joden
IN,-
ITO,
rs,
rfmarkt.
i
Woensdag 15 December 1897.
36ste Jaargang.
BINNENLAND-
lEftf
«IW BRIL
No. 7454.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Co.,
- Rotterdam.
fEVlLLEKh}.
HOE IK HET IN 'T BINNEN
LAND WEL UITHOUD.
±C2Xt
HAAG
ik &Co.
venhage,
en
iselaan.
en
•if
(fTordt .trrolfd.)
•L-..
T
A
CE
[El
Amsterdam
ran
IJ ingericht
TIENDE-
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Zij, die zich met 1
Januari op de GOU D-
SCHE COURANT abonneeren,
ontvangen de vóór dien tijd te
verschijnen Nummers GRATIS.
K
141. Het
i prachtige
on, Zolder,
aterleiding,
a prachtige
\upetirf
m:
ÖlP
le Fabriek
!M«, r n
IERS
ran BELGIE.
iruikt de aller-
ildberoemde Sa-
,g-Extract
the.
to, 70 Cto. «n
f.oiim 11: 101 h i vr
4 Co.,
199, G*~~
ULO, Veerotal,
Gouda.
Moordrecht.
.ND, Boeloop.
hidewat^v
Waddinxveen.
Tot dijkgraaf van den Zaidplaapolder ia be*
noemd de heer J. H. Van der Torren, te
Zevenhuizen, en tot secretaria de heer O. Van
Dort Kroon, te Waddingsveeo.
Gouda
welke met byzondcre belangstelling word aau-
gehoord werd door enkelen gebruik gemaakt
van de gelegenheid tot debat, hetwelk deze
maal in booge mate belangwekkend was.
ADVERTENTIES worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
auchuHykMr m
etimiddel voor Hcerea
en Kinder«choenwerk
ranC.S MIOm* 4 Cr
r 14. Men lettwroed
briekamerk.—
leMawwerk.ialaeteriM,
kr W.tar<amaa^ArakM
ter in verzegelde
van 5 en 2’/8 liter,
het attest van
n Hamel Roos,
.30.
hg:
ROODE,
ÜDA.
Bedankt voor het beroep by de Ned. Herv.
Kerk te Ammerstol door den heer Th. H.Ph
van Papendiecht, cand. te Dordrecht.
Naar de »N. G. Ci.< vernoemt, is de heer
Hekkema, boekhouder bij het armboatunr te
Groningen, gilleren door Borg, en Wetb. in
zjjne betrekking geschorst.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Aan do byioudero commissie ter wornidton*
toonstelling te Parys in 1900, voor de groepen
werktuigkunde; electriciteitwaterbouwkunde
en vervoermiddelenmynwezeo, metaalbewer
king ie door bet Fransche teotoonstellingabe-
<taur in deze groepen eene ruimte toegestaan
die, naar zy vreest, te klein sal blykao, deer-
het aantal opgaven tot deelneming boven ver
wachting is gestegen.
De commissie beeft zich dientengevolge ge
noodzaakt gezien een term ij n vast te stellen
tot welke men zich voor deelneming kan aan
melden, en heeft dien termijn bepaald op 1
Maart 1898.
De byzondere commissie beeft thans even-
tueelen deelnemers verzocht vóór 1 Maart e.k.
aan bet bureau der oentra'e commissie te
Gravenbage ii te zanden eene opgave:
lo. In welke groep zy voornemens zyn in
te zenden
2o. Waaruit de inzending zal bestaan
3o. Hoeveel ruimte voor de inzending
noodig is.
De voorzitter voor de byzondere commissie
voor bovengenoemde groepen is de beer J. W.
F. Conrad.
KEN:
‘ONDERDAG
lur.
G«n nar
«Hoe weet ge dit; heeft hij ’tje gezegd?»
«Gezegd Natuurlijk niethij heeft nooit met
ronde woorden veiklaard, dat hij in mij iets meer
zag' dan in elke andere leerlingeer is echter nog
een andere taal dan die, welke met dé tong wordt
gesproken. *t Ie er trouwens een, waarin ik slecht
thuis benik houd ’t meest van onze gewone dage*
lyksche, die ’t minst dikwijls aanleiding geeft tot
verwarring en verkeerd begrijpen. Ge hebt dus in
’tvervolg weer te doen met je oude Annie; mis
schien is ze door al *t studeeren wat stiller en taaier
geworden, maar als ge wat geduld met haar hebt,
wordt ze wel weer de oude.»
»’k Verlang niets beters. Wordt echter niet al te
realistisch, ’tzou mij aan de oprechtheid doen twij
felen van je woordenik heb toch al eenige moeite
om alles te gelooven wat ge zoo mooi beredeneert.
Verdwijn nu maar gauw zonder tegen te spreken
achter je witte ledikantgordijnen en tracht in Mor
pheus armen nieuwe krachten op te doeu voor bet
werk dat je morgen weer wacht.*
Door den Raad der Gemeente Stolwijk is in
hare gisteren gehouden vergadering besloien
het traktement van den Burgemeester nu Se*
Cretans dier gemeente respsetievalyk te
verbltogftn met f200.— eu f 150. en altoo
te brengen op f900.eu f 700. per jaar.
Tsrwyl tevens in die vergadering is bsslo*
ten het traktement van den gemeenteontvanger
te verboogen met f20.-— per jaar.
Te Boskoop is door de justitie in beslag
genomen hetlykjs van eeu zeer jongkind; sr
wordt vermoed, dat het kind door geweldple
ging is gestorven.
1)
Meermalen heeft men de vraag tpl mij gericht,
hoe ik mij toch wel in een verblijf in de binnen
landen kan voegen.
Sedert ik een klein deel van Java’s binnenland
meer van nabij beb leeren kennen en mij met de
levenswijze «o toestanden, die daar worden aange
troffen, vertrouwd heb gomaakt, is de beantwoording
dier vraag voor mij zeor gemakkelijk.
Thans beschouw ik hem, die mij zulks vraagt,
veelal als iemand die óf met dat binnenland niet
voldoende bekend is om zieh van het leven buiten
de steden een juiste voorstelling te maken, «f wiens
levensopvatting hem in zekeren zin minder geschikt
maakt voor een langdurig verblijf ia een landstreek,
waar hij de drukte dur maatschappelijke samenleving
moet ontberen.
Voorzeker, Indic is nu eenmaal geen land in staat
om, evenals vele landen aan de andere zijde van den
oceaan, hen, die er een plaats hebben ingenomen,
de gelegenheid te geven om gebruik te maken van
die verscheidenheid en hoeveelheid van genietingen,
welke in zoo verschillenden en verfijnden vorm in
ruime mate den leden der maatschappij in het moe
derland worden aangeboden.
Eenmaal hier in Indië aangekomen roept men zioh
onwillekeurig het leven iu de groote steden, waarvan
men voor geruimen tijd afscheid heeft genomen, in
^et geheugen terug. Zal nu het weinige, *t welk
het stoffelyk omhulsel
meer k~*.
ontslagen
meer in
openbaren,
is een vor’
dat
eeawi
Deze
ziel, om
worden,
Wegens het belang der zaak voor onze ge
meente nemen wjj uit het officieel Verslag over
wat onze afgevaardigde iu de Tweede Kamer
Zaterdag zeide, benevens het antwoord van den
minister.
Men leest aldaar:
De heer van Bjjlandt (Gouda)Mynheer de
Voorzitter! Ter bevordering van de door u
zoo te recht gewenschte bekorting der discussie
zal ik er my toe bepalen, tot den Minister
het bescheiden maar ernstig verzoek te richten,
nog eens nauwgezet de vraag te willen over
wegen, of de tijd nog niet mag geacht worden
gekomen te zyn om over te gaan tot de op
heffing der overeenkomst, tusschen het Ryk
en die gemeente Gouda in Augustus 1883
gesloten, waarby aan de gemeente is opgelegd
eene jaarlyksche bydrage van f 6970 in ver
band met de uitbreiding van den drie- tot
den vyfjarigen cursus aan de Ryks-hoogere
burgerschool aldaar.
De feiten zyn aan den Minister ten volle
bekendik zal er dus niet over uitweiden.
Ik heb altjjd gehoord dat, wanneer het getij
verloopt, de bakens moeten worden verzet.
Welnu, Mynheer de Voorzitter, te Gouda is,
in commercieelen en financieelen zin, bet getjj
yerlooyen- Door verschillende omstandigheden,
die ik bier niet behoef te herinneren, zyn de
gemeentelijke inkomsten in de laatste jaren
aanmerkelijk achteruitgegaan, en de bewuste
bydrage is thans (wat zij tijdens het sluiten
der overeenkomst >niet« was) voor de gemeente
geworden een drukkende last. En nu wil ik
het gevraagd hebben, Mynheer de Voorzitter,
of het aangaat, die gemeente jaar in jaar uit
maar steeds te laten zuchten onder de finan*
cieele gevolgen eener daad van vrijgevigheid,
gedaan uitsluitend in het belang van het on
derwijs; gedaan in het vertrouwen, dat bij
gebleken levensvatbaarheid der school met 5
jarigen cursus die an ten volle gebleken is
de kosten toch wel eindelijk eens zouden
worden overgenomeu door het Rijk gedaan
onder financieele toestanden en omstandigheden
die sedert, in het nadeel der gemeente, ten
eenenmale zyn veranderd.
Mynheer de Voorzitter Van het voorstellen
van een amendement kan bij dit artikel na
tuurlijk geen sprake zyn. Dit zou, daar de
f 6970 als Ryksinkomst pryken in de wet op
de middelen, motten geschieden by de behan
deling dier wet, die tot de competentie behoort
van den Minister van Financiën.
De heer Goeman Borgesius, Minister an
Binnenlandsche Zaken Mynheer de Voorzitter
Laat ik maar beginnen met terstond een ant-
do Indische steden hiervoor in ruil geven in ontt
gedachten een eonigszinu wairdige nlaats naast dat
vele innemen, dan voorzeker is het noodig dat dit
weinige als door oen vergrootglas beschoawd worde.
Deen wij zulks niet, dan dringt zioh dikwijls de
gedachte bij ons op, dat wij bij het ontbreken van
zooveel ook licht het weinige dat te genieten valt
zullen kunnen miaaon. Van het samonlevsn in een
stad verwacht men altijd tenminste iets, van een
verblijf in de binuenlanden daarentegen dikwijls niets
van dien aard.
Nu ochter de uitkomst in vele opzichten al vrijwel
dezelfde is vind ik, dat «-en verblijf in het binnenland,
hetwelk ook op zijn beurt eigenaardige gegevens
aanbiedt dio zich tot cntspanr.en en genieten kunnen
leenen, de voorkeur verdient boven het leven in een
stad. Intusschen zal ook in dit opzicht de geheels
persoonlijkheid van het individu van grooteu invloed
zijn bij het vormen van een bepa-dd oordeel omtrent
de meerdere of mindere wenscheljjkheid van oen
verblijf in een stad of in het binnenland.
Ik voor my ben van oordeel dat van hen, wier
lot het is een deel van hua leven in Indië door te
brengen om den struggle for live te voeren, veelal
juist zij minder redenen tot klagen zullen hebben,
die den s’ryd orr. het bestaan in de binnenlanden
hebben aanvaard, en wel in de eerste plaats, omdat
men daar veel kan genieten van datgene wat Indië
zulk een prachtig land doet zyn, van dat overwel
digende natuurschoon, 't welk zich telkens als ver
jongd aan bet oog vertoont en dat nimmer in ge
breke blijft zyn invloed op bet gemoed van den
waarnemer uit te oefenen. De natuur dwingt to
bewondering, en bier zou ik kunnen getuigennon
woord te geveu aan den heer van Bylandt.
Dat ik nog niet besloten heb om zyn wensch
met betrekking tot Gouda in vervulling te
brengen een wensch reeds herhaalde malen
in deze Kamer door hem uitgesproken is
alleen wegens financieele redenen.
Ik moet erkennen, dat by de veranderde fi
nancieele omstandigheden van Gouda er uit
een oogpunt van billykheid van recht kan
natuurlyk geen sprake zyn reden is om,
althans eenigermate, aan den wensch van Gouda
te gemoet te komen, maar, waar men ziet dat
men voortdurend, in zaken van onderwys, over
te hooge uitgaven van het Ryk klaagt, waar
het zoo moeilyk is voor goede zaken betrekke-
lyk kleine bedragen te verkrygen, die de
Minister noodig acht, daar begrypt de geachte
afgevaardigde wel dat de Minister wat volgens
contract, volkomen rechtvaardig, van eene ge
meente wordt ontvangen, niet zoo heel gem» k-
keljjk loslaat-
Intusschen verzeker ik hem dat ik doen zal
wat ik tot nog toe niet gedaan heb, namelyk
de zaak met den Minister van Financiën, die,
zooals by weet, een zeer billyk en rechtvaardig
man is, nader bespreken.
De groote slniewerken fe Spaaradam (voor
cuivis contingit adire Corinthum.
Ik zal nu bij het vroeger do r mij medegedeelde
ecu paar schetsen voegen, welke tevens mogen dienen
om senigszins duidelijk te maken „hoe ik hot in ’t
binnenland wel uitboud.*
L
«Amice! Zoo ge tijd en lust hebt om een goede
jacht te maken, zorg dau aanstaanden Zaterdag by
ons te zijn. Vraag dan levens je vriend C. om ook
aan de partij te willen deelnomen.* Zoo ongeveer
luidde hei briefje, ’t wolk ik van een mijner goedo
kennissen ontving.
Daar mijn vriend even groot genoegen in de vrién
delijke uitnoodigiog vond als ik, en de werkzaamheden
op do fabriek onze lijdelijke afwezigheid veroorloofden,
aanvaardden wij de reis des Vrijdags na dsu middag,
nadat wij, van alles wel voorzien en niet het minst
van een grooten voorraad «verwachtingen*, plaats
genomen hadden in een gleanding (kar), welk on
aanzienlijk, met twee paarden bespannen huurrijtuig
ons naar de bestemde plaats zoude brengen. Do
koetsier legde terstond de zweep over de paarden
en voort ging hot met een snelheid welke, wanneer
wij namelyk naar het uiterlyk voorkomen der dieren
moesten oordeeleo, verbazend mocht genoemd worden.
Wy besloten niet den grooten postweg te volgen,
maar ons, ten einde den weg te bekorten, de kali
«Bodri» te laten overzetten. Weldra waren wij bij
deze rivier aangekomen en stegen uit.
Stolwyk mag sich op het «ogenblik ver
heugen in het bezit te r.jju van twee genee.s-
boeren door de vestiging van den beer .1. v.
d. Wielen, arts, uit Amsterdam, in die ge
meente.
Zaterdagavond trad iu de zaal vau don beer
J. Zuidervliet te Stolwjjk als spreker voor de
afdeeling van den aldaar gevestigden Boeren
bond op, de beer D. Kruit, Rjjksveearts te
Delft.
Spreker bad zyne rede hoofdzakelyk over
•Ie bereiding en behandeling van de boter en
de kaas, en gaf menigeen een nuttige les, de
aanwezigen waren dan ook hoogst voldaan over
etgeen de heer Kruit hen bad medegedeeld en
zy hoopten hem in dit saisoen nogmaals voor
hen te zien optreden.
de heer W. B. Fricke van
de openbare vergadering
Door de Maatschappij tot Exploitatie van
Staat'spo rwegen ia aan bet personeel dier
msatechappy, te Rotterdam in functie, esn
jaarlyksche gratificatie toegeaegd van f 50 als
tegemoetkoming inde hoogere huurpiyzen der
woningen aldaar.
Voor deae gratificatie komen achter al loon in
aanmerking de ambtenaren wolko een salaris
genieten van 1800 en daar beneden.
(U. D.)
GOUDA, 14 December 1897.
Gisteren avond trad in het lokaal van den
heer A. Dam, Kleiweg, alhirr, ala spreker op
het Goudsche
Centrum der Theosophische vereeniging. De
zaal was flink bezet ea met onverdeelde aan
dacht werd de voordracht aangehoord.
De spreker, welke een voordracht hield over
>De bestemming van den Menschsprak
ongeveer aldus. Dat hetgeen wy onder dood
verstaan niets anders is, dan de oplossing van
.1-“-'”*: ea dat by dau juist
leeft dan ooit te voren, en by slechts
wordt van een werktuig, dat niet
staat is, het individueeie leven te
De ware meosch is bewustzyo, hy
vonk van den Goddelyken Geest of van
Licht betwalk in zich zelf onsterflijk,
rig, onveranderlyk en onvernietigbaar is.
vonk groeit aan tot een individu of
bet menscbelyke in dan mensch te
welk» ontwikkeling wordt tot stand
gebracht gedurende een lange reeks van levens.
Wanneer wy den toestand ondergaan welke
wy den dood noemen, maar welke slechtde
ontbinding is van bet stoffelyk liihaam, dan
verdwijnt wel het lichaam maar niet de ziel,
deze de wire menseb blyft voortleven, nadat
by dit voor ons zichtbaar omhulsel verlaten
heeft en gaat dan over in zyn Etherisch
lichaam, hetwelk van fijnere stof is en niet
waarneembaar is voor onze zintuigen.
Heeft by ook dit afgeworpeu dan is hy nog
omhuld door zyn Rsiniscb lichaam of zyn
lichaam der begeerten, namelyk dat, waarin
hy genot en smart ondervindt, heeft hy na
verloop van tyd ook dit afgeworpen, dan gaat
de ziel over in bet lichaam der gedachten en
wanneer ook dit is opgelost dan gaat zy over
in datgene, wat dv Christenen den hemel
noemen. Vandaar keert de ziel na verloop
van zekeren tyd terug en wikkelt zich opnieuw
iu omhulsels van grovere stof, totdat zy op
de ons bekende wjjze wordt geboren.
v Nadat de spreker zyn rede had geëindigd,