn, door mid
den waren gebroken. Gelukkig kwamen al de
inzittenden met den schrik vry.
rden naar de
irfd.
id of geverfd
jzondheid en
it per M’ en
J/g ct.
ien peiceelen
den met 15
«meter,
bedraagt de
hn hoogste
jks afrekenen
«stellen, enz.,
per week in
r bij:
SRS Jz.
van echtheid ia
irk steeds voor
naam der Firma
18)
»Neen, zoo’n slavennatuur heeft Cato niet, maar
daar tegenover zou ze ook nooit zoo egoïstisch en
onrechtvaardig zijn om bij een verbintenis uitsluitend
aan het geluk van een der partyen te denken."
Voor Walter kon antwoorden werd de deur geopend
en kwam Cato binnen. Zonder hém te zien liep ze
vlug naar Cile en knielde by haar neder. Een zacht
rood kleurde haar wangen, haar oogen straaluen van
geluk, en do glimlach waarmede ze haar gezicht tot
Cile ophief, was zoo welsprekend dat alle woorden
overbodig waren.
„Kom,” zeide te. „Ga gauw mee naar hem.”
„Walter,” riep Cjle ondeugend, „doe boete voor
zoo veel zachtheid.”
Cato sprong op, maar was in zoo’n verwarring
over haar onbeleefdheid dat ze, na de wederzijdsche
voorstelling, niets dan een paar onsamenhangende
woorden zeggen kon. Ze geleek dan ook veel moer
op een beschroomd jong meisje dan op eene die
volgens Cile’s uitdrukkelijke verklaring alleen kon
staan.*
„Ga je mee, Walter, om met meneer Van der
Land kennis te maken
„Excuseer me. Ik heb nu nootzakelijke bezig
heden, msar hoop van middag het genoegen te
hebben.”
«Je dineo.t bij ons van daag, hè P Tot atraka
De le luitenant Qrefe, te Groningen in
garnizoen, wordt op verzoek overgeplaatst naar
het 4e reg. infanterie to Gouda.
n?en verneemt, beeft het d/gelykech
van Rotterdam op een desbetreffend
van het comité voor de bet volgend
on eoa lach vlugger gesmoord. De jonge lui had
den nog nooit zoo goed don ouderdom, die oen mid
dagslaapje doet, gerespecteerd en achtten het hun
schuldigen plicht onl stil, zeer stil te zyn. By het
eerste luide woord klonk een voelbeteekenend „Chut,
de oude heer.”
„Je hebt nog geen onkel hartelijk of lief woordje
tégen me gezegd,” herhaalde nWtor.
„En meen je dat jij daar recht op hebt?”
„Ja.”
„Nu dan, ik ben heel in mijn schik dat ik thuis
ben en dat ik je weerzie. Ben je tevreden
„O, Cile I Waarom blijf je niet voor goed thuis,”
vervolgde hij aa/zelond. „Ik kan niet gelooven dat
je gelukkig bent in je werkkring."
„Waarom niet P*
„Zoo alleen onder vreemden I Duizende dingen
die je ergeren on hinderen, telkens in botsing met
de ruwe werkelijkheid
„Daar houd ik van, niet van het ruwe, maar van
de werkelijkheid. Dat voetje voor voetje voortwande
len op een gebaand wegje is grenzenloos vervelend.
De studie naar het leven trekt me aan. Dat vleien,
kruipen en bedriegen, dat verachten, bospotten en
haten, die aanbidding van het succes, die angst voor
de publieke opinie al die verschillende machten
mag ik graag in hun werking oaspeuren. En din
roerende vriendelijkheid en hartelykhrfd waaronder
zich het eigenbelang verbergt. Aardig om te zien.
Naluurlyk ontneemt het iemand dat „gewillige en
leidzame" omdat men langzamerhand tot de conclusie
komt dat weinigen, heel weinigen in staat i’yn an
deren te leiden. Gaat daardoor het „zachte, aan
hankelijke, teedara, beminnelijke" teloo*..."
De commissie voor de geloofsbrieven van
van Gi’se heeft zich gisteren van 10 tot
uur met het nader onderzoek beziggehouden.
GOUDA, 22 October 1897.
Bij de heden gebonden stemming voor een
lid der Provinciale Staten, (vacature G. A
van Houweninge) zyn nitgebracht in bet
1ste district559 stemmen.
2de district498
3de district368
Met ingenomenheid deelen vry mede dat
bet heden 10 jaar geleden is dat de eerste
paardenmarkt in Gouda plaats bad.
Wie successievelijk den bloei dier paaiden
markt beeft gadegeslagen (thans waren er 781
paarden aan de lijn) zal thans evenals’ wjj
met enthousiasme de moed, yver, energie en
volharding bewonderen van de oprichters, de
heeren J. Breebaart Lz. en A. van Veen, te Gouda
Het is ons daarom eene behoefte onze warme
hulde te brengen aan genoemde heeren, die
door bun vasten wil en kundig overleg hebben
getoond dat er nog veel is daar te steil D.
De Goudsche Borgery eik^Gouda zal ook zeker
zeer gaarne een bewys hulde en dank
willen tooaen aan genoemde Heeren vóór wat
zy tot oprichting der jaarlyksche paardenmaikt
- (afgescheiden van wat zij tot den bloei der
Maatscbappy van Landbouw bobben bijgedra
gen) hebben gedaan en hebneu daarom g<-meen<i
onze lezers van ons blad met dit waardig feest
in kennis te stellen, opdat zy, evenals wjj, bun
hartelyk geluk kannen wenseben met hun
succes, daar wy thans de paardenmarkt te
Gouda als gevestigd kunnen beschouwen.
De aan voer was weder meer dan het vorige
jaar, oaarvan waren meer dan 500 jong<
paarden. Vele vreemde kooplieden waren aan
wezig de handel was vlug en er werden flinke
pryzen besteed. De prjjzen waren voor luxe
paarden van f 500.— tot f 800.—, 2| jarig-
van f 250.— tot 350.—, Ij jarige van
f 180.tot f250. veulens van f 100.— tot
f 180.werkpaarden van f 150.tot f250.
Wy van onze zyde zouden gaarne zien dal
het gemeentebestuur kon besluiten genoemd)
heeren eens advies te vragen over de wyze,
boe de Goudscbe kaasmarkt weder tot een der
beste van de provincie Znid-Holland,te maken
Naar onze meening kan zulks in geen beten
handen worden toevertrouwd.
Tf Dantrfg heeft een luitenant der cavalerie
een jeugdigen dagbladschrijver doodg.schoten.
Daar dit geschiedde in den vorm van een
dnel, wordt *t door de wet niet als moord in
koelen bloede beschouwd.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. V '4^
k Ned. Herv. Gemeente
Onder den titel suit de socialistenwereld
leest men het volgende in De Graafschappen
Ongeveer tien jareu geleden bevatte Eigen
Haard de portretten van de vier toen meest
gevierde, meest roerige leiders der sociaal
democraten de heeren Domela Nieuwenhuis,
C. Croll, Fortuyn en v. d. Stadt.
Het viertal was onafscheidelijk aan elkander
verbonden.
Croll en Domela waren toentertijd zeer
intiemDomela en Fortuyn hadden herhaal-
delyk samsnsprekingen Fortnyn en v. d. Stadt
gingen meer dan eenmaal samen >den bak* in.
Het was de tyd der eerste liefde, toen met
vurigeu naijver ernaar gestreefd werd om een
hatelykbeid te zeggen, voor welke men naar
de gevangenis zou mogen, onder de toejuichingen
der opgezweepte masia.
Domela zal wegens majesteitsschennis, en de
drie anderen maakten er hel'weldra naar, om
hem te volgen. Het was een wedstrijd onder
de drie, wie er het eerst van zou pïofiteeren.
Een wed trjjfl ook in het beugen van moord
dadige uitdrukkingen.
Fortnyn was leep genoeg om In aardigheden
kracht te zoeken doch v. d. Stadt was minder
leep en flapte, alsof het zoo foaar niets ware,
zyn spaar vrouw noch kinds eruit, terwyl
Croll met theatrale betuigingen van spjjl, dat
hy slechts de pen en niet de strydbyl kon
banteeren, zyn toefen a in den baat* deed
vergezeld gaan.
Zoo was het in 1888.
Van de .vier leiders zyn thans reeds drie
gedeserteerd of geroyeerd.
Eerst ging van de Staft. Minder nette
krantenberichten omtrent hem gingen hem
vóór naar Vlissingeu, waar een »kapitnli»t«
bem, den gevallene, op do been hielp en hy
zyn groote trom reeds sinds lang op den
oud-rommelzoldur heeft weggeborgen.
Croll, de verdediger van Domela Nieuwen-
hnis vqnfcnd-niêmev, door schade en schande
(Misschien, maar eerst moet je leeren tonder
Laai mijn band los," viel ze
:do. „Ben je dwaas P Gauw, laat
zijn boeken toch nuttige dingen," meende
•.Kijk, dat is een prachtige zin, Cato."
Geef me
Met een Ijjst voor een verloren* schaap of
koe heeft menigeen kennis gemaakt, ’t Hangt
heel veel van den »kop< af, wat er geteekend
wordt. Een bnrgemeesAer in één der Oldambt-
st»r gemeenten leidde zoodanige lyst in boet
deze versregels
>Och, Grytjemui beur schaop is dood
’t Verdrjjt van 't olie mensch is groot.
Maor dut nou elk zien poutje open,
Dan ken ze wéér zoo’n dyrtje koopen.<
De menschlievetide burgemeester had zich
niet vergistoveral werd Grytjemui’s lyst met
gelach ontvangen en er werd flink ge
teekend (H.^C.)
De Parysche gemeenteraad en de prefect van
de Seine liggen overhoop. De gemeenteraad
heejt besloten een werkman, die zich naar het
socialistencongres te Toulouse zou begeven, de
reiskosten te vergoeden. De prefect der Seine,
de heer De Selves, weigerde dit besluit goed
te keuren. Hy werd daarover ter verantwoording
geroepen eo verklaarde toen met een openhar
tigheid en een beslistheid, die van de zyde van
een vertegenwoordiger der regoering ongewoon
waren, dat het geld van de belastingplichtigen
niet mocht gebruikt worden om revolutiemannen
pleizierreisjes te laten maken. Als de socialisten
in den gemeenteraad een hunner op reis willen
zeiden, moeten zij de reiskosten maar uit hun
zak betalen, meende de heer De Selves. De
gemeenteraad nam daarop een motie van af
keuring aan, die den prefect slechts een glim
lach ontlokte.
„&n net aoei ia bereikt,zeide Johan.
Zwijgend bleven ze by elkaar staan. Een blik,
een glimlach en een handdruk vertolkten beter dan
woorden hun gevoel.
„Cile, je hebt nog geen enkel hartelyk of lief
woord tegen me gez gd,” zeide Walter, toen ze na
het diner in de huiskamer zaten.
Cile lachte, en keek vergenoegd in de rondte.
Tante Ida zat aan de theetafel, vriendelyk en
rustig als altijd. Het rammelen van haar breinaalden,
het rm'schen van het gaslicht, de half fluisterende
on lachende stemmen gaven een gezelligheid die Cile
dubbel aangenaam was, omdat zij haar zoo lang had
gemist. Menper Menald had zijn stoel bij het vuur
geschoven, en nu en dan eon knikkebol, gevolgd door
een verbaasd ópkijken, bewees dat zyn courant meer
tot schild dan tot lectuur diende. Met een blik op
den ouden man werden de stemmen steeds zachter,
Dr. Schaapman, die Kn werkman twee
borrels daags gunt i)óijp,gundo heeft zich
bekeerd, en is tot de afschaffersvereeniging
»Het Kruisverbond* toegetreden.
Naar
bestuur
verzoek
jaar aldaar te houden internationale bakkery-
tentoonstelling, geweigerd zyn medewerking
teverleeuen tot het kosteloos afstaan der ter
reinen.
De burgemeester moet gezegd hebben, dat
bij het gevraagde terrein niet kosteloos kon
geven, omdat dan iedere corporatie, welke bet
een of ander op touw dacht te zetten, recht
zon yerkrygen op dat gunstbewys. Tevens
zou hy er in één adem bygevoegd hebben, bet
nut van dergelyke tentoonstellingen voor ean
gemeente niet in te zien. Voor de inwoners
waren zy niet voordeelig en bovendien trokken
zy massa’s slechte vrouwen en ander gespuis,
dat bleef hangen en later den noodigen last
gaf. Van dezelfde meening schyuen de wet
houders te zyn geweest, die allen individueel
vanwege het comité zyn bezocht.
Woensdag is ern geheel gezin te Eindhoven»
man, vrouw en vijf van de acht kindereu»
hevig ongesteld geworden na den inaaltyd,
beslaande uit aardappelen met spek. Zware
brakirtgen en vree«elyko pijnen deden aanstonds
aan vergiftiging denken. De drie kinderen,
die niet Van de spyzen genuttigd hadden, ble
ven ongedeerd.
De vrouw verkeert in zeer bedenkelyken
toest nd en we/d, voor zy naar het gasthuis
werd vervoerd, kerkelyk bediend.
Het overgebleven eten en de potten en
pinnen worden scbeiknndig Onderzocht.
„Verwijt me dat niet I Ik was verdrietig ,on ont
stemd, en daardoor onbillyk. Ik meende het zoo
niet. Zal ik je zeggen wat me zoo teleurstelde
„Noen 1 Ik zal zeer grootmoedig zyn," spotte zo,
„en je zoqder explicatie vergiffenis schonken."
„Maar ik wil het zoo graag vertellen."
„En ik wil het nu niet hooron."
„Later dan P"
„Missohie
Vooroordeel aan
zichzelf in de rede.
los
„Wat l” -
Johan. „Kijk, dat is een prachtige zin, Cato."
„Waar!"
„Hier. Geef me oven je hand dan kun je het
zelf aanwyzen. Mooi hè F"
„Ik kan het niet vinden."
j,Je wijst ook verkeerd. Hier moot je zijn. Noen,
toch nietdaar dan. Er is zoo voel aan te wyten
dat ik je hand maar zal vasthouden. Boeken zijn
nut'ig, niet P*
„Vooral ah je zoo’n goed gebnik er van maakt.*
Met den meesten ernst keerde hij de bladen om.
„En dat houtaMfidje," vervolgde hij. „Dat vrou
wenkopje zoo vol uitdrukking.* Hy wees op het
plaatje maar zag haar met zoo voel liefde aau, dat
Cato blozend de oogen neersloeg.
„Ik kan aan niets donken dan aan ons geluk,*
fluisterde hy tewder. „Ik zal geen rust hebben voor
we getrouwd zijn, en jij
„Ik ook niet. Dén pas ben ik zeker dat niemand
ons zal scheiden."
{JFerdl streelfi.)
Door den h er J. Moerkerk, gepensionneerd
militair, is een ofte» brief gericht aan de
Tweede Kamer, waarin de wenschelykheid
betoogd wordt, dat aan elk gepensionneerd of
gegageerd militair van land- en zeemacht en
koloniën, onder den rang van officier, een per-
l centsgewyze storting van zyn pensioen of
f gagement verplichtend wordt gesteld en dat
do gelden door het ryk worden beheerd, om
op die wyze aan de wedpwen en weezen der
militairen een vast pensioen of gage menig te
verzekeren.
dan.”
Een oogenblik later stonden beide meisjes in de
huiskamer.
„Juffrouw Menald,” zeide Johan ran dor Lind.
„Eindelijk, eindolyk I Aan u zyn wij ons geluk
verschuldigdnooit kunnen wij u genoeg danken.”
Hij had haar beide handen gegrepen, en zag haar
met vochtige oogen aan.
„Dank, geluk gekheid, hoor I Ik gis, ja, ik
weet zeker dat ik geen ander motief had dan om
uwe oude!ui waf te*contrarieeren.
„Geloof haar niet, Johan 1 Ons geluk
Ze sloeg haar arm om Cile’s hals en do lang
weerhddden tranen kwamen te voorschijn. Snikkend
leunde zo tegen haar aan.
„En het doel is bereikt," zeide Johan.
8